
3444-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Als het systeem signaleert dat het stuurwiel 
een bepaalde periode niet bediend is of dat 
het stuurwiel niet stevig wordt vastgehou-
den, wordt een waarschuwing weergegeven 
op het multi-informatiedisplay en wordt de 
functie tijdelijk uitgeschakeld.
Druk op de toets LTA om het LTA-sys-
teem in te schakelen.
Het controlelampje LTA gaat branden en er 
wordt een melding weergegeven op het 
multi-informatiedisplay.
Druk nogmaals op de toets LTA om het 
LTA-systeem uit te schakelen.
Als het LTA-systeem wordt in- of uitgescha-
keld, blijft de status van het LTA-systeem de 
volgende keer dat het hybridesysteem wordt 
gestart ongewijzigd.
Controlelampje LTA
Aan de hand van de verlichtingsstatus van 
de indicator wordt de bestuurder geïnfor-
meerd over de bedrijfsstatus van het sys-
teem.
Brandt wit: LTA-systeem is in werking.
Brandt groen: De stuurassistentie van de 
stuurassistentiefunctie of de Lane Cente-
ring-functie is in werking.
Knippert oranje: Lane Departure Alert-func-
tie is in werking.
Display werking van ondersteuning 
stuurwielbediening
Wordt weergegeven wanneer het multi-infor-
matiedisplay wordt overgeschakeld op het 
informatiescherm voor ondersteunende sys-
temen.
Geeft aan dat de stuurassistentie van de 
stuurassistentiefunctie of de Lane Cente-
ring-functie in werking is.
Inschakelen van het 
LTA-systeem
Meldingen op het 
multi-informa tiedisplay
A
B
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  344  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 

345
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Beide buitenkanten van de rijstrook worden 
weergegeven: Geeft aan dat de stuurwielas-
sistentie van de Lane Centering-functie in 
werking is.
Eén buitenkant van de rijstrook wordt weer-
gegeven: Geeft aan dat de stuurwielassis-
tentie van de stuurassistentiefunctie in 
werking is.
Beide buitenkanten van de rijstrook knippe-
ren: Waarschuwt de bestuurder dat hij in 
actie moet komen om in het midden van de 
rijstrook te blijven (Lane Centering-functie).
Display rijden met de volgregeling
Wordt weergegeven wanneer het multi-infor-
matiedisplay wordt overgeschakeld op het 
informatiescherm voor ondersteunende sys-
temen.
Geeft aan dat de stuurassistentie van de 
Lane Centering-functie in werking is door de 
positie van de voorligger in de gaten te hou-
den.
Wanneer het display voor rijden met de volg-
regeling wordt weergegeven en de voorlig-
ger in beweging is, beweegt uw auto zich 
mogelijk op dezelfde wijze. Houd uw omge-
ving altijd goed in de gaten te houden en 
bedien indien nodig het stuurwiel om de rij-
richting van de auto te corrigeren en de vei-
ligheid te garanderen.
Display Lane Departure Alert-func-
tie
Wordt weergegeven wanneer het multi-infor-
matiedisplay wordt overgeschakeld op het 
informatiescherm voor ondersteunende sys-
temen. 
Binnenzijde van de weergegeven lij-
nen is wit
Dit geeft aan dat het systeem witte (gele) lij-
nen of een rijbaan* herkent. Als de auto de 
rijstrook verlaat, knippert de witte lijn die 
wordt weergegeven aan de zijde waar de 
auto de strook verlaat oranje.
Binnenzijde van de weergegeven lij-
nen is zwart
Dit geeft aan dat het systeem witte (gele) lij-
nen of een rijbaan* niet kan herkennen of tij-
delijk is uitgeschakeld.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de  weg, zoals gras, grond of een stoeprand
■Voorwaarden voor werking van de func-
ties
●Lane Departure Alert-functie
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• LTA is ingeschakeld.
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of  hoger.
*1
C
D
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  345  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 
![TOYOTA RAV4 HYBRID 2021  Instructieboekje (in Dutch) 3464-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
• Het systeem herkent witte (gele) rijstrook- markeringen of een rijbaan
*2. (Wanneer 
slechts aan één zijde een witte [gele] mar-
kering of een rijb TOYOTA RAV4 HYBRID 2021  Instructieboekje (in Dutch) 3464-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
• Het systeem herkent witte (gele) rijstrook- markeringen of een rijbaan
*2. (Wanneer 
slechts aan één zijde een witte [gele] mar-
kering of een rijb](/manual-img/14/68763/w960_68763-346.png)
3464-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
• Het systeem herkent witte (gele) rijstrook- markeringen of een rijbaan
*2. (Wanneer 
slechts aan één zijde een witte [gele] mar-
kering of een rijbaan
*2 wordt herkend, 
werkt het systeem uitsluitend voor de her-
kende zijde.)
• De breedte van de rijstrook is ten minste  ongeveer 3 m.
• De richtingaanwijzersc hakelaar wordt niet 
bediend. (Auto's met BSM: Behalve wan-
neer een ander voertuig zich op de rij-
strook bevindt aan de zijde van de 
bediende richtingaanwijzer)
• Er wordt niet gereden in een scherpe  bocht.
• Er worden geen systeemstoringen gesig- naleerd. ( Blz. 348)
*1: De functie werkt zelfs als de rijsnelheid 
lager is dan ongeveer 50 km/h terwijl de 
Lane Centering-functie in werking is.
*2: De grens tussen asfalt en de kant van de weg, zoals gras, grond of een stoeprand
●Stuurassistentiefunctie
Deze functie werkt wanneer niet alleen aan 
alle werkingsvoorwaarden voor de Lane 
Departure Alert-functie wordt voldaan, maar 
ook aan alle onderstaande voorwaarden.
• De instelling voor “Steering Assist” 
(stuurassistentie) op het scherm   van 
het multi-informatiedisplay is ON (aan). 
( Blz. 132)
• Er wordt niet in een vastgestelde mate of  sneller geaccelereerd of gedecelereerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een  stuurkracht die geschikt is voor het veran-
deren van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS  werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
• De waarschuwing handen van het stuur- wiel wordt niet weergegeven. ( Blz. 347)
●Waarschuwingsfunctie slingeren auto
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• De instelling voor “Sway Warning” (waar-
schuwing voor slingeren) in   van het 
multi-informatiedisplay is ON (aan). 
( Blz. 132)
• De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of  hoger.
• De breedte van de rijstrook is ten minste  ongeveer 3 m. • Er worden geen systeemstoringen gesig-
naleerd. ( Blz. 348)
●Lane Centering-functie
Deze functie werkt wanneer aan alle onder-
staande voorwaarden wordt voldaan.
• LTA is ingeschakeld.
• De instelling voor “Steering Assist”  (stuurassistentie) en “Lane Center” (mid-
den rijstrook) in   van het multi-informa-
tiedisplay is ON (aan). ( Blz. 132)
• Deze functie herkent wi tte (gele) rijstrook-
markeringen of de positie van een voorlig-
ger (behalve bij kleine voorliggers, zoals 
een motorfiets).
• De Dynamic Radar Cruise Control met vol- ledig snelheidsbereik werkt in de afstands-
regelmodus.
• De breedte van de rijstrook is ongeveer 3 -  4 m.
• De richtingaanwijzersc hakelaar wordt niet 
bediend.
• Er wordt niet gereden in een scherpe  bocht.
• Er worden geen systeemstoringen gesig- naleerd. ( Blz. 348)
• Er wordt niet in een vastgestelde mate of  sneller geaccelereerd of gedecelereerd.
• Het stuurwiel wordt niet bediend met een  stuurkracht die geschikt is voor het veran-
deren van rijstrook.
• Het ABS, de VSC, de TRC en het PCS  werken niet.
• De TRC of VSC is niet uitgeschakeld.
• De waarschuwing handen van het stuur- wiel wordt niet weergegeven. ( Blz. 347)
• De auto rijdt in het midden van een rij- strook.
• Stuurassistentiefunctie is niet in werking.
■Tijdelijk uitschakelen van functies
●Als niet langer aan de werkingsvoorwaar-
den wordt voldaan, wordt een functie 
mogelijk tijdelij k uitgeschakeld. Als echter 
weer aan de werkingsvoorwaarden wordt 
voldaan, wordt de werking van de functie 
automatisch hervat. ( Blz. 345)
●Als niet langer aan de werkingsvoorwaar-
den ( Blz. 345) wordt voldaan terwijl de 
Lane Centering-functie in werking is, klinkt 
er mogelijk een zoemer om aan te geven 
dat de functie tijdelij k is uitgeschakeld.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  346  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 

347
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
■Stuurassistentiefunctie/Lane Centering-
functie
●Afhankelijk van de rijs
nelheid, de situatie 
rondom het verlaten van de rijstrook, de 
wegomstandigheden, enz. merkt de 
bestuurder mogelijk niet dat de functie in 
werking is of werkt de functie mogelijk 
helemaal niet.
●De bediening van het stuurwiel door de 
bestuurder krijgt prioriteit t.o.v. de stuurre-
geling van de functie.
●Probeer niet zelf de werking van de 
stuurassistentiefunctie te testen.
■Lane Departure Alert-functie
●De waarschuwingszoemer is mogelijk 
slecht te horen door geluiden van buiten, 
afspelen van muziek, enz.
●Als de rand van de rijbaan* niet duidelijk of 
niet recht is, werkt de Lane Departure 
Alert-functie mogelijk niet.
●Auto's met BSM: Het systeem kan mogelijk 
niet vaststellen of er een gevaar bestaat 
voor een aanrijding met een voertuig op 
een aangrenzende rijstrook.
●Probeer niet zelf de werking van de Lane 
Departure Alert-functie te testen.
*: De grens tussen asfalt en de kant van de 
weg, zoals gras, grond of een stoeprand
■Waarschuwing handen van het stuur-
wiel
In de volgende situaties wordt op het multi-
informatiedisplay een waarschuwingsmelding 
weergegeven om de bestuurder aan te spo-
ren het stuurwiel vast te houden. Tevens 
wordt het in de afbeelding weergegeven sym-
bool op het multi-informatiedisplay weerge-
geven. De waarschuwing stopt wanneer het 
systeem signaleert dat de bestuurder het 
stuurwiel vasthoudt. Houd uw handen altijd 
aan het stuurwiel wanneer u dit systeem 
gebruikt, ongeacht eventuele waarschuwin-
gen.
●Wanneer het systeem signaleert dat de 
bestuurder rijdt zonder het stuurwiel vast te 
houden terwijl het systeem in werking is
Als de bestuurder zijn handen van het stuur-
wiel blijft houden, klinkt de zoemer, wordt de 
bestuurder gewaarschuwd en wordt de func-
tie tijdelijk uitgesc hakeld. Deze waarschu-
wing werkt op dezelfde wijze als de 
bestuurder het stuurwiel licht blijft vasthou-
den.
●Wanneer bij het nemen van een bocht het 
systeem vaststelt dat de auto de rijstrook 
dreigt te verlaten terwijl de Lane Centering-
functie in werking is.
Afhankelijk van de voertuigconditie en de 
conditie van de weg, wordt er mogelijk geen 
waarschuwing gegeven. Bovendien wordt, 
als het systeem signaleert dat de auto in een 
bocht rijdt, de bestuurder eerder gewaar-
schuwd dan bij het rijden op een rechte weg.
●Wanneer het systeem signaleert dat de 
bestuurder rijdt zonder het stuurwiel vast te 
houden terwijl de stuurassistentie in wer-
king is.
Als de bestuurder zijn handen van het stuur-
wiel blijft houden en de stuurwielassistentie in 
werking is, klinkt de zoemer en wordt de 
bestuurder gewaarschuwd. Elke keer dat de 
zoemer klinkt, houdt he t geluid hiervan langer 
aan.
■Waarschuwingsfunctie slingeren auto
Als het systeem oordeelt dat de auto slingert 
terwijl de waarschuwingsfunctie voor het slin-
geren van de auto in werking is, klinkt er een 
zoemer en wordt er een waarschuwingsmel-
ding weergegeven om de bestuurder aan te 
sporen rust te nemen. Tegelijkertijd wordt het 
in de afbeelding weergegeven symbool op 
het multi-informatiedisplay weergegeven.
Afhankelijk van de aut o en de conditie van de 
weg, wordt er mogelijk geen waarschuwing 
gegeven.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  347  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 

3484-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
■Waarschuwingsmelding
Als de volgende waarschuwingsmelding 
wordt weergegeven op het multi-informatie-
display en het controlelampje LTA oranje 
brandt, volg dan de desbetreffende storing-
zoekprocedure. Volg de instructies die op het 
scherm worden weergegeven als er een 
andere waarschuwingsmelding wordt weer-
gegeven.
●“LTA Malfunction Visit Your Dealer” (Sto-
ring in LTA. Ga naar uw dealer)
Het systeem werkt mogelijk niet goed. Laat 
de auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een andere 
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste 
deskundige.
●“LTA Unavailable” (LTA niet beschikbaar)
Het systeem is tijdelijk uitgeschakeld als 
gevolg van een storing in een andere sensor 
dan de camera voor. Schakel het LTA-sys-
teem uit, wacht een poosje en schakel het 
LTA-systeem weer in.
●“LTA Unavailable at Current Speed” (LTA 
niet beschikbaar bij huidige snelheid)
De functie kan niet worden gebruikt als de rij-
snelheid hoger is dan het werkingsbereik van 
het LTA-systeem. Rijd langzamer.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Er kunnen instellingen van de functie worden 
gewijzigd. ( Blz. 138)
*: Indien aanwezig
RSA (Road Sign Assist)*
Het RSA-systeem herkent 
bepaalde verkeersborden door 
gebruik te maken van de camera 
voor en/of het navigatiesysteem 
(als er informatie over de snel-
heidslimiet beschikbaar is) en 
voorziet de bestuurder via het dis-
play van informatie.
Als het systeem vaststelt dat de 
snelheidslimiet wordt overschre-
den of wanneer er bijvoorbeeld 
verboden acties ten opzichte van 
de herkende verkeersborden wor-
den uitgevoerd, wordt de bestuur-
der gewaarschuwd door middel 
van een waarschuwingsdisplay en 
waarschuwingszoemer.
WAARSCHUWING
■Voordat u de RSA gebruikt
Vertrouw niet uitsluitend op het RSA-sys-
teem. De RSA is een systeem dat de 
bestuurder ondersteunt middels het bie-
den van informatie, maar het is geen ver-
vanging van het eigen inzicht en de 
oplettendheid van de bestuurder. Rijd 
voorzichtig door altijd goed op de ver-
keersregels te letten.
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  348  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 

349
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
Wanneer de camera voor een ver-
keersbord herkent en/of er informatie 
over een verkeersbord beschikbaar is 
via het navigatiesysteem, wordt het 
bord weergegeven op het multi-infor-
matiedisplay.
Wanneer de weergave van informa-
tie van het ondersteunende sys-
teem wordt geselecteerd, kunnen er 
maximaal 3 verkeersborden worden 
weergegeven. ( Blz. 132)
 Wanneer een ander tabblad dan dat 
van het ondersteunende systeem is 
geselecteerd, worden alleen de vol-
gende typen verkeersborden weer-
gegeven. ( Blz. 132)
• Verkeersbord begin/einde snelheidslimiet
• Verkeersbord met aan de snelheidslimiet 
gerelateerde informatie (autoweg, snel-
weg, bebouwde kom, erf)
• Verkeersbord einde verboden
• Verkeersbord verboden in te rijden
* 
(indien een melding nodig is)
• Verkeersbord maximaal toegestane snel- heid met aanvullend bord (alleen op- en 
afritten)
*: Auto's met navigatiesysteem Als er andere verkeersborden dan die met 
de maximaal toegestane snelheid worden 
herkend, worden deze trapsgewijs weerge-
geven onder het verkeersbord met de maxi-
maal toegestane snelheid.
De volgende soorten verkeersborden, 
inclusief elektronische verkeersborden 
en knipperende verkeersborden, wor-
den herkend.
Niet-officiële (niet aan het Verdrag van 
Wenen voldoende) of recentelijk geïntrodu-
ceerde verkeersborden worden mogelijk niet 
herkend.
Verkeersborden snelheidslimiet
Weergave op het 
multi-informatiedisplay
Ondersteunde soorten 
verkeersborden
Snelheidslimiet begint/zone 
maximumsnelheid begint
Snelheidslimiet eindigt/zone 
maximumsnelheid eindigt
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  349  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 

351
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
*2: Inhoud niet herkend.
*3: Als de richtingaanwijzers bij het wisselen 
van rijstrook niet worden bediend, wordt 
het teken niet weergegeven.
In de volgende situaties waarschuwt 
het RSA-systeem de bestuurder.
 Wanneer de rijsnelheid de drempel-
waarde voor de snelheidswaarschu-
wing van het weergegeven 
verkeersbord met de maximaal toe-
gestane snelheid overschrijdt, wordt 
het verkeersbord duidelijker zicht-
baar gemaakt en klinkt er een zoe-
mer.
 Als het RSA-systee m een verkeers-
bord voor verboden in te rijden her-
kent en signaleert dat de bestuurder 
het inrijverbod negeert op basis van 
de kaartinformatie van het navigatie-
systeem, knippert het verkeersbord 
voor verboden in te rijden en klinkt er 
een zoemer. (Auto's met navigatie-
systeem)
 Als wordt gesignaleerd dat uw auto 
een ander voertuig inhaalt terwijl er 
een verkeersbord voor een inhaal-
verbod wordt weergegeven op het 
multi-informatiedisplay, gaat het ver-
keersbord knipperen en klinkt er een 
zoemer.
Afhankelijk van de situatie wordt de 
verkeerssituatie (rich ting en snelheid 
van het verkeer en hoeveelheid ver-
keer) mogelijk niet goed gesignaleerd 
en werkt de waarschuwingsfunctie 
mogelijk niet goed.
■Instellen
 Blz. 138
■Automatisch uitschakelen van weer-
gave verkeersborden RSA
In de volgende situaties worden een of meer 
verkeersborden automatisch uitgeschakeld.
●Er wordt over een bepaalde afstand geen 
verkeersbord herkend.
●De weg verandert als gevolg van een 
afslag naar links of rechts, enz.
■Omstandigheden waaronder de functie 
mogelijk niet goed werkt of niet goed 
signaleert
In de volgende situaties werkt de RSA niet 
normaal en worden verkeersborden mogelijk 
niet herkend, worden onjuiste verkeersbor-
den weergegeven, enz. Dit duidt echter niet 
op een storing.
●De camera voor is niet goed uitgelijnd 
doordat de sensor, enz. is blootgesteld aan 
hevige schokken.
●Er zit(ten) vuil, sneeuw, stickers, enz. op 
de voorruit in de buurt van de camera voor.
●Onder barre weersomstandigheden, bij-
voorbeeld bij zware regenval, mist, 
sneeuw of zandstormen
●Licht van een tegenligger, de zon, enz. 
dringt de camera voor binnen.
●Het verkeersbord is vuil of vervaagd, staat 
scheef of is krom.
●Het elektronische verkeersbord heeft wei-
nig contrast.
●Het verkeersbord gaat helemaal of gedeel-
telijk verscholen achter boombladeren, een 
paal, o.i.d.
●Het verkeersbord is alleen korte tijd zicht-
baar voor de camera voor.
●De omgeving (bij afsl aan, rijstrookwisse-
ling, enz.) wordt onjuist beoordeeld.
●Wanneer een verkeersbord niet van toe-
passing is op de rijstrook waar op dat 
moment op wordt gereden, maar dit bord 
wel direct na een vertakking van de snel-
weg staat of bij een aangrenzende rijstrook 
net voordat rijstroken samenkomen.
●Er zitten stickers op de achterzijde van de 
voorligger.
●Er wordt een verkeersbord herkend dat lijkt 
op een verkeersbord dat compatibel is met 
het systeem.
Waarschuwingsfunctie
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  351  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM 

3524-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
●Mogelijk worden verkeersborden met de 
snelheidslimiet voor parallelwegen gesig-
naleerd en weergegeven (wanneer deze in 
het zicht van de camera voor staan) terwijl 
de auto op de hoofdweg rijdt.
●Mogelijk worden verkeersborden met de 
maximaal toegestane snelheid voor afsla-
gen van rotondes gesignaleerd en weerge-
geven (wanneer deze in het zicht van de 
camera voor staan) terwijl de auto op de 
rotonde rijdt.
●De voorzijde van de auto staat omhoog of 
omlaag door de belading van de auto.
●De helderheid van het omgevingslicht is 
niet voldoende of verandert plotseling.
●Wanneer een verkeersbord voor trucks, 
enz. wordt herkend.
●Er wordt met de auto in een land gereden 
waar het verkeer aan de andere kant rijdt.
●De kaartgegevens van het navigatiesys-
teem zijn niet meer up-to-date.
●Het navigatiesysteem werkt niet.
●De snelheidsinformatie die op het instru-
mentenpaneel wordt weergegeven ver-
schilt mogelijk van de informatie die wordt 
weergegeven op het navigatiesysteem als 
gevolg van de gebruikte kaartgegevens 
van het navigatiesysteem.
■Weergave verkeersbord snelheidslimiet
Als het contact de laatste keer UIT werd 
gezet terwijl er een verkeersbord met de 
maximaal toegestane snelheid op het multi-
informatiedisplay werd weergegeven, wordt 
datzelfde verkeersbord weer weergegeven 
wanneer het contact AAN wordt gezet.
■Als “RSA Malfunction Visit Your Dea-
ler” (Storing in RSA. Ga naar uw dealer) 
wordt weergegeven
Er is mogelijk een storing in het systeem aan-
wezig. Laat de auto nakijken door een 
erkende Toyota-dealer of hersteller/repara-
teur of een andere naar behoren gekwalifi-
ceerde en uitgeruste deskundige.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
Bepaalde functies kunnen worden aangepast 
aan de persoonlijke voorkeur. (Systemen met 
mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursin-
stellingen:  Blz. 138)
*: Indien aanwezig
■Weergave instrumentenpaneel
Multi-informatiedisplay
Ingestelde snelheid
Controlelampjes
Dynamic Radar Cruise 
Control met volledig 
snelheidsbereik
*
Wanneer de afstandsregelmodus 
is ingeschakeld, accelereert, 
decelereert en stopt de auto auto-
matisch overeenkomstig de ver-
anderingen in snelheid van de 
voorligger, zelfs wanneer het gas-
pedaal niet wordt ingetrapt. In de 
constante-snelheidsregelmodus 
rijdt de auto met een constante 
snelheid.
Gebruik de Dynamic Radar Cruise 
Control met volledig snelheidsbe-
reik op autowegen en snelwegen.
 Afstandsregelmodus ( Blz. 355)
 Constante-snelheidsregelmodus 
( Blz. 359)
Systeemonderdelen
A
B
C
pM_RAV4-HV_OM_OM42D32E_(EE).book  Page  352  Wednesday, July 29, 2020  9:01 AM