Inhoudsop gave
Voorvork controleren .....................6-28
Stuursysteem controleren .............6-28
Controleren van wiellagers ............6-29
Accu ..............................................6-29
De zekeringen vervangen ..............6-31
Koplampgloeilamp vervangen .......6-33
Parkeerlichtgloeilamp
vervangen ..................................6-34
Achterlicht/remlichtunit .................6-35
Gloeilamp in richtingaanwijzer vervangen ..................................6-35
Kentekenverlichting .......................6-36
Ondersteunen van de motorfiets...6-36
Problemen oplossen .....................6-37
Storingzoekschema.......................6-38
Verzorg ing en stallin g van
d e motorfiets .....................................7-1
Matkleur, let op ...............................7-1
Onderhoud ......................................7-1
Stallen..............................................7-3
Specificaties ......................................8-1
Ge bruikersinformatie ........................9-1
Identificatienummers .......................9-1
Diagnosestekker..............................9-2
Registratie van voertuiggegevens ...9-2
In dex ................................................10-1
UBJXD0D0.book Page 2 Friday, December 25, 2020 2:09 PM
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-8
3
Het multifunctionele display toont de vol-
gende voorzieningen:
een kilometerteller
twee rittellers
een ritteller brandstofreserve
een weergave huidig brandstofver-
bruik
een weergave gemiddeld brandstof-
verbruik
een weergave koelvloeistoftempera-
tuur
een weergave luchttemperatuur
een klok
een helderheidsregeling
De kilometerteller toont de totale afstand
die met de machine is afgelegd.
De rittellers tonen de afgelegde afstand
sinds de tellers voor het laatst werden te-
ruggesteld.OPMERKING De kilometerteller wordt vergrendeld
bij 999999 en kan niet worden terug-
gesteld.
De ritteller wordt teruggesteld naar 0
en blijft tellen nadat 9999.9 is bereikt.Druk op de onderste insteltoets om te wis-
selen tussen de weergaven voor kilometer-
teller “ODO”, rittellers “TRIP 1” en “TRIP 2”,
huidig brandstofverbruik “km/L” of “L/100 km”, gemiddeld brandstofverbruik “AVE_
_._ km/L” of “AVE_ _._ L/100 km”, koel-
vloeistoftemperatuur “_ _ °C”, omgevings-
temperatuur “Air_ _ °C” en de klok “_ _:_ _”,
in de onderstaande volgorde:
ODO
TRIP 1 TRIP 2 km/L of L/100
km AVE_ _._ km/L of AVE_ _._ L/100 km
_ _ °C Air_ _ °C Clock _ _ :_ _
ODO
Voor Verenigd Koninkrijk:
Druk op de onderste insteltoets om te wis-
selen tussen de weergaven voor kilometer-
teller “ODO”, rittellers “TRIP 1” en “TRIP 2”,
huidig brandstofverbruik “km/L”, “L/100
km” of “MPG”, gemiddeld brandstofver-
bruik “AVE_ _._ km/L”, “AVE_ _._ L/100
km” of “AVE_ _._ MPG”, koelvloeistoftem-
peratuur “_ _ °C”, omgevingstemperatuur
“Air_ _ °C” en klok “_ _:_ _”, in de onder-
staande volgorde:
ODO TRIP 1 TRIP 2 km/L, L/100
km of MPG AVE_ _._ km/L, AVE_ _._
L/100 km of AVE_ _._ MPG _ _ °C Air_
_ °C Clock _ _ :_ _ ODO
OPMERKINGDruk op de bovenste insteltoets om in
omgekeerde volgorde te wisselen tus-
sen de weergaven.
De brandstofreserve-ritteller en fout-
codes worden automatisch weerge-
geven, maar de helderheidsregeling
moet afzonderlijk worden geselec-
teerd.
Als het onderste segment en de omkade-
ring van de brandstofniveaumeter begin-
nen te knipperen, wisselt de weergave
automatisch naar de brandstofreserve-rit-
teller “TRIP F” en wordt de afgelegde af-
stand vanaf dat punt aangegeven. In dat
geval wordt door het indrukken van de on-
derste insteltoets in de onderstaande volg-
orde gewisseld tussen de diverse
weergaven van rittellers, kilometerteller en
brandstofverbruik:
TRIP F km/L of L/100 km AVE_ _._
km/L of AVE_ _._ L/100 km _ _ °C Air_
_ °C Clock _ _ :_ _ ODO TRIP 1
TRIP 2 TRIP F
Voor Verenigd Koninkrijk:
TRIP F km/L, L/100 km of MPG AVE_
_._ km/L, AVE_ _._ L/100 km of AVE_ _._
MPG _ _ °C Air_ _ °C Clock _ _ :_ _
ODO TRIP 1 TRIP 2 TRIP F
UBJXD0D0.book Page 8 Friday, December 25, 2020 2:09 PM
Functies van instrumenten en bed ienin gselementen
3-9
3
Om een ritteller op nul terug te stellen, se-
lecteert u deze door op de onderste instel-
toets te drukken en dan de bovenste
insteltoets een seconde lang ingedrukt te
houden.
Als u de brandstofreserve-ritteller niet
handmatig terugstelt, wordt deze automa-
tisch teruggesteld zodra u na het tanken
5 km (3 mi) hebt gereden. De ritteller ver-
dwijnt dan vanzelf van het display.
Hui dig b ran dstofver bruik
De weergave van het huidige brandstofver-
bruik kan worden ingesteld op “km/L” of
“L/100 km”, en op “MPG” of “km/L” of
“L/100 km” voor het Verenigd Koninkrijk. “km/L”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 L brandstof.
“L/100 km”: De hoeveelheid brandstof
die nodig is om onder de huidige rij-
omstandigheden 100 km af te leggen.
“MPG”: De afstand die onder de huidi-
ge rijomstandigheden kan worden af-
gelegd met 1.0 Imp.gal brandstof.
Houd de onderste insteltoets twee secon-
den lang ingedrukt om te wisselen tussen
de weergaven voor het huidige brandstof-
verbruik.
OPMERKINGBij snelheden onder 20 km/h (12 mi/h)
wordt “_ _._” weergegeven.Gemi ddeld b ran dstofverb ruik
Deze weergave toont het gemiddelde
brandstofverbruik sinds de weergave op
nul is teruggezet. De weergave van het gemiddelde brand-
stofverbruik kan worden ingesteld op
“AVE_ _._ km/L”, “AVE_ _._ L/100 km” of
“AVE_ _._ MPG” (voor het Verenigd Ko-
ninkrijk).
“AVE_ _._ km/L”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 L brandstof.
“AVE_ _._ L/100 km”: De gemiddelde
hoeveelheid brandstof die nodig is om
100 km af te leggen.
“AVE_ _._ MPG”: De gemiddelde af-
stand die kan worden afgelegd op
1.0 Imp.gal brandstof.
Houd de onderste insteltoets twee secon-
den lang ingedrukt om te wisselen tussen
de weergaven voor het gemiddelde brand-
stofverbruik.
Om de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik terug te stellen, houdt u
de bovenste insteltoets een seconde lang
ingedrukt.
OPMERKINGNadat u de weergave van het gemiddelde
brandstofverbruik hebt teruggesteld, wordt
“_ _._” weergegeven totdat 1 km (0.6 mi)
met de machine is afgelegd.
1. Weergave huidig brandstofverbruikZAUM1335
1
1. Weergave gemiddeld brandstofverbruikZAUM1336
1
UBJXD0D0.book Page 9 Friday, December 25, 2020 2:09 PM
Periodiek on derhou d en afstelling
6-33
6
4. Als de zekering direct opnieuw door-
brandt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrisch systeem te controleren.
5. Plaats nadat de zekering is vervangen de accukap terug in de oorspronkelij-
ke positie en breng dan de bouten
aan.
6. Breng de diagnosestekker aan door
deze omlaag te duwen.
7. Monteer de zadelbevestiging door de bouten aan te brengen, en zet de bou-
ten dan vast met het voorgeschreven
aanhaalmoment.
8. Breng het zadel aan.
DAU34387
Koplampg loeilamp vervan genDe koplamp op dit model heeft een halo-
geen gloeilamp. Vervang de koplampgloei-
lamp als volgt als deze is doorgebrand.LET OP
DCA26690
Raak het glas van d e koplamp gloei-
lamp niet aan. An ders kunnen d e
lichtintensiteit en levens duur van de
g loeilamp na deli g wor den beïn-
vloe d.
Wrijf eventuele verontreini gin gen,
olie of vin geraf drukken van de
g loeilamp af met een d oekje ge-
d renkt in alcohol of thinner.
Gebruik geen koplamp gloeilamp
met een ho ger watta ge dan is voor-
g eschreven.
Plak geen kleurfolie of stickers op
d e koplamplens.
1. Verwijder de koplampunit door de
bouten aan beide zijden los te halen.
2. Maak de koplampstekker los en ver- wijder dan de gloeilampkap.
Aanhaalmoment:
Bouten zadelbevestiging:7 N·m (0.7 kgf·m, 5.2 lb·ft)1. Raak het glas van de gloeilamp niet aan.
1. BoutZAUM13811
UBJXD0D0.book Page 33 Friday, December 25, 2020 2:09 PM
Periodiek on derhoud en afstelling
6-34
6
3. Haak de gloeilamphouder los en ver-
wijder dan de defecte gloeilamp.
4. Breng een nieuwe koplampgloeilamp aan en zet deze dan vast met de gloei-
lamphouder. 5. Breng de gloeilampkap aan en sluit
dan de koplampstekker aan.
6. Monteer de koplampunit door de bou- ten aan te brengen.
7. Vraag indien nodig een Yamaha dea-
ler de koplamplichtbundel af te stel-
len.
DAU45226
Parkeerlicht gloeilamp vervan genVervang een parkeerlichtgloeilamp als volgt
als deze is doorgebrand.
1. Verwijder de koplampunit. (Zie pagina
6-33.)
2. Verwijder de parkeerlichtfitting (samen met de gloeilamp) door deze uit te
trekken.
3. Verwijder de defecte gloeilamp door deze uit te trekken.
1. Gloeilampkap
2. Koplampstekker
1. Gloeilamphouder
2. KoplampgloeilampZAUM1382
21
ZAUM1383
21
1. Fitting parkeerlichtgloeilampZAUM1384
1
UBJXD0D0.book Page 34 Friday, December 25, 2020 2:09 PM
10-1
10
IndexAAandrijfketting, reinigen en smeren ...... 6-24
ABS ....................................................... 3-14
ABS-waarschuwingslampje .................... 3-5
Accu ...................................................... 6-29
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-27
Achterlicht/remlichtunit ......................... 6-35
Achterwielophanging, smeren .............. 6-27BBanden ................................................. 6-16
Bougies, controleren............................... 6-9
Brandstof .............................................. 3-16
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 5-4CClaxonschakelaar ................................. 3-12
Contactslot/stuurslot .............................. 3-2
Controlelampje grootlicht ....................... 3-3
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........................ 3-3
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-3
Controlelampje startblokkering............... 3-5DDe motor starten ..................................... 5-2
Diagnosestekker ..................................... 9-2
Dimlichtschakelaar................................ 3-12FFilterbus ................................................ 6-10GGasgreep en gaskabel, controleren en smeren ........................................... 6-25
Gelijkstroom kabelstekker voor
accessoires......................................... 3-21
Gereedschapsset.................................... 6-2 Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen........................................... 6-35
HHelmborgkabel ..................................... 3-19IIdentificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode.............................................. 5-1KKabels, controleren en smeren ............ 6-25
Kentekenverlichting .............................. 6-36
Klepspeling ........................................... 6-15
Koelvloeistof ......................................... 6-13
Koplampgloeilamp vervangen .............. 6-33
Koppelingshendel................................. 3-13
Koppelingshendel, vrije slag afstellen .............................................. 6-18LLichtsignaalschakelaar ......................... 3-12
Luchtfilterelement en aftapslang,
vervangen en reinigen ........................ 6-15MMatkleur, let op ...................................... 7-1
Modelinformatiesticker ........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ............... 6-10
Motor raakt oververhit .......................... 6-39
Multifunctionele meter ............................ 3-6OOnderhoud ............................................. 7-1
Onderhoud en smering, periodiek.......... 6-5
Onderhoud, uitstootcontrolesysteem..... 6-3
Ondersteunen van de motorfiets .......... 6-36PParkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-34
Parkeren ................................................. 5-4 Plaats van de onderdelen .......................2-1
Problemen oplossen .............................6-37
RRegistratie van gegevens, voertuig .........9-2
Rem- en koppelingshendels,
controleren en smeren........................6-26
Rem- en schakelpedalen, controleren
en smeren ...........................................6-25
Remhendel ............................................3-13
Remlichtschakelaars .............................6-20
Rempedaal ............................................3-14
Remvloeistofniveau, controleren ..........6-21
Remvloeistof, verversen........................6-22
Richtingaanwijzerschakelaar.................3-12SSchakelaar alarmverlichting ..................3-12
Schakelen ...............................................5-3
Schakelpedaal ......................................3-13
Schokdemperunit, afstellen ..................3-20
Serienummer motorblok .........................9-1
Spanning aandrijfketting .......................6-22
Specificaties............................................8-1
Stallen .....................................................7-3
Startblokkeersysteem .............................3-1
Startschakelaar/noodstopschakelaar ...3-12
Startspersysteem ..................................3-22
Storingsindicatielampje (MIL)..................3-4
Storingzoekschema ..............................6-38
Stuurschakelaars ..................................3-11
Stuursysteem, controleren ....................6-28TTankbeluchtingsslang en
overloopslang .....................................3-17
Tankdop ................................................3-15
UBJXD0D0.book Page 1 Friday, December 25, 2020 2:09 PM