226
CITROËN Connect Nav
De cd is voorzien van een systeem voor
kopieerbeveiliging dat niet door de audio-
installatie wordt herkend.
► Door een te slechte kwaliteit kunnen bepaalde gebrande cd's niet door het
audiosysteem worden afgespeeld.
Na het laden van een cd of het aansluiten van
een USB-stick moet u enige tijd wachten.
Het systeem moet diverse gegevens (zoals map,
titel en artiest) lezen. Dit kan een paar seconden
duren, maar ook een paar minuten.
Dit is volkomen normaal.
De geluidskwaliteit van de cd is slecht.
De cd is bekrast of van slechte kwaliteit.
► Gebruik alleen cd's van goede kwaliteit en berg ze zorgvuldig op.
De audio-instellingen (bassen, hoge tonen,
klankkleur) zijn niet op de cd-speler afgestemd.
► Zet het niveau van de bassen en de hoge tonen op 0, zonder een geluidseffect te
selecteren.
Sommige tekens in de informatie over
de afgespeelde media worden niet goed
weergegeven.
Het audiosysteem kan bepaalde typen tekens
niet verwerken.
► Gebruik standaardtekens voor de benaming van nummers en mappen.
De bestanden worden niet in de modus voor
streaming audio afgespeeld.
Het aangesloten apparaat start afspelen niet
automatisch.
► Start het afspelen via het apparaat.
De namen van de nummers en afspeeltijden
worden in de modus voor streaming audio
niet op het scherm getoond.
De Bluetooth-verbinding biedt deze mogelijkheid
niet.
Telefoon
Het lukt me niet om mijn Bluetooth-telefoon
te koppelen.
Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de
telefoon is uitgeschakeld of dat uw telefoon niet
zichtbaar is voor het systeem.
► Controleer of de Bluetooth-functie van de telefoon is ingeschakeld.► Controleer bij de instellingen van uw telefoon of deze op "zichtbaar voor alle apparaten" staat.► Schakel de Bluetooth-functie van de telefoon uit en weer in.
De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het
systeem.
► U kunt op de website van het merk ( diensten) controleren of uw telefoon compatibel
is.
Het volume van de aangesloten Bluetooth-
telefoon is niet hoorbaar.
Het volume is afhankelijk van het systeem en
van de telefoon.
► Verhoog het volume van het audiosysteem, indien nodig, tot maximaal en verhoog het
volume van de telefoon indien nodig.
Omgevingsgeluid is van invloed op de kwaliteit
van een telefoongesprek.
► Beperk het omgevingsgeluid (ramen sluiten, ventilatie lager zetten, snelheid verminderen,
enz.).
Sommige contacten komen in de lijst dubbel
voor.
U kunt contacten op de volgende manieren
synchroniseren: u kunt de contacten op de
SIM-kaart synchroniseren, de contacten op de
telefoon synchroniseren, of beide. Wanneer u
beide synchronisaties selecteert, kan het zijn dat
sommige contacten dubbel voorkomen.
► Selecteer "Contacten van SIM-kaart weergeven" of "Contacten van telefoon
weergeven".
De contacten staan niet op alfabetische
volgorde.
Sommige telefoons hebben speciale weergave-
opties. Afhankelijk van de instellingen kunnen
contacten in een bepaalde volgorde worden
overgenomen.
► Verander de instellingen voor de weergave van contacten in de telefoon.
Het systeem ontvangt geen SMS-berichten.
In de Bluetooth-modus kunnen geen SMS-
berichten naar het systeem worden verzonden.
Instellingen
Wanneer ik de instellingen voor hoge
en lage tonen wijzig, wordt geluidssfeer
uitgeschakeld.
Wanneer de geluidssfeer wordt gewijzigd,
worden de instellingen voor hoge en lage
tonen gereset.
227
CITROËN Connect Nav
12De geluidssfeer is gekoppeld aan de hoge en
lage tonen.
► Wijzig de instelling van de hoge en de lage tonen of wijzig de geluidssfeer om de gewenste
geluidskwaliteit te verkrijgen.
Wanneer ik de instellingen voor balans wijzig,
wordt de geluidsverdeling uitgeschakeld.
Wanneer u de instelling voor de
geluidsverdeling wijzigt, worden de
instellingen voor de balans gedeselecteerd.
De geluidsverdeling is gekoppeld aan de balans.
► Stel de balans in of kies een geluidsverdeling naar eigen wens.
Er is een verschil in geluidskwaliteit tussen
geluidsbronnen.
Voor een optimale geluidskwaliteit kunnen de
geluidsinstellingen worden aangepast aan
verschillende audiobronnen die hoorbare
verschillen kunnen genereren bij het veranderen
van de bron.
► Controleer of de geluidsinstellingen overeenkomen met de bronnen waarnaar
wordt geluisterd. Het is raadzaam om de
geluidsinstellingen (Bass:, Treble:, Balans) in de
middelste stand te zetten, om de geluidssfeer
op "Geen" te zetten en om de correctie van het
volume in de USB-modus op "Actief" en in de
Radiomodus op "Niet actief" te zetten.
► Pas, in alle gevallen, nadat u de geluidsinstellingen heeft ingesteld, het
geluidsvolume op het draagbare apparaat
eerst aan (op hoog zetten). Stel dan het
geluidsvolume van het audiosysteem in.Na het afzetten van de motor, wordt het
systeem na enkele minuten automatisch
uitgeschakeld.
Als de motor is afgezet, blijft het audiosysteem
nog werken zolang de laadtoestand van de accu
dat toestaat.
In de normale uitgeschakelde stand, gaat het
systeem na een bepaalde tijd automatisch over
op de eco-modus om de accu niet te ontladen.
► Start de auto om de laadstroom van de accu te verhogen.
Ik kan de datum en tijd niet instellen.
De datum en tijd kunnen alleen worden ingesteld
als u de synchronisatie met de satellieten
deactiveert.
► Menu Instellingen/Opties/Datum en tijd instellen. Selecteer het tabblad "Tijd" en
deactiveer de "GPS-synchronisatie" (UTC).
233
Trefwoordenregister
Supervergrendeling 26, 28Synchroniseren afstandsbediening 30Synchroniseren van de afstandsbediening ~ Afstandsbediening synchroniseren 30
T
Tankbeveiliging 133Technische gegevens 170, 172Te laag brandstofniveau ~ Brandstofniveau 132–133Telefoon 52, 182–184, 196–198, 219–222Teller 107Temperatuurregeling 48Tijdelijke bandenspanning (met set) ~ Banden, noodreparatie 150, 152Tijd instellen 18–19, 23, 199, 223TMC (verkeersinformatie) 209Toevoer van buitenlucht ~ Luchttoevoer (bediening) 47–48Top Rear Vision 124Touchscreen 20, 66, 120Trekhaak 137Trekhaak met afneembare kogel 134–137
U
Uitschakelen airbag passagier ~ Passagiersairbag uitschakelen 79, 82–83USB 179, 193, 217–218USB-aansluiting 53, 179, 193, 217
USB-poort 179, 193, 217
V
Veiligheidsgordels 75–77, 83Veiligheidsgordels achter 76Veiligheidsvoorzieningen voor kinderen 79–84, 87–88, 89Veiligheidsvoorzieningen
voor kinderen ~ Kinderen
(veiligheidsvoorzieningen) 79–84, 87–88, 89Ventilatie 45–47Ventilatieroosters 45Vergrendelen 26, 28Vergrendeling portieren ~ Portieren vergrendelen 32–33Vergrendeling van binnenuit 32Verkeersinformatie (TA) 177Verkeersinformatie (TMC) 209Verklikkerlampjes ~ Controlelampjes 9–10Verklikkerlampjes ~ Waarschuwingslampjes 10Verklikkerlampje veiligheidsgordel
bestuurder niet vastgemaakt ~
Gordellampje 77Verklikkerlampje veiligheidsgordels ~ Gordel (lampje) 77Verlichting bagageruimte ~ Bagageruimteverlichting 58, 160Verlichting overdag ~ Dagrijverlichting 61, 157–158Verversen 141
Vervuiling van het roetfilter (diesel) 144Verwarming 45, 47Verwijderbare koffervloer 56Voorruitverwarming 50Voorstoelen 39–40
W
Waarschuwing bij kans op aanrijding 117, 119Waarschuwing kans op aanrijding 117–118Waarschuwing oplettendheid bestuurder 120Waarschuwingssignaal sleutel in contact 95Waarschuwing vergeten verlichting 60Wassen 107Wassen (adviezen) 147–148Webbrowser 212Wiel demonteren 154–155Wiel monteren 154–155Wiel verwisselen 149, 153WiFi-netwerkverbinding 215Window-airbags 79–80
Z
Zekeringen 160–163Zekeringen vervangen 160–162, 160–163Zekeringkast dashboard 160, 162Zekeringkast motorruimte 160, 162–163Zij-airbags 79–80Zonder gereedschap afneembare kogel 134–137