216
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
Stuurkolomschakelaars
Spraakbediening:Kort indrukken: gesproken commando's van
het systeem (afhankelijk van de uitvoering).
Lang indrukken, gesproken commando's van de
smartphone die met het systeem is verbonden
door middel van Bluetooth
® of Mirror Screen®
(Apple® CarPlay®/Android Auto).Geluidsvolume verhogen.
Geluidsvolume verlagen.
Door lang op de toets voor het verlagen
van het geluidsvolume te drukken, wordt het geluid
gedempt.
Schakel het geluid weer in door op één van de twee
volumetoetsen te drukken.
Inkomende oproep (kort indrukken): oproep aannemen.
Tijdens gesprek (kort indrukken): ophangen.
Inkomende oproep (lang indrukken): oproep
weigeren.
Geen gesprek
bezig(kort indrukken): het
oproepenlogboek openen van de telefoon die
via
Bluetooth
® is verbonden.
Mirror Screen® verbonden (kort indrukken): de
geprojecteerde weergave van de telefoonapp van
uw Mirror Screen
®-apparaat openen.Radio: automatisch zoeken naar de vorige / volgende zender (in de lijst
met radiozenders gesorteerd op naam of
frequenties).
Media: vorige / volgende nummer. Bladeren in de
lijsten.
Telefoon: bladeren door het oproepenlogboek van
de telefoon.
Kort drukken: valideer een selectie. Als er geen
sprake is van een selectie: weergeven van de lijsten.
Applicaties
Druk op de startpagina op deze toets om het overzicht van de apps te openen.
Druk op elke willekeurige pagina met drie of meer vingers op het touchscreen om het
overzicht van de apps te openen.
Help Toegang tot het instructieboekje en bekijken
van de trainingsvideo's.
Media Selecteren van een geluidsbron of
radiozender.
Mirror Screen®
Smartphone verbonden via Mirror Screen®:
toegang tot de geprojecteerde weergave van
Apple
®CarPlay® of Android Auto.
Smartphone niet verbonden: toegang tot het menu
om een smartphone te verbinden.
Navigatie (afhankelijk van de uitvoering)
Invoeren van instellingen voor het navigatiesysteem
en kiezen van een bestemming.
De in real time beschikbare diensten gebruiken,
afhankelijk van de uitvoering.
Gesproken commando's (afhankelijk van de uitvoering)
Gebruiken van de spraakherkenning van het
systeem of van de smartphone via het systeem.
Telefoon Telefoon niet verbonden: toegang tot het
menu om een telefoon te verbinden.
Telefoon verbonden: toegang tot het
oproepenlogboek, de contacten en de
telefooninstellingen.
Twee verbonden telefoons: toegang tot de inhoud
van de telefoon met prioriteit met de mogelijkheid
om de prioriteit van de telefoon te wijzigen.
Instellingen Belangrijkste instellingen van het
audiosysteem, het touchscreen en het digitale
instrumentenpaneel.
Gesproken commando's
Eerste handelingen
(afhankelijk van de uitvoering)
De spraakherkenning biedt een keuze uit minimaal
17 talen (Frans, Duits, Engels (VK), Engels (VS),
Arabisch, Braziliaans, Chinees, Spaans, Hebreeuws,
Italiaans, Japans, Nederlands, Pools, Portugees,
Russisch, Zweeds, Turks) die via het mobiele
netwerk beschikbaar zijn en overeenkomen met de
gekozen taal die eerder in het systeem is ingesteld.
217
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
10Het systeem ondersteunt twee talen die worden
gebruikt wanneer er wordt gereden in gebieden die
niet door een mobiel netwerk worden gedekt.
Deze talen, die ingebouwde talen worden genoemd,
zijn in het systeem gedownload.
Als de gekozen taal niet is gedownload, verschijnt
er een melding op het scherm zodra het mobiele
netwerk voor het eerst geen verbinding meer heeft
en wordt aangeboden om de taal te downloaden.
Download deze nieuwe taal van tevoren via het
Wi-Fi-netwerk om deze in alle gebieden te kunnen
gebruiken (zet het contact aan zonder de motor te
starten).
Voer de downloadprocedure uit die op het scherm
wordt weergegeven.
Wanneer deze nieuwe taal wordt gedownload,
wordt de ingebouwde taal die het minst is gebruikt,
verwijderd.
Informatie - Het systeem
gebruiken
Wanneer gesproken commando's zijn ingeschakeld, moet u uw commando na het
geluidssignaal geven.
Voor commando's in verschillende fasen vindt
interactie met het systeem plaats om het eerste
verzoek te voltooien.
Sommige commando's worden na 7 seconden
automatisch gevalideerd.
Als het systeem uw commando niet kan uitvoeren,
wordt dit aangegeven door een gesproken bericht
en een melding op het scherm.
De spraakherkenning openen
Gesproken commando's kunnen worden gebruikt op elke schermpagina op
voorwaarde dat er geen andere functies actief zijn
die prioriteit hebben (achteruitrijden, noodoproep of
pechhulpoproep, telefoongesprek of wanneer de
spraakherkenning van een andere smartphone al
wordt gebruikt).
De spraakherkenning kan als volgt worden geopend:
►
Zeg
"OK Peugeot".
Of
►
Druk op de toets op het stuurwiel.
Of
►
Druk op de toets op het touchscreen.
Houd rekening met het volgende om ervoor te zorgen dat het systeem uw gesproken
commando's altijd herkent:
–
Spreek met een normale stem de woorden
natuurlijk en volledig uit, zonder uw stem te
verheffen.
–
Na het openen van de spraakherkenning
met de toets op het stuurwiel of de toets op
het touchscreen moet u altijd wachten op de
pieptoon (geluidssignaal) voordat u begint
te praten. Er klinkt geen piep wanneer de
spraakherkenning met "OK Peugeot" wordt
geopend.
–
V
oor een optimale werking raden wij u aan om
de ruiten en het schuif- / kanteldak (afhankelijk
van de uitvoering) te sluiten om geluiden van
buiten te voorkomen. Schakel ook de ventilatie
uit.
– Vraag de andere passagiers om stil te zijn
voordat u gesproken commando's geeft.
Voorbeeld van een gesproken commando voor de airconditioning:
"zet de ventilator harder"
"Zet de airconditioning aan"
"ik heb het te heet"
Voorbeeld van een gesproken commando voor radio en media:
"Ik wil naar michael jackson luisteren"
"schakel over naar radio"
"stem af op 88.5"
Gesproken commando's voor media zijn alleen beschikbaar met een
USB-verbinding.
Voorbeeld van een gesproken commando voor de navigatie:
"navigeer naar huis"
"Leid me naar daniëlles huis"
"zoek openbare parkeergelegenheid in de buurt"
Geef, afhankelijk van het land, de bestemmingsinstructies (het adres) op in de
taal die voor het systeem is geconfigureerd.
Voorbeeld van een gesproken commando voor de telefoon:
"bel de mobiel van matthijs"
"bel 071 5467563"
"Bel jonas"
222
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
De draadloze verbinding van een Android Auto-
apparaat kan worden gestart via het menu
"Apparaten".
Schakel eerst de Bluetooth
®-functie van de
smartphone in.
Druk op de "Instellingen"-app.
Selecteer het "Connectiviteit"-tabblad in de lijst.
Selecteer "Apparaten" om het apparaat weer te geven dat moet worden verbonden
met Android Auto.
Als het apparaat al via
Bluetooth
® met het systeem
is verbonden, selecteert u de apparaatinstellingen
in de lijst van bekende apparaten en kiest u Android
Auto als de modus voor draadloze verbinding.
Als het apparaat niet eerder met het systeem
verbonden is geweest, moet het worden gekoppeld.
Zie hiervoor het deel "Bluetooth
®-verbinding".
Het systeem detecteert of de smartphone
compatibel is met Android Auto en stelt voor om
deze te verbinden na het koppelingsproces.
Wanneer u wilt dat uw smartphone een volgende
keer automatisch verbinding maakt, moet Bluetooth
®
op uw apparaat zijn ingeschakeld.
Zodra de verbinding tot stand is gekomen, drukt u op deze toets om de "Android
Auto"-interface weer te geven.
Houd de toets op of bij het stuurwiel ingedrukt en zeg "OK Google" om de
gesproken commando's van de smartphone in te
schakelen.
Media
De bron wijzigen
Druk op de "Media"-app.
Druk op deze toets om de bron (radio,
audiostreaming via een USB-aansluiting,
Bluetooth
® of Mirror Screen®) te wijzigen.
Een radiozender selecteren
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Afspelen"-tabblad in de lijst.
Druk op een van de toetsen om automatisch naar radiozenders te
zoeken.
Of
Verplaats de schuifbalk om handmatig naar andere frequenties te zoeken.
Of
Druk op deze toets.
Voer de frequentie in via het virtuele
toetsenbord.
Druk op deze knop om te bevestigen.
Wanneer u op het "Zenders"-tabblad drukt, wordt
een lijst met zenders weergegeven.
Druk op "Dempen" om het geluid in te schakelen/uit te schakelen.
De radio-ontvangst kan worden verstoord door het gebruik van elektrische apparatuur
die niet door het merk is goedgekeurd, zoals een
lader met USB-aansluiting die is aangesloten op
de 12V-aansluiting.
Er kunnen storingen in de ontvangst optreden
door obstakels in de omgeving (bergen,
gebouwen, tunnels, parkeergarages enz.), ook
als de RDS-functie is ingeschakeld. Dit is een
normaal verschijnsel voor radiogolven en kan in
geen enkel opzicht worden gezien als een defect
van het systeem.
Een radiozender opslaan
Selecteer een zender.Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Afspelen"-tabblad in de lijst.
Druk op de toets "Favoriete radiozenders".
Het opslaan vindt plaats door kort of lang op
een van deze toetsen te drukken, of lang te
drukken op een al opgeslagen favoriete radiozender
die vervolgens vervangen wordt.
Druk op deze toets om terug te keren naar de vorige pagina.
Radiozenders automatisch
opzoeken
Via de toepassing "Media".Druk op de "Media"-app.
223
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
10Selecteer het "Zenders"-tabblad in de lijst.
Er wordt automatisch gezocht.
Wanneer u de schakelaars op of rondom het stuurwiel gebruikt, drukt u op deze toets.
Er wordt automatisch gezocht.
Radiozender volgen
inschakelen
Voor een betere ontvangst wijzigt het systeem
automatisch de frequentie.
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Instellingen"-tabblad in de lijst.
Schakel "Radiozender volgen" in.
Het oplichten van de schuifbalk bevestigt dat de
functie is geactiveerd.
De frequentieband wijzigen
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Afspelen"-tabblad in de lijst.
Druk op deze toets om de frequentieband (FM - AM - DAB) te wijzigen, afhankelijk van
het land van verkoop.
Verkeersinformatieberichten
inschakelen
Deze functie geeft prioriteit aan de
waarschuwingsmeldingen van de
Verkeersinformatieberichten. Voor een correcte
werking van deze functie is een goede ontvangst
van een radiozender nodig die deze berichten
uitzendt. Zodra een verkeersinformatiebericht
wordt uitgezonden, wordt de radiozender waar
op dat moment naar wordt geluisterd automatisch
onderbroken voor het verkeersinformatiebericht.
Zodra het bericht is afgelopen, wordt de normale
radiouitzending hervat.
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Instellingen"-tabblad in de lijst.
Schakel "Verkeersbericht" in.
Het oplichten van de schuifbalk bevestigt dat de
functie is geactiveerd.
Audio streamen
Met de streamingfunctie kunt u naar de audiostream
luisteren die afkomstig is van de smartphone(s) die
is (zijn) verbonden via Bluetooth
®, USB (iPod®-type)
of Mirror Screen®.
Stel eerst het volume van het draagbare apparaat af
(op een hoog geluidsniveau).
Stel dan het geluidsvolume van het systeem in.
Als het afspelen niet start, kan het zijn dat u
het afspelen van de audio moet starten via de
smartphone.
Bediening verloopt via het externe apparaat of via de
aanraaktoetsen van het systeem.
Als streaming eenmaal is gestart, wordt uw smartphone als een geluidsbron
beschouwd.
Een nummer afspelen
Druk op de "Media"-app.
Druk wanneer er meerdere apparaten zijn
verbonden op deze toets om een apparaat te
selecteren.
Wanneer het apparaat is verbonden, kunt u door de
bestanden bladeren door op de toets "Afspeellijst"
of "Bibliotheek" te drukken.
Kort indrukken: naar het vorige / volgende nummer gaan.
Lang indrukken: snel vooruit / achteruit spoelen in
een nummer.
De huidige titel of de lijst met geselecteerde titels herhalen.
Willekeurig nummers afspelen.
Geluid uitschakelen / weer inschakelen.
Instellingen voor audio en
radio configureren
De audio-instellingen kunnen op 2 manieren worden
geopend.
Via de toepassing Media
Druk op de "Media"-app.
Selecteer het "Instellingen"-tabblad in de lijst.
Of
Via de toepassing Instellingen
Druk op de "Instellingen"-app.
224
PEUGEOT i-Connect Advanced - PEUGEOT i-Connect
Selecteer het "Audio en radio"-tabblad in de lijst.
Het volgende kan worden geconfigureerd:
– Audio-instellingen.
–
Radio-instellingen.
–
Volume-instellingen.
Informatie en tips
Het systeem ondersteunt USB-
massaopslagapparaten of Apple®-apparaten via
de
USB-aansluitingen. De adapterkabel wordt niet
meegeleverd.
U beheert de apparaten met de bedieningstoetsen
van het audiosysteem.
Het systeem speelt alleen audiobestanden af met de
bestandsextensie ".wma", ".aac", ".flac", ".ogg" en
".mp3" met een bitrate tussen 32 kbps en 320 kbps.
Ook bestanden met een VBR (Variable Bit Rate)
kunnen worden afgespeeld.
Andere typen audiobestanden (".mp4", enz.) kunnen
niet worden afgespeeld.
Bestanden met de extensie ".wma" moeten van de
WMA 9-standaard zijn.
De ondersteunde bemonsteringsfrequenties
(sampling rates) zijn 32, 44 en 48 KHz.
Om problemen met lezen en weergeven te
voorkomen, raden wij aan om bestandsnamen te
kiezen van maximaal 20 tekens die geen speciale
tekens bevatten (zoals, " ? .
; ù).
Gebruik uitsluitend USB-geheugensticks met de
bestandsindeling FAT32 (File Allocation Table).
Wij raden aan om de originele USB-kabel voor het draagbare apparaat te gebruiken.
Telefoon
Een gesprek ontvangen
Als u wordt gebeld, klinkt een beltoon en verschijnt
een extra venster op het scherm.
Het gesprek aannemen:
Druk kort op de telefoontoets op het stuurwiel om een inkomend gesprek aan te
nemen.
Of
Druk op deze toets op het touchscreen.
Het gesprek beëindigen:
Houd...
... de telefoontoets op het stuurwiel ingedrukt
om het gesprek te weigeren.
Of
Druk op deze toets op het touchscreen.
Druk op deze toets op het touchscreen om
een automatisch bericht te verzenden waarin
wordt gemeld dat u aan het rijden bent.
Bellen
Het gebruik van de telefoon tijdens het rijden wordt ten zeerste afgeraden.
Parkeer de auto.
Bellen via het numerieke toetsenbord
Druk op de "Telefoon"-app.
Selecteer het "Toetsenbord"-tabblad in de lijst en
kies dan het nummer.
Druk op deze toets om te bellen.
Bellen via de lijst met recente
gesprekken
Druk op de "Telefoon"-app.
Selecteer het "Oproepen"-tabblad in de lijst.
Of
Druk kort...
... op de telefoontoets op het stuurwiel.
Selecteer en bel een van de meest recente
nummers in de lijst met gebelde nummers.
U kunt altijd rechtstreeks met uw telefoon bellen. Zet in dat geval de auto uit
veiligheidsoverwegingen stil.
Een contact bellen
Druk op de "Telefoon"-app.
Selecteer het "Contacten"-tabblad in de lijst.
Selecteer het gewenste contact in de getoonde lijst.
Bel het contact door een van de telefoonnummers van het contact te
selecteren.
231
Trefwoordenregister
C
Carrosserie 183
Carrosserie-onderhoud
183
Centrale vergrendeling
31
CHECK
22
Claxon
81
Configuratie van de auto
11, 24
Connectiviteit
225
Contact
104, 225
Contact aangezet
104
Controlelampjes
12
Controle motorolieniveau ~ Motorolieniveau,
controle
19
Controlepaneel
159, 161–162, 166
Controles
176, 178–180
D
Dagteller 22
Dashboardkastje
59
Datum (instellen)
225
Detectie obstakels
148
Detectie te lage bandenspanning ~
Bandenspanning, detectie
114, 189
De tractiebatterij laden
162
Diagnose auto
22
Dieselmotor
156, 176, 186
Digitaal instrumentenpaneel
10
Dimmer dashboardverlichting ~
Dashboardverlichting (dimmer)
22
Display instrumentenpaneel 10–11
Dodehoekbewaking met groot bereik
147
Draadloze lader
60
Drive Assist Plus
126–127
Dynamische noodrem
105–107
E
Eco-mode ~ Eco-modus 174
Eco-rijden (adviezen)
8
ECO-stand
111
Electronic Stability Program (ESC)
84
Elektrisch bedienbare achterklep
35–36, 38
Elektrisch bediende handrem ~ Handrem,
elektrisch bediend
104–107, 179
Elektrisch verstelbare stoelen
46–47
Elektromotor
111–112, 158, 208
Elektronische remdrukregelaar (REF)
83
Elektronische remdrukregelaar (REF) ~
Electronic Brake Force Distribution (EBD)
83
Elektronische sleutel
30–31
Elektronische startblokkering ~ Startblokkering,
elektronische
100
Elektronisch Stabiliteits Programma (ESP)
83, 85
Energiestromen
25
e-Save-functie (energiereserve)
25
ESP (Elektronisch Stabiliteits Programma)
83
F
Favoriete rijfuncties 11 8
Flacon AdBlue®
181
Follow me home-verlichting
29, 72
Follow me home verlichting ~ Follow-me-
home-verlichting
29, 72
Frequentie (radio)
223
G
Geheugen instellingen bestuurder 47
Geluidssignaal stil voertuig (plug-in hybride)
81
Geluidssignaal voor voetgangers
(plug-in hybride)
81
Geprogrammeerd laden
25, 167
Geprogrammeerd laden (plug-in hybride)
25–26,
159, 164
Gereedschap
186–188
Gereedschapskist
67
Gevarendriehoek
186
Gewichten
204
Grootlicht
73
Grootlichtassistent
73
H
Halfautomatisch veranderen van rijstrook 135
Halogeenlampen
71
234
Trefwoordenregister
Overzicht van het verbruik 25–26
P
Parkeerhulp achter 148
Parkeerhulp achter met grafische weergave en
geluidssignalen
148
Parkeerhulpsystemen (algemene adviezen)
11 6
Parkeerhulp vóór
149
Parkeerlichten
70, 195
Persoonlijke instellingen
11, 25
Plafonniers
62–63
Plafonnier voor
63
Portieren
34
Portieren sluiten
30–31, 34
Post Collision Safety Brake
84
Profielen
212
Programmeerbare verwarming
26, 58
Proximity Keyless Entry and Start
29
Pyrotechnische gordelspanners
87
R
Radar (waarschuwingen) 11 6
Radio
222
Radiozender
222
READY (verklikkerlampje)
175
Rear Traffic Alert
153
Recuperatief remmen (vertragen door
remmen op de motor)
109
Regeling luchtopbrengst ~ Aanjager,
regeling
54–55
Regeling luchtverdeling ~ Luchtverdeling
54–56
Regelmatige controles ~ Controles
178–179
Regelmatig onderhoud
117, 178, 180
Regeneratie roetfilter
179
Registratie van voertuigdata en privacy
227
Reinigen (adviezen)
158, 183–185
Rembekrachtigingsysteem
83–84
Remblokken
179
Remlichten
195
Remmen
109, 179
Remschijven
179
Remvloeistof
177
Reservewiel
179, 187–188, 191
Reservoir ruitensproeiers ~
Ruitensproeierreservoir
178
Resetten bandenspanningscontrolesysteem
11 5
Resetten van het traject
22–23
Richtingaanwijzers
70, 195
Rijadviezen
8, 99–100
Rijden
44–45, 99–100, 117
Rijhulpcamera (waarschuwingen)
11 6
Rijhulpsystemen (algemene adviezen)
11 6
Rijstanden
11 0 – 111
Rijstrookcontrolesystemen
83
Rijverlichting
69, 72
Roetfilter
178–179
Ruitbediening
41
Ruitensproeier achter
76
Ruitensproeiers
76
Ruitensproeiers vóór
76Ruitenwisser achter 76
Ruitenwisserbladen (vervangen)
78
Ruitenwisserbladen vervangen
78
Ruitenwissers
75
Ruitenwisserschakelaar
75–77
Ruitenwissers vóór
75, 77
S
Schakelaar 101–102
Schakelaars stoelverwarming ~
Stoelverwarming, schakelaars
47–48
Schuif-/kanteldak
41–42
SCR (Selective Catalytic Reduction)
21, 180
SCR-systeem
21, 180
Selectiehendel
108–110
Selectiehendel handgeschakelde
versnellingsbak ~ Schakelen elektronisch
bediende versnellingsbak
107
Sensoren (waarschuwingen)
11 7
Serienummer auto
210
Set voor tijdelijke bandenreparatie ~
Bandreparatieset
187–190
Sfeerverlichting
63
Signalering onoplettendheid
143–144
Sjorogen
65
Skiluik
64
Slepen
202–203
Slepen van de auto
202–203
Slepen van een auto
202–203
Sleutel
27, 29, 32