ALGEMENE INFORMATIE
De autoradio heeft de volgende functies:
Radio
❍PLL-tuner voor de golfbanden FM/AM/
MW;
❍RDS (Radio Data System) met TA (ver-
keersinformatie) – TP (verkeerspro-
gramma’s) – EON (Enhanced Other Net-
work) – REG (regionale programma’s);
❍AF: zoeken naar alternatieve frequen-
ties in RDS;
❍voorbereid op ontvangst van alarmbe-
richten;
❍automatische/handmatige afstemming
op stations;
❍FM Multipath detector;
❍handmatig opslaan van 30 stations:
18 op de FM-golfband (6 op FM1, 6 op
FM2, 6 op FMT) en 12 op de MW-golf-
band (6 op MW1, 6 op MW2);
❍automatisch opslaan (functie AUTOSTORE)
van 6 stations op de betreffende FM-
band;
❍functie SPEED VOLUME (behalve uitvoe-
ringen met Bose HI-FI-systeem): snel-
heidsafhankelijke volumeregeling;
❍automatische stereo/mono-weergave.
CD-speler
❍CD direct selecteren;
❍Muziekstuk selecteren (vooruit/achteruit);
❍Muziekstukken snel vooruit-/terug-
spoelen;
❍Functie CD Display: weergave CD-naam/
verstreken speelduur vanaf het begin
van het muziekstuk;
❍Lezen audio-CD, CD-R en CD-RW.
❍Functie MP3 Display: weergave map-
naam, ID3-TAG informatie, verstreken
speelduur vanaf het begin van het mu-
ziekstuk, bestandsnaam;
❍Lezen audio- of gegevens-CD, CD-R en
CD-RW.
Audiosysteem
❍Functie Mute/Pause;
❍Functie Soft Mute;
❍Functie Loudness (behalve uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem);
❍7-Bands grafische equalizer (behalve uit-
voeringen met Bose HI-FI-systeem);
❍Gescheiden regeling bassen/hoge tonen;
❍Balansregeling kanalen rechts/links.
Media Player
(alleen met Blue&Me™)
Zie voor de werking van de Media Player
het supplement Blue&Me
™.
AUX-speler
(alleen met Blue&Me™)
(voor bepaalde uitvoeringen/markten)
❍AUX-audiobron selecteren;
❍Functie AUX Offset: gelijkstellen van het
volume van het draagbare apparaat aan
dat van de andere audiobronnen;
❍Draagbare speler weergeven.
Op een multimedia-CD staan
naast audiotracks ook gege-
vens geregistreerd. Het afspelen van
dit type CD’s kan piepgeluiden op
een zodanig volume opleveren, dat
niet alleen de verkeersveiligheid in
gevaar komt, maar waardoor ook
de eindversterker en de luidsprekers
beschadigd kunnen worden.
MP3 CD-speler
❍Functie MP3-Info (ID3-TAG);
❍Map (vorige/volgende) selecteren ;
❍Muziekstuk selecteren (vooruit/achteruit);
❍Muziekstukken snel vooruit-/terug-
spoelen;
AUTORADIO
256
AUDIO-INSTELLINGEN
De mogelijke instellingen in het menu zijn
afhankelijk van de gekozen audiobron:
AM/FM/CD-speler/Media Player (alleen met
Blue&Me
™)/AUX (alleen met Blue&Me™)
(voor bepaalde uitvoeringen/markten).
Druk kort op de toets
Oom de Audio-in-
stellingen te wijzigen. Als de toets
Ode
eerste keer wordt ingedrukt, dan verschijnt
de waarde voor de basinstelling van de op
dat moment gekozen audiobron op het dis-
play (bijv. bij het luisteren naar een FM-sta-
tion, verschijnt er „FM Bass + 2”).
De menu-functies kunnen worden doorlopen
met toets
of. De instelling van de ge-
selecteerde functie kan worden gewijzigd
met toets
of.
Op het display verschijnt de huidige status
van de geselecteerde functie.De menufuncties zijn:
❍BASS (lage-tonenregeling);
❍TREBLE (hoge-tonenregeling);
❍BALANCE (regeling van balans links/
rechts);
❍FADER (regeling van balans voor/
achter);
❍LOUDNESS (behalve uitvoeringen met
Bose HI-FI-systeem) (in-/uitschakelen
van de LOUDNESS-functie);
❍EQUALIZER (behalve uitvoeringen met
Bose HI-FI-systeem) (inschakelen en kie-
zen van de voorgeprogrammeerde equa-
lizerinstellingen);
❍USER EQUALISER (behalve uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem) (instellen van
persoonlijke equalizerinstellingen).
FUNCTIE MUTE/PAUSE
(volume op nul zetten)
Druk voor het inschakelen van de Mute-func-
tie kort op de toets MUTE. Het volume
neemt geleidelijk af en op het display ver-
schijnt het opschrift „RADIO Mute” (bij ge-
bruik van de radio) of „PAUSE” (bij gebruik
van de CD-speler).
Druk voor het uitschakelen van de Mute-
functie nogmaals op de toets MUTE. Het vo-
lume wordt geleidelijk verhoogd tot op het
niveau dat daarvoor was ingesteld.
Als u het volumeniveau wijzigt met de daar-
voor bestemde toets, wordt de Mute-func-
tie uitgeschakeld en het volume ingesteld
op het nieuwe geselecteerde niveau.
Bij ingeschakelde Mute-functie wordt bij ver-
keersinformatie (als de TA-functie is ingescha-
keld) of bij ontvangst van een alarmbericht,
de Mute-functie uitgeschakeld. Na beëindi-
ging van het bericht wordt de functie weer in-
geschakeld.
AUTORADIO
258
Functie EQ
(in-/uitschakelen van
de equalizer – behalve
bij uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem)
De geïntegreerde equalizer kan worden in-
of uitgeschakeld. Als de functie equalizer
niet is ingeschakeld, kunnen van de audio-
instellingen alleen de bassen („Bass”) en
de hoge tonen („Treble”) geregeld worden,
terwijl als de functie is ingeschakeld ook het
volume van frequentiebanden gewijzigd kan
worden. Selecteer voor het uitschakelen van
de equalizer de instelling „EQ OFF” met
toets
of.Selecteer voor het inschakelen van de
equalizer met toets
ofeen van de
instellingen:
❍„FM/AM/CD...EQ User” (afstellen van
de 7 banden van de equalizer door de
gebruiker);
❍„Classic” (vooraf vastgestelde instelling
van de equalizer voor optimale weerga-
ve van klassieke muziek);
❍„Rock” (vooraf vastgestelde instelling
van de equalizer voor optimale weerga-
ve van rock- en popmuziek);
❍„Jazz” (vooraf vastgestelde instelling
van de equalizer voor optimale weerga-
ve van jazzmuziek).
Als een van de instellingen van de equa-
lizer ingeschakeld is, verschijnt het op-
schrift „EQ”.
FUNCTIE LOUDNESS
(behalve uitvoeringen
met Bose HIFI-systeem)
Met de loudness-functie verbetert de geluids-
weergave op een laag geluidsniveau, omdat
de bassen en hoge tonen versterkt worden.
Selecteer voor het in-/uitschakelen met
toets
ofde instelling „Loudness” in
het AUDIO-menu. De werking van de func-
tie (in- of uitgeschakeld) wordt enige secon-
den op het display aangegeven door het op-
schrift „Loudness On” of „Loudness Off”.
AUTORADIO
260
MENU
Functies toets MENU
Druk voor het inschakelen van de Menufunc-
tie kort op de toets MENU. Het display toont
de eerste menuoptie (AF) (opschrift „AF
Switching On” op het display).
De menu-functies kunnen worden doorlopen
met toets
of. De instelling van de ge-
selecteerde functie kan worden gewijzigd
met toets
of.
Op het display verschijnt de huidige status
van de geselecteerde functie.De menufuncties zijn:
❍AF SWITCHING (ON/OFF);
❍TRAFFIC INFORMATION (ON/OFF);
❍REGIONAL MODE regionale program-
ma’s (ON/OFF);
❍MP3 DISPLAY (instelling display van
MP3 CD-speler);
❍SPEED VOLUME (behalve uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem) (snelheidsaf-
hankelijke volumeregeling)
❍RADIO ON VOLUME (in-/uitschakeling
maximumlimiet radiovolume);
❍SPEECH VOLUME (regeling telefoonvo-
lume);
❍AUX OFFSET (gelijkstellen van het volu-
me van het draagbare apparaat aan dat
van de andere audiobronnen);
❍RADIO OFF (uitschakelwijze);
❍SYSTEM RESET.
Druk om het menu te verlaten opnieuw op
de toets MENU.
BELANGRIJK De instellingen AF SWITCHING,
TRAFFIC INFORMATION en REGIONAL MODE
zijn alleen mogelijk bij de FM-radio.
*Functie USER EQ SETTINGS
(instellingen van de equalizer,
alleen als de instelling USER
is geselecteerd)
(behalve bij uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem)
Selecteer voor een persoonlijke instelling
van de equalizer met toets
of
„USER” en druk op de toets MENU.
Op het display verschijnt een diagram met
7 staafjes. Ieder staafje geeft een frequen-
tiebereik aan. Selecteer het gewenste staaf-
je met toets
of; het geselecteerde
staafje begint te knipperen en kan worden
geregeld met toets
of.
Druk voor het opslaan van de instelling op-
nieuw op de toets
O. Op het display wordt
de op dat moment geselecteerde audiobron
weergegeven gevolgd door het opschrift
„USER”. Tijdens het beluisteren van een
„FM”-station verschijnt er op het display
„FM EQ User”.
AUTORADIO
261
Als u de functie inschakelt, wordt automa-
tisch afgestemd op het station met het sterk-
ste signaal dat hetzelfde programma uit-
zendt. Tijdens het rijden kunt u zo blijven
luisteren naar het geselecteerde station, zon-
der dat u op een andere frequentie hoeft af
te stemmen als u in een ander gebied komt.
Uiteraard moet het station ontvangen kun-
nen worden in het betreffende gebied.
Als de AF-functie is ingeschakeld, wordt op
het display het opschrift „AF” verlicht.
Als de AF-functie is ingeschakeld en de ra-
dio kan het station waarop is afgestemd,
niet meer ontvangen, dan start een automa-
tische zoekprocedure en verschijnt er op het
display het opschrift „FM Search” (alleen
bij autoradio topuitrusting).Bij uitgeschakelde AF-functie blijven de ove-
rige RDS-functies, zoals de weergave van de
stationsnaam, wel geactiveerd.
De AF-functie kan uitsluitend op de FM-golf-
banden worden ingeschakeld.Functie AF SWITCHING
(zoeken naar alternatieve
frequenties)
Met het RDS-systeem kan de autoradio op
twee verschillende manieren werken:
❍„AF Switching On”: zoeken naar alter-
natieve frequenties ingeschakeld (op het
display verschijnt het opschrift „AF”);
❍„AF Switching Off”: zoeken naar alter-
natieve frequenties uitgeschakeld.
Ga voor het in-/uitschakelen van de functie
als volgt te werk:
❍druk op de toets MENU en selecteer de
optie „AF Switching On”;
❍druk op de toets /om de functie
in of uit te schakelen.
AUTORADIO
262
Functie
TRAFFIC INFORMATION
(verkeersinformatie)
Enkele stations op de FM-golfband (FM1,
FM2 en FMA) zenden ook verkeersinforma-
tie uit. In dat geval verschijnt op het dis-
play het opschrift „TA”.
Ga voor het in-/uitschakelen van de TA-func-
tie als volgt te werk:
❍druk kort op de toets MENU en selecteer
de optie „Traffic info”;
❍druk op de toets /om de functie
in of uit te schakelen.
Als de TA-functie is ingeschakeld, wordt op
het display het opschrift „TA” verlicht.
BELANGRIJK Als de TA-functie is ingescha-
keld, terwijl er een andere audiobron dan
Tuner (Radio) is geselecteerd (CD, MP3, Te-
lefoon of Mute/Pause), dan kan de radio
een automatische zoekprocedure starten,
waardoor er een ander station dan waarop
eerder was afgestemd, wordt weergegeven
als de Tuner (Radio) wordt geselecteerd.Met de TA-functie is het mogelijk:
❍RDS-stations te zoeken op de FM-golf-
band, die verkeersinformatie uitzenden;
❍verkeersinformatie te ontvangen ook als
de CD-speler is ingeschakeld;
❍verkeersinformatie te ontvangen op een
vooraf ingesteld minimum geluidsni-
veau, ook als het volume van de auto-
radio op nul staat.
BELANGRIJK In enkele landen bestaan radi-
ostations die bij ingeschakelde TP-functie (op
het display verschijnt het opschrift „TP”)
geen verkeersinformatie uitzenden.
Als de radio is afgestemd op de AM-golfband
en de TA-functie wordt geactiveerd, dan wordt
overgeschakeld naar de FM1-golfband en af-
gestemd op het laatst beluisterde station. Het geluidsniveau van de verkeersinforma-
tie is afhankelijk van het ingestelde volume:
❍ingestelde volume lager dan de waar-
de 5: geluidsniveau van de verkeersin-
formatie gelijk aan 5 (vaste waarde);
❍ingestelde volume hoger dan de waar-
de 5: geluidsniveau van de verkeersin-
formatie gelijk aan het ingestelde vo-
lume +1.
Als het volume tijdens een verkeersbericht
wordt gewijzigd, wordt de waarde niet op
het display weergegeven en wordt de nieu-
we waarde alleen aangehouden voor het
verkeersbericht dat wordt uitgezonden.
Als verkeersinformatie wordt ontvangen,
dan verschijnt op het display het opschrift
„TRAFFIC INFORMATION”.
De TA-functie wordt onderbroken als een
willekeurige toets van de autoradio wordt
ingedrukt.
AUTORADIO
263
Functie REGIONAL MODE
(ontvangst van regionale
uitzendingen)
Enkele nationale stations zenden, op bepaal-
de uren van de dag, regionale programma’s
uit die per gebied verschillen. Met deze func-
tie wordt automatisch alleen op lokale (re-
gionale) stations afgestemd (zie paragraaf
„Functie EON”).
Als u wilt dat de autoradio automatisch af-
stemt op regionale stations binnen het ge-
kozen netwerk, dan moet u deze functie in-
schakelen.
De functie kan worden in-/uitgeschakeld
met toets
of.Op het display verschijnt de huidige status
van de functie:
❍„Regional On”: functie ingeschakeld;
❍„Regional Off”: functie uitgeschakeld.
Als de functie is uitgeschakeld en u hebt af-
gestemd op een regionaal station dat in een
bepaald gebied uitzendt, dan zult u als u
in een ander gebied komt, het regionale sta-
tion van dat nieuwe gebied ontvangen.
BELANGRIJK Als de functies AF en REG ge-
lijktijdig zijn ingeschakeld en u reist in een
overgangsgebied tussen twee regio’s, dan
kan de radio mogelijk niet correct op een
juiste alternatieve frequentie overschakelen.
FUNCTIE MP3 DISPLAY
(weergave van de gegevens
van de MP3-CD)
Met deze functie kunt u kiezen welke infor-
matie op het display wordt weergegeven als
u naar een MP3-CD luistert.
Deze functie kan alleen worden gekozen
als er een MP3-CD is geladen: in dat geval
verschijnt op het display het opschrift „MP3
Display”.
De functie kan worden gewijzigd met de
toets
of.
De beschikbare instellingen zijn:
❍„Title” (titel van muziekstuk, mits met
ID3-TAG);
❍„Author” (auteur van muziekstuk, mits
met ID3-TAG);
❍„Album” (albumnaam, mits met ID3-
TAG);
❍„Folder” name (naam die aan de map
is toegekend);
❍„File” name (naam die aan het MP3-
bestand is toegekend).
AUTORADIO
264
Functie SPEED VOLUME
(snelheidsafhankelijke
volumeregeling)
(behalve uitvoeringen
met Bose HI-FI-systeem)
Met de functie wordt automatisch het volu-
me verhoogd als de snelheid toeneemt,
waardoor het volumeniveau wordt aange-
past aan het achtergrondgeluid in het interi-
eur. De functie kan worden in-/uitgeschakeld
met toets
/. Op het display verschijnt
het opschrift „Speed volume” gevolgd door
de huidige stand van de functie:
❍Off: functie uitgeschakeld.
❍Low: functie ingeschakeld
(lage ontvangstgevoeligheid).
❍High: functie ingeschakeld
(hoge ontvangstgevoeligheid).
Functie RADIO ON VOLUME
(begrenzer voor maximum
radiovolume in-/uitschakelen)
Deze functie schakelt de begrenzer voor het
maximum volume tijdens het inschakelen
van de autoradio in of uit.
Op het display verschijnt de stand van de
functie:
❍„Radio on vol – Limit on”: bij het in-
schakelen van de autoradio zal het vo-
lume zijn:
– als de volume-instelling op de maxi-
mum begrensde waarde of hoger
staat, dan zal de radio inschakelen op
het maximum volume;
– als de volume-instelling tussen het mi-
nimum en het maximum ligt, dan
schakelt de radio in op de volume-in-
stelling die was gekozen voor het uit-
zetten;
– als de volume-instelling op de mini-
mum begrensde waarde of lager
staat, dan zal de radio inschakelen op
het minimum volume;
❍„Radio on vol – Limit off”: de radio
schakelt in op de volume-instelling die
was gekozen voor het uitzetten. Het vo-
lume kan tussen 0 en 40 worden inge-
steld.
De instelling kan worden gewijzigd met toets
/.OPMERKINGEN
❍In het MENU kan uitsluitend de in-/uit-
schakeling worden geregeld en niet het
minimum of maximum volume.
❍Als tijdens het inschakelen van de au-
toradio de functie „TA”, „TEL” of een
externe audiobron is geselecteerd, dan
wordt de volume-instelling van de be-
treffende audiobron ingesteld. Als de ex-
terne audiobron wordt uitgeschakeld,
dan kan het volume tussen het mini-
mum en maximum worden geregeld.
❍Als de accu onvoldoende geladen is, dan
kan het volume niet tussen het mini-
mum en maximum worden geregeld.
AUTORADIO
265