Page 169 of 344

167
READY (Stop/Start gereed) aanneemt,
wanneer de omstandigheden extremer zijn
dan hierboven genoemd.
De motor starten in de stand autostop
In de vooruitversnelling start de motor
wanneer het rempedaal niet is ingetrapt of
het gaspedaal wordt ingetrapt. De trans-
missie wordt automatisch opnieuw ingescha -
keld als de motor opnieuw wordt gestart.
Omstandigheden waarin de motor automatisch
opnieuw start in de stand autostop:
De schakelhendel wordt uit DRIVE gezet.
De comfortstand van de temperatuur in
het interieur wordt gehandhaafd.
De werkelijke cabinetemperatuur bedui -
dend afwijkt van de temperatuur die is
ingesteld in het klimaatsysteem.
Het klimaatsysteem in volle ontwase-
mingsmodus is.
De temperatuur van het klimaatsysteem of
de aanjagersnelheid wordt handmatig
versteld.
De accuspanning daalt naar een te lage
waarde.
Lage vacuümwaarde van remsysteem
(bijv. na meerdere keren na elkaar
remmen).
De schakelaar Stop/Start OFF is ingedrukt.
Er doet zich een storing voor in het Stop/
Start-systeem.
De duur van modus STOP/START AUTO
STOP ACTIVE (autostop stop/startsysteem
actief) langer is dan vijf minuten.
De vierwielaandrijving is in de stand 4L of
NEUTRAL gezet.
Het stuur is voorbij de drempelwaarde
gedraaid. (Alleen ESS-modellen)
Het Stop/Start-systeem handmatig
uitschakelen
1. Druk op de schakelaar Stop/Start OFF (in de rij schakelaars). Het lampje in de
schakelaar dooft. Schakelaar Stop/Start OFF
2. De melding STOP/START OFF (Stop/ Start-systeem uit) wordt weergegeven in
het gedeelte Stop/Start van het display in
de instrumentengroep. Raadpleeg de
paragraaf "Instrumentengroep" in het
hoofdstuk "Uw instrumentenpaneel leren
kennen" in het instructieboekje voor
meer informatie.
3. Bij de volgende stop van het voertuig (nadat het Stop/Start-systeem is uitge -
schakeld) zal de motor niet worden uitge -
schakeld.
4. Het Stop/Start-systeem schakelt elke keer zelfstandig weer in wanneer het
contact uit- en weer ingeschakeld wordt.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 167
Page 170 of 344

STARTEN EN RIJDEN
168
Het Stop/Start-systeem handmatig
inschakelen
Druk op de schakelaar Stop/Start OFF (in de
rij schakelaars). Het lampje in de schakelaar
dooft.
Raadpleeg voor uitgebreide informatie over
het Stop/Start-systeem de paragraaf "Stop/
Start-systeem" in het hoofdstuk "Starten en
rijden" van uw instructieboekje.
Systeemstoring
Wanneer zich in het Stop/Start-systeem een
storing voordoet, zal het systeem de motor
niet uitschakelen. In het display in de instru-
mentengroep wordt de melding "SERVICE
STOP/START SYSTEM” (onderhoud Stop/
Start-systeem) weergegeven. Raadpleeg de
paragraaf "Display in de instrumentengroep"
in het hoofdstuk "Uw Instrumentenpaneel
leren kennen" voor meer informatie.
Als in het display in de instrumentengroep
de melding "SERVICE STOP/START
SYSTEM" wordt weergegeven, moet u het
systeem laten controleren door een erkende
dealer.
ACTIEVE
SNELHEIDSBEGRENZER -
INDIEN AANWEZIG
Knop actieve snelheidsbegrenzer
De knop voor de actieve snelheidsbegrenzer
bevindt zich aan de rechterzijde van het
stuur.
Met deze functie kunt u de maximale rijsnel -
heid van uw auto programmeren.
OPMERKING:
De actieve snelheidsbegrenzer kan worden
ingesteld terwijl het voertuig stilstaat of rijdt.
Activering
Druk op de toets voor de actieve snelheidsbe -
grenzer om de functie te activeren. Er verschijnt dan een mededeling samen met
een controlelampje op het display van de
instrumentengroep om aan te geven dat
actieve snelheidsbegrenzer geactiveerd is.
Druk op de knoppen SET (+) en SET (-) aan
de rechterkant van het stuur om de actieve
snelheidsbegrenzer te verhogen en te
verlagen tot de gewenste waarde. Door de
SET (+) of SET (-) toetsen ingedrukt te
houden, neemt de snelheid toe/af met
stappen van 5 mph (5 km/u).
Elke keer dat actieve snelheidsbegrenzer
wordt geactiveerd, wordt die ingesteld op de
laatst geprogrammeerde waarde van de
vorige activering.
OPMERKING:
De cruisecontrol (indien aanwezig) en de
adaptieve cruisecontrol (indien aanwezig)
functies zijn niet beschikbaar terwijl de
actieve snelheidsbegrenzer in gebruik is.
De ingestelde snelheid overschrijden
Door het gaspedaal volledig in te drukken,
kan de geprogrammeerde maximale snelheid
worden overschreden terwijl het apparaat
actief is.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 168
Page 171 of 344

169
In het geval dat de ingestelde waarde van de
actieve snelheidsbegrenzer handmatig wordt
overschreden door een acceleratie van de
bestuurder, klinkt er een hoorbaar geluid,
gaat het controlelampje snel knipperen en
verschijnt er een bericht op het scherm van
de instrumentengroep.
De functie blijft uitgeschakeld totdat de
voertuigsnelheid tot onder de ingestelde
waarde van de actieve snelheidsbegrenzer
daalt, waar hij weer automatisch ingescha-
keld wordt.
Uitschakelen
Druk op de schakelaar voor de actieve snel -
heidsbegrenzer aan de rechterkant van het
stuur, om de actieve snelheidsbegrenzer uit
te schakelen. Er verschijnt een melding op
het display van de instrumentengroep om te
bevestigen dat de functie is uitgeschakeld.
CRUISECONTROL
Indien ingeschakeld neemt de cruisecontrol
bij snelheden boven 32 km/u (25 mph) de
werking van het gaspedaal over.
De knoppen voor de cruisecontrol bevinden
zich aan de rechterzijde van het stuur. Cruisecontrol-knoppen
OPMERKING:
Om de correcte werking te waarborgen, is
de cruisecontrol zodanig ontworpen dat
het systeem wordt uitgeschakeld als u
gelijktijdig meerdere functies van de cruis-
econtrol bedient. Als dit gebeurt, kan het
systeem opnieuw in werking worden
gesteld door op de aan/uit-knop van de
cruisecontrol te drukken en de gewenste
snelheid opnieuw in te stellen.
Plaats de versnellingshendel niet in
NEUTRAL wanneer de snelheidsregeling
is ingeschakeld. Als u dat wel doet, wordt
het systeem uitgeschakeld.
Activeren
Druk op de toets Aan/uit om de cruisecontrol
in te schakelen. Het controlelampje van de
cruisecontrol gaat branden in het display in
de instrumentengroep. Druk nogmaals op de
toets Aan/uit om het systeem uit te scha -
kelen. Het controlelampje van de cruisecon -
trol gaat uit. Het systeem moet worden
uitgeschakeld wanneer het niet wordt
gebruikt.
1 — SET (+)/Accel
2 — Aan/uit
3 — RES/Resume
4 — SET (-)/Decel
5 — CANC/Cancel
WAARSCHUWING!
De cruisecontrol kan gevaarlijk zijn in
situaties waar het systeem geen constante
snelheid kan aanhouden. Uw auto kan
gezien de omstandigheden te snel gaan,
waardoor u de controle over de auto kunt
verliezen en mogelijk een ongeval
veroorzaakt. Gebruik de cruisecontrol nooit
in druk verkeer of op bochtige, beijzelde,
besneeuwde of anderszins gladde wegen.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 169
Page 172 of 344

STARTEN EN RIJDEN
170
De gewenste snelheid instellen
Schakel de cruisecontrol in.
OPMERKING:
U mag pas op de knop SET (+) of SET(-)
drukken als de auto met een gelijkmatige
snelheid op een vlakke weg rijdt.
Wanneer de auto de gewenste snelheid heeft
bereikt, drukt u kort op de knop SET (+) of
SET (-). Laat het gaspedaal los. De auto zal
nu automatisch de gekozen snelheid hand-
haven.
Om de snelheid te hervatten
Als u een eerder ingestelde snelheid opnieuw
wilt aanhouden, drukt u kort op de knop
RES. Deze functie kan worden gebruikt bij
snelheden hoger dan 32 km/u (20 mph).
Uitschakelen
Als u het rempedaal licht intrapt, op de toets
CANC (annuleren) drukt of normale remdruk
uitoefent tijdens het afremmen, wordt de
cruisecontrol uitgeschakeld zonder dat de
ingestelde snelheid uit het geheugen wordt
gewist.
Wanneer u op de aan/uit-knop drukt of de
contactschakelaar in de stand OFF zet, wordt
de ingestelde snelheid uit het geheugen
gewist.
ADAPTIEVE CRUISE
CONTROL (ACC) — INDIEN
AANWEZIG
Knoppen voor adaptieve cruisecontrol
Als uw voertuig is uitgerust met adaptieve
cruisecontrol, werken de bedieningsele -
menten precies hetzelfde als bij de cruis -
econtrol, met slechts enkele uitzonderingen.
Met deze optie kunt u een bepaalde afstand
instellen die u wilt handhaven tussen u en de
voorligger.
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om de cruisecontrol
ingeschakeld te laten wanneer u deze niet
gebruikt. U kunt het systeem dan per
ongeluk instellen en sneller rijden dan u
wilt. U kunt dan de controle over het stuur
verliezen en een ongeval veroorzaken. Laat
het systeem altijd uitgeschakeld als u het
niet gebruikt.
1 — Ingestelde afstand vergroten
2 — Adaptieve cruisecontrol (ACC) aan/uit
3 — Ingestelde afstand verkleinen
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 170
Page 173 of 344

171
Wanneer de ACC-sensor een voorligger
detecteert, zorgt de ACC dat uw auto auto-
matisch gematigd afremt of versnelt om een
vooraf ingestelde volgafstand aan te houden,
waarbij de snelheid van de voorligger wordt
overgenomen.
Als de sensor geen voor u rijdend voertuig
detecteert, houdt ACC een vaste ingestelde
snelheid aan.
De functie in- of uitschakelen
Druk kort op de toets aan/uit van de adap -
tieve cruise control (ACC). Het ACC-menu op
het display in de instrumentengroep geeft de
melding weer "ACC ready" (ACC gereed).
Om het systeem uit te schakelen, drukt u
nogmaals kort op de toets aan/uit van de
adaptieve cruise control (ACC). Het systeem
wordt dan uitgeschakeld en in de instrumen -
tengroep wordt de melding "Adaptive Cruise
Control (ACC) Off" (adaptieve cruisecontrol
uitgeschakeld) weergegeven.Gewenste ACC-snelheid instellen
Wanneer het voertuig de gewenste snelheid
bereikt, drukt u kort op de knop SET (+) of
op knop de SET (-). Op het display in de
instrumentengroep wordt de ingestelde snel -
heid weergegeven.
Als het systeem wordt ingesteld op een rijs -
nelheid lager dan 30 km/u (19 mph), zal de
ingestelde snelheid automatisch veranderen
in 30 km/u (19 mph). Als het systeem wordt
ingesteld op een rijsnelheid hoger dan
30 km/u (19 mph), zal de ingestelde snel -
heid overeenkomen met de huidige snelheid
van het voertuig. OPMERKING:
ACC kan niet worden ingesteld als zich een
stilstaand voertuig vlak vóór uw voertuig
bevindt.
Neem uw voet van het gaspedaal. Doet u dat
niet, dan kan de auto blijven versnellen tot
voorbij de ingestelde snelheid. Als dat
gebeurt:
Het bericht "DRIVER OVERRIDE" (ingreep
door de bestuurder) verschijnt in het
display in de instrumentengroep.
Regelt het systeem niet langer de afstand
tussen uw auto en uw voorligger. Wordt de
voertuigsnelheid alleen bepaald door de
stand van het gaspedaal.
Hervatten
Als er een ingestelde snelheid in het
geheugen is, drukt u op de knop RES
(hervatten) en haalt u daarna uw voet van het
gaspedaal af. Op het display in de instru
-
mentengroep wordt de laatst ingestelde snel -
heid weergegeven.
WAARSCHUWING!
Het is gevaarlijk om de adaptieve
cruisecontrol (ACC) ingeschakeld te laten
wanneer u deze niet gebruikt. U kunt het
systeem dan per ongeluk instellen en
sneller rijden dan u wilt. U zou de macht
over het stuur kunnen verliezen en een
aanrijding kunnen veroorzaken. Laat het
systeem altijd uitgeschakeld als u het niet
gebruikt.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 171
Page 174 of 344

STARTEN EN RIJDEN
172
OPMERKING:
Als uw auto gedurende langer dan twee
seconden blijft stilstaan, zal het systeem
worden uitgeschakeld en valt de
remkracht weg. De bestuurder zal het
rempedaal moeten intrappen om het voer-
tuig in stilstand te houden.
ACC kan niet worden hervat als zich een
stilstaand voertuig vlak vóór uw voertuig
bevindt.
Ingestelde snelheid aanpassen
De snelheid verhogen
Wanneer ACC is ingesteld, kunt u de inge -
stelde snelheid verhogen door op de knop
SET (+) te drukken.
De bestuurder kan de gewenste eenheden
kiezen via de instellingen op het instrumen -
tenpaneel. Raadpleeg het hoofdstuk "Uw
instrumentenpaneel leren kennen" in het
instructieboekje voor meer informatie. De
verhoging van de snelheid wordt, afhankelijk
van de gekozen eenheid, in metrische (km/u)
of Amerikaanse (mph) eenheden weerge -
geven:
Snelheid VS (mph)
Als u eenmaal op de knop SET (+) drukt,
wordt de ingestelde snelheid verhoogd
met 1 mph. Telkens wanneer u opnieuw
kort op de knop drukt, wordt de snelheid
met 1 mph verhoogd.
Als u deze knop ingedrukt houdt, blijft de
ingestelde snelheid toenemen in stappen
van 5 mph totdat u de knop loslaat. Op het
display in de instrumentengroep wordt de
snelheidstoename weergegeven. Metrische snelheid (km/u)
Als u eenmaal op de knop SET (+) drukt,
wordt de ingestelde snelheid verhoogd
met 1 km/u. Telkens wanneer u opnieuw
kort op de knop drukt, wordt de snelheid
met 1 km/u verhoogd.
Als u deze knop ingedrukt houdt, blijft de
ingestelde snelheid toenemen in stappen
van 10 km/u totdat u de knop loslaat. Op
het display in de instrumentengroep wordt
de snelheidstoename weergegeven.
Snelheid verlagen
Wanneer ACC is ingesteld, kunt u de inge -
stelde snelheid verlagen door op de knop
SET (-) te drukken.
De bestuurder kan de gewenste eenheden
kiezen via de instellingen op het instrumen -
tenpaneel. Raadpleeg het hoofdstuk "Uw
instrumentenpaneel leren kennen" in het
instructieboekje voor meer informatie. De
verhoging van de snelheid wordt, afhankelijk
van de gekozen eenheid, in metrische (km/u)
of Amerikaanse (mph) eenheden weerge -
geven:
Snelheid VS (mph)
Als u eenmaal op de knop SET (-) drukt,
wordt de ingestelde snelheid met 1 mph
WAARSCHUWING!
U dient de Resume-functie alleen te
gebruiken als de verkeers- en
wegomstandigheden dat toestaan.
Terugkeren naar een ingestelde snelheid
die te hoog of te laag is voor de verkeers-
of wegomstandigheden kan tot gevaarlijke
situaties leiden doordat de auto teveel
versnelt of afremt. Het negeren van deze
waarschuwingen kan een aanrijding en
ernstig of zelfs dodelijk letsel tot gevolg
hebben.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 172
Page 175 of 344

173
verlaagd. Telkens wanneer u opnieuw kort
op de knop drukt, wordt de snelheid met
1 mph verlaagd.
Als u deze knop ingedrukt houdt, blijft de
ingestelde snelheid afnemen in stappen
van 5 mph totdat u de knop loslaat. Op het
display van de instrumentengroep wordt
de snelheidsafname weergegeven.
Metrische snelheid (km/u)
Als u eenmaal op de knop SET (-) drukt,
wordt de ingestelde snelheid met 1 km/u
verlaagd. Met ieder volgend tikje op de
toets verlaagt u de snelheid met 1 km/u.
Als u deze knop ingedrukt houdt, blijft de
ingestelde snelheid afnemen in stappen
van 10 km/u totdat u de knop loslaat. Op
het display van de instrumentengroep
wordt de snelheidsafname weergegeven.
OPMERKING:
Als u harder rijdt dan de ingestelde snel -
heid en op de toets SET (+) of SET (-)
drukt, wordt de huidige snelheid van het
voertuig de ingestelde snelheid van het
systeem.
Wanneer u de toets SET (-) gebruikt om de
snelheid te verlagen, maar het voertuig door het afremmen op de motor onvol
-
doende vertraagt om de ingestelde snel -
heid te bereiken, zal het voertuig
automatisch worden afgeremd door remsy-
steem.
Het ACC-systeem remt de auto af tot volle-
dige stilstand bij het volgen van een doel -
voertuig. Als een auto met ACC een
doelvoertuig tot stilstand volgt, worden de
remmen van de auto twee seconden na
volledige stilstand gelost.
Het ACC-systeem handhaaft de ingestelde
rijsnelheid als u op een helling of afdaling
rijdt. Een kleine snelheidsverandering op
lichte hellingen is echter normaal. Tijdens
het rijden op een helling of afdaling kan de
transmissie terugschakelen. Dit is normaal
en noodzakelijk om de ingestelde rijsnel -
heid aan te houden. Bij het rijden bergop -
waarts en bergafwaarts zal het
ACC-systeem worden uitgeschakeld als de
temperatuur van de remmen hoger wordt
dan het normale bereik (oververhit).
Volgafstand instellen in ACC
De volgafstand voor de ACC kan worden inge -
steld door de instelling van de volgafstand te
variëren tussen vier balken (grootst), drie
balken (groot), twee balken (normaal) en één balk (klein). Aan de hand van deze instel
-
waarde voor de volgafstand en de rijsnelheid
berekent ACC de afstand tot uw voorligger.
Deze afstand wordt ingesteld. Deze afstands -
instelling wordt weergegeven op het display
in de instrumentengroep.
Om de instelling van de volgafstand te
verhogen, drukt u kort op de knop Afstand
Instellen — Verhogen. Telkens wanneer de
knop wordt ingedrukt, wordt de instelling van
de volgafstand verhoogd met één balk
(groter).
Om de instelling van de volgafstand te
verlagen, drukt u kort op de knop Afstand
Instellen — Verlagen. Telkens wanneer de
knop wordt ingedrukt, wordt de instelling van
de volgafstand verlaagd met één balk
(kleiner).
PARKSENSE
PARKEERSENSOREN
ACHTER — INDIEN
AANWEZIG
ParkSense parkeersensoren achter zorgen
voor zichtbare en hoorbare aanwijzingen
m.b.t. de afstand tussen de achterzijde van
de auto en een gedetecteerd obstakel bij het
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 173
Page 176 of 344

STARTEN EN RIJDEN
174
achteruitrijden (bijv. tijdens een parkeerma-
noeuvre). Zie de "Voorzorgsmaatregelen bij
gebruik van ParkSense" in dit hoofdstuk voor
de beperkingen van dit systeem en aanbeve -
lingen.
Wanneer u de contactschakelaar in de stand
ON/RUN zet, wordt door ParkSense automa -
tisch de systeemstatus (ingeschakeld of
uitgeschakeld) hersteld die actief was
voordat het contact werd uitgeschakeld.
ParkSense kan uitsluitend worden geacti -
veerd wanneer de schakelhendel in de stand
REVERSE staat. Wanneer ParkSense bij
deze stand van de schakelhendel wordt inge -
schakeld, blijft het systeem actief totdat de
rijsnelheid is toegenomen tot ongeveer
11 km/u (7 mph) of hoger. Als de hendel in
de stand REVERSE staat en rijsnelheid van
het systeem wordt overschreden, wordt een
waarschuwing weergegeven op het display in
de instrumentengroep om aan te geven dat
de rijsnelheid te hoog is. Het systeem wordt
weer actief als de rijsnelheid is gedaald tot
minder dan ongeveer 9 km/u (6 mph).ParkSense sensoren
De vier ParkSense sensoren die zich in de
achterkant/achterbumper bevinden,
bewaken het gebied achter de auto dat
binnen het zichtveld van de sensoren valt. De
sensoren kunnen in horizontale richting
obstakels op een afstand van ongeveer 30 tot
200 cm (12 tot 79 inch) van het achterpa -
neel/de achterbumper detecteren, afhanke -
lijk van de plaats, het type en de richting van
het obstakel.
ParkSense in- en uitschakelen
ParkSense kan worden in- en uitgeschakeld
met de ParkSense-schakelaar, die zich op
het schakelpaneel onder de bedieningsele -
menten van de klimaatregeling bevindt.
ParkSense schakelaar Wanneer de ParkSense schakelaar wordt
ingedrukt om het systeem uit te schakelen,
wordt op het display van de instrumenten
-
groep gedurende ongeveer vijf seconden de
melding "PARKSENSE OFF" (parkeerhulp
uitgeschakeld) weergegeven. Raadpleeg de
paragraaf "Display in de instrumentengroep"
in het hoofdstuk "Uw Instrumentenpaneel
leren kennen" in uw instructieboekje voor
meer informatie. Als de schakelhendel in de
stand REVERSE wordt gezet en het systeem
is uitgeschakeld, wordt op het display van de
instrumentengroep de melding "PARK -
SENSE OFF" (parkeerhulp uitgeschakeld)
weergegeven zolang de schakelhendel in
REVERSE staat (niet bij 4L).
De LED in de ParkSense schakelaar gaat aan
als ParkSense is uitgeschakeld of service
vereist. De LED in de ParkSense schakelaar
gaat uit als het systeem is ingeschakeld. Als
de ParkSense schakelaar wordt ingedrukt, en
het systeem service vereist, knippert de LED
in de ParkSense schakelaar kort, en vervol -
gens blijft de LED aan.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book Page 174