108
Proace_nl_Chap03_ergonomie-et-confort_ed01-2019
Neerklappen van de zitting
F Verwijder het veiligheidsnet.F Terugplaatsen van de zitting: duw met één hand stevig op de bovenzijde van de zitting en beweeg de zitting omlaag tot deze wordt vergrendeld in de zitstand.
Veiligheidsnet
Aanbrengen van het net
F Plaats de eerste haak in de bovenste uitsparing 1, onder de opgeklapte zitting. Draai de haak ver volgens een kwart omwenteling rechtsom om hem te vergrendelen.F Plaats de tweede haak in de onderste uitsparing 2, op de steun van de stoel. Draai de haak ver volgens een kwart omwenteling rechtsom om hem te
vergrendelen.
F Bevestig de derde haak aan het oog 3 in het open dashboardkastje.F Bevestig de vierde haak aan het oog 4 op d e v l o e r.
Verwijderen van het net
F Ver wijder de haken van de ogen 4 en 3.F Ver wijder de onderste haak 2 en ver volgens de bovenste haak 1 door deze een kwart omwenteling linksom te draaien om ze te ontgrendelen.
Ergonomie en comfort
120
Proace_nl_Chap03_ergonomie-et-confort_ed01-2019
Opbergvakken in de
voorportieren
Vloeistof die in de bekerhouder wordt ver voerd (bijvoorbeeld in een mok) en wordt gemorst, kan bij contact met schakelaars op het dashboard en de middenconsole storingen veroorzaken. Wees daarom voorzichtig bij het gebruik van de bekerhouder.
Dashboardkastje
In het dashboardkastje bevindt zich de schakelaar voor het uitschakelen van de airbag aan passagierszijde en kunnen een fles water, de boorddocumentatie enz. worden opgeborgen.
Opbergvak
In dit vak kunnen een fles water, de boorddocumentatie enz. worden opgeborgen.
F Druk op het linker gedeelte van de knop om het opbergvak te openen en begeleid het deksel met de hand tot een klik aangeeft dat het volledig is geopend.Afhankelijk van de uitvoering treedt de verlichting in werking zodra het opbergvak wordt geopend.
Als de auto is voorzien van airconditioning, beschikt het kastje over een luchttoevoerkanaal waaruit dezelfde (gekoelde) lucht stroomt als uit de ventilatieroosters van het interieur.
Houd tijdens het rijden het opbergvak gesloten om verwondingen bij een aanrijding of een noodstop te voorkomen.
Zonneklep
De zonneklep beschermt tegen zonlicht dat van voren of van de zijkant komt en is voorzien van een make-upspiegel met verlichting (afhankelijk van de uitvoering).De zonneklep aan bestuurderszijde is voorzien van een opbergmogelijkheid voor tolkaarten, tickets, ...
F Open als het contact aan is het afdekkapje. De verlichting van de make-upspiegel gaat automatisch branden.
Ergonomie en comfort
121
Proace_nl_Chap03_ergonomie-et-confort_ed01-2019
Bovenste opbergvak
Het opbergvak bevindt zich bovenop het dashboard, achter het stuur wiel.
Druk op de knop om het deksel (volgens uitvoering) te openen en beweeg het deksel omhoog tot het open blijft staan.Beweeg om het opbergvak te sluiten het deksel omlaag en druk ver volgens kort op het midden van het deksel.Het morsen van vloeistof kan kortsluiting
veroorzaken, wat tot brand kan leiden.
12V-aansluiting(en)
(afhankelijk van de uitvoering)
F Open, wanneer u een 12V-accessoire (maximaal vermogen: 120 W) wilt aansluiten, het kapje en sluit een geschikte adapter aan.
Houd u aan het maximaal toegestane vermogen om schade aan uw apparatuur te voorkomen.
Het aansluiten van elektrische apparatuur die niet door Toyota is goedgekeurd, zoals een lader met USB-aansluitingen, kan leiden tot storingen in de werking van de elektrische componenten van de auto, zoals een
slechte radio-ontvangst of storingen in de weergave van de displays.
3
Ergonomie en comfort
171
Proace_nl_Chap05_securite_ed01-2019
FrontairbagsActivering
De airbags worden opgeblazen, behalve de airbag aan passagierszijde wanneer deze is uitgeschakeld, bij een ernstige frontale aanrijding binnen (een gedeelte van) de impactzone vóór (A), waarbij de krachten in de horizontale lengterichting van de auto en vanaf de voorzijde richting de achterzijde op de auto inwerken.De frontairbag wordt opgeblazen tussen
de bestuurder en het stuur of tussen de passagier(s) voorin en het dashboard om te verhinderen dat deze naar voren wordt geslingerd.De frontairbags beschermen de bestuurder en voorpassagier(s) bij een ernstige frontale aanrijding, om de kans op hoofd- en borstletsel te verkleinen.De bestuurdersairbag is geïntegreerd in het stuur wiel en de passagiersairbag in het dashboard boven het dashboardkastje.
Houd tijdens het rijden het opbergvak gesloten om verwondingen bij een aanrijding of een noodstop te voorkomen.
5
Veiligheid
173
Proace_nl_Chap05_securite_ed01-2019
Maak er een gewoonte van om normaal rechtop in de voorstoelen te zitten.Draag altijd een correct afgestelde veiligheidsgordel.Zorg dat er zich niets bevindt tussen
de airbag en de inzittenden (kinderen, huisdieren, objecten...) en bevestig niets in de buurt van de airbags of in het gebied waar de airbags afgaan. Dit kan de inzittende bij het afgaan van de airbag ver wonden.Verander niets aan de oorspronkelijke uitvoering van uw auto, voer met name geen wijzigingen door aan de onderdelen in de directe nabijheid van de airbags.Alle werkzaamheden aan het airbagsysteem moeten worden uitgevoerd door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.Zelfs als alle bovenstaande voorschriften worden nageleefd, blijft de kans bestaan op letsel of lichte brandwonden aan het hoofd, de borst of de armen als de airbag wordt geactiveerd.
Zijairbags
Bedek de stoelen uitsluitend met daar voor goedgekeurde stoelhoezen, die in combinatie met actieve zijairbags gebruikt kunnen worden. Neem voor informatie over het aanbod aan stoelbekleding die geschikt is voor uw auto contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer informatie over de accessoires.Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de stoelen (kleding...): dit zou bij het afgaan van de airbags kunnen leiden tot verwondingen aan armen of borstkas.Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel zitten.
De airbag wordt namelijk zeer snel opgeblazen (binnen enkele milliseconden) en loopt ver volgens even snel leeg, waarbij de warme gassen via de daar voor bestemde openingen naar buiten stromen.
Airbags vóór
Houd het stuur wiel niet aan de spaken vast en laat uw handen niet op het stuurwielkussen rusten.De voorpassagier mag zijn voeten niet op het dashboard laten rusten.Rook niet in de auto. Als de airbag afgaat, kunnen brandende sigaretten of een pijp brandwonden of ander letsel veroorzaken.Ver wijder het stuur wiel nooit, maak geen gaten in de stuur wielbekleding en sla er niet op.Bevestig geen voor werpen of stickers op het stuur wiel of op het dashboard. Deze kunnen bij het afgaan van de airbags letsel veroorzaken.
Adviezen
Houd u aan de onderstaande veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags.
De portierpanelen van de voorportieren bevatten de zijdelingse schoksensoren van de auto.Schade aan het portier of het uitvoeren van werkzaamheden (wijzigingen of reparaties) die niet aan de voorschriften voldoen, kan ertoe leiden dat deze sensoren niet meer goed werken - In dat geval werken de zij-airbags mogelijk niet!Dergelijke werkzaamheden mogen uitsluitend door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige worden uitgevoerd.
5
Veiligheid
279
Proace_nl_Chap07_info-pratiques_ed01-2019
Eigenschappen van de olie
Controleer voordat u olie bijvult of ver verst of de motorolie die u wilt gebruiken overeenkomt met de door de fabrikant aanbevolen motorolie voor uw auto en motoruitvoering.
Motorolie bijvullen
De plaats van de vulopening voor de motorolie
is aangegeven op de desbetreffende afbeelding van de motorruimte.F Draai de dop van de vulopening.F Giet de olie voorzichtig in de opening om morsen op motoronderdelen te voorkomen (dit kan brand veroorzaken).F Wacht enkele minuten en controleer ver volgens nogmaals het oliepeil met de peilstok.F Vul indien nodig nog olie bij.F Draai nadat u het oliepeil nogmaals hebt gecontroleerd de dop zorgvuldig op de vulopening en steek de peilstok weer in de schacht.
Na het bijvullen zal de olieniveaumeter op het dashboard bij het aanzetten van het contact na 30 minuten de juiste
waarde aangeven.
Olie ver versen
Raadpleeg het onderhoudsschema van de fabrikant voor het verversingsinterval voor uw auto.Maak om een verminderde betrouwbaarheid van de motor en de emissieregeling te voorkomen nooit gebruik van additieven in de motorolie.
Het remvloeistofniveau dient zich zo dicht mogelijk bij het merkteken "MA XI" te bevinden. Controleer indien dit niet het geval is of de remblokken van uw auto zijn versleten.
Remvloeistofniveau
Remvloeistof ver versen
Raadpleeg het onderhoudsschema van de fabrikant voor het voorgeschreven verversingsinterval.
Type remvloeistof
Gebruik de door de fabrikant voorgeschreven remvloeistof.
Koelvloeistofniveau
Het koelvloeistofniveau dient zich zo dicht mogelijk bij het merkteken "MA XI" te bevinden, maar mag beslist niet hoger zijn.
Wacht bovendien alvorens werkzaamheden aan het koelsysteem uit te voeren ten minste 1 uur nadat de motor gedraaid heeft, omdat het koelsysteem onder druk staat.Draai om brandwonden te voorkomen de dop eerst 2 omwentelingen los om de druk te laten dalen. Ver wijder, als de druk eenmaal gedaald is, de dop en vul koelvloeistof bij.
De koelventilator kan ook nog gaan draaien nadat de motor is afgezet: houd daarom voor werpen en kleding uit de buur t van de ventilator.
Als de motor warm is, wordt de temperatuur van de koelvloeistof geregeld door de koelventilator.
Controleer het koelvloeistofniveau van uw auto regelmatig, afhankelijk van de gebruiksomstandigheden (elke 5000 km/3 maanden); vul indien nodig bij met de door de fabrikant voorgeschreven koelvloeistof.Het is normaal om tussen twee onderhoudsbeurten koelvloeistof te moeten bijvullen.
Stuurbekrachtigingsvloeistofniveau
Het stuurbekrachtigingsvloeistofniveau dient zich zo dicht mogelijk bij het merkteken "MA XI" te bevinden. Draai bij koude motor de dop open om het niveau te controleren.
7
Praktische informatie
316
Proace_nl_Chap08_En-cas-de-panne_ed01-2019
F Trek het deksel eerst linksboven en dan rechtsboven los.F Maak het deksel volledig los.
GoedDefect
Ta n g
Toegang tot het gereedschap
F Haal de tang uit de houder.
De tang voor het verwijderen van zekeringen bevindt zich achter het deksel van de zekeringkast, tegen de dashboardstijl.
Voordat u een zekering ver vangt, dient u:F de oorzaak van de storing te achterhalen om deze te verhelpen,F stroomverbruikers uit te schakelen,F de auto stil te zetten met het contact uit,F de defecte zekering te achterhalen met behulp van de zekeringtabel en de schema's op de volgende bladzijden.
Vervangen van een zekering
Voor ingrepen aan een zekering geldt:F gebruik een speciale tang om de zekering uit de zekeringkast te ver wijderen en te controleren of het smeltdraadje van de zekering intact is,F ver vang een defecte zekering altijd door een zekering met dezelfde stroomsterkte (zelfde kleur): een afwijkende stroomsterkte kan storingen veroorzaken (brand).Als de zekering kort na ver vanging weer is doorgebrand, laat dan het elektrische systeem van de auto nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere
naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Het vervangen van een zekering door een andere dan in de volgende tabellen genoemd, kan tot ernstige storingen leiden. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Zekering vervangen
Storingen verhelpen
317
Proace_nl_Chap08_En-cas-de-panne_ed01-2019
Toyota is niet aansprakelijk voor kosten die voortvloeien uit storingen veroorzaakt door het monteren van extra accessoires die niet door Toyota aanbevolen en geleverd worden, en niet volgens haar voorschriften zijn gemonteerd. Dit geldt met name als het totale stroomverbruik van alle extra accessoires meer dan 10 milliampère bedraagt.
Montage van elektrische accessoires
Bij het ontwerp van het elektrische circuit van uw auto is reeds rekening gehouden met de montage van zowel de standaarduitrusting als eventuele opties.Neem, voordat u andere elektrische verbruikers of accessoires in uw auto plaatst, contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
Neem voor meer informatie over de montage van een trekhaak of een taxi-uitrusting contact op met het Toyota-netwerk.
Zekeringen dashboard
De zekeringkast bevindt zich aan de onderzijde van het dashboard (linkerzijde).
Toegang tot de zekeringen
F Maak het deksel los door het aan de bovenzijde eerst links en ver volgens rechts los te trekken.
8
Storingen verhelpen