Page 123 of 245

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
111BEHANDELING VAN DE CD'S
!WAARSCHUWING:
Gebruik geen mobiele telefoon tijdens het besturen van de auto. Hierdoor kan de controle over hetstuur worden verloren, waardoor een ongeluk kan worden veroorzaakt met de dood, ernstigeverwondingen of beschadigingen als gevolg. Stop op een veilige plaats voordat van de mobiele telefoongebruik wordt gemaakt. B850A01F-AXT Juiste behandeling
Behandel de CD zoals aangegeven. Laat de CD niet vallen. Houd de CD zodanig vast dat geen vingerafdrukken op het oppervlak komen. Als de CDbekrast is kan de CD overslaan bij het afspelen. Plak geen stickers, papier of plakband op de CD. Schrijf niet op deCD. Beschadigde CD Speel geen beschadigde, vervormde of gebroken CD's af. Hierdoor kan ernstige beschadiging van hetafspeelmechanisme optreden. Opslaan Berg de CD's, als ze niet gebruikt worden, op in hun originele doosjes enleg ze op een koele, stofvrije plaats uit de zon. Pak de CD niet met de hand vast terwijlde lade in het apparaat wordt getrokken. Trek de speler niet uit het dashboardvlak nadat een CD is aangebracht of de uitwerptoets is ingedrukt. Als de speler wordt verwijder voordat eenhandeling volledig is uitgevoerd kan de CD beschadigd raken. Probeer geen CD aan te brengen alsde speler uit het dashboard is verwijderd of de voedingsspanning is uitgeschakeld.
B850A01L
Page 125 of 245

1
BIJZONDERHEDEN VAN UW HYUNDAI
113
o Na verloop van tijd zet zich op de weergavekop, de capstan en de geleidingen vuil af hetgeen van invloed is op de geluidskwaliteit. Hierdoor kan bijvoorbeeld een"zwevend" geluid ontstaan. Maak daarom éénmaal per maand gebruik van een reinigingscassette of vanspeciaal daarvoor verkrijgbare producten. Volg hierbij de gebruiksaanwijzing van de fabrikantstrikt op. De onderdelen van de cassettespeler mogen niet worden gesmeerd.
o Controleer altijd of de tape strak ligt voordat hij in de cassettespeler wordtaangebracht. Is dit niet het gevalsteek dan een potlood in de spoelopening en draai de cassettetape strak.
o Bewaar de cassettes op een koele
en droge plaats met de open zijdenaar beneden gekeerd zodat wordt voorkomen dat stof binnendringt.
o Voorkom het herhaald snel terugspoelen voor het opnieuwweergeven van een bepaald muziekgedeelte. Dit kan op den duurhet slecht opspoelen van de cas- sette tot gevolg hebben en ook van invloed zijn op de geluidsweergave.Soms kan dit worden gecorrigeerd door de tape enkele malen geheel op- en af te spoelen. Als dit niet hetgewenste resultaat oplevert, mag de cassette niet meer worden gebruikt.
B860A03L
Weergavekop B860A02L
N.B.: Controleer alvorens de cassette aan te brengen of de band strak op de spoelen zit.Als dit niet zo is, trek hem dan strak door een van de spoelen met een potlood of een vinger te verdraaien.Breng de cassette niet aan als het label loszit, omdat het mogelijk is dat dit het aandrijfmechanismeblokkeert als wordt geprobeerd de cassette te verwijderen. Zorg ervoor dat cassettes nietworden blootgesteld aan hoge temperaturen of een hoge vochtigheid, bijv. bovenop hetdashboard of in het toestel.
Wattenstaafje
Page 181 of 245

5
ONDERHOUDSVOORSCHRIFTEN
3REGELMATIG ONDERHOUD
ZF020D1-FX
Dagelijkse controles
Dit zijn de controles die dagelijks moeten worden uitgevoerd voordat u met uw Hyundai gaat rijden. Deze controles zijn beschreven op bladzijde6-5. ZF020E1-AX
Eenvoudige onderhoudswerk- zaamheden
Voor deze werkzaamheden is slechts weinig gereedschap vereist en het kostweinig tijd. Raadpleeg voor meer informatie omtrent dit onderhoud hoofdstuk 6. ZF020F1-AX
Enkele tips
Bewaar kopieën van de werkorders
voor de onderhoudswerkzaamheden in het dashboardkastje. Aan de hand hiervan bent u in staat te bewijzen dathet voorgeschreven onderhoud op tijd is verricht. Dit is vooral van belang in geval van garantie. ZF030A2-FX Laat de onderhoudswerkzaamheden op de voorgeschreven termijnen uitvoeren. In verband met eventuele garantie- aanspraken is het aan te bevelen de nota's van het uitgevoerde onderhoud aan de diverse componenten tebewaren. Raadpleeg bladzijde 5-7 voor de onderhoudsvoorschriften die gelden voor zware bedrijfsomstandigheden.
Page 196 of 245

10INHOUD
2
A ACCU CONTROLEREN ...... ..................................6-27
ACHTERKLEP ....................................................... 1-80
ACHTERRUITVERWARMING ...............................1-66
AFSTANDSBEDIENING .......... ..............................1-15
AIRBAGSYSTEEM ................................................ 1-42
AIRCONDITIONING .............................................. 1-99
ALGEMENE CONTROLES ..................................... 6-4
ALS DE MOTOR NIET AANSLAAT ........................ 3-2
ALS DE MOTOR TE HEET WORDT ..................... 3-4
ALS UW AUTO MOET WORDEN GESLEEPT .... 3-14
ANTENNE ............................................................ 1-114
ANTI VERBLINDINGSSTAND VAN DE ACHTERUITKIJKSPI EGEL ................................. 1-79
ANTIBLOKKEERSYSTEEM (ABS) .......................2-23
ASBAK ................................................................... 1-69
AUTOMATISCHE SNELHEIDSREGELING ..........1-89
AUTOMATISCHE TRANSMISSIE .........................2-10
AUTOMATISCHE VERWARMINGS EN KOELINGS SYSTEEM ...................................... 1-102
B BAGAGENET ......................................................... 1-81
BANDEN .................................................................. 8-2
BEDIENING VERWARMING EN KOELING .........1-92
BEKERHOUDER ................................................. 1-70 BEHANDELING VAN DE CD'S ...........................1-111
BESCHRIJVING ZEKERINGHOUDER .................6-37
BOUGIES ............................................................... 6-12BRANDSTOFVOORS
CHRIFTEN ............................ 1-2
BUITENSPIE GEL .................................................. 1-77
BUITENSPIEGEL VERWARMI NG ........................1-78
BUITENSPIEGELS OMKLAPPEN ........................1-79
C CENTRALE DEURVERGRENDELING .................1-12
CLAXON ................................................................ 1-87
CORROSIE VOORKOMEN ..................................... 4-2
D DAG/NACHT BINNENSPIEGEL ............................1-79
DAKDRAGER ........................................................ 1-83
DASHBOARDKASTJE ........................................... 1-75
DIEFSTALBEVEILIGINGSI NSTALLATIE ..............1-13
DIGITALE KLOK .................................................... 1-67
DRAAISCHAKELAARS VOOR BEDIENING
VERWARMING /VENTILATIE .............................1-93
E ECONOMISCH RIJDEN ........................... ............. 2-25
EMISSIE REGEL SYSTEEM.................................... 7-1
ELEKTRISCH AANSLUITPUNT ............................1-69
ELEKTRISCH BEDIENDE
BESTUURDESSTOEL ......................................... 1-21
F FILTER AIRCONDITIONING
(VOOR VERDAMPEREN AANJAGERUNIT) .... 1-108
Page 221 of 245

6EENVOUDIG ONDERHOUD
22
G140D01HP-GXT
Aandrijfriem van compressor controleren
Bij regelmatig gebruik van de
airconditioning moet de spanning van
!
SG140C1-FX Controle van de werking van de Airconditioning
1. Start de motor en laat deze enkele
minuten versneld stationair draaien met de airconditioning ingesteld op max. koude situatie.
2. Als de uit de dashboardopeningen stromende lucht niet koud is, moetde installatie door de HYUNDAIdealer gecontroleerd worden.
LET OP:
Als het airconditioning systeemgedurende langere tijd werkt meteen te laag koelmiddelniveau, zal beschadiging van de compressor plaatsvinden. SG140D1-FX
Smering
Voor de smering van de compressor
en de afdichtingen in het systeem moet de airconditioning elke week tenminste 10 minuten draaien. Dit isvooral van belang bij koude weersomstandigheden als het airconditioningsysteem niet wordtgebruikt.G140D01HP
G140D03HP
Krukaspoelie
Benzinemotor
Dieselmotor
COMP. (Compressor) poelie
Spanrol
Dynamopoelie
Waterpomppoelie
COMP. (Compressor) poelie Geleiderol
Automatischespanner Krukaspoelie
Page 225 of 245

6EENVOUDIG ONDERHOUD
26
HPG200B1-AX Zekeringen vervangen De zekeringhouder voor de verlichting en de overige elektrische accessoiresis onder het dashboard aan de bestuurderszijde aangebracht. In de zekeringhouder zijn het amperage ende beveiligde circuits aangegeven. Als de verlichting of andere elektrische accessoires uitvallen, moet dezekering worden gecontroleerd. De zekering is doorgebrand wanneer de metalen strip in de zekering isgesmolten. Ga in dit geval als volgt te werk: 1. Zet de ontsteking en alle andere
verbruikers uit.
2. Open de zekeringhouder en inspecteer alle zekeringen. Verwijder de zekeringen door zenaar u toe te trekken (een kleine "zekeringtrekker" waarmee dit gemakkelijker kan wordenuitgevoerd, bevindt zich in de relais- en zekeringhouder in de motorruimte).
G200B01HP
HHP4002
3. Na het vinden van de doorgebrande zekering moeten ook de overige zekeringen worden gecontroleerd.
Goed
G200B02L
Doorgebrand
4. Druk de nieuwe zekering met hetzelfde amperage op zijn plaats. De zekering moet goed worden aangebracht. Als u niet in het bezitbent van een extra zekering, gebruik dan een zekering van hetzelfde of een lager amperagevan een verbruiker die u tijdelijk buiten werking kunt stellen. Bijvoorbeeld de radio of desigarettenaansteker. Vergeet niet deze zekering te vervangen.
Page:
< prev 1-8 9-16 17-24