Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-6
3
DAU92981
Multifunctionele meter
De multifunctionele meter is ook voorzien
van een instelmodus voor de displayhel-
derheid en het contro lelampje schakelmo-
ment.
WAARSCHUWING
DWA12423
Zor g d at de machine stilstaat voor dat u
wijzi gin gen in d e instellin gen van de
multifunctionele meter g aat aanbren-
g en. Het aan bren gen van wijzi gin gen tij-
d ens het rij den kan u aflei den en
ver groot het risico op een on geval.
DAU92991
OPMERKINGDe functies van de multifunctionele meter
worden geregeld met de schakelaar
DAU93001
De weer gave-eenhe den wisselen
U kunt de weergave-eenheden wisselen
tussen kilometers en mijlen. Om te wisselen
tussen weergave-eenheden stelt u het mul-
tifunctionele display in op de kilometerteller
of een ritteller, en houdt u vervolgens de
schakelaar “SEL” ingedrukt totdat de weer-
gave-eenheden wijzigen.
DAU86831
Snelhei dsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van
het voertuig aan.
1. Aanduiding ingeschakelde versnelling
2. Snelheidsmeter
3. Toerenteller
4. Brandstofniveaumeter
5. Klok
6. Multifunctioneel display
7. Indicator snelschakelen “QS” (indien aanwe- zig)
1
2
3
45
6
7
1. Schakelaar
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-7
3
DAU87170
Toerenteller
Met de toerenteller kan de bestuurder het
motortoerental controleren en dit binnen
het ideale bereik houden.LET OP
DCA10032
Laat de motor niet draaien terwijl d e toe-
renteller in de ro de zone wijst.
Ro de zone: 10000 tpm en ho ger
DAU86841
Bran dstofniveaumeter
De brandstofniveaumeter geeft aan hoe-
veel brandstof in de brandstoftank aanwe-
zig is. De displaysegmenten van de
brandstofniveaumeter verdwijnen van “F”
(vol) naar “E” (leeg) naarmate het brand-
stofniveau verder daalt. Als er ongeveer
2.5 L (0.66 US gal, 0.55 Imp.gal) brandstof
in de brandstoftank over is, gaat het laatste
segment knipperen. Vul zo snel mogelijk
brandstof bij.OPMERKINGAls er een probleem wordt gedetecteerd in
het elektrische circuit, gaan de segmenten
van de brandstofniveaumeter knipperen.
Als dit zich voordoet, vraag dan een
Yamaha dealer de machine te controleren.
DAU93011
Klok
De klok maakt gebruik van een 12-uursy-
steem.
De klok instellen1. Zet de machine uit.
2. Houd de schakelaar “RES” ingedrukt en schakel de machine in. Blijf de
schakelaar “RES” ingedrukt houden
totdat de urenaanduiding begint te
knipperen.
3. Gebruik de schakelaar “SEL” om de uren in te stellen.
4. Druk op de schakelaar “RES” en de minutenaanduiding zal gaan knippe-
ren.
5. Gebruik de schakelaar “SEL” om de minuten in te stellen.
1. Toerenteller
2. Rode zone toerenteller
1
2
1. Brandstofniveaumeter
1
1. Klok
1
UBEBD0D0.book Page 7 Friday, July 2, 2021 1:24 PM
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-8
3
6. Druk op de schakelaar “RES” om de
instelling te bevestigen.
DAU87391
Aan dui din g in geschakel de versnellin g
Deze aanduiding geeft aan welke versnel-
ling is ingeschakeld. De vrijstand wordt
aangegeven door “–” en door het vrijstand-
controlelampje.
DAU93021
In dicator snelschakelen “QS” (in dien
aanwezi g)
Deze indicator gaat branden als het snel-
schakelsysteem wordt ingeschakeld.
DAU93730
Multifunctioneel display Het multifunctionele display toont de vol-
gende voorzieningen:
een kilometerteller (ODO)
twee rittellers (TRIP 1 en TRIP 2)
een brandstofreserve-ritteller (TRIP F)
een weergave van het huidige brand-
stofverbruik (km/L, L/100 km of MPG)
een weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik (AVE_ _._ km/L,
AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _ _._ MPG)
een weergave koelvloeistoftempera-
tuur (_ _ °C)
een weergave luchttemperatuur (Air_
_ °C)
Druk op de schakelaar “SEL” om de weer-
gave te wisselen in de onderstaande volg-
orde:
ODO → TRIP 1 → TRIP 2 → TRIP F → km/L
of L/100 km of MPG → AVE_ _._ km/L of
AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _._ MPG → _ _
°C → Air_ _ °C → ODO
OPMERKING De brandstofreserve-ritteller wordt al-
leen weergegeven wanneer het
brandstofniveau laag is.
Gebruik de schakelaar “RES” om de
weergave in de omgekeerde volgorde
te wisselen.
1. Aanduiding ingeschakelde versnelling
1
1.
zig)
1. Multifunctioneel display
1
1
UBEBD0D0.book Page 8 Friday, July 2, 2021 1:24 PM
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-9
3
DAU86890
Kilometerteller
De kilometerteller toont de totale afstand
die door de machine is afgelegd.OPMERKINGDe kilometert eller wordt vergrendeld bij
999999 en kan niet worden teruggesteld.
DAU89142
Rittellers
De rittellers tonen de afgelegde afstand
sinds de tellers voor het laatst werden te-
ruggesteld.
Stel om een ritteller terug te stellen het dis-
play in op de betreffende ritteller en houd
de schakelaar “RES” ingedrukt totdat de
terugstelling plaatsvindt.OPMERKINGDe rittellers worden te ruggesteld en blijven
tellen nadat 9999.9 is bereikt.
DAU89152
Bran dstofreserve-ritteller
Als het laatste segment van de brandstofni-
veaumeter begint te knipperen, wisselt de
weergave automatisch naar de brandstof-
reserve-ritteller “TRIP F” en wordt de afge-
legde afstand vanaf dat punt aangegeven. Om de brandstofreserve-ritteller terug te
stellen, wisselt u naar de weergave van de
brandstofreserve-ritteller en houdt u de
schakelaar “RES” ingedrukt totdat de te-
rugstelling plaatsvindt.
OPMERKINGAls u de brandstofreserve-ritteller niet
handmatig terugstelt, wordt deze automa-
tisch teruggesteld en verdwijnt deze van
het display zodra u na het tanken 5 km
(3 mi) hebt gereden.
DAU89181
Weer
gave hui dig b ran dstofver bruik
Deze weergave toont het brandstofverbruik
onder de huidige rijomstandigheden. De
weergave kan worden ingesteld op “km/L”
of “L/100 km”, of “MPG” wanneer mijlen
worden gebruikt. Houd om te wisselen tus- sen de eenheden voor het brandstofver-
bruik de schakelaar “SEL” ingedrukt totdat
de eenheid wordt gewijzigd.
“km/L”: de afstand die kan worden af-
gelegd op 1.0 L brandstof.
“L/100 km”: de hoeveelheid brandstof
die nodig is om 100 km af te leggen.
“MPG”: de afstand die kan worden af-
gelegd op 1.0 Imp.gal brandstof.
OPMERKINGBij snelheden onder 10 km/h (6 mi/h) wordt
DAU87790
OPMERKINGHet huidige verbruik dient alleen gebruikt te
worden als algemene referentie. Gebruik
dit getal niet om de afstand te schatten die
met de huidige brandstoftank kan worden
afgelegd.
1. Weergave huidig brandstofverbruik
1
UBEBD0D0.book Page 9 Friday, July 2, 2021 1:24 PM
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-11
3
OPMERKINGBij een temperatuur onder –9 °C wordt “_ _”
weergegeven.
DAU93241
Instelmo dus voor displayhel derhei d en
controlelampje schakelmoment
De volgende instellingen kunnen achter-
eenvolgens worden aangepast: Displayhelderheid
Controlelampje schakelmoment ON /
FLASH / OFF
Toerental voor activering controle-
lampje schakelmoment
Toerental voor deactivering controle-
lampje schakelmoment
Helderheid van controlelampje scha-
kelmoment
Om de instelmodus te verlaten1. Zet de machine uit.
2. Houd de schakelaar “SEL” ingedrukt, schakel de machine in blijf de schake-
laar “SEL” ingedrukt houden totdat
het display wisselt naar de regelmo-
dus voor de displayhelderheid.
3. Gebruik de schakelaar “RES” om de
instelwaarden te wijzigen. 4. Druk op de schakelaar “SEL” om de
geselecteerde instelwaarde te beves-
tigen en naar de volgende instelling te
gaan, in de hierboven vermelde volg-
orde.
OPMERKINGDe instelmodus wordt afgesloten nadat alle
instellingen zijn bevestigd.Displayhel derhei d
Er verschijnt een indicatiebalk voor het hel-
derheidsniveau onderaan het display. Ge-
bruik de schakelaar “RES” om het
gewenste helderheidsniveau te selecteren
en druk op de schakelaar “SEL” om het te
bevestigen. Controlelampje schakelmoment
Het controlelampje schakelmoment heeft 3
instellingen:
Instelling ON: het controlelampje
schakelmoment gaat branden als het
ingestelde motortoerental wordt be-
reikt. Als deze instelling wordt gese-
lecteerd, gaat het controlelampje
branden en blijft het aan totdat de vol-
gende instelling wordt geselecteerd
met de schakelaar “RES” of bevestigd
met de schakelaar “SEL”.
Instelling FLASH: het controlelampje
schakelmoment gaat knipperen als
het ingestelde motortoerental wordt
bereikt. Als deze instelling wordt ge-
selecteerd, knippert het controlelamp-
je schakelmoment 4 keer per seconde
totdat de volgende instelling wordt
geselecteerd met de schakelaar
“RES” of bevestigd met de schakelaar
“SEL”.
Instelling OFF: het controlelampje
schakelmoment is gedeactiveerd. Als
deze instelling wordt geselecteerd,
knippert het controlelampje schakel-
moment elke 2 seconden totdat de
volgende instelling wordt geselec-
teerd met de schake laar “RES” of be-
vestigd met de schakelaar “SEL”.1. Displayhelderheid
1
UBEBD0D0.book Page 11 Friday, July 2, 2021 1:24 PM
10-1
10
IndexAAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-25
Aanduiding ingeschakelde versnelling ... 3-8
ABS ....................................................... 3-15
ABS-waarschuwingslampje .................... 3-5
Accu ...................................................... 6-30
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-29
Achteruitkijkspiegels ............................. 3-21
Achterwielophanging, smeren .............. 6-28BBanden ................................................. 6-17
Bougies, controleren............................. 6-10
Brandstof .............................................. 3-17
Brandstofniveaumeter ............................ 3-7
Brandstofverbruik, tips voor een zuinig .................................................... 5-4CClaxonschakelaar ................................. 3-13
Contactslot/stuurslot .............................. 3-2
Controlelampje grootlicht ....................... 3-3
Controlelampje schakelmoment ............. 3-5
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........................ 3-3
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-3
Controlelampje startblokkering............... 3-5DDe motor starten ..................................... 5-2
Diagnosestekker ..................................... 9-2
Dimlichtschakelaar................................ 3-13FFilterbus ................................................ 6-11GGasgreep en gaskabel, controleren en smeren ........................................... 6-26 Gelijkstroom aansluitcontact voor
accessoires ........................................ 3-25
Gereedschapssets ................................. 6-2
Gloeilamp van kentekenverlichting, vervangen........................................... 6-34
IIdentificatienummers .............................. 9-1
Indicator snelschakelen .......................... 3-8
Inrijperiode.............................................. 5-1
Instelmodus voor displayhelderheid
en controlelampje schakelmoment .... 3-11KKabels, controleren en smeren ............ 6-26
Klepspeling ........................................... 6-17
Klok ........................................................ 3-7
Koelvloeistof ......................................... 6-14
Koppelingshendel................................. 3-14LLichtsignaalschakelaar ......................... 3-13
Luchtfilterelement en aftapslang, vervangen en reinigen ........................ 6-16
Luchttemperatuurweergave ................. 3-10MMatkleur, let op ...................................... 7-1
Modelinformatiesticker ........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ............... 6-11
Motor raakt oververhit .......................... 6-37
Multifunctioneel display.......................... 3-8
Multifunctionele meter ............................ 3-6NNoodstopschakelaar ............................ 3-13OOnderhoud ............................................. 7-1
Onderhoud en smering, periodiek.......... 6-5 Onderhoud, uitstootcontrolesysteem .....6-3
Ondersteunen van de motorfiets ..........6-34
PParkeren ..................................................5-4
Plaats van de onderdelen .......................2-1
Problemen oplossen .............................6-35RRegistratie van gegevens, voertuig .........9-2
Rem- en koppelingshendels,
controleren en smeren........................6-27
Rem- en schakelpedalen, controleren en smeren ...........................................6-27
Remhendel ............................................3-15
Remlichtschakelaars .............................6-21
Rempedaal ............................................3-15
Remvloeistofniveau, controleren ..........6-22
Remvloeistof, verversen........................6-23
Richtingaanwijzerschakelaar.................3-13SSchakelaar alarmverlichting ..................3-13
Schakelaar SEL/RES.............................3-13
Schakelen ...............................................5-3
Schakelpedaal ......................................3-14
Schokdemperunit, afstellen ..................3-24
Serienummer motorblok .........................9-1
Snelheidsmeter .......................................3-6
Spanning aandrijfketting .......................6-24
Specificaties............................................8-1
Stallen .....................................................7-3
Startblokkeersysteem .............................3-1
Startknop ..............................................3-13
Startspersysteem ..................................3-26
Stationair toerental, controleren ...........6-16
Storingsindicatielampje (MIL)..................3-4
UBEBD0D0.book Page 1 Friday, July 2, 2021 1:24 PM