MET DE BOORDKRIK
Zie de paragraaf “Wiel verwisselen” in
dit hoofdstuk.
OMHOOG ZETTEN
VAN DE AUTO
MET EEN HEFBRUG OF DE
WERKPLAATSKRIK
Zet de auto niet aan de voorzijde om-
hoog, maar alleen aan de zijkant; maak
hierbij gebruik van de uiteinden van de
armen of de werkplaatskrik en plaats
deze zoals in afbeelding fig. 63is aan-
gegeven. Wendt u voor het omhoog
plaatsen van de auto altijd tot het Alfa
Romeo Servicenetwerk.A0E0195mfig. 63
220
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN EN
RIJDEN
181-222 Alfa 159 NL:181-222 Alfa 159 1ed 31-03-2009 10:34 Pagina 220
224
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
GEPROGRAMMEERD
ONDERHOUD
Juist onderhoud is een belangrijke fac-
tor voor een lange levensduur, de beste
prestaties en een zo zuinig mogelijk ge-
bruik van de auto.
Voor deze Alfa Romeo is een aantal con-
troles en onderhoudswerkzaamheden
vastgesteld die elke 35.000 km (of
21.000 mijl) moeten worden uitgevoerd.
WAARSCHUWING Het werkelijke
vervangingsinterval van de motorolie en
het oliefilter is afhankelijk van de ge-
bruiksomstandigheden van de auto en
wordt aangegeven met een brandend
waarschuwingslampje of een melding op
het instrumentenpaneel (waar voorzien).
WAARSCHUWING 2000 km voor
de volgende onderhoudsbeurt verschijnt
een bericht op het display. Onthoud echter dat het geprogrammeerd
onderhoud niet volledig toereikend is om
de auto in optimale staat te houden: zo-
wel in de beginperiode voor de service-
beurt bij 35.000 kilometer (of 21.000
mijl) als daarna, tussen twee service-
beurten in, moet regelmatig wat aan-
dacht aan de auto worden geschonken.
Controleer bijvoorbeeld regelmatig de
bandenspanning en de vloeistofniveaus
en vul deze laatste zo nodig bij.
BELANGRIJKDe servicebeurten van
het geprogrammeerd onderhoud zijn door
de fabrikant voorgeschreven. Het niet uit-
voeren van deze servicebeurten kan het
vervallen van de garantie tot gevolg heb-
ben.
De werkzaamheden van het gepro-
grammeerd onderhoud kunnen door het
Alfa Romeo Servicenetwerk tegen vaste
tarieftijden worden uitgevoerd.
Reparaties, die niet tot de normale on-
derhoudsbeurt behoren en tijdens het uit-
voeren van de onderhoudsbeurt nodig blij-
ken te zijn, worden uitsluitend na toe-
stemming van de klant uitgevoerd.WAARSCHUWINGHet verdient aan-
beveling eventuele kleine defecten on-
middellijk door het Alfa Romeo Service-
netwerk te laten verhelpen en daarmee
niet te wachten tot de volgende service-
beurt.
Als de auto vaak wordt gebruikt voor het
trekken van aanhangers, moeten er kor-
tere intervallen worden aangehouden
voor de werkzaamheden van het gepro-
grammeerd onderhoud.
223-248 Alfa 159 NL:223-248 Alfa 159 1ed 31-03-2009 11:23 Pagina 224
233
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Motorolieverbruik
Als richtlijn geldt een maximaal
motorolieverbruik van ongeveer 400
gram per 1000 km.
De motor van een nieuwe auto moet
nog worden ingereden. Dit betekent dat
het motorolieverbruik pas na de eerste
5000 ÷ 6000 km stabiliseert.
WAARSCHUWINGHet olieverbruik
is afhankelijk van de rijstijl en de be-
drijfsomstandigheden waaronder de au-
to wordt gebruikt.
WAARSCHUWINGVul niet bij met
olie met andere specificaties dan de olie
die al aanwezig is. Motorolie bijvullen
Als het olieniveau dicht bij of onder het
MIN-merkteken staat, moet via de olie-
vulopeningBmotorolie tot aan het
MAX-merkteken worden bijgevuld. Het
olieniveau mag nooit het MAX-merk-
teken overschrijden.
WAARSCHUWING Als het olie-
niveau tijdens een controle boven het
MAX-merkteken blijkt te staan, wendt
u dan tot het Alfa Romeo Servicenet-
werk om het niveau te laten herstellen.
BELANGRIJKNa het bijvullen of het
verversen van de olie, moet u de mo-
tor enige seconden laten draaien, ver-
volgens de motor uitzetten en na eni-
ge minuten het olieniveau controleren.
Wees bij het uitvoeren
van werkzaamheden in
de motorruimte extra voor-
zichtig als de motor nog warm
is: gevaar voor verbranding.
Onthoud dat bij een warme
motor de elektroventilateur
onverwacht kan inschakelen:
kans op verwonding. Pas op
als u sjaals, dassen of loszit-
tende kledingstukken draagt:
deze kunnen door de bewe-
gende onderdelen worden ge-
grepen.
OPGELET
Afgetapte motorolie en
gebruikte oliefilters be-
vatten stoffen die
schadelijk zijn voor het milieu.
Wendt u voor het verversen
van de motorolie en het ver-
vangen van de filters tot het Al-
fa Romeo Servicenetwerk.
223-248 Alfa 159 NL:223-248 Alfa 159 1ed 31-03-2009 11:23 Pagina 233
234
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDENMOTORKOELVLOEISTOF
fig. 13
Als het niveau te laag is, vul dan lang-
zaam, via de opening Avan het reser-
voir bij met een mengsel van 50% wa-
ter en PARAFLU UPvloeistof.
Een mengsel van 50 % PARAFLU UP
en 50 % water beschermt tot een tem-
peratuur van –35°C.
Onder extreem koude klimatologische
omstandigheden raden wij een mengsel
aan van 60% PARAFLU UPen 40%
gedemineraliseerd water.
A0E0017mfig. 13
Het motorkoelsysteem
gebruikt PARAFLU UP-
koelvloeistof, dat moet
worden gebruikt voor het even-
tueel bijvullen; meng beslist niet
met een andere vloeistof. Als er
toch gemengd wordt met een
andere vloeistof, start de mo-
tor dan niet en wendt u tot het
Alfa Romeo Servicenetwerk.
Draai bij een zeer war-
me motor de dop van
het expansiereservoir nooit
los: gevaar voor verbranding.
OPGELET
Het koelsysteem staat
onder druk. Vervang
de dop indien nodig alleen door
een exemplaar van hetzelfde
type, anders kan de werking
van het systeem in gevaar
worden gebracht.
OPGELET
RUITEN-/
KOPLAMPSPROEIERVLOEISTOF
fig. 14
Verwijder, om vloeistof bij te kunnen vul-
len, de dop Aen vul bij met een meng-
sel van water en TUTELA PROFES-
SIONAL SC 35in de volgende ver-
houding:
❒30%TUTELA PROFESSIONAL
SC 35en 70% water in de zomer;
❒50%TUTELA PROFESSIONAL
SC 35 en 50% water in de winter.
Gebruik bij temperaturen lager dan
–20°CTUTELA PROFESSIONAL
SC 35puur.
A0E0029mfig. 14
223-248 Alfa 159 NL:223-248 Alfa 159 1ed 31-03-2009 11:23 Pagina 234
235
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
DATI TECNICI
INDICE
ALFABETICO
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
Rijd niet met een leeg
ruitensproeierreservoir:
de ruitensproeiers zijn van
fundamenteel belang voor een
optimaal zicht.
OPGELET
Enkele in de handel
verkrijgbare ruiten-
sproeiervloeistoffen zijn licht
ontvlambaar. In de motor-
ruimte bevinden zich warme
onderdelen die bij contact de
vloeistof kunnen doen ont-
branden.
OPGELET
STUURBEKRACHTIGINGSOLIE
fig. 15-16
Controleer of het olieniveau maximaal
is: hiervoor moet de auto op een vlak-
ke ondergrond staan en moet de mo-
tor niet draaien en koud zijn.
Controleer of het peil op het MAX-
merkteken op het reservoir of bij het bo-
venste merkteken (maximaal peil) op
de peilstok onder de dop van het reser-
voir staat.
A0E0027mfig. 15 uitvoeringen 1.8 140 pk -
1750 TURBO BENZINE -
2.2 JTS Selespeed - 2.4 JTD
M
A0E0234mfig. 16 uitvoeringen 3.2 JTS -
1.9 JTD
M8V- 1.9 JTDM16V- 2.0 JTDM
Als het vloeistofpeil in het reservoir la-
ger dan het voorgeschreven peil is, moet
de vloeistof als volgt worden bijgevuld:
❒start de motor en wacht tot het vloei-
stofniveau in het reservoir is gesta-
biliseerd;
❒draai bij draaiende motor het stuur
een aantal malen geheel naar rechts
en naar links;
❒vul bij totdat het vloeistofniveau op
hetMAX-merkteken staat en draai
de dop vast.
Voorkom dat de stuur-
bekrachtigingsolie in
contact komt met de warme
delen van de motor: de olie is
licht ontvlambaar.
OPGELET
WAARSCHUWINGWendt u voor de-
ze werkzaamheden altijd tot het Alfa Ro-
meo Servicenetwerk.
223-248 Alfa 159 NL:223-248 Alfa 159 1ed 31-03-2009 11:23 Pagina 235
236
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDENREMVLOEISTOF fig. 17
Controleer of het remvloeistofniveau nog
op het maximum niveau staat. Als vloei-
stof moet worden bijgevuld, dan raden
wij u aan de remvloeistof te gebruiken
die staat vermeld in de tabel “Vloei-
stoffen en smeermiddelen” (zie het
hoofdstuk “Technische gegevens”).
OPMERKINGMaak de dop van het
reservoir Aen het omringende opper-
vlak zorgvuldig schoon. Wees bij het
openen van de dop bijzonder voorzich-
tig zodat er geen vuil in het reservoir
komt. Gebruik voor het bijvullen altijd
een trechter met een ingebouwde fil-
terzeef van maximaal 0,12 mm.
A0E0016mfig. 17
WAARSCHUWINGWendt u voor
deze werkzaamheden altijd tot het Alfa
Romeo Servicenetwerk.
Periodieke controle van de werking van
het lampje
xop het instrumentenpa-
neel: als op dop A(met sleutel in het
startsysteem) wordt gedrukt, moet het
lampje gaan branden.
WAARSCHUWINGDe remvloeistof
is hygroscopisch (trekt water aan). Daar-
om verdient het aanbeveling, als de au-
to overwegend wordt gebruikt in ge-
bieden met een hoge luchtvochtigheid,
de vloeistof vaker te vervangen dan in
het “Geprogrammeerd onderhouds-
schema” staat aangegeven.
Voorkom dat de zeer cor-
rosieve remvloeistof in
contact komt met de lak.
Als dit toch gebeurt, spoel dan
onmiddellijk met water.
De remvloeistof is gif-
tig en zeer corrosief.
Als per ongeluk remvloeistof
wordt gemorst, moeten de be-
treffende delen onmiddellijk
worden gewassen met water
en neutrale zeep en daarna
met veel water worden afge-
spoeld. Roep bij inslikken on-
middellijk de hulp in van een
arts.
OPGELET
Het symbool πop het
reservoir geeft aan dat
het een synthetische rem-
vloeistof bevat (en geen mi-
nerale remvloeistof). Het ge-
bruik van minerale vloeistof-
fen moet absoluut worden
vermeden, omdat de rubbers
in het remsysteem door deze
vloeistoffen worden bescha-
digd.
OPGELET
223-248 Alfa 159 NL:223-248 Alfa 159 1ed 31-03-2009 11:23 Pagina 236
237
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
DATI TECNICI
INDICE
ALFABETICO
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
LUCHTFILTER/
POLLENFILTER
Laat het luchtfilter of het pollenfilter ver-
vangen door het Alfa Romeo Service-
netwerk.
ACCU
Er hoeft geen elektrolyt met gedistilleerd
water aan de accu te worden toege-
voegd. Het is altijd nodig een periodie-
ke controle uit te laten voeren door het
Alfa Romeo Servicenetwerk, zodat de-
ze de werking van het elektrolyt kan
controleren.
BELANGRIJKWij raden u aan de ac-
culading ieder jaar, bij voorkeur voor het
begin van de winter, te controleren om
de mogelijkheid van bevriezing van het
elektrolyt te voorkomen. Voer deze con-
trole vaker uit als de auto overwegend
voor korte trajecten wordt gebruikt, of
als accessoires zijn gemonteerd die per-
manent, ook bij uitgeschakeld contact,
stroom verbruiken. Dit geldt in het bij-
zonder voor achteraf aangebrachte ac-
cessoires.
De vloeistof in de accu
is giftig en corrosief.
Voorkom contact met de huid
en de ogen. Houd open vuur en
vonkvormende apparaten ver-
wijderd van de accu: brand- en
ontploffingsgevaar.
OPGELET
Als de accu wordt los-
gekoppeld/aangesloten,
moet u ten minste 3 mi-
nuten wachten voordat u de
elektronische sleutel in het
startsysteem steekt, zodat de
klimaatregeleenheid de elektri-
sche actuatoren voor de tempe-
ratuurregeling en de luchtver-
deling in de beginstand kan zet-
ten.
Als de accu werkt met
een zeer laag vloei-
stofniveau, ontstaat onher-
stelbare schade aan de accu en
kan de accu openbarsten.
OPGELET
223-248 Alfa 159 NL:223-248 Alfa 159 1ed 31-03-2009 11:23 Pagina 237
238
VEILIGHEID
LAMPJES EN
BERICHTEN
IN
NOODGEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
STARTEN
EN RIJDEN
ACCU VERVANGEN
Als de accu vervangen wordt, moet een
originele accu met dezelfde specificaties
worden geïnstalleerd.
Als de accu vervangen wordt door een
accu met andere specificaties, vervallen
de onderhoudsintervallen die in het “Ge-
programmeerd Onderhoudsschema”
staan aangegeven.
Voor het onderhoud van de accu dient u
zich strikt te houden aan de aanwijzin-
gen van de fabrikant van de accu.
Onoordeelkundige mon-
tage van elektrische en
elektronische apparatuur
kan ernstige schade toebrengen
aan de auto. Als u na aankoop
van de auto accessoires (diefsta-
lalarm, telefoon enz.) wilt in-
stalleren, wendt u dan tot het Al-
fa Romeo Servicenetwerk, dat u
kan informeren over de geschik-
te systemen en u vooral advies
kan geven over de noodzaak om
een accu met een grotere capa-
citeit toe te passen.
Als u de auto langere
tijd stalt in extreem
koude omstandigheden moet,
om bevriezing te voorkomen,
de accu worden verwijderd en
op een verwarmde plaats
worden bewaard.
OPGELET
Bij werkzaamheden
aan de accu of in de
buurt van de accu, moet u uw
ogen altijd beschermen met
een speciale bril.
OPGELET
Accu’s bevatten zeer
schadelijke stoffen voor
het milieu. Het verdient
aanbeveling een defecte accu
door het Alfa Romeo Service-
netwerk te laten vervangen,
omdat dit beschikt over de uit-
rusting voor het op milieuvrien-
delijke wijze en conform de
wettelijke bepalingen, verwer-
ken van defecte accu’s.
223-248 Alfa 159 NL:223-248 Alfa 159 1ed 31-03-2009 11:23 Pagina 238