10
Aanbevelingen over
'rouleren' van banden ......................... 272
HET VOERTUIG STALLEN....................... 273 CAROSSERIE ....................................... 274
Behoud van de carosserie .................... 274
INTERIEUR ......................................... 276
Stoelen en bekleding .......................... 276
Kunststof- en gelakte onderdelen ......... 276
Lederen onderdelen ............................ 277
Ruitoppervlakken .............................. 277
TECHNISCHE SPECIFICATIES
CHASSISNUMMER (VIN)....................... 278AANHAALMOMENTEN VOOR VELGEN EN
BANDEN ............................................ 278
Voorgeschreven aanhaalmomenten ....... 278
WIELEN ............................................... 279
GEWICHTEN ........................................ 279
BRANDSTOFVEREISTEN —
BENZINEMOTOREN ............................... 279
2,0-liter motor ................................... 279
2,0-liter en 3,2-liter motoren............... 280
Brandstofadditieven .......................... 280
Brandstoflabel voldoet aan EN16942 ... 280
BRANDSTOFVEREISTEN —
DIESELMOTOR ..................................... 281
Brandstoflabel voldoet aan EN16942 ... 282
VLOEISTOFINHOUD ............................ 283VLOEISTOFFEN EN SMEERMIDDELEN ..... 284
Motor ............................................. 284
Chassis ........................................... 287
BRANDSTOFVERBRUIK EN
CO
2-EMISSIES ....................................287
MOPAR ACCESSOIRES .........................288
Originele accessoires van Mopar........... 288
MULTIMEDIA
UCONNECT SYSTEMEN ........................290
CYBERVEILIGHEID ...............................290
UCONNECT 3 SYSTEEM MET 5-INCH
DISPLAY — INDIEN AANWEZIG ...........291
Overzicht Uconnect 3 met 5-inch
display .............................................. 291 Klok instellen .................................... 291
Audio-instelling .................................. 291
Bediening van de radio ...................... 292
Gesproken tekstberichten beantwoorden
(niet compatibel met iPhone®) ........... 293
UCONNECT 4 MET 7-INCH DISPLAY .....294
Overzicht Uconnect 4 met 7-inch
display ............................................. 294 Menubalk slepen en neerzetten ........... 296
Radio ............................................... 296
Android Auto™ — indien aanwezig ...... 297
Integratie Apple CarPlay® — indien
aanwezig ........................................... 298 Apps — indien aanwezig ..................... 299
UCONNECT 4/4 NAV MET 8,4-INCH
DISPLAY ............................................299
Overzicht Uconnect 4C/4C NAV .......... 299
Menubalk slepen en neerzetten ........... 301
Radio ............................................... 301
Android Auto™ — indien aanwezig ...... 302
Integratie Apple CarPlay® — indien
aanwezig ........................................... 305 Apps — indien aanwezig ..................... 308
UCONNECT INSTELLINGEN ...................308
AUDIOBEDIENINGSELEMENTEN OP HET
STUURWIEL — INDIEN AANWEZIG .......309
Bediening van de radio ....................... 309
Media-modus ..................................... 309
BEDIENING AUX/USB/MP3 — INDIEN
AANWEZIG .......................................309NAVIGATIESYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG ..........................................310
Volume van gesproken aanwijzingen van het
navigatiesysteem wijzigen.................... 310 Nuttige plaatsen vinden ...................... 311
Een locatie vinden door de naam in te
voeren ............................................... 311 Gesproken bestemming invoeren
in één stap......................................... 311 Uw thuisadres instellen ....................... 311
Home ................................................ 312
Een tussenstop invoegen ..................... 312
Een omleiding volgen .......................... 312
Kaartupdate ....................................... 313
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 10
11
UCONNECT PHONE ............................. 313
Uconnect Phone (Handsfree bellen met
Bluetooth®) ....................................... 313 Uw mobiele telefoon koppelen (draadloos
verbinden) met het
Uconnect-systeem ............................. 314 Algemene telefoonopdrachten
(voorbeelden) ................................... 319 Microfoon uitschakelen (of inschakelen)
tijdens gesprek ................................... 319 Actieve gesprekken doorverbinden tussen
handset en voertuig ............................ 319 Telefoonboek .................................... 319
Tips voor spraakbediening ................. 320
Het volume wijzigen ........................... 320
Do Not Disturb (niet storen) gebruiken.. 320
Binnenkomende SMS-berichten .......... 321
Handige tips en veelgestelde vragen voor het
verbeteren van de Bluetooth®-prestaties met
uw Uconnect systeem ......................... 322
SNELLE TIPS VOOR SPRAAKHERKENNING
UCONNECT ........................................323
Introductie van Uconnect .................... 323
Aan de slag ........................................ 324
Basisspraakcommando's...................... 324
Radio ................................................ 324
Media................................................ 325
Phone (telefoon) ................................. 326
Beantwoording gesproken tekstberichten —
indien aanwezig ................................. 327 Klimaatregeling .................................. 328
Siri® Eyes Free — indien aanwezig ..... 329
Do Not Disturb (niet storen) gebruiken ..... 329
Android Auto™ — indien aanwezig ..... 330
Apple CarPlay® — indien aanwezig...... 331
Meer informatie .................................. 331
KLANTENSERVICE
WANNEER U ASSISTENTIE NODIG HEBT 332
ARGENTINIË ..................................... 333
AUSTRALIË ....................................... 333
OOSTENRIJK ..................................... 333
BALANCE OF THE CARIBBEAN ........... 333
BELGIË ............................................. 334
BOLIVIA ............................................ 334
BRAZILIË .......................................... 334
BULGARIJE ....................................... 334
CHILI ................................................ 334
CHINA............................................... 334
COLOMBIA ........................................ 335
COSTA RICA ...................................... 335
KROATIË ........................................... 335
TSJECHIË.......................................... 335
DENEMARKEN .................................. 335
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 11
UW VOERTUIG LEREN KENNEN
24
Bestuurdersstoel met geheugenfunctie —
indien aanwezig
Met de geheugenfunctie voor de stoel kunt u
twee verschillende standen voor de bestuur-
dersstoel, de buitenspiegel aan de bestuur-
derszijde en voorkeurzenders van de radioopslaan. De knoppen voor het stoelgeheugen
bevinden zich op het bestuurdersportier.
Schakelaar geheugenfunctie bestuurder
Geheugenfunctie programmeren
Een nieuw geheugenprofiel maken:
OPMERKING:
Als u een nieuw geheugenprofiel opslaat
wordt het bestaande profiel uit het geheugen
gewist.
1. Zet het contact van de auto in de stand ON/RUN.
2. Zet alle instellingen van het geheugen- profiel op de gewenste voorkeuren (bijv.
stoel, buitenspiegels en voorkeurzenders
van radio).
3. Druk kort op de insteltoets (S) op de geheu-
genschakelaar en druk vervolgens binnen vijf
seconden op geheugentoets (1). Het display
in de instrumentengroep geeft aan welke
geheugenpositie wordt ingesteld.
Sleutelhouder met afstandsbediening aan
geheugen koppelen en ontkoppelen
U kunt uw sleutelhouder met afstandsbedie-
ning zodanig programmeren, dat één van de
twee vooraf ingestelde geheugenprofielen
wordt opgeroepen als op de ontgrendeltoets
van de sleutelhouder wordt gedrukt.
OPMERKING:
Voordat u uw sleutelhouder programmeert, dient u
de functie "Personal Settings Linked To Key Fob"
(persoonlijke instellingen koppelen aan sleutel-
houder) te selecteren via het scherm van het
Uconnect systeem.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
het instructieboekje voor meer informatie.
Ga als volgt te werk om uw sleutelhouder te
programmeren:
1. Zet het contact in de stand OFF.
2. Selecteer het gewenste geheugenprofiel:1 of 2.
WAARSCHUWING!
Het verstellen van een stoel tijdens het
rijden kan gevaarlijk zijn. Het verstellen
van een stoel tijdens het rijden kan ertoe
leiden dat u de macht over het stuur
verliest en een aanrijding met ernstig of
zelfs dodelijk letsel veroorzaakt.
Het verstellen van de stoelen moet
plaatsvinden voordat de veiligheidsgor-
dels zijn vastgegespt en terwijl de auto is
geparkeerd. Een slecht afgestelde veilig-
heidsgordel kan ernstig of dodelijk letsel
tot gevolg hebben.
Rijd nooit met de rugleuning zo schuin
ingesteld dat de schoudergordel niet
meer tegen uw borstkas rust. Tijdens een
botsing bestaat het gevaar dat u onder de
veiligheidsgordel door schuift, waardoor
ernstig of zelfs dodelijk letsel kan
ontstaan.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 24
37
Schakelaar Ruitenwissers/Sproeiers
Achterruit
De bedieningselementen voor de ruiten-
wisser/-sproeier van de achterruit bevinden
zich op de hendel voor de ruitenwisser/
-sproeier aan de rechterzijde van de stuur-
kolom. De ruitenwisser/sproeier van de
achterruit kan worden bediend door aan de
schakelaar in het midden van de hendel te
draaien.Achterruitwisser/-sproeier bedienen Draai het middendeel van de hendel naar
boven in de eerste stand voor intervalbedrijf
en in de tweede stand voor continu bedrijf
van de achterruitwisser.
Als u de ruitensproeier wilt inschakelen,
duwt u de hendel naar voren en houdt u de
hendel ingedrukt zolang het sproeien nodig
is. Als u tegen de hendel duwt terwijl de
intervalstand actief is, voeren de ruitenwis-
sers, nadat u het uiteinde van de hendel hebt
losgelaten, meerdere wisbewegingen uit en
keren vervolgens terug naar de eerder gese-
lecteerde intervalstand.
KLIMAATREGELING
Met behulp van de klimaatregeling kunt u de
temperatuur, de luchtstroom en de verdeling
ervan in het voertuig nauwkeurig regelen. De
bedieningselementen bevinden zich op het
aanraakscherm (indien aanwezig) en op het
instrumentenpaneel, onder de radio.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 37
57
OPMERKING:
De activeringszone is dezelfde voor auto's
met en zonder trekhaakset.
Wanneer u een goede schopbeweging heeft
gemaakt, geeft de achterklep een geluidssig-
naal, de waarschuwingsknipperlichten gaan
knipperen en de achterklep gaat na ongeveer
één seconde open of sluit na ongeveer drie
seconden. Dit veronderstelt dat alle opties
zijn ingeschakeld in de radio.
OPMERKING:
Voor het openen of sluiten van de hands-
free achterklep is een geldige sleutel-
houder met Passive Entry vereist binnen
1,5 m (5 ft) van de portiergreep. Als een
geldige sleutelhouder met Passive Entry
zich niet binnen de 1,5 m (5 ft) bevindt,
reageert de achterklep niet op schopbewe-
gingen.
De functie handsfree achterklep kan
worden in- of uitgeschakeld in Instellingen
van Uconnect. Raadpleeg de paragraaf
"Instellingen van Uconnect" in het hoofd-
stuk "Multimedia" in het instructieboekje
voor meer informatie. De functie hands-
free achterklep moet worden uitgescha-
keld tijdens het opkrikken, bandverwisselen, handmatig autowassen en
auto-onderhoud.
De functie handsfree achterklep kan
worden geactiveerd door een metalen voor-
werp dat een soortgelijke in-en-uit-bewe-
ging onder de achterbumper maakt, zoals
reiniging met een metalen veger.
De handsfree achterklep werkt alleen als
de versnellingsbak in de stand PARK
staat.
Wanneer een voorwerp de handsfree
achterklep hindert bij het openen of
sluiten, beweegt de klep, wanneer hij
voldoende weerstand ondervindt, automa-
tisch in de omgekeerde richting.
Aan de zijkanten van de achterklepope-
ning zijn beknellingsensoren aangebracht.
Wanneer er lichte druk op deze strips
wordt uitgeoefend, beweegt de achterklep
terug naar de geopende stand.
Als de elektrisch bediende achterklep
tijdens eenzelfde beweging op meerdere
obstakels stuit, stopt het systeem automa-
tisch. Als dit gebeurt, moet achterklep
handmatig worden bediend.
De elektrisch bediende achterklep wordt
ontgrendeld, maar gaat niet open, bijtemperaturen onder -24° C (-12° F).
Verwijder eventueel sneeuw- of ijsafzetting
van de achterklep voordat u de achterklep
opent.
Als de achterklep gedurende een lange tijd
geopend blijft, kan het noodzakelijk zijn
de achterklep handmatig te sluiten om de
werking van de elektrisch bediende
achterklep te resetten.
In de geopende stand wordt de achterklep
ondersteund door gasveersteunen. De
gasdruk in deze steunen daalt echter bij lage
temperaturen en het is dan mogelijk dat u
zelf ondersteuning moet bieden bij het
openen van de achterklep.
WAARSCHUWING!
Wanneer u met een geopende achterklep
rijdt, kunnen giftige uitlaatgassen in de
auto belanden. Deze gassen kunnen
schadelijk zijn voor u en uw passagiers.
Rijd alleen met gesloten achterklep.
Wanneer u met open achterklep moet
rijden, zorg er dan voor dat alle ramen
gesloten zijn en dat de aanjager van de
klimaatregeling in een hoge stand staat.
Schakel de recirculatiestand niet in.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 57
95
tijd aan dezelfde zijde van de auto een object
wordt gedetecteerd, wordt zowel de visuele
waarschuwing als een geluidssignaal
(weer)gegeven. Tegelijkertijd met de weer-
gave van het geluidssignaal wordt het geluid
van de radio (indien ingeschakeld) gedempt.Locatie van waarschuwingslampje
De dodehoekbewaking controleert de detec-
tiezone tijdens het rijden vanuit drie
verschillende punten (zijkant, achter- en
voorzijde) om te beoordelen of een waarschu-
wing noodzakelijk is. De dodehoekbewaking
zal een waarschuwing geven wanneer voer-
tuigen vanuit de volgende richtingen in de
zone komen.
In de zone komen vanaf de zijkant
Voertuigen op de naastgelegen rijbanen links
of rechts van uw auto. In de zone komen vanaf de achterzijde
Achteropkomende voertuigen aan beide
zijden van uw auto die de detectiezone
binnenkomen met een relatieve snelheid
lager dan 48 km/u (30 mph).
Inhalend verkeer
Als u een andere auto langzaam inhaalt met
een relatieve snelheid lager dan 24 km/u
(15 mph) en deze auto blijft gedurende
ongeveer 1,5 seconde in de dode hoek, dan
gaat het waarschuwingslampje branden.
Wanneer het verschil in snelheid tussen de
twee auto's groter is dan 24 km/u (15 mph),
dan gaat het waarschuwingslampje niet
branden.
De dodehoekbewaking is zodanig ontworpen,
dat geen waarschuwing wordt gegeven voor
stilstaande objecten, zoals vangrails, palen,
muren, bomen en planten, etc. Het is echter
mogelijk dat het systeem af en toe toch zal
waarschuwen voor dergelijke objecten. Dit is
normaal en betekent niet dat er iets aan uw
auto mankeert.
De dodehoekbewaking waarschuwt niet voor
objecten die zich in tegengestelde rijrichting
verplaatsen op de naastgelegen rijbanen.
Rear Cross Path (RCP)
De voorziening Rear Cross Path (RCP) is
bedoeld als hulpmiddel voor de bestuurder
bij het achteruit wegrijden uit parkeer-
plaatsen, waarbij het zicht op naderende
voertuigen mogelijk wordt belemmerd. Rijd
langzaam en voorzichtig uit de parkeerplaats
totdat de achterzijde van de auto is vrijge-
komen. Het RCP-systeem heeft nu naar links
en rechts vrij zicht op passerende voertuigen
en zal de bestuurder waarschuwen wanneer
een voertuig nadert.
WAARSCHUWING!
Het systeem voor dodehoekbewaking dient
slechts als hulpmiddel voor het detecteren
van objecten die zich in de dode hoeken
bevinden. De dodehoekbewaking is niet
bedoeld voor het detecteren van
voetgangers, fietsers of dieren. Ook
wanneer uw voertuig is uitgerust met
dodehoekbewaking, moet u altijd uw
spiegels gebruiken, over uw schouder
kijken en de richtingaanwijzer inschakelen
voordat u van rijbaan wisselt. Anders
bestaat er een risico op ernstig of zelfs
dodelijk letsel.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 95
VEILIGHEID
96
RCP bewaakt de detectiezones achter aan
beide zijden van de auto op objecten die zich
met een minimale snelheid van ongeveer
3 mph (5 km/u) naar de auto toe bewegen,
tot objecten die zich met een maximale snel-
heid van ongeveer 20 mph (32 km/u)
verplaatsen, zoals bijvoorbeeld op parkeer-
plaatsen.
OPMERKING:
Op parkeerplaatsen kunnen naderende voer-
tuigen aan het zicht worden onttrokken door
links en rechts geparkeerde voertuigen. Als
de sensoren worden geblokkeerd door andere
objecten of voertuigen, zal het systeem niet
in staat zijn de bestuurder te waarschuwen.
Wanneer het RCP-systeem actief is en naar
de achteruitversnelling is geschakeld, wordt
de bestuurder gewaarschuwd door zowel
visuele als geluidssignalen, terwijl ook het
volume van de radio wordt verlaagd.
Bedrijfsmodi
In het Uconnect systeem kunnen drie
bedrijfsmodi worden geselecteerd. Raad-
pleeg de paragraaf "Instellingen van Ucon-
nect" in het hoofdstuk "Multimedia" in het
instructieboekje voor meer informatie.Dodehoekwaarschuwing, alleen lampjes
Als de modus Dodehoekwaarschuwing actief
is, geeft de dodehoekbewaking een visuele
waarschuwing in de desbetreffende buiten-
spiegel wanneer een object wordt gedetec-
teerd. Wanneer het systeem echter in de
modus Rear Cross Path (RCP) werkt, zal
zowel een visuele als geluidswaarschuwing
worden gegeven wanneer een object wordt
gedetecteerd. Wanneer een geluidssignaal
moet worden gegeven, wordt de radio
gedempt.
Dodehoekwaarschuwing, lampjes/geluidssig
-
naal
Wanneer de modus Dodehoekwaarschuwing,
lampjes/geluidssignaal actief is, geeft de
dodehoekbewaking een visuele waarschu-
wing in de desbetreffende buitenspiegel
wanneer een object wordt gedetecteerd. Als
vervolgens de richtingaanwijzer wordt inge-
schakeld aan de zijde van de auto waarvoor
een waarschuwing geldt, zal ook een geluids-
signaal klinken. Wanneer de richtingaan-
wijzer is ingeschakeld en tegelijkertijd aan
dezelfde zijde van de auto een object wordt
gedetecteerd, wordt zowel de visuele waar-
schuwing als geluidssignaal (weer)gegeven.
Tegelijkertijd met de weergave van het
WAARSCHUWING!
De Rear Cross Path detectie (RCP) dient
niet als achteruitrijhulp. Het systeem is
uitsluitend bedoeld als hulpmiddel voor de
bestuurder bij het detecteren van
naderende voertuigen in parkeersituaties.
Ga altijd voorzichtig te werk tijdens het
achteruitrijden, ook als u RCP gebruikt.
Controleer het gebied achter de auto altijd
zorgvuldig, kijk naar achteren en wees
bedacht op voetgangers, dieren, andere
voertuigen, obstakels en dode hoeken,
voordat u achteruitrijdt. Anders bestaat er
een risico op ernstig of zelfs dodelijk
letsel.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 96
97
geluidssignaal wordt het geluid van de radio
(indien ingeschakeld) gedempt.
OPMERKING:
Bij een geluidssignaal van de dodehoekbe-
waking wordt het geluid van de radio
gedempt.
Wanneer het systeem echter in RCP-modus
werkt, zal zowel een visuele als geluidswaar-
schuwing worden gegeven wanneer een
object wordt gedetecteerd. Wanneer een
geluidssignaal moet worden gegeven, wordt
ook de radio gedempt. Signaalstatus rich-
tingaanwijzers/waarschuwingsknipperlicht
wordt genegeerd; de RCP-status vereist altijd
het geluidssignaal.
Dodehoekwaarschuwing uit
Als de dodehoekbewaking is uitgeschakeld,
worden er geen visuele of geluidssignalen
weergegeven door het dodehoekbewakings-
of RCP-systeem.
OPMERKING:
De dodehoekbewaking slaat de huidige
bedrijfsmodus op wanneer de contactscha-
kelaar wordt uitgezet. Tijdens het starten van
de auto wordt de laatst opgeslagen modus
opgeroepen en geactiveerd.Forward Collision Warning (FCW) met
risicobeperking - indien aanwezig
FCW met risicobeperking
Het systeem Forward Collision Warning
(FCW) met risicobeperking geeft de
bestuurder hoorbare signalen en visuele
waarschuwingen (op het display in de instru-
mentengroep), en kan een haptische waar-
schuwing toepassen om de bestuurder te
waarschuwen wanneer het een mogelijke
frontale botsing detecteert. De waarschu-
wingen zijn bedoeld om de bestuurder
voldoende tijd te geven om te reageren, een
mogelijke botsing te voorkomen of te
beperken.
OPMERKING:
FCW bewaakt de informatie vanaf de naar
voren gerichte sensoren en vanaf de elektro-
nische remregeling (EBC), om de waarschijn-
lijkheid te berekenen dat er zich een frontale
botsing voordoet. Wanneer het systeem
constateert dat een frontale botsing waar-
schijnlijk is, zal de bestuurder geluidssig-
nalen en visuele waarschuwingen ontvangen,
en kan het systeem een remschok als hapti-
sche waarschuwing toepassen. Als de bestuurder geen actie onderneemt op
basis van deze progressieve waarschu-
wingen, zal het systeem in beperkte mate
actief remmen om te helpen het voertuig af
te remmen en een mogelijke frontale botsing
te beperken. Als de bestuurder reageert op
de waarschuwingen door te remmen en het
systeem vaststelt dat de bestuurder probeert
om de botsing te voorkomen door te remmen,
maar niet voldoende remkracht heeft uitge-
oefend, zal het systeem compenseren en
extra remkracht leveren voor zover dat nodig
is.
Als een Forward Collision Warning met
beperking begint bij een snelheid van minder
dan 52 km/u (32 mph), kan het systeem
voor de maximale remkracht zorgen om de
mogelijke frontale botsing te beperken. Als
de Forward Collision Warning met beperking
de auto volledig stopt, zorgt het systeem dat
de auto gedurende twee seconden stil blijft
staan en de remmen worden gelost.
Wanneer het systeem bepaalt dat een aanrij-
ding met het voertuig vóór u niet langer waar-
schijnlijk is, worden de waarschuwingen
uitgeschakeld.
2020_JEEP_CHEROKEE_UG_LHD_EE.book Page 97