276
PEUGEOT Connect Nav
Tijdens het opstarten en in bepaalde gebieden
kan het zijn dat er geen verbinding beschikbaar
is.
► Controleer of de online diensten zijn
geactiveerd (instellingen, contract).
Radio
De ontvangstkwaliteit van de beluisterde
radiozender neemt geleidelijk af, of de
voorkeuzezenders kunnen niet worden
ontvangen (geen geluid, 87,5 MHz wordt
weergegeven, enz.).
De auto is te ver verwijderd van het zendstation,
of er is geen zendstation aanwezig in het
geografische gebied.
► Activeer de functie "RDS" via het snelmenu
om het systeem te laten zoeken naar een
sterkere zender in het geografisch gebied.
De antenne ontbreekt of is beschadigd
(bijvoorbeeld tijdens het inrijden van een
wasstraat of parkeergarage).
► Laat de antenne controleren door een dealer.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen,
gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook
als de RDS-functie is ingeschakeld.
Dit fenomeen is heel normaal, en geeft geen
defect van het audiosysteem aan.
Ik kan sommige opgeslagen zenders uit de
lijst niet ontvangen.
De naam van de zender verandert.
De zender wordt niet meer ontvangen, of de
naam van de zender in de lijst is veranderd.
Bij elke wijziging van het thema wordt het
systeem opnieuw opgestart waarbij het
scherm tijdelijk zwart wordt.
Veelgestelde vragen
Hieronder vindt u de antwoorden op de meest
gestelde vragen over het systeem.
Navigatie
Ik kan het bestemmingsadres niet opgeven.
Het adres wordt niet herkend.
►
Gebruik de "intuïtieve methode" door op
de toets "Zoeken..." op de onderzijde van het
scherm "Navigatie" te drukken.
De route wordt niet berekend.
Het kan zijn dat de route-instellingen niet
overeenkomen met de huidige locatie
(bijvoorbeeld, wanneer geen rekening wordt
gehouden met tolwegen terwijl de auto op een
tolweg rijdt).
►
Controleer de route-instellingen in het menu
"Navigatie".
Ik krijg geen waarschuwingen voor
"Gevarenzones".
U heeft geen abonnement op deze online dienst.
►
W
anneer u wel op deze dienst bent
geabonneerd:
- kan het zijn dat na het afsluiten van het
abonnement deze dienst pas een paar dagen
later wordt geactiveerd, - kan het zijn dat de diensten niet in het
systeemmenu zijn geselecteerd,
- kan het zijn dat de online diensten niet actief
zijn ("TOMTOM TRAFFIC" wordt niet op de kaart
weergegeven).
De POI's worden niet aangegeven.
De POI's zijn niet geselecteerd.
►
Stel het zoomniveau in op 200 m, of
selecteer de POI's in de lijst met POI's.
Het geluidssignaal "Gevarenzone" werkt niet.
Het geluidssignaal is niet geactiveerd of het
volume is te laag.
►
Activeer het geluidssignaal in het menu
"Navigatie", en controleer het spraakvolume in
de audio-instellingen.
Het systeem stelt bij belemmeringen geen
alternatieve routes voor
.
De route-instellingen houden geen rekening met
de actuele verkeersinformatie.
►
Configureer de functie "V
erkeersinformatie" in
de lijst met route-instellingen (geen, handmatig
of automatisch).
Ik word gewaarschuwd voor een
"Gevarenzone" die niet op mijn route ligt.
Het systeem biedt geleide navigatie, maar
kondigt ook alle "Gevarenzones" aan. Deze
worden met een driehoek vóór het pictogram
van de auto weergegeven. Het kan zijn dat het
systeem waarschuwt voor "Gevarenzones" op
dichtstbijzijnde of parallelwegen.
►
Zoom in op de kaart om de precies
locatie van de "Gevarenzone" te bekijken. U
kunt "Op de route" selecteren zodat u geen waarschuwingen meer ontvangt. Ook kunt u de
duur van de waarschuwing beperken.
Sommige files op de route worden niet direct
gemeld.
Na het opstarten kan het een paar minuten
duren voordat het systeem verkeersinformatie
ontvangt.
►
W
acht totdat de verkeersinformatie goed is
ontvangen (op de kaart worden pictogrammen
met verkeersinformatie weergegeven).
In bepaalde landen is verkeersinformatie alleen
voor de hoofdwegen (autosnelwegen, enz.)
beschikbaar.
Dit is volkomen normaal. Het systeem
is afhankelijk van de beschikbare
verkeersinformatie.
De hoogteligging wordt niet weergegeven.
Na het opstarten kan de initialisatie van het
GPS tot 3 minuten duren voordat er meer dan 4
satellieten correct worden ontvangen.
►
W
acht tot het systeem volledig is opgestart
zodat het signaal van ten minste 4 satellieten
wordt ontvangen.
De kwaliteit van de GPS-ontvangst kan worden
beïnvloed door de omgeving (tunnel, enz.) en
het weer.
Dit is een normaal verschijnsel. De werking van
het systeem is afhankelijk van de ontvangst van
het GPS-signaal.
De verbinding van de online navigatie is
verbroken.
277
PEUGEOT Connect Nav
11Tijdens het opstarten en in bepaalde gebieden
kan het zijn dat er geen verbinding beschikbaar
is.
►
Controleer of de online diensten zijn
geactiveerd (instellingen, contract).
Radio
De ontvangstkwaliteit van de beluisterde
radiozender neemt geleidelijk af, of de
voorkeuzezenders kunnen niet worden
ontvangen (geen geluid, 87,5 MHz wordt
weergegeven, enz.).
De auto is te ver verwijderd van het zendstation,
of er is geen zendstation aanwezig in het
geografische gebied.
►
Activeer de functie "RDS" via het snelmenu
om het systeem te laten zoeken naar een
sterkere zender in het geografisch gebied.
De antenne ontbreekt of is beschadigd
(bijvoorbeeld tijdens het inrijden van een
wasstraat of parkeergarage).
►
Laat de antenne controleren door een dealer
.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen,
gebouwen, tunnels, parkeergarages, enz.), ook
als de RDS-functie is ingeschakeld.
Dit fenomeen is heel normaal, en geeft geen
defect van het audiosysteem aan.
Ik kan sommige opgeslagen zenders uit de
lijst niet ontvangen.
De naam van de zender verandert.
De zender wordt niet meer ontvangen, of de
naam van de zender in de lijst is veranderd. Sommige zenders sturen in plaats van een
naam andere informatie mee (bijv. titel van het
afgespeelde nummer).
Het systeem interpreteert deze informatie als de
naam van de zender.
►
Druk op de toets "Lijst updaten" in het
vervolgmenu "Zenderlijst".
Media
Het afspelen van de muziek op mijn USB-
geheugenstick begint pas na lang wachten
(ongeveer 2 tot 3 minuten).
Door bepaalde bestanden die standaard
op een USB-geheugenstick staan, kan het
erg lang duren tot de muziek op de USB-
geheugenstick wordt afgespeeld (tot 10 keer de
fabrieksopgave).
►
Wis de bestanden die standaard op de USB-
geheugenstick staan, en beperk het aantal
submappen in de mappenstructuur van de
USB-geheugenstick.
Na het insteken van een USB-geheugenstick
kan het even duren voordat deze wordt
afgespeeld.
Het systeem leest verschillende data (map, titel,
artiest, enz.). Dit kan een paar seconden duren,
maar ook een paar minuten.
Dit is volkomen normaal.
Het kan zijn dat sommige informatietekens in
de huidige afspeelmedia niet correct worden
weergegeven.
Het audiosysteem kan bepaalde typen tekens
niet verwerken. ►
Gebruik standaard karakters voor de
benaming van nummers en mappen.
Het afspelen van streaming-bestanden start
niet.
Het aangesloten apparaat start afspelen niet
automatisch.
►
Start het afspelen via het apparaat.
T
itels van nummers en afspeeltijden worden
niet op het scherm voor audiostreaming
weergegeven.
De Bluetooth-verbinding biedt deze mogelijkheid
niet.
Telefoon
Het lukt me niet om mijn Bluetooth-telefoon
te koppelen.
Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de
telefoon is uitgeschakeld of dat uw toestel niet
zichtbaar is voor het systeem.
►
Controleer of de Bluetooth-functie van de
telefoon is ingeschakeld.
►
Controleer bij de instellingen van uw telefoon
of deze op "zichtbaar voor alle apparaten" staat.
►
Schakel de Bluetooth-functie van de telefoon
uit en weer in.
De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het
systeem.
►
U kunt de compatibiliteit van uw telefoon
controleren op de website van het merk
(services).
Android
Auto en/of CarPlay werken niet.
278
PEUGEOT Connect Nav
Android Auto en CarPlay worden niet
ingeschakeld wanneer de USB-kabels van
slechte kwaliteit zijn.
►
Gebruik originele USB-kabels om de
compatibiliteit te waarborgen.
Android
Auto en/of CarPlay werken niet.
Android Auto en CarPlay zijn niet in alle landen
beschikbaar.
►
Op de website van Google
Android Auto
en Apple staat welke landen er worden
ondersteund.
Het volume van de aangesloten Bluetooth-
telefoon is niet hoorbaar.
Het volume is afhankelijk van het systeem en
van de telefoon.
►
V
erhoog het volume van het audiosysteem,
indien nodig, tot maximaal en verhoog het
volume van de telefoon indien nodig.
Omgevingsgeluid is van invloed op de kwaliteit
van een telefoongesprek.
►
Beperk het omgevingsgeluid (ramen sluiten,
ventilatie lager zetten, snelheid verminderen
enz.).
Sommige contacten komen in de lijst dubbel
voor
.
U kunt contacten op de volgende manieren
synchroniseren: u kunt de contacten op de
simkaart synchroniseren, de contacten op de
telefoon synchroniseren, of beide. Wanneer u
beide synchronisaties selecteert, kan het zijn dat
sommige contacten dubbel voorkomen. ►
Selecteer "Contacten van SIM-kaart
weergeven" of "Contacten van telefoon
weergeven".
De contacten staan niet op alfabetische
volgorde.
Sommige telefoons hebben speciale weergave-
opties.
Afhankelijk van de instellingen kunnen
contacten in een bepaalde volgorde worden
overgenomen.
►
V
erander de instellingen voor de weergave
van contacten in de telefoon.
Het systeem ontvangt geen sms-berichten.
In de Bluetooth-modus kunnen er geen sms-
tekstberichten naar het systeem worden
gestuurd.
Instellingen
Wanneer ik de instellingen voor hoge
en lage tonen wijzig, wordt geluidssfeer
uitgeschakeld.
Wanneer de geluidssfeer wordt gewijzigd,
worden de instellingen voor hoge en lage
tonen gereset.
De geluidssfeer is gekoppeld aan de hoge en
lage tonen.
►
Wijzig de instelling van de hoge en de lage
tonen of wijzig de geluidssfeer om de gewenste
geluidskwaliteit te verkrijgen.
W
anneer ik de instellingen voor balans wijzig,
wordt de geluidsverdeling uitgeschakeld.
Wanneer u de instelling voor de
geluidsverdeling wijzigt, worden de
instellingen voor de balans gedeselecteerd. De geluidsverdeling is gekoppeld aan de balans.
►
Stel de balans in of kies een geluidsverdeling
naar eigen wens.
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen
geluidsbronnen.
V
oor een optimale geluidskwaliteit kunnen de
geluidsinstellingen worden aangepast aan
verschillende audiobronnen die hoorbare
verschillen kunnen genereren bij het veranderen
van de bron.
►
Controleer of de geluidsinstellingen
overeenkomen met de bronnen waarnaar
wordt geluisterd. Het is raadzaam om de
geluidsinstellingen (Bass:,
Treble:, Balans) in de
middelste stand te zetten, om de geluidssfeer
op "Geen" te zetten en om de correctie van het
volume in de USB-modus op "Actief" en in de
Radiomodus op "Niet actief" te zetten.
► Pas, in alle gevallen, nadat u de
geluidsinstellingen heeft ingesteld, het
geluidsvolume op het draagbare apparaat
eerst aan (op hoog zetten). Stel dan het
geluidsvolume van het audiosysteem in.
Na het afzetten van de motor
, wordt het
systeem na enkele minuten automatisch
uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft het audiosysteem
nog werken zolang de laadtoestand van de accu
dat toestaat.
In de normale uitgeschakelde stand, gaat het
systeem na een bepaalde tijd automatisch over
op de eco-modus om de accu niet te ontladen.
280
Trefwoordenregister
12V-accu 191, 196, 221–224, 221–225
180° zicht naar achteren
169
A
Aanhanger 94, 186
Aanhangergewichten
231–232, 234, 236
Aanjager achter
64
Aansluiting 12 V
68, 72, 78
ABS
92
Accessoires
89
Accu laden
222, 225
Achterbank
52–53
Achterklep
34
Achterlichten
215
Achterruitverwarming
66
Achteruitrijcamera
136, 165, 167–168
Achteruitrijlicht
215
Actief dodehoekbewakingssysteem
164
Actieradius AdBlue®
19, 196
Active Safety Brake
158–160
Adaptieve cruise control met Stop-functie
140
Adaptieve snelheidsregelaar
145–146
AdBlue®
19, 198
AdBlue® bijvullen
199
AdBlue®-reservoir
199
Advanced Grip Control
95
Afmetingen
237
Afstandsbediening
27–29, 31–32
Afstellen van de koplamphoogte
81
Airbags
101, 103, 105
Airbags vóór 102–103, 106
Airconditioning
61, 64
Airconditioning met gescheiden regeling
61
Alarmknipperlichten
89, 203
Alarmsysteem
39–40
Algemeen menu
25
Allesdragers
189–190
Android Auto verbinding
247, 266
Antiblokkeersysteem (ABS)
92
Antidiefstalsysteem/Startblokkering
29
Antispinregeling (ASR) ~
Antislipregeling
93, 95
Apple®-speler
245, 270
Apple CarPlay verbinding
246, 265
Apps
266
Armleuning achter
72
Armleuning vóór
70
Audiokabel
270
Audioversterker
68
Automatische airconditioning ~
Airconditioning, automatische
65
Automatische airconditioning met
gescheiden regeling
61
Automatische ruitenwissers
87
Automatische transmissie ~ Versnellingsbak,
automatische
124–127, 129, 197, 222
Automatisch inschakelen verlichting
81
Automatisch noodremsysteem
158–160
AUX-aansluiting
245, 270B
Bagageafdekking 74–75
Bagageafdekscherm
75
Bagagenet voor hoge belading
76–77
Bagageruimte
34–35, 38, 78
Bagageruimte (indeling)
74
Banden
197, 238
Banden oppompen
197, 238
Bandenreparatieset
204–206
Bandenspanning
197, 207, 238
Bandenspanningscontrole (met set)
207, 209
Bandenspanning te laag (detectie)
133
Batterij afstandsbediening ~
Afstandsbediening, batterij
33
Batterij afstandsbediening vervangen ~
Afstandsbediening, batterij vervangen
33
Bediening autoradio aan stuurkolom ~
Autoradio, bedieningen aan stuurkolom
240, 254
Bekerhouder
67
Beladen
76–77, 189–190
Benzinemotor
131, 193, 232
Bergingsauto of trailer (slepen)
227
Bijvullen AdBlue®
196, 199
Binnenspiegel
51
BlueHDi
19, 22, 196, 203
Bluetooth (handsfree set)
247–248, 271–272
Bluetooth (telefoon)
247–248, 271–272
Bluetooth-verbinding
247–248,
266–267, 271–272
Bochtverlichting, statisch
84
281
Trefwoordenregister
Boordcomputer 23–24
Boordgereedschap
78, 204–206
Brandstof
7, 175
Brandstofadditief
195–196
Brandstofniveaumeter
175
Brandstoftank
175–176, 175–177
Brandstof tanken
176
Brandstoftank leeg (diesel)
203
Brandstofverbruik
7, 21
Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep
176
Buitenspiegels
50–51, 66, 162
Buitenverlichting
82
C
Carrosserie 201
Carrosserie-onderhoud
201
Centrale vergrendeling
31
CHECK
22
Claxon
90
Configuratie van de auto
24, 26
Connectiviteit
265
Contact
120, 273
Contact aangezet
120
Controlelampjes
11–12
Controle motorolieniveau ~ Motorolieniveau,
controle
18
Controlepaneel
179–180, 184
Controles
194, 196–198
D
DAB (Digital Audio Broadcasting) -
Digitale radio
244, 269
Dagteller
22
Dashboardkastje
67
Datum (instellen)
251, 275
Datum instellen
251, 275
Detectie obstakels
164
Detectie te lage bandenspanning ~
Bandenspanning, detectie
133, 207
De tractiebatterij laden
180
Dieselmotor
175, 194, 203, 234
Digitaal instrumentenpaneel
9–10
Digitale radio - DAB (Digital Audio
Broadcasting)
244, 269
Dimlicht
215
Dimmer dashboardverlichting ~
Dashboardverlichting (dimmer)
22
Dodehoekbewaking
162, 164
Draadloze lader
69
Drive Assist Plus
145
Dynamische noodrem
122–123
E
Eco-mode ~ Eco-modus 191
Eco-rijden (adviezen)
7
ECO-stand
130
Electronic Stability Program (ESC)
93, 95
Elektrisch bedienbare achterklep
35–36, 38
Elektrisch bediende handrem ~ Handrem,
elektrisch bediend
121–123, 197
Elektrische automatische transmissie
(hybride)
127
Elektrische ruitbediening
41
Elektrisch verstelbare stoelen
49
Elektromotor
130–131, 177, 236
Elektronische remdrukregelaar (REF)
92
Elektronische remdrukregelaar (REF) ~
Electronic Brake Force Distribution (EBD)
92
Elektronische sleutel
29–31
Elektronische startblokkering ~
Startblokkering, elektronische
11 8
Elektronisch Stabiliteits Programma
(ESP)
92, 94–95
Energiestromen
25
e-Save-functie (energiereserve)
26
ESP (Elektronisch Stabiliteits Programma)
92
F
Flacon AdBlue® 199
Follow me home-verlichting
28, 82
Follow me home verlichting ~
Follow-me-home-verlichting
28, 82
Frequentie (radio)
268–269
Functie i-Cockpit® Amplify
50
284
Trefwoordenregister
Noodoproep ~ Urgence-oproep 90–91
Noodprocedure afzetten van
de motor
120–121
Noodprocedure starten
120, 221
Noodremassistentie ~ Brake Assist System
(BAS)
93, 160
Noodremassistentie (AFU) ~ Brake Assist
System (BAS)
93
Nulstelling dagteller ~ Dagteller resetten
22
O
Oliefilter 196
Oliefilter (vervangen)
196
Olieniveau
18, 194
Oliepeilstok
18, 194
Olieverbruik
194
Onder de motorkap ~ Motorruimte
192–193
Onderhoud (adviezen)
177, 201
Onderhoudsadviezen
177, 201
Onderhoudscontroles
17, 196, 198
Onderhoudsindicator ~
Onderhoudsintervalindicator
17, 22
Ontdooien
51, 65
Ontgrendelen
27, 29
Ontgrendelen achterklep
28, 30
Ontgrendelen bagageruimte ~ Bagageruimte
ontgrendelen
28, 30
Ontgrendelen portieren ~ Portieren
ontgrendelen
31–32
Ontgrendelen van binnenuit ~ Interieur
ontgrendelen
31
Ontluchten brandstofsysteem ~
Brandstofsysteem ontluchten
203
Ontwasemen
51, 65
Ontwasemen achter
65
Ontwasemen achter ~
Achterruitverwarming
66
Ontwasemen voor
65
Op afstand bedienbare functies
26, 185
Op afstand bedienbare functies
(plug-in hybride)
26, 66
Opbergvak
67, 78
Opbergvakken
67, 70, 72, 74, 78
Opbergvakken portieren
67
Openen bagageruimte ~ Bagageruimte
openen
29, 34
Openen motorkap ~ Motorkap,
openen
192–193
Openen portieren ~ Portieren openen
29, 34
Openen ruiten ~ Ruiten openen
27
Oplaadbaar hybridesysteem
5, 8, 25,
119, 131, 177
Opladen via normaal stopcontact (plug-in
hybride)
184–185
Opschakelindicator
131
Overzicht motoren ~ Motorenoverzicht
236
Overzicht van het verbruik
25–26
Overzicht zekeringen ~
Zekeringentabel
216, 219P
Panoramisch schuifdak 42–44
Park Assist
170–172
Parkeerhulp achter
164
Parkeerhulp achter met grafische
weergave en geluidssignalen
164
Parkeerhulpsystemen (algemene
adviezen)
135
Parkeerhulp vóór
165
Parkeerlichten
80, 215
Persoonlijke instellingen
10
Plafonniers
71
Portieren
34
Portieren sluiten
30–31, 34
Profielen
249, 274
Programmeerbare verwarming
26, 66
Pyrotechnische gordelspanners
100
R
Radar (waarschuwingen) 135
Radio
243, 268
Radiozender
243, 268–269
RDS
243, 268
READY (verklikkerlampje)
192
Recuperatief remmen (vertragen
door remmen op de motor)
128
Regeling luchtopbrengst ~ Aanjager,
regeling
63, 65