Page 97 of 106

VERZORGING EN STALLING VAN DE MOTORFIETS
7-4
7
DAU26181
Stalling Korte termijn
Stal uw motorfiets steeds op een koele en
droge plek en bescherm indien nodig tegen
stof met een luchtdoorlatende stallinghoes.LET OP
DCA10810
Als de motorfiets wordt gestald in
een slecht geventileerde ruimte of
in vochtige toestand wordt afgedekt
met een hoes of een dekzeil, zal wa-
ter en vocht kunnen binnendringen
en roestvorming veroorzaken.
Voorkom corrosie door de machine
niet te stallen in een vochtige kel-
der, een stal (i.v.m. de aanwezig-
heid van ammoniakdamp) en in een
opslagruimte voor sterke chemica-
liën.
Lange termijn
Alvorens uw motorfiets gedurende meerde-
re maanden aaneen te stallen:
1. Volg alle instructies op in de paragraaf
“Verzorging” in dit hoofdstuk.2. Vul de brandstoftank en voeg een sta-
bilisatoradditief (indien verkrijgbaar)
toe om roestvorming in de tank en ach-
teruitgang van de brandstof te voorko-
men.
3. Voer de volgende stappen uit om de
cilinders, de zuigerveren etc. te be-
schermen tegen corrosie.
a. Verwijder de bougiedoppen en de
bougies.
b. Giet een theelepel motorolie in elk
bougiegat.
c. Breng de bougiedoppen aan op de
bougies en leg dan de bougies zo-
danig op de cilinderkop dat de
elektroden aan massa liggen. (Dit
voorkomt vonken tijdens de vol-
gende stap.)
d. Laat de motor een paar keer rond-
draaien op de startmotor. (De cilin-
derwanden worden zo geolied.)
WAARSCHUWING! Verbind de
bougie-elektrodes met de mas-
sa bij het ronddraaien van de
motor om schade of letsel door
vonkvorming te voorkomen.
[DWA10951]
e. Haal de bougiedoppen los van de
bougies en breng dan de bougies
en de bougiedoppen weer aan.4. Smeer alle bedieningskabels en
scharnierpunten van alle hendels en
pedalen en van de zijstandaard/mid-
denbok.
5. Controleer de bandenspanning, corri-
geer deze indien nodig en breng dan
de motorfiets omhoog, zodat beide
wielen los van de grond zijn. Een an-
dere mogelijkheid is de wielen elke
maand iets te draaien, zodat de ban-
den niet op één gedeelte sterker ach-
teruitgaan.
6. Dek de uitlaatdemper af met een plas-
tic zak om te voorkomen dat vocht kan
binnendringen.
7. Verwijder de accu en laad deze volle-
dig bij. Berg de accu op een koele en
droge plek op en laad deze eens per
maand bij. Berg de accu niet op een
overmatig koude of warme plek op
[onder 0 °C (30 °F) of boven 30 °C (90
°F)]. Zie pagina 6-31 voor meer infor-
matie over het opbergen van de accu.
OPMERKINGVoer eventueel benodigde reparaties uit
voordat u uw motorfiets stalt.
U13SD2D0.book Page 4 Wednesday, August 5, 2009 2:09 PM
Page 98 of 106

SPECIFICATIES
8-1
8
Afmetingen:Totale lengte:
2040 mm (80.3 in)
Totale breedte:
705 mm (27.8 in)
Totale hoogte:
1100 mm (43.3 in)
Zadelhoogte:
850 mm (33.5 in)
Wielbasis:
1380 mm (54.3 in)
Grondspeling:
130 mm (5.12 in)
Kleinste draaicirkel:
3600 mm (141.7 in)Gewicht:Incl. olie en brandstof:
189.0 kg (417 lb)Motor:Type motor:
Vloeistofgekoeld, 4-takt, DOHC
Cilinderopstelling:
4-cilinder, parallel vooroverhellend
Slagvolume:
599 cm³
Boring × slag:
67.0 × 42.5 mm (2.64 × 1.67 in)
Compressieverhouding:
13.10 :1
Startsysteem:
Elektrische startmotor
Smeersysteem:
Wet sump
Motorolie:Aanbevolen merk:
YAMALUBE
Type:
SAE 10W-40, 10W-50, 15W-40, 20W-40 of
20W-50
Aanbevolen kwaliteit motorolie:
Type API service SG of hoger, JASO MA
norm
Hoeveelheid motorolie:
Zonder vervanging van oliefilterpatroon:
2.40 L (2.54 US qt, 2.11 Imp.qt)
Met vervanging van oliefilterpatroon:
2.60 L (2.75 US qt, 2.29 Imp.qt)Koelsysteem:Inhoud koelvloeistofreservoir (tot aan de
merkstreep voor maximumniveau):
0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
Inhoud radiator (inclusief alle leidingen):
2.30 L (2.43 US qt, 2.02 Imp.qt)Luchtfilter:Luchtfilterelement:
Papieren element met oliecoating
Brandstof:Aanbevolen brandstof:
Uitsluitend loodvrije superbenzine
Inhoud brandstoftank:
17.3 L (4.57 US gal, 3.81 Imp.gal)
Hoeveelheid reservebrandstof:
3.5 L (0.92 US gal, 0.77 Imp.gal)Brandstofinjectie:Gasklephuis:
Het teken van identificatie:
13S1 00Bougie(s):Fabrikant/model:
NGK/CR10EK
Elektrodenafstand:
0.6–0.7 mm (0.024–0.028 in)Koppeling:Type koppeling:
Nat, meervoudige plaatVersnellingsbak:Primair reductiesysteem:
Recht tandwiel
Primaire reductieverhouding:
85/41 (2.073)
Secundair reductiesysteem:
Kettingaandrijving
Secundaire reductieverhouding:
45/16 (2.813)
Type versnellingbak:
Constant mesh, 6 versnellingen
Bediening:
Bediening met linkervoet
–20–10 0
1020 30 40 50 ˚C 10 30 50 70 90 110 0 130 ˚F
SAE 20W-50SAE 20W-40SAE 15W-40SAE 10W-40SAE 10W-50
U13SD2D0.book Page 1 Wednesday, August 5, 2009 2:09 PM
Page 99 of 106

SPECIFICATIES
8-2
8
Overbrengingsverhoudingen:
1e:
31/12 (2.583)
2e:
32/16 (2.000)
3e:
30/18 (1.667)
4e:
26/18 (1.444)
5e:
27/21 (1.286)
6e:
23/20 (1.150)Chassis:Type frame:
Diamantframe
Spoorhoek:
24.00 graad
Naspoor:
97.0 mm (3.82 in)Voorband:Type:
Tubeless
Maat:
120/70 ZR17M/C (58W)
Fabrikant/model:
BRIDGESTONE/BT016F F
Fabrikant/model:
DUNLOP/Qualifier PT MAchterband:Type:
Tubeless
Maat:
180/55 ZR17M/C (73W)Fabrikant/model:
BRIDGESTONE/BT016R F
Fabrikant/model:
DUNLOP/Qualifier PT M
Belading:Maximale belasting:
186 kg (410 lb)
(Totaal gewicht van bestuurder, passagier,
bagage en accessoires)Bandenspanning (gemeten aan koude
banden):Gewichtsverdeling:
0–90 kg (0–198 lb)
Voor:
250 kPa (2.50 kgf/cm², 36 psi)
Achter:
290 kPa (2.90 kgf/cm², 42 psi)
Gewichtsverdeling:
90–186 kg (198–410 lb)
Voor:
250 kPa (2.50 kgf/cm², 36 psi)
Achter:
290 kPa (2.90 kgf/cm², 42 psi)
Rijden met hoge snelheid:
Voor:
250 kPa (2.50 kgf/cm², 36 psi)
Achter:
290 kPa (2.90 kgf/cm², 42 psi)Voorwiel:Type wiel:
Gietwiel
Velgmaat:
17M/C x MT3.50
Achterwiel:Type wiel:
Gietwiel
Velgmaat:
17M/C x MT5.50Voorrem:Type:
Dubbele schijfrem
Bediening:
Bediening met rechterhand
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4Achterrem:Type:
Enkele schijfrem
Bediening:
Bediening met rechtervoet
Aanbevolen remvloeistof:
DOT 4Voorwielophanging:Type:
Telescoopvork
Veer/schokdempertype:
Schroefveer/oliedemper
Veerweg:
115.0 mm (4.53 in)Achterwielophanging:Type:
Achterbrug (link-ophanging)
Veer/schokdempertype:
Schroefveer/gas-oliedemper
Veerweg:
120.0 mm (4.72 in)
U13SD2D0.book Page 2 Wednesday, August 5, 2009 2:09 PM
Page 100 of 106

SPECIFICATIES
8-3
8
Elektrische installatie:Ontstekingssysteem:
Transistorontsteking (digitaal)
Laadsysteem:
Wisselstroomdynamo met permanente
magnetenAccu:Model:
YTZ10S
Voltage, capaciteit:
12 V, 8.6 AhKoplamp:Type gloeilamp:
HalogeenlampGloeilampen voltage, wattage × aantal:Koplamp:
12 V, 55 W × 2
Achterlicht/remlicht unit:
LED
Voorste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Achterste richtingaanwijzer:
12 V, 10.0 W × 2
Parkeerlicht:
LED
Kentekenverlichting:
12 V, 5.0 W × 1
Instrumentenverlichting:
LED
Controlelampje vrijstand:
LED
Controlelampje grootlicht:
LEDWaarschuwingslampje olieniveau:
LED
Controlelampje richtingaanwijzers:
LED
Controlelampje brandstofniveau:
LED
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur:
LED
Waarschuwingslampje motorstoring:
LED
Controlelampje startblokkering:
LED
Controlelampje schakelmoment:
LED
Zekeringen:Hoofdzekering:
50.0 A
Koplampzekering:
15.0 A
Zekering achterlichtcircuit:
7.5 A
Zekering signaleringssysteem:
10.0 A
Zekering ontstekingssysteem:
15.0 A
Zekering radiatorkoelvin:
15.0 A × 2
Zekering brandstofinjectiesysteem:
15.0 A
Backup-zekering:
7.5 A
Zekering elektronische smoorklep:
7.5 A
U13SD2D0.book Page 3 Wednesday, August 5, 2009 2:09 PM
Page 101 of 106

GEBRUIKERSINFORMATIE
9-1
9
DAU48610
Identificatienummers Noteer het voertuigidentificatienummer en
de gegevens op de modelinformatiesticker
in onderstaande ruimtes. Deze gegevens
heeft u nodig om reserveonderdelen bij een
Yamaha dealer te bestellen of wanneer uw
voertuig is gestolen.
VOERTUIGIDENTIFICATIENUMMER:
MODELINFORMATIESTICKER:
DAU26400
Voertuigidentificatienummer
Het voertuigidentificatienummer is ingesla-
gen op de balhoofdbuis. Noteer dit nummer
in het daartoe bestemde vakje.OPMERKINGHet voertuigidentificatienummer is bedoeld
voor identificatie van uw motorfiets en kan
worden gebruikt om uw motor in uw land
aan te melden voor kentekenregistratie.
DAU26520
Modelinformatiesticker
De modelinformatiesticker is onder het duo-
zadel bevestigd aan het frame. (Zie pagina
3-19.) Noteer de informatie op deze sticker
in het daartoe bestemde vakje. Deze infor-
matie is nodig om reserve-onderdelen te
bestellen bij een Yamaha dealer.
1. Voertuigidentificatienummer
1. Modelinformatiesticker
U13SD2D0.book Page 1 Wednesday, August 5, 2009 2:09 PM
Page 102 of 106

INDEXAAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-27
Accu ...................................................... 6-31
Achterbrugscharnierpunten, smeren..... 6-30
Achterlicht/remlichtunit .......................... 6-35
Achteruitkijkspiegels ............................. 3-21
Antidiefstal-alarmsysteem (optie).......... 3-13BBagageriembevestiging ........................ 3-26
Banden.................................................. 6-20
Bougies, controleren ............................. 6-12
Brandstof............................................... 3-17
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig ... 5-3CClaxonschakelaar ................................. 3-14
Contactslot/stuurslot ............................... 3-2
Controle- en waarschuwingslampjes ...... 3-3
Controlelampje grootlicht ........................ 3-4
Controlelampje schakelmoment.............. 3-7
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-4
Controlelampje startblokkeersysteem ..... 3-7DDimlichtschakelaar ................................ 3-14EEXUP-systeem...................................... 3-27GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren................................................ 6-28
Gereedschapsset .................................... 6-1
Gloeilamp kentekenverlichting,
vervangen ........................................... 6-36
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ........................................... 6-35
HHelmborgkabel ..................................... 3-20IIdentificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-3KKabels, controleren en smeren............. 6-27
Klepspeling ........................................... 6-19
Koelvloeistof ......................................... 6-16
Koplampgloeilamp, vervangen ............. 6-34
Koppelingshendel ................................. 3-15
Koppelingshendel, vrije slag
afstellen .............................................. 6-22LLichtsignaalschakelaar ......................... 3-14
Luchtfilterelement ................................. 6-18MMatkleur, let op ....................................... 7-1
Modelinformatiesticker............................ 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ................ 6-13
Multifunctionele meter ............................ 3-8NNoodstopschakelaar ............................. 3-14OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem ...... 6-2
Ondersteunen van de motorfiets .......... 6-37PParkeerlicht........................................... 6-37
Parkeren ................................................. 5-4
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................. 6-41RRem- en koppelingshendels,
controleren en smeren ....................... 6-29Rem- en schakelpedalen, controleren
en smeren ........................................... 6-28
Remhendel ............................................ 3-15
Remlichtschakelaars ............................. 6-23
Rempedaal ............................................ 3-16
Remvloeistofniveau, controleren ........... 6-24
Remvloeistof, verversen........................ 6-25
Richtingaanwijzerschakelaar................. 3-14
SSchakelaar alarmverlichting .................. 3-14
Schakelen ............................................... 5-2
Schakelpedaal....................................... 3-15
Schokdemperunit, afstellen ................... 3-24
Smering en onderhoud, periodiek ........... 6-4
Spanning aandrijfketting........................ 6-25
Specificaties ............................................ 8-1
Stalling .................................................... 7-4
Startblokkeersysteem.............................. 3-1
Starten van de motor............................... 5-1
Startknop ............................................... 3-14
Startspersysteem .................................. 3-28
Stationair toerental, controleren ............ 6-19
Storingzoekschema’s ............................ 6-42
Stroomlijn- en framepanelen,
verwijderen en aanbrengen .................. 6-8
Stuurschakelaars .................................. 3-14
Stuursysteem, controleren .................... 6-31TTankbeluchtingsslang/overloopslang .... 3-18
Tankdop ................................................ 3-16UUitlaatkatalysatoren............................... 3-18VVeiligheidsinformatie ............................... 1-1
U13SD2D0.book Page 1 Wednesday, August 5, 2009 2:09 PM
Page 103 of 106

INDEX
Verzorging .............................................. 7-1
Voertuigidentificatienummer ................... 9-1
Voor- en achterremblokken
controleren ......................................... 6-23
Voorvork, afstellen ................................ 3-21
Voorvork, controleren ........................... 6-30
Vrije slag gaskabel, controleren ........... 6-19
Vrijstandcontrolelampje .......................... 3-4WWaarschuwingslampje
brandstofniveau .................................... 3-4
Waarschuwingslampje
koelvloeistoftemperatuur ...................... 3-4
Waarschuwingslampje motorstoring....... 3-7
Waarschuwingslampje olieniveau .......... 3-4
Wiel (achter) ......................................... 6-39
Wielen................................................... 6-22
Wiellagers controleren .......................... 6-31
Wiel (voor) ............................................ 6-37ZZadels ................................................... 3-19
Zekeringen, vervangen ......................... 6-33
Zijstandaard .......................................... 3-27
Zijstandaard, controleren en smeren .... 6-29
U13SD2D0.book Page 2 Wednesday, August 5, 2009 2:09 PM
Page 104 of 106
A5-yoko_Blank.fm Page 1 Tuesday, April 8, 2003 11:43 AM