3445-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
5-5.Gebruik van de ondersteunende systemen
*: Indien aanwezig
■PCS (Pre-Crash Safety-systeem)
Blz. 355
■LTA (Lane Tracing Assist)
Blz. 362
■AHB (Automatic High Beam)
Blz. 334
■RSA (Road Sign Assist) (indien
aanwezig)
Blz. 372
■Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik
Blz. 376 Twee soorten sensoren, die zich achter
de grille en de voorruit bevinden, signa-
leren informatie die nodig is voor de
werking van de ondersteunende syste-
men.
Radarsensor
Camera voor
Toyota Safety Sense*
Toyota Safety Sense bestaat uit
de volgende ondersteunende sys-
temen en draagt bij aan een vei-
lige en comfortabele rijervaring:
Ondersteunend systeem
WAARSCHUWING
■Toyota Safety Sense
Toyota Safety Sense is ontworpen om te
werken met als uitgangspunt dat de
bestuurder voorzichtig rijdt om te helpen
de gevolgen van een aanrijding voor de
inzittenden en de auto te beperken of de
bestuurder te assisteren onder normale
rijomstandigheden.
Vertrouw niet blindelings op het systeem,
aangezien er een grens is aan de mate
van nauwkeurigheid bij de herkenning en
de ondersteunende mogelijkheden die dit
systeem kan bieden. Het is altijd de ver-
antwoordelijkheid van de bestuurder om
de omgeving van de auto in de gaten te
houden en veilig te rijden.
Sensoren
A
B
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 344 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
3625-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
*: Indien aanwezig
LTA (Lane Tracing Assist)*
Als wordt gereden op autowegen
en snelwegen met witte (gele)
rijstrookmarkeringen, waar-
schuwt deze functie de bestuurder
als de auto de rijstrook of rijbaan
*
dreigt te verlaten en helpt hij om
de auto op de rijstrook of rijbaan
*
te houden door het stuurwiel te
bedienen. Daarnaast biedt het
systeem stuurassistentie om de
auto in de rijstrook te houden als
de Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik is
ingeschakeld.
Het LTA-systeem herkent witte
(gele) rijstrookmarkeringen of de
rijbaan
* met behulp van de camera
voor. Het detecteert ook voorlig-
gers met behulp van de camera
voor en de radar.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoep-
rand
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 362 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
367
5
5-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Lane Centering-functie
Deze functie is gekoppeld aan het
Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig snelheidsbereik en
levert de benodigde assistentie door
het stuurwiel te bedienen om de auto
op zijn huidige rijstrook te houden.
Als het Dynamic Radar Cruise Control-sys-
teem met volledig snelheidsbereik niet
werkt, werkt de Lane Centering-functie niet.
In gevallen waarin de witte (gele) rijstrook-
markeringen niet (goed) zichtbaar zijn, bij-
voorbeeld wanneer u in een file staat, treedt
deze functie in werking om te helpen een
voorligger te volgen door de positie van die
voorligger in de gaten te houden.
Als het systeem signaleert dat het stuurwiel
een bepaalde periode niet bediend is of dat
het stuurwiel niet stevig wordt vastgehou-
den, wordt een waarschuwing weergegeven
op het multi-informatiedisplay en wordt de
functie tijdelijk uitgeschakeld.
Druk op de toets LTA om het LTA-sys-
teem in te schakelen.
Het controlelampje LTA gaat branden en er
wordt een melding weergegeven op het
multi-informatiedisplay.
Druk nogmaals op de toets LTA om het
LTA-systeem uit te schakelen.
Als het LTA-systeem wordt in- of uitgescha-
keld, blijft de status van het LTA-systeem de
volgende keer dat het hybridesysteem wordt
gestart ongewijzigd.
Inschakelen van het
LTA-systeem
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 367 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
3685-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Controlelampje LTA
Aan de hand van de verlichtingsstatus van
de indicator wordt de bestuurder geïnfor-
meerd over de bedrijfsstatus van het sys-
teem.
Brandt wit: LTA-systeem is in werking.
Brandt groen: De stuurassistentie van de
stuurassistentiefunctie of de Lane Cente-
ring-functie is in werking.
Knippert oranje: Lane Departure Alert-func-
tie is in werking.
Display werking van ondersteuning
stuurwielbediening
Wordt weergegeven wanneer het multi-infor-
matiedisplay wordt overgeschakeld op het
informatiescherm voor ondersteunende sys-
temen.
Geeft aan dat de stuurassistentie van de
stuurassistentiefunctie of de Lane Cente-
ring-functie in werking is.
Beide buitenkanten van de rijstrook worden
weergegeven: Geeft aan dat de stuurwielas-
sistentie van de Lane Centering-functie in
werking is.
Eén buitenkant van de rijstrook wordt weer-
gegeven: Geeft aan dat de stuurwielassis-
tentie van de stuurassistentiefunctie in
werking is.
Beide buitenkanten van de rijstrook knippe-
ren: Waarschuwt de bestuurder dat hij in
actie moet komen om in het midden van de
rijstrook te blijven (Lane Centering-functie).
Display rijden met de volgregeling
Wordt weergegeven wanneer het multi-infor-
matiedisplay wordt overgeschakeld op het
informatiescherm voor ondersteunende sys-
temen.
Geeft aan dat de stuurassistentie van de
Lane Centering-functie in werking is door de
positie van de voorligger in de gaten te hou-
den.
Wanneer het display voor rijden met de volg-
regeling wordt weergegeven en de voorlig-
ger in beweging is, beweegt uw auto zich
mogelijk op dezelfde wijze. Houd uw omge-
ving altijd goed in de gaten te houden en
bedien indien nodig het stuurwiel om de rij-
richting van de auto te corrigeren en de vei-
ligheid te garanderen.
Display Lane Departure Alert-func-
tie
Wordt weergegeven wanneer het multi-infor-
matiedisplay wordt overgeschakeld op het
informatiescherm voor ondersteunende sys-
temen.
Binnenzijde van de weergegeven lij-
nen is wit
Dit geeft aan dat het systeem witte (gele) lij-
nen of een rijbaan* herkent. Als de auto de
rijstrook verlaat, knippert de witte lijn die
wordt weergegeven aan de zijde waar de
auto de strook verlaat oranje.
Meldingen op het
multi-informatiedisplay
A
B
C
D
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 368 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
369
5
5-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Binnenzijde van de weergegeven lij-
nen is zwart
Dit geeft aan dat het systeem witte (gele) lij-
nen of een rijbaan* niet kan herkennen of tij-
delijk is uitgeschakeld.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoeprand
■Voorwaarden voor werking van de func-
ties
●Lane Departure Alert-functie
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• LTA is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
*1
• Het systeem herkent witte (gele) rijstrook-
markeringen of een rijbaan*2. (Wanneer
slechts aan één zijde een witte [gele] mar-
kering of een rijbaan
*2 wordt herkend,
werkt het systeem uitsluitend voor de her-
kende zijde.)
• De breedte van de rijstrook is ten minste ongeveer 3 m.
• De richtingaanwijzersc hakelaar wordt niet
bediend. (Auto's met BSM: Behalve wan-
neer een ander voertuig zich op de rij-
strook bevindt aan de zijde van de
bediende richtingaanwijzer)
• Er wordt niet gereden in een scherpe bocht.
• Er worden geen systeemstoringen gesig- naleerd. ( Blz. 371)
*1: De functie werkt zelfs als de rijsnelheid
lager is dan ongeveer 50 km/h terwijl de
Lane Centering-functie in werking is.
*2: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoeprand
●Stuurassistentiefunctie
Deze functie werkt wanneer niet alleen aan
alle werkingsvoorwaarden voor de Lane
Departure Alert-functie wordt voldaan, maar
ook aan alle onderstaande voorwaarden.
• De instelling voor “Steering Assist”
(stuurassistentie) op het scherm van
het multi-informatiedisplay is ON (aan).
( Blz. 179)
• Er wordt niet in een vastgestelde mate of sneller geaccelereerd of gedecelereerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een stuurkracht die geschikt is voor het veran-
deren van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
• De waarschuwing handen van het stuur- wiel wordt niet weergegeven. ( Blz. 370)
●Waarschuwingsfunctie slingeren auto
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• De instelling voor “Sway Warning” (uitzw.
waarsch.) in van het multi-informatie-
display is ON (aan). ( Blz. 179)
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
• De breedte van de rijstrook is ten minste ongeveer 3 m.
• Er worden geen systeemstoringen gesig- naleerd. ( Blz. 371)
●Lane Centering-functie
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• LTA is ingeschakeld.
• De instelling voor “Steering Assist” (stuur- hulp) en “Lane Center” (mid. rijstrook) in
van het multi-informatiedisplay is ON
(aan). ( Blz. 179)
• Deze functie herkent wi tte (gele) rijstrook-
markeringen of de positie van een voorlig-
ger (behalve bij kleine voorliggers, zoals
een motorfiets).
• De Dynamic Radar Cruise Control met vol- ledig snelheidsbereik werkt in de afstands-
regelmodus.
??De breedte van de rijstrook is ongeveer 3 - 4 m.
• De richtingaanwijzersc hakelaar wordt niet
bediend.
• Er wordt niet gereden in een scherpe bocht.
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 369 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
3705-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
• Er worden geen systeemstoringen gesig- naleerd. ( Blz. 371)
• Er wordt niet in een vastgestelde mate of sneller geaccelereerd of gedecelereerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een stuurkracht die geschikt is voor het veran-
deren van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
• De waarschuwing handen van het stuur- wiel wordt niet weergegeven. ( Blz. 370)
• De auto rijdt in het midden van een rij- strook.
• Stuurassistentiefunctie is niet in werking.
■Tijdelijk uitschakelen van functies
●Als niet langer aan de werkingsvoorwaar-
den wordt voldaan, wordt een functie
mogelijk tijdelijk uitgeschakeld. Als echter
weer aan de werkingsvoorwaarden wordt
voldaan, wordt de werking van de functie
automatisch hervat. (Blz. 369)
●Als niet langer aan de werkingsvoorwaar-
den ( Blz. 369) wordt voldaan terwijl de
Lane Centering-functie in werking is, kan
het stuurwiel trillen en een zoemer klinken
om aan te geven dat de functie tijdelijk is
uitgeschakeld. Als de persoonlijke voor-
keursinstelling voor “Alert” (waarsch.) ech-
ter is ingesteld op “Steering wheel
vibration” (stuurwieltrillingsfunctie), waar-
schuwt het systeem de bestuurder door
het stuurwiel te laten trillen in plaats van de
zoemer te laten klinken.
■Stuurassistentiefunctie/Lane Centering-
functie
●Afhankelijk van de rijs nelheid, de situatie
rondom het verlaten van de rijstrook, de
wegomstandigheden, enz. merkt de
bestuurder mogelijk niet dat de functie in
werking is of werkt de functie mogelijk
helemaal niet.
●De bediening van het stuurwiel door de
bestuurder krijgt prioriteit t.o.v. de stuurre-
geling van de functie.
●Probeer niet zelf de werking van de
stuurassistentiefunctie te testen.
■Lane Departure Alert-functie
●De waarschuwingszoemer is mogelijk
slecht te horen door geluiden van buiten,
afspelen van muziek, enz . Ook zijn trillin-
gen van het stuurwiel mogelijk niet goed
voelbaar door de wegomstandigheden,
enz.
●Als de rand van de rijbaan* niet duidelijk of
niet recht is, werkt de Lane Departure
Alert-functie mogelijk niet.
●Auto's met BSM: Het systeem kan mogelijk
niet vaststellen of er een gevaar bestaat
voor een aanrijding met een voertuig op
een aangrenzende rijstrook.
●Probeer niet zelf de werking van de Lane
Departure Alert-functie te testen.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de
weg, zoals gras, grond of een stoeprand
■Waarschuwing handen van het stuur-
wiel
In de volgende situaties wordt op het multi-
informatiedisplay een waarschuwingsmelding
weergegeven om de bestuurder aan te spo-
ren het stuurwiel vast te houden. Tevens
wordt het in de afbeelding weergegeven sym-
bool op het multi-informatiedisplay weerge-
geven. De waarschuwing stopt wanneer het
systeem signaleert dat de bestuurder het
stuurwiel vasthoudt. Houd uw handen altijd
aan het stuurwiel wanneer u dit systeem
gebruikt, ongeacht eventuele waarschuwin-
gen.
●Wanneer het systeem signaleert dat de
bestuurder rijdt zonder het stuurwiel vast te
houden terwijl het systeem in werking is
Als de bestuurder zijn handen van het stuur-
wiel blijft houden, klinkt de zoemer, wordt de
bestuurder gewaarschuwd en wordt de func-
tie tijdelijk uitgesc hakeld. Deze waarschu-
wing werkt op dezelfde wijze als de
bestuurder het stuurwiel licht blijft vasthou-
den.
De zoemer klinkt ook als het type waarschu-
wing is ingesteld op “Steering wheel vibra-
tion” (stuurwieltrillingsfunctie).
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 370 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
4445-6. Rijtips
5-6.Rijtips
Gebruik vloeistoffen die geschikt zijn
voor winterse omstandigheden.
• Motorolie
• Koelvloeistof
• Koelvloeistof vermogensregeleenheid
• Ruitensproeiervloeistof
Laat de toestand van de 12V-accu
controleren door een monteur.
Laat vier winterbanden onder uw
auto monteren of schaf een set
sneeuwkettingen voor de voorwielen
aan.
Controleer of alle banden dezelfde maat
hebben en van hetzelfde merk zijn en con-
troleer of de sneeuwkettingen geschikt zijn
voor de bandenmaat van uw auto.
*
*
: Auto's met 235/55R19 banden kunnen niet worden voorzien van sneeuwkettin-
gen.
Rijden in de winter
Tref voor het aanbreken van de
winter de noodzakelijke voorberei-
dingen en voer de benodigde con-
troles uit. Pas uw rijgedrag altijd
aan de actuele weersomstandig-
heden aan.
Voorbereidingen voor
de winter
WAARSCHUWING
■Rijden met winterbanden
Neem om de kans op ongevallen te beper-
ken de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Als u dat niet doet, kunt u de macht over
het stuur verliezen, waardoor ernstig letsel
kan ontstaan.
●Gebruik winterbanden met de voorge-
schreven maat.
●Zorg ervoor dat de bandenspanning aan
de specificatie voldoet.
●Rijd niet harder dan de toegestane snel-
heid of harder dan de snelheidslimiet
die geldt voor de gebruikte winterban-
den.
●Monteer winterbanden op alle wielen.
■Rijden met sneeuwkettingen
(behalve 235/55R19 banden)
Neem om de kans op ongevallen te beper-
ken de volgende voorzorgsmaatregelen in
acht.
Anders kunnen een aanrijding en ernstig
letsel het gevolg zijn.
●Rijd niet harder dan de maximaal toege-
stane snelheid voor de gebruikte
sneeuwkettingen of niet harder dan 50
km/h, afhankelijk van welke snelheid de
laagste is.
●Vermijd het rijden over slechte wegdek-
ken en over gaten.
●Vermijd plotseling accelereren, abrupte
stuuracties, plotseling remmen en scha-
kelhandelingen die een plotselinge
motorremwerking veroorzaken.
●Minder uw snelheid alvorens een bocht
aan te snijden zodanig, dat u zeker weet
dat de auto bestuurbaar blijft.
●Gebruik het LTA-systeem (Lane Tracing
Assist) (indien aanwezig) niet.
OPMERKING
■Repareren of vervangen van winter-
banden
Laat winterbanden repareren of vervangen
door een erkende Toyota-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige of door een bandenspecialist.
Het verwijderen en plaatsen van winter-
banden heeft namelijk invloed op de wer-
king van de bandenspanningssensoren en
-zenders.
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 444 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM
571
8
8-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
Bij problemen
■Waarschuwingslampje (waarschuwingszoemer) PCS
■Controlelampje LTA* (waarschuwingszoemer)
*: Dit lampje brandt op het multi-informatiedisplay.
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Knippert of brandt)
(indien aanwezig)
Wanneer er gelijktijdig een zoemer klinkt:
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in het PCS (Pre-
Crash Safety-systeem).
Laat de auto onmiddellijk nakijken door een erkende
Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Wanneer er geen zoemer klinkt:
Het PCS (Pre-Crash Safety- systeem) is tijdelijk niet
beschikbaar, corrigerende maatregelen kunnen noodzake-
lijk zijn.
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( Blz. 353, 580)
Als het PCS (Pre-Crash Safety-systeem) of de VSC (Vehi-
cle Stability Control-systeem) wo rdt uitgeschakeld, gaat het
waarschuwingslampje PCS branden.
Blz. 361
WaarschuwingslampjeDetails/handelingen
(Oranje)
(indien aanwezig)
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in de LTA (Lane
Tracing Assist)
Volg de instructies die worden weergegeven op het
multi-informatiedisplay. ( Blz. 371)
pM_RAV4-Plug-in-Hybrid_OM_OM42E06E_(EE).book Pa ge 571 Wednesday, February 3, 2021 2:42 PM