• Als het aangesloten externe apparaat
wordt uitgeschakeld (afhankelijk van
het apparaat)
• Als de temperatuur in de auto hoog is,
bijvoorbeeld nadat de auto in de zon
heeft gestaan
Over aangesloten externe apparaten
Afhankelijk van het aangesloten externe
apparaat wordt het opladen mogelijk
een enkele keer onderbroken en
vervolgens weer gestart. Dit wijst niet
op een storing.
OPMERKING
Voorkomen van schade aan de
USB-laadaansluitingen type C
• Steek geen vreemde voorwerpen in de
aansluitingen.
• Mors geen water of andere
vloeistoffen in de aansluitingen.
• Sluit de klepjes als de USB-
laadaansluitingen type C niet worden
gebruikt. Vreemde voorwerpen of
vloeistoffen die in een aansluiting
terechtkomen, kunnen kortsluiting
veroorzaken.
• Oefen geen overmatige kracht uit op
de USB-laadaansluitingen type C en
stel ze niet bloot aan hevige schokken.
• Demonteer of wijzig de
USB-laadaansluitingen type C niet.
Voorkomen van schade aan externe
apparaten
• Laat externe apparaten niet achter in
de auto. De temperatuur in de auto
kan hoog oplopen, waardoor het
externe apparaat beschadigd kan
raken.
• Druk niet op een extern apparaat of de
kabel ervan en oefen er geen
onnodige druk op uit terwijl het
apparaat is aangesloten.
Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Gebruik de USB-laadaansluitingen type
C niet gedurende lange tijd wanneer het
hybridesysteem is uitgeschakeld.Draadloze lader (indien aanwezig)
U kunt een draagbaar apparaat opladen
door een standaard Wireless Qi-lader die
compatibel is met draagbare apparaten,
bijvoorbeeld smartphones en accu's voor
mobiele telefoons, op het laadgebied te
plaatsen overeenkomstig de
voorschriften van het Wireless Power
Consortium.
Deze functie kan niet worden gebruikt
met draagbare apparaten die groter zijn
dan het oplaadvak. Ook werkt de functie
mogelijk niet normaal, afhankelijk van het
draagbare apparaat. Lees de handleiding
van de te gebruiken draagbare apparaten.
Het “Qi”-logo
Het “Qi”-logo is een handelsmerk van het
Wireless Power Consortium.
Namen van alle onderdelen
ALaadgebied*
BOplaadvak
CVoedingsschakelaar
DWerkingsindicator
6.4 Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
396
*Draagbare apparaten en draadloze
laders hebben een laadspoel. De
laadspoel in de draadloze lader kan zich
binnen het laadgebied in de buurt van het
midden van het oplaadvak begeven. Als
de laadspoel in een draagbaar apparaat in
het laadgebied wordt gesignaleerd, zal de
spoel in de draadloze lader zich in de
richting van de andere spoel begeven en
wordt het laden gestart. Als de laadspoel
in een draagbaar apparaat zich buiten het
laadgebied begeeft, wordt het laden
automatisch gestopt.
Als er 2 of meer draagbare apparaten op
het oplaadvak worden gelegd, worden de
laadspoelen ervan mogelijk niet goed
gesignaleerd en worden de apparaten
wellicht niet opgeladen.
Gebruik van de draadloze lader
1. Druk op de voedingsschakelaar van de
draadloze lader.
Wordt met iedere druk op de
voedingsschakelaar aan- en
uitgeschakeld.
Wanneer de schakelaar aan is, gaat de
werkingsindicator (groen) branden.
Ook wanneer het hybridesysteem is
uitgeschakeld, blijft de status aan/uit
van de voedingsschakelaar
opgeslagen.
2. Plaats het draagbare apparaat op het
oplaadvak.
Plaats de laadzijde van het draagbare
apparaat naar beneden met het
midden van het apparaat in het
midden van het laadgebied.Tijdens het laden gaat de
werkingsindicator (oranje) branden.
Wanneer er niet wordt geladen,
probeer dan het draagbare apparaat
zo dicht mogelijk bij het midden van
het laadgebied te plaatsen.
Wanneer het laden is voltooid, gaat de
werkingsindicator (groen) branden.
Oplaadfunctie
• Wanneer het laden is voltooid en na
een bepaalde tijd in de
onderbrekingsstatus, wordt het laden
hervat.
• Wanneer het draagbare apparaat
wordt verplaatst, stopt het laden even
en wordt het vervolgens weer hervat.
Snellaadfunctie
• De volgende draagbare apparaten
ondersteunen snelladen.
– Draagbare apparaten die voldoen
aan WPC versie 1.2.4 en compatibel
zijn met snelladen
– iPhones met een iOS-versie die het
laden met 7,5 W ondersteunt
(iPhone 8 en nieuwer)
• Druk tijdens het laden 3 keer op de
voedingsschakelaar om over te
schakelen naar de snellaadfunctie.
Wanneer snelladen mogelijk is,
schakelt de werkingsindicator van
oranje naar knipperen tussen groen
en oranje.
• Als het laden is voltooid, stopt de
snellaadfunctie. Schakel weer over
naar de snellaadfunctie om snelladen
opnieuw te gebruiken.
6.4 Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
397
6
Voorzieningen in het interieur
Voorwaarden voor verlichting van de
werkingsindicator
Werkingsin-
dicatorVoorwaarden
UitschakelenWanneer de voeding voor
de draadloze lader uit is
Groen (gaat
branden)In stand-by (status opla-
den mogelijk)
*1
Wanneer het laden is vol-
tooid*2
Oranje (gaat
branden)Wanneer het draagbare
apparaat op het laadge-
bied wordt geplaatst (het
draagbare apparaat
wordt gesignaleerd)
Laden
Knippert tus-
sen groen en
oranjeWanneer een van de on-
derstaande draagbare
apparaten snelladen on-
dersteunt
■Draagbare apparaten
die voldoen aan WPC
versie 1.2.4 en
compatibel zijn met
snelladen
■iPhones met een
iOS-versie die het
laden met 7,5 W
ondersteunt (iPhone
8 en nieuwer)
*1In stand-by wordt er geen vermogen
geleverd. Als er in deze stand een
metalen voorwerp op het oplaadvak
wordt geplaatst, zal dit niet warm
worden.
*2Afhankelijk van het draagbare apparaat
kan het voorkomen dat de
werkingsindicator oranje blijft branden,
ook al is het laden voltooid.Als de werkingsindicator knippert
Als zich een fout voordoet, knippert de
werkingsindicator oranje. Los de fout op
basis van onderstaande tabellen op.
• Knippert eens per seconde
herhaaldelijk (oranje)
Vermoedelijke oor-
zakenOplossing
Fout in communica-
tie tussen auto en
lader.Als het hybridesys-
teem in werking is,
schakel dit dan uit
en vervolgens weer
in. Als het contact in
stand ACC staat,
start dan het hybri-
desysteem.
(→Blz. 246)
• Knippert continu 3 keer herhaaldelijk
(oranje)
Vermoedelijke oor-
zakenOplossing
Signalering
vreemde voorwer-
pen:
Er bevindt zich een
metalen voorwerp
in het laadgebied,
en dus treedt de
beveiliging tegen
oververhitting van
de laadspoel in wer-
kingVerwijder het
vreemde voorwerp
van het laadgebied.
Onjuiste plaatsing
draagbaar apparaat:
De laadspoel in het
draagbare apparaat
bevindt zich buiten
het laadgebied, en
dus treedt de bevei-
liging tegen over-
verhitting van de
laadspoel in wer-
kingVerwijder het
draagbare apparaat
uit het oplaadvak,
controleer of de
werkingsindicator
weer groen wordt
en plaats het appa-
raat nogmaals on-
geveer in het mid-
den van het
oplaadvak. Als het
draagbare apparaat
is voorzien van een
hoesje, verwijder dit
dan.
6.4 Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
398
• Knippert continu 4 keer herhaaldelijk
(oranje)
Vermoedelijke oor-
zakenOplossing
De draadloze lader
wordt voor de vei-
ligheid uitgescha-
keld wanneer de
temperatuur in de
draadloze lader de
ingestelde waarde
overschrijdt.Stop het laden, ver-
wijder het draag-
bare apparaat uit
het oplaadvak en
wacht tot de tem-
peratuur is gedaald
voordat u de draad-
loze lader weer
gebruikt.
De draadloze lader kan worden bediend
als
Het contact in stand ACC of AAN staat.
Bruikbare draagbare apparaten
• Standaard Wireless Qi-laders kunnen
worden gebruikt voor draagbare
apparaten. Niet voor alle standaard
Qi-apparaten is echter compatibiliteit
gegarandeerd.
• De draadloze lader is bedoeld voor
draagbare apparaten met een laag
vermogen van niet meer dan 5 W,
zoals mobiele telefoons en
smartphones.
• Een laadvermogen van meer dan 5 W
wordt echter ondersteund door de
volgende draagbare apparaten.
– Laden met maximaal 7,5 W wordt
ondersteund door iPhone's met
7,5 W laadvermogen.
– Laden met maximaal 10 W wordt
ondersteund door draagbare
apparaten die voldoen aan de
WPC-norm versie 1.2.4.
Gebruik van het Smart entry-systeem
met startknop
Als het Smart entry-systeem met
startknop de sleutel signaleert terwijl
een apparaat wordt opgeladen, wordt
het laden tijdelijk gestopt.Wanneer er hoesjes of accessoires aan
de draagbare apparaten zijn bevestigd
Laad niet op wanneer er een hoesje of
accessoire aan het draagbare apparaat is
bevestigd dat niet compatibel is met Qi.
Afhankelijk van het type hoesje of
accessoire kan het zijn dat het laden niet
mogelijk is. Verwijder het hoesje of
accessoire als het draagbare apparaat op
het laadgebied is geplaatst, ook al wordt
er niet geladen.
Tijdens het laden is via AM-radio ruis te
horen
• Schakel de draadloze lader uit en
controleer of de ruis is afgenomen. Als
de ruis afneemt, druk dan gedurende
2 seconden op de voedingsschakelaar
van de draadloze lader. Hiermee kan
de frequentie van de lader worden
gewijzigd en de ruis worden
verminderd. In dat geval gaat ook de
werkingsindicator 2 keer oranje
knipperen.
• iPhone's gebruiken een bepaalde
frequentie voor snel laden.
Afhankelijk van de iOS-versie wordt
snel laden mogelijk niet uitgevoerd
tijdens het wisselen van frequentie.
Belangrijke punten met betrekking tot
de draadloze lader
• Als de elektronische sleutel niet in het
interieur kan worden gesignaleerd,
kan er niet worden geladen. Wanneer
het portier wordt geopend en
gesloten, wordt het laden mogelijk
tijdelijk onderbroken.
• Tijdens het laden worden de draadloze
lader en het draagbare apparaat
warmer. Dit duidt echter niet op een
storing. Wanneer een draagbaar
apparaat tijdens het laden warm
wordt, stopt het laden mogelijk als
gevolg van de beschermingsfunctie
van het draagbare apparaat. In dit
geval kunt u weer laden nadat de
temperatuur van het draagbare
apparaat aanmerkelijk is afgenomen.
6.4 Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
399
6
Voorzieningen in het interieur
OPMERKING(Vervolgd)
Als het besturingssysteem van de
smartphone is bijgewerkt
Als het besturingssysteem van de
smartphone is bijgewerkt naar een
nieuwere versie, zijn de
oplaadspecificaties mogelijk aanzienlijk
gewijzigd. Raadpleeg de informatie op
de website van de fabrikant voor meer
informatie.
Voorkomen van ontlading van de
12V-accu
Gebruik de draadloze lader niet
gedurende lange tijd wanneer het
hybridesysteem is uitgeschakeld.
Armsteun
Klap de armsteun omlaag om deze te
kunnen gebruiken.
OPMERKING
Voorkomen van beschadiging van de
armsteun
Plaats geen al te zware last op de
armsteun.Handgrepen
Een handgreep aan het dak kan ter
ondersteuning van uw lichaam worden
gebruikt wanneer u zit.
WAARSCHUWING!
Handgrepen
Gebruik de handgreep niet bij het in- of
uitstappen of bij het opstaan vanaf uw
zitplaats.
OPMERKING
Voorkomen van beschadiging van de
handgreep
Hang geen zware voorwerpen aan de
handgreep en belast de greep niet
overmatig.
6.4 Gebruik van de overige voorzieningen in het interieur
402