Vervangen van de sleutelbatterij
Omdat deze procedure een
noodmaatregel is, wordt geadviseerd de
batterij van de elektronische sleutel zo
snel mogelijk te laten vervangen als deze
ontladen is. (→Blz. 417)
Alarm (indien aanwezig)
Het alarmsysteem wordt niet
ingeschakeld als de mechanische sleutel
wordt gebruikt om de portieren te
vergrendelen. Het alarm kan worden
geactiveerd als een portier met de
mechanische sleutel wordt ontgrendeld
terwijl het alarmsysteem is ingeschakeld.
(→Blz. 94)
Wijzigen van de standen van het contact
Laat het rempedaal los en druk tijdens
stap3hierboven op de startknop. Het
hybridesysteem wordt niet ingeschakeld
en de stand verandert iedere keer dat de
knop wordt ingedrukt. (→Blz. 205)
Als de elektronische sleutel niet goed
werkt
• Controleer of het Smart
entry-systeem met startknop niet is
uitgeschakeld via de persoonlijke
voorkeursinstellingen. Is de functie
uitgeschakeld, schakel hem dan in.
(Systemen met mogelijkheden voor
persoonlijke voorkeursinstellingen:
→blz. 500)
•
Controleer of de energiebespaarmodus
is ingeschakeld. Is de functie
ingeschakeld, schakel hem dan uit.
(→
Blz. 131)
WAARSCHUWING!
Bij het gebruik van de mechanische
sleutel en het bedienen van de
elektrisch bedienbare ruiten
Bedien de elektrisch bedienbare ruit
nadat u hebt gecontroleerd of er geen
risico is dat een passagier met een
lichaamsdeel bekneld kan raken tussen
de zijruit en de sponning. Laat tevens
de mechanische sleutel niet bedienen
WAARSCHUWING!(Vervolg)
door kinderen. Het kan gebeuren dat
een lichaamsdeel van een kind of een
andere passagier klem komt te zitten
door het bedienen van de elektrisch
bedienbare ruit.
7.2.9 Als de 12V-accu is ontladen
Als de 12V-accu van de auto ontladen is,
kan het hybridesysteem met behulp van
de onderstaande procedures worden
gestart. U kunt ook contact opnemen
met een erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Als u de beschikking hebt over een set
startkabels en een tweede voertuig met
een 12V-accu, kunt u uw auto starten met
behulp van de onderstaande
hulpstartprocedure.
1. Auto's met een alarm (→blz. 94):
Controleer of u de elektronische
sleutel bij u hebt.
Afhankelijk van de situatie kan bij het
aansluiten van de startkabels het
alarm worden geactiveerd en kunnen
de portieren worden vergrendeld.
(→Blz. 96)
2. 2ZR-FXE motor: Open de motorkap.
(→Blz. 385)
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
479
7
Bij problemen
De koelventilatoren gaan draaien als
de airconditioning wordt
ingeschakeld direct na een koude
start. Controleer of de ventilatoren
draaien door ernaar te luisteren en te
voelen of er luchtstroom is. Schakel
als u hier niet zeker van bent de
airconditioning nog een aantal keer in
en uit. (De ventilatoren werken
mogelijk niet bij temperaturen
beneden het vriespunt.)
7.
Als de ventilatoren niet draaien: Zet het
hybridesysteem onmiddellijk uit en
neem contact op met een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
Als de ventilatoren draaien: Laat de
auto nakijken door de dichtstbijzijnde
erkende Toyota-dealer of
hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
Als “Hybrid system overheated. Reduced
output power.” (Hybridesysteem
oververhit. Gereduceerd
uitgangsvermogen) wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay
1. Breng de auto op een veilige plaats tot
stilstand.
2. Schakel het hybridesysteem uit en
open de motorkap voorzichtig.
3. Controleer nadat het hybridesysteem
is afgekoeld de slangen en het
radiateurblok (radiateur) op sporen
van lekkage.
2ZR-FXE motorM20A-FXS motor
1Radiateur
2Koelventilatoren
Neem bij lekkage van een grote hoe-
veelheid koelvloeistof onmiddellijk
contact op met een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
4. Het koelvloeistofniveau is correct als
het zich tussen de streepjes FULL
(vol) en LOW (laag) bevindt wanneer
het hybridesysteem koud is.
2ZR-FXE motor
M20A-FXS motor
7.2 Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
486
Merktekens oliekwaliteit:
Let er bij het aanschaffen van motorolie op
of ten minste één van beide bovenstaande
symbolen op de verpakking is gedrukt.
1API-symbool
Bovenste deel: API SERVICE SP geeft
de kwaliteit van de motorolie aan en
is vastgesteld door API (American
Petroleum Institute).
Middelste deel: SAE 0W-16 geeft de
viscositeit aan.
Onderste deel: In dit deel staat
“Resource-Conserving”, wat staat
voor brandstofbesparende en groene
eigenschappen.
2ILSAC-symbool
Het ILSAC-symbool (International
Lubricant Standardization and
Approval Committee) staat op de
voorzijde van de verpakking.
Koelsysteem
Inhoud*
Benzinemotor2ZR-FXE motor
5,4 l (5,7 qt., 4,7 Imp.qt.)
M20A-FXS motor
5,9 l (6,2 qt., 5,2 Imp.qt.)
Vermogensregeleen-
heid2ZR-FXE motor
1,4 l (1,5 qt., 1,3 Imp.qt.)
M20A-FXS motor
1,6 l
Soort koelvloeistofGebruik een van de volgende middelen:
■Toyota Super Long Life Coolant
■Of een gelijkwaardig product
Gebruik niet uitsluitend kraanwater.
*: De inhoud is de referentiehoeveelheid. Als vervanging noodzakelijk is, neem dan
contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Ontstekingssysteem (bougie)
Merk2ZR-FXE motor
DENSO FC16HR-CY9
M20A-FXS motor
DENSO FC16HR-Q8
8.1 Specificaties
494