Page 9 of 115
GEEF VOORRANG AAN VEILIGHEID
1
GEEF VOORRANG AAN VEILIGHEID .............................................. 1-1
D_5jj_LabelTOC.fm Page 1 Wednesday, February 2, 2000 3:23 PM
Page 10 of 115

1
1-1
DAU00021
1-GEEF VOORRANG AAN VEILIGHEID
Motorfietsen zijn fascinerende machines die bij de berijder een gevoel van kracht en vrijheid wakker
kunnen roepen. Toch is het gebruik ervan aan zekere grenzen gebonden die u beslist moet
aanvaarden; ook de beste motorfiets is onderhevig aan natuurkundige wetten.
Regelmatige verzorging en onderhoud zijn van groot belang om de waarde en de goede conditie van
uw motor te handhaven. Dit geldt trouwens niet alleen voor de motorfiets, maar ook voor de berijder:
goede prestaties zijn alleen mogelijk bij een goede conditie. Rijden onder invloed van medicijnen,
drugs en alcohol is natuurlijk uit den boze. Motorrijders dienen altijd—meer dan autobestuurders—
geestelijk en lichamelijk op hun best te zijn. Onder invloed van al zeer geringe hoeveelheden alcohol
ontstaat een neiging om te grote risico’s te nemen.
Beschermende kleding is voor een motorrijder van even groot belang als in een auto de
veiligheidsgordels voor bestuurders en inzittenden. Draag steeds een compleet motorpak
(vervaardigd uit leder of slijtvaste synthetische materialen met beschermers), stevige laarzen,
motorhandschoenen en een goed passende helm. Het dragen van optimaal beschermende kleding
mag echter geen aanmoediging zijn voor zorgeloos gedrag. Volledig omsluitende helmen en
motorpakken geven een gevoel van totale veiligheid en bescherming, maar motorrijders zullen toch
altijd kwetsbaar zijn in het verkeer. Motorrijders die het aan kritische zelfbeheersing ontbreekt, zullen
gemakkelijk te snel rijden en risico’s nemen. Bij natte weersomstandigheden is dit des te gevaarlijker.
Een goede motorrijder rijdt veilig, voorspelbaar en defensief—hij vermijdt elk risico, ook wanneer die
door andere weggebruikers worden veroorzaakt.
Prettige rit!
D_5jj_Label.fm Page 1 Wednesday, February 2, 2000 3:23 PM
Page 11 of 115
BESCHRIJVING
2
Aanzicht linkerzijde ........................................................................... 2-1
Aanzicht rechterzijde ......................................................................... 2-2
Schakelaars en instrumenten ............................................................ 2-3
D_5jj_DescriptionTOC.fm Page 1 Wednesday, February 2, 2000 3:23 PM
Page 12 of 115
2-1
2
DAU00026
2-BESCHRIJVINGAanzicht linkerzijde 1. Stelschroef inveerdemping voorvork (blz. 3-17)
2. Stelschroef uitveerdemping voorvork (blz. 3-17)
3. Stelbout veervoorspanning voorvork (blz. 3-16)
4. Luchtfilter (blz. 6-15)
5. Schakelpedaal (blz. 3-10)
6. Stelschroef inveerdemping schokdemper (blz. 3-19)
7. Duozadelslot (blz. 3-14)
8. Stelschroef uitveerdemping schokdemper (blz. 3-19)
9. Bagageriembevestiging (blz. 3-22)
10. Helmbevestiging (blz. 3-15)
D_5jj_Description.fm Page 1 Wednesday, February 2, 2000 3:23 PM
Page 13 of 115
BESCHRIJVING
2-2
2
Aanzicht rechterzijde 11. Boordgereedschapsset (blz. 6-1)
12. Zekeringen (blz. 6-34)
13. Remvloeistofreservoir achterrem (blz. 6-26)
14. Accu (blz. 6-33)
15. Stelring veervoorspanning schokdemper (blz. 3-18)16. Radiator en koelvloeistofreservoir (blz. 6-11)
17. Remvloeistofreservoir voorrem (blz. 6-25)
18. Oliefilterpatroon (blz. 6-9)
19. Kijkglas olieniveau (blz. 6-8)
20. Rempedaal (blz. 3-11)
D_5jj_Description.fm Page 2 Wednesday, February 2, 2000 3:23 PM
Page 14 of 115
BESCHRIJVING
2-3
2
Schakelaars en instrumenten 1. Koppelingshendel (blz. 3-10)
2. Schakelaargroep linkerstuurgreep (blz. 3-9)
3. Chokehendel (blz. 3-13)
4. Snelheidsmeterunit (blz. 3-6)
5. Contactslot/stuurslot (blz. 3-1)6. Toerenteller (blz. 3-7)
7. Schakelaargroep rechterstuurgreep (blz. 3-9)
8. Gasgreep (blz. 6-18)
9. Remhendel (blz. 3-11)
D_5jj_Description.fm Page 3 Wednesday, February 2, 2000 3:23 PM
Page 15 of 115

FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN SCHAKELAARS
3
Contactslot/stuurslot ............................................ 3-1
Controlelampjes ................................................... 3-2
Snelheidsmeterunit .............................................. 3-6
Toerenteller .......................................................... 3-7
Zelfdiagnosesystemen ......................................... 3-7
Antidiefstal-alarm (optie) ...................................... 3-8
Stuurschakelaars ................................................. 3-9
Koppelingshendel .............................................. 3-10
Schakelpedaal ................................................... 3-10
Remhendel ........................................................ 3-11
Rempedaal ........................................................ 3-11
Brandstoftankdop ............................................... 3-11
Brandstof ........................................................... 3-12Tankbeluchtingsslang ........................................ 3-13
Chokehendel ..................................................... 3-13
Zadels ............................................................... 3-14
Helmbevestiging ................................................ 3-15
Opbergcompar timent ........................................ 3-16
Afstellen van de voorvork .................................. 3-16
Afstellen van de schokdemper .......................... 3-18
Afstemmen van instellingen voor voor- en
achtervering .................................................... 3-21
Bagageriembevestiging ..................................... 3-22
EXUP-systeem .................................................. 3-22
Zijstandaard ...................................................... 3-23
Startspersysteem .............................................. 3-23
D_5jj_FunctionsTOC.fm Page 1 Wednesday, February 2, 2000 3:24 PM
Page 16 of 115

3-1
3
DAU00027
3-FUNCTIES VAN INSTRUMENTEN EN SCHAKELAARS
DAU00029
Contactslot/stuurslot Met behulp van het contactslot/stuurslot
kunnen de ontsteking en de verlichtingsys-
temen worden bediend en kan het stuur-
systeem worden vergrendeld. De diverse
standen worden hierna beschreven.
DAU00036
ON
Alle elektrische systemen komen onder
stroom en de motor kan worden gestart. De
sleutel kan niet worden uitgenomen.
DAU00038
OFF
Alle elektrische systemen zijn uitgescha-
keld. De sleutel kan worden uitgenomen.
DAU00040
LOCK
Het stuur is vergrendeld en alle elektrische
systemen zijn uitgeschakeld. De sleutel kan
worden uitgenomen.
Om het stuur te vergrendelen1. Draai het stuur volledig naar links.
2. Druk de sleutel in de “OFF“-stand in
en draai de sleutel naar de
“LOCK“-stand. Houd de sleutel hierbij
ingedrukt.
3. Neem de sleutel uit.
Om het stuur te ontgrendelenDruk de sleutel in en draai dan naar “OFF”
terwijl de sleutel ingedrukt wordt gehouden.
DW000016
WAARSCHUWING
@ Draai de contactsleutel nooit naar “OFF”
of naar “LOCK” terwijl de motorfiets
rijdt; elektrische systemen worden dan
afgeschakeld en mogelijk zult u zo de
macht over het stuur verliezen of een
ongeval veroorzaken. Zorg dat de mo-
torfiets stilstaat voordat u de sleutel
naar “OFF” of naar “LOCK” draait. @1. Drukken
2. Slag
D_5jj_Functions.fm Page 1 Wednesday, February 2, 2000 3:24 PM