14
Proace_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2019
Instrumentenpaneel met LCD-display
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).2. Koelvloeistoftemperatuurmeter.3. Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of de snelheidsbegrenzer.4. Digitale snelheidsmeter (km/h of mph).5. Schakelindicator. Ingeschakelde versnelling automatische transmissie of elektronisch gestuurde versnellingsbak.
A. Dimmer verlichting.B. Resetten van de onderhoudsindicator. Volgens uitvoering: resetten van de dagteller. Datum en tijd instellen. Tijdelijk weergegeven informatie:- onderhoud,- actieradius vloeistof emissieregeling (AdBlue®).
6. Brandstofniveaumeter.7. Motorolieniveaumeter.8. Onderhoudsindicator en vervolgens kilometerteller (km of miles). Deze functies worden achtereenvolgend weergegeven na het aanzetten van het contact.9. Dagteller (km of miles).10. Toerenteller (x 1000 t /min of rpm).
Meters en displaysBedieningstoetsen
Instrumentenpaneel
15
Proace_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2019
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).2. Brandstofniveaumeter.3. Koelvloeistoftemperatuurmeter.4. Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of de snelheidsbegrenzer.5. Digitale snelheidsmeter (km/h of mph).
A. Resetten van de onderhoudsindicator. Tijdelijk weergegeven informatie:- onderhoud,- actieradius vloeistof emissieregeling (AdBlue®).B. Dimmer verlichting.C. Resetten dagteller en tripmeter.
6. Schakelindicator. Ingeschakelde versnelling automatische transmissie of elektronisch gestuurde versnellingsbak.7. Onderhoudsindicator en vervolgens kilometerteller (km of miles), dagteller (km of miles), weergave van meldingen, ...8. Toerenteller (x 1000 t /min of rpm).
Meters en displaysBedieningstoetsen
Instrumentenpaneel met LCD Tekst-display
1
Instrumentenpaneel
16
Proace_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2019
Instrumentenpaneel met matrixdisplay
1. Analoge snelheidsmeter (km/h of mph).2. Brandstofniveaumeter.3. Koelvloeistoftemperatuurmeter.4. Aanwijzingen van de snelheidsregelaar of de snelheidsbegrenzer.5. Schakelindicator. Ingeschakelde versnelling automatische transmissie of elektronisch gestuurde versnellingsbak.
A. Resetten van de onderhoudsindicator. Weergave logboek waarschuwingsmeldingen. Weergave van de volgende informatie:- onderhoud,- actieradius vloeistof emissieregeling (AdBlue®).B. Dimmer verlichting.C. Resetten van de dagteller.
6. Zone voor het weergeven van: waarschuwingsmeldingen of meldingen over de status van functies, boordcomputer, digitale snelheidsmeter (km/h of mph), ...7. Onderhoudsindicator en vervolgens kilometerteller (km of miles). Deze functies worden achtereenvolgend weergegeven na het aanzetten van het contact.8. Dagteller (km of miles).9. Toerenteller (x 1000 t /min of rpm).
Meters en displaysBedieningstoetsen
Instrumentenpaneel
22
Proace_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2019
ControlelampjeStatusOorzaakActies / Opmerkingen
Tyre Pressure Warning System (TPWS)
permanent, in combinatie met een geluidssignaal en een melding.
De bandenspanning van een of meerdere wielen is te laag.Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.De controle dient bij voorkeur bij koude banden te worden uitgevoerd.Elke keer nadat u een of meer banden op spanning hebt gebracht en na het ver wisselen van een of meer wielen, moet u het systeem resetten.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over het Tyre Pressure Warning System (TPWS) controlesysteem.
+knippert en brandt vervolgens permanent, in combinatie met het verklikkerlampje Service.
Er zit een storing in de functie: de bandenspanning wordt niet meer gecontroleerd.
Controleer zo snel mogelijk de bandenspanning.Laat het systeem direct nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Voet op het rempedaalpermanent.Het rempedaal moet worden ingetrapt.Bij de automatische transmissie of elektronisch gestuurde versnellingsbak moet u bij een draaiende motor en voordat u de parkeerrem vrijzet het rempedaal intrappen om de selectiehendel vanuit stand P of N in een andere stand te kunnen zetten.Als u de parkeerrem vrijzet zonder het rempedaal in te trappen, zal dit verklikkerlampje blijven branden.
Voet op het koppelingspedaalpermanent.In de STOP-stand van het Stop & Start-systeem wordt de motor niet gestart als u het koppelingspedaal slechts gedeeltelijk intrapt.
Trap bij een auto met een handgeschakelde versnellingsbak het koppelingspedaal volledig in zodat de motor gestart kan worden.
Instrumentenpaneel
31
Proace_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2019
Als bij draaiende motor de wijzer of de grafische meter (afhankelijk van de uitvoering) zich bevindt in:- zone A, is de koelvloeistoftemperatuur in orde,- zone B, is de koelvloeistoftemperatuur te hoog. Het waarschuwingslampje maximumtemperatuur en het waarschuwingslampje STOP gaan branden, in combinatie met een geluidssignaal en een waarschuwingsmelding op het touchscreen.Stop zo snel mogelijk op een veilige plaats.Wacht enkele minuten voordat u de motor afzet.Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De temperatuur en de druk in het koelcircuit beginnen na enkele minuten rijden te stijgen.Om koelvloeistof bij te vullen:F laat de motor ten minste één uur afkoelen,F draai de dop twee omwentelingen los om de druk te laten dalen,F ver wijder ver volgens de dop,F vul bij tot aan het merkteken "MA XI".
Wees voorzichtig bij het bijvullen van de koelvloeistof: kans op
brandwonden. Vul niet bij tot boven het maximumniveau (aangegeven op het reservoir).
KoelvloeistoftemperatuurOnderhoudsindicator
De onderhoudsindicator geeft aan hoeveel kilometer u nog ver wijderd bent van de eerstvolgende onderhoudsbeurt volgens het onderhoudsschema van de fabrikant.
Deze termijn wordt berekend op basis van de laatste reset van de onderhoudsindicator en is afhankelijk van het aantal afgelegde kilometers en de verstreken tijd sinds de laatste onderhoudsbeurt.
Bij dieseluitvoeringen wordt ook rekening gehouden met de mate waarin de kwaliteit van de motorolie achteruit gaat (afhankelijk van het land van verkoop).
Controle
1
Instrumentenpaneel
41
Proace_nl_Chap01_instruments-de-bord_ed01-2019
Traject resetten
Instrumentenpaneel met LCD-tekstdisplay
F Druk zodra het gewenste traject wordt aangegeven de toets op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar langer dan twee seconden in.
F Of druk langer dan twee seconden op de rolknop op het stuurwiel (volgens uitvoering).F Druk zodra het gewenste traject wordt aangegeven de resettoets van het instrumentenpaneel langer dan twee seconden in.
Instrumentenpaneel met LCD-tekst- of matrixdisplay
Met LCD-instrumentenpaneel
F Druk de knop op het uiteinde van de ruitenwisserschakelaar meer dan twee seconden in zodra het gewenste traject wordt aangegeven.
1
Instrumentenpaneel
85
Proace_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2019
De achterzijde van een geopende schuifdeur zal nooit voorbij de achterbumper van de auto komen.
Schuifdeuren en breedte van uw auto
Een geopende schuifdeur steekt uit. Houd hier rekening mee wanneer u de auto langs een muur, een paaltje of een hoge stoeprand parkeert.
Beveiliging / Detectie van obstakels elektrisch bedienbare schuifdeur(en)Brandstofvulklep
Het obstakeldetectiesysteem wordt geactiveerd op het moment dat de schuifdeur tijdens het bewegen tegen een obstakel met een bepaalde weerstand komt.- Als bij het sluiten van de schuifdeur een obstakel wordt gedetecteerd, stopt de schuifdeur met bewegen en wordt deze vervolgens volledig geopend.- Als bij het openen van de schuifdeur een obstakel wordt gedetecteerd, stopt de
schuifdeur met bewegen en wordt deze vervolgens gesloten.- Als tijdens de beweging van de deur twee keer achter elkaar een obstakel wordt gedetecteerd, wordt de deur niet meer elektrisch gesloten. Sluit de deur volledig met de hand om de deur te resetten.
Open niet de linker schuifdeur (indien aanwezig) als de brandstofvulklep is geopend: risico van beschadiging van de brandstofvulklep en de schuifdeur. Bovendien kan de persoon die aan het tanken is gewond raken.
Als de brandstofvulklep is geopend
en uw auto is uitgerust met een elektrisch bedienbare schuifdeur links, kan deze schuifdeur niet elektrisch worden geopend. Indien nodig kan deze schuifdeur handmatig gedeeltelijk worden geopend. De schuifdeur kan alleen normaal worden geopend als de brandstofvulklep is gesloten.
2
Toegang tot de auto
86
Proace_nl_Chap02_ouvertures_ed01-2019
Op een steile helling kan de schuifdeur zich door zijn eigen gewicht schoksgewijs in beweging zetten.De beweging van de schuifdeur kan niet worden gestopt door de schakelaar te bedienen door de tijd die nodig is om het bedieningssignaal te verwerken.Het obstakeldetectiesysteem heeft
onvoldoende tijd om te kunnen reageren.Zorg er voor dat de schuifdeur op een steile helling niet onbewaakt geopend blijft. Het niet in acht nemen van dit veiligheidsvoorschrift kan leiden tot schade aan voor werpen en letsel aan lichaamsdelen indien deze tijdens het bewegen van de schuifdeur bekneld raken.
Op een steile helling
Het elektrisch openen en sluiten van de schuifdeuren is mogelijk bij hellingen tot 20%.Als de auto met de voorzijde naar boven op een helling staat, is echter voorzichtigheid geboden bij het bedienen van de schuifdeuren. De helling kan een versnelde beweging van de schuifdeuren veroorzaken.Als de auto op een steile helling staat, begeleid de schuifdeur dan bij het sluiten met de hand.
Als de auto met de achterzijde naar boven op een helling staat, kan het zijn dat de schuifdeur niet in de geopende stand blijft staan, schoksgewijs weer sluit en daardoor letsel veroorzaakt.
Resetten elektrisch bedienbare schuifdeur(en)
Nadat de accukabels zijn aangesloten ter wijl de deuren zijn geopend, moeten de schuifdeuren mogelijk handmatig worden gesloten om ze te resetten.Als de elektrische bediening niet meer werkt, moet(en) de schuifdeur(en) als volgt worden gereset:F Sluit handmatig de schuifdeur(en) tot deze
volledig is/zijn gesloten.F Open handmatig de schuifdeur(en) tot deze volledig is/zijn geopend.F Sluit de schuifdeur(en) handmatig.F Open handmatig de schuifdeur(en) tot deze volledig is/zijn geopend.F Sluit de schuifdeur(en) handmatig.Na het uitvoeren van deze procedure kunnen de schuifdeuren weer elektrisch worden bediend.Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als het probleem blijft aanhouden nadat u deze procedure hebt gevolgd.
Toegang tot de auto