60
Ergonomie en comfort
Tijdens het gebruik van de USB-aansluiting wordt het draagbare apparaat automatisch
opgeladen.
Tijdens het laden wordt er een melding
weergegeven als het stroomverbruik van de
draagbare apparatuur hoger is dan de door de
auto geleverde stroomsterkte.
Zie de delen over de audio- en
telematicasystemen voor meer informatie over
het gebruik van deze apparatuur.
Draadloze smartphonelader
Met dit systeem kunt u apparaten zoals een
smartphone draadloos opladen volgens het principe
van magnetische inductie, in overeenstemming met
de norm Qi 1.1.
Het op te laden apparaat moet zelf compatibel
zijn met de norm Qi of moet zijn voorzien van een
compatibele hoes of houder.
Er kan ook een mat worden gebruikt, mits deze door
de fabrikant is goedgekeurd.
Het laadgedeelte is te herkennen aan het symbool
Qi.
De lader werkt terwijl de motor draait en het Stop &
Start-systeem in de STOP-stand staat.
Het opladen wordt aangestuurd door de
smartphone.
Bij het Sleutelloos instap- en startsysteem-
systeem kan de werking van de lader kort worden
onderbroken als er een portier wordt geopend of als
het contact wordt uitgeschakeld.
Opladen
► Als het laadgedeelte leeg is, kunt u een apparaat
in het midden plaatsen.
Als het apparaat wordt waargenomen, gaat het
controlelampje van de lader groen branden.
Het lampje blijft branden terwijl de batterij wordt
opgeladen.
Het systeem is niet bedoeld om meerdere apparaten tegelijkertijd op te laden.
Zorg dat er geen metalen voorwerpen (zoals munten, sleutels of afstandsbediening van
de auto) in het laadgedeelte liggen tijdens het
opladen van een apparaat - kans op
oververhitting of onderbreking van het opladen!
Wanneer apparaten langere tijd worden gebruikt in combinatie met draadloos laden,
kunnen sommige smartphones overschakelen op
een thermische beveiliging, waardoor sommige
functies worden geblokkeerd.
Controle van de werking
De status van het controlelampje geeft de werking
van de lader aan.
Status van
controlelampje Betekenis
Uit Motor afgezet.
Geen geschikt apparaat
gevonden.
Laden voltooid.
Groen,
permanent Detectie van een compatibel
apparaat.
Laden bezig.
Knipperend
oranje Detectie van een
vreemd voorwerp in het
oplaadgedeelte.
Apparaat niet goed
gecentreerd op het
laadgedeelte.
Permanent
oranje Storing in de accumeter van
het draagbare apparaat.
Temperatuur van batterij
apparaat te hoog.
Storing in de lader.
Als het controlelampje permanent oranje brandt:
213
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
10Android Auto) voor compatibele verbonden mobiele
apparaten tot stand worden gebracht en kunnen
bepaalde apps van het apparaat op het touchscreen
worden gebruikt.
Zie het deel "Ergonomie en comfort - Voorzieningen"
voor meer informatie over de USB-aansluiting die
compatibel is met de Mirror Screen
®-functie.
Wanneer het mobiele apparaat is aangesloten met
de USB-kabel wordt het opgeladen.
Voor de beste prestaties raden wij u aan om de originele USB-kabels (bij voorkeur zo
kort mogelijke kabels) van uw apparaten te
gebruiken.
Gebruik geen USB-verdeelstekker om beschadiging van het systeem te
voorkomen.
Bluetooth®-verbinding
Verbinding met een mobiel apparaat met het
systeem van de auto via Bluetooth® biedt toegang
tot de inhoud en "Media"-streaming. Deze zorgt er
ook voor dat de Telefoon-functie wordt ingeschakeld.
De verbinding kan worden gestart via het Bluetooth
®-
menu van het mobiele apparaat of via het systeem
van de auto. Hiervoor moet het "Apparaten"-menu
worden geopend om voor de eerste keer verbinding
te maken.
In sommige gevallen moet u uw apparaat ontgrendelen en toestemming geven bij het
synchroniseren van contactpersonen en recente
oproepen.
Het kan zijn dat sommige functies niet door uw
apparaat worden ondersteund.
Bezoek de landelijke website van het merk
voor informatie over de gedeeltelijke of
volledige compatibiliteit van typen apparaten en
smartphones.
Koppelingsprocedure via een apparaat
In het Bluetooth®-menu op uw mobiele
apparaat selecteert u de naam van het
systeem in de lijst met gedetecteerde apparaten.
Om de Bluetooth® -functie van uw systeem
zichtbaar te maken opent u eerst het
" Apparaten"-menu van het systeem.
Voer de eerste verbindingsprocedure uit die door het
systeem en op het apparaat wordt voorgesteld.
Bijvoorbeeld het valideren van de koppelingscodes.
Koppelingsprocedure via het systeem
Druk op de "Instellingen"-app.
Selecteer het "Connectiviteit"-tabblad in de lijst.
Selecteer "Apparaten".
Selecteer de naam van het mobiele apparaat
waar vanaf u verbinding wilt maken:
–
De lijst met bekende apparaten (als het apparaat
al met het systeem verbonden is geweest).
of
– De lijst met gedetecteerde apparaten (als het
apparaat nooit met het systeem verbonden is
geweest of uit het systeem is verwijderd).
Een mobiel apparaat dat al verbonden is met het systeem wordt automatisch opnieuw
verbonden wanneer de auto wordt gestart als het
gebruikersprofiel is geselecteerd.
Het automatisch opnieuw verbinden wordt
gepauzeerd wanneer het "Apparaten"-menu
wordt geopend. Op deze manier kan het systeem
de Bluetooth
® -functie zichtbaar maken om een
nieuw apparaat te verbinden.
De verbinding met het systeem wordt ongedaan
gemaakt wanneer het bestuurdersportier wordt
geopend en het contact wordt afgezet.
Automatisch opnieuw verbinding maken
Wanneer een gebruikersprofiel is geselecteerd,
kan het systeem automatisch apparaten die
al verbonden en gedetecteerd waren opnieuw
verbinden.
Apparaten die al gekoppeld waren aan het
geselecteerde gebruikersprofiel worden als eerste
verbonden, en als dat niet lukt, worden de laatst
verbonden apparaten opnieuw verbonden.
Wi-Fi-verbinding
Het systeem heeft een externe Wi-Fi-
verbindingsmodus voor het uitvoeren van
systeemupdates.
Druk op de "Instellingen"-app.
229
Index
Slepen van een auto 195, 197
Sleutel
27, 29, 32
Sleutel met afstandsbediening
27, 103
Sleutel niet herkend
104–105
Smartphone
25–26, 60
Sneeuwkettingen
116, 168–169
Sneeuwscherm
168
Snelheidsbegrenzer
122–124
Snelheidslimietherkenning
11 9
Snelheidsregelaar
122, 124, 126
Snelheidsregeling met
snelheidslimietherkenning
122
Snelmenu's
24
Sneltoetsen rijhulpsystemen
11 8
Spaarfase
170
Sport-stand
111 – 11 2
Starten
191
Starten dieselmotor ~ Dieselmotor starten
152
Starten / Stoppen van de auto
103
Starten van de auto
103, 109
Starten van de motor
103
Stickers
178
Stickerset
178
Stilzetten van de auto
104, 109
Stoelen achter ~ Achterbank
51–52, 92
Stoelen verstellen
46–48
Stoelverwarming
48–49
Stop & Start
23, 54, 57, 113–115,
152, 170, 173, 193
Streaming audio Bluetooth
217
Stuurkolomschakelaars
108–109
Stuurwiel (verstellen)
49
Supervergrendeling
28, 30Synchroniseren afstandsbediening 33
Synchroniseren van de afstandsbediening ~
Afstandsbediening synchroniseren
33
Systeem, Event Data Recorder
83
T
Tankbeveiliging 153–154
Technische gegevens
199–201
Te laag brandstofniveau
152
Telefoon
213–214, 218–219
Teller
10, 118
Temperatuurregeling
55
Terugwinnen van energie
21, 109
Tijdelijke bandenspanning (met set) ~
Banden, noodreparatie
182, 184
Tijd instellen
219
Toevoer van buitenlucht ~ Luchttoevoer
(bediening)
56–57
Top Tether (bevestiging)
94, 99
Touchscreen
23, 25, 58
Tractiebatterij opladen (plug-in hybride)
21, 154,
162–164
Tractiebatterij (plug-in hybride)
22, 154–155, 162
Trailer Stability Management (TSM)
85
Trekhaak
85, 165
U
Uitgebreide verkeersbordherkenning 123
Uitschakelen airbag passagier ~
Passagiersairbag uitschakelen
89, 93
USB-aansluiting
59, 63
V
Veiligheidsgordels 86–87
Veiligheidsgordels achter
86
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen
88–89,
91–95
Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen ~ Kinderen
(veiligheidsvoorzieningen)
88–89, 91–95
Ventilatie
53
Ventilatieroosters
53
Verbruikscijfers
25
Vergrendelen
28–30
Vergrendeling portieren ~ Portieren
vergrendelen
31
Vergrendeling van binnenuit
31
Vering met variabele demping
11 0
Verkeersbordherkenning
11 9
Verklikkerlampje READY
170
Verklikkerlampjes ~ Controlelampjes
11
Verklikkerlampjes ~ Waarschuwingslampjes
11
Verklikkerlampje veiligheidsgordel bestuurder
niet vastgemaakt ~ Gordellampje
87
Verklikkerlampje veiligheidsgordels ~ Gordel
(lampje)
87
Verlichting bagageruimte
68
Verlichting met Full LED-technologie
70, 189
Verlichting overdag ~ Dagrijverlichting
70, 189
Vermogen
21