
UW VOERTUIG LEREN KENNEN
46
Modusregeling
Selecteer een van de schermtoetsen voor de modus of druk op de toets Mode op het front om de luchtverdeling aan
te passen. De luchtverdeling kan zo worden ingesteld dat lucht vanuit de luchtroosters in het instrumentenpaneel,
de vloerroosters, ontdooiroosters en de ontwasemingsroosters stroomt.
De volgende standen zijn beschikbaar:
Ventilatie instrumen -
tenpaneel Ventilatie instrumentenpaneel
Er komt lucht naar binnen via  de roosters  in het instrumentenpaneel. U kunt deze roosters afzonderlijk verstellen
om zo de luchtstroming te regelen. De lamellen van de uitblaasopeningen in het midden en in de zijpanelen kun
-
nen omhoog en omlaag en naar links en naar rechts worden bewogen om zo de richting van de luchtstroom te rege -
len. Onder de lamellen bevindt zich een stelwiel waarmee de uitblaasopening kan worden afgesloten of aangepast
om zo de uitstromende hoeveelheid lucht te regelen.
Stand Twee niveaus Stand Twee niveaus Lucht  stroomt uit de luchtroosters  in  het  instrumentenpaneel en  de  roosters in de vloer.  Een geringe hoeveelheid
lucht stroomt via de openingen voor voorruitontdooiing en zijraamontwaseming.
OPMERKING:
De stand Twee niveaus is bedoeld om comfort te bieden door koele lucht uit de luchtroosters in het instrumenten -
paneel en warme lucht uit de vloerroosters te laten stromen.
Vloerstand Vloerstand Lucht stroomt  uit  de luchtroosters in de vloer. Een  geringe hoeveelheid  lucht  stroomt via  de openingen voor  voor -
ruitontdooiing en zijraamontwaseming.
Pictogram Omschrijving
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book  Page 46   

VEILIGHEID
114
Het  waarschuwingslampje  voor  het
airbagsysteem  gaat  niet  vier  tot  acht
seconden  branden  nadat  u  de  contact-
schakelaar de eerste keer in de stand ON/
RUN hebt gezet.
Het  waarschuwingslampje  voor  het
airbagsysteem  blijft  branden  na  de
periode van vier tot acht seconden.
Het  waarschuwingslampje  voor  het
airbagsysteem  gaat  af  en  toe  branden  of
blijft branden tijdens het rijden.
OPMERKING:
Als de snelheidsmeter, toerenteller of andere
meters voor motorfuncties niet werken, is het
mogelijk dat ook de controller van het bevei -
ligingssysteem  voor  inzittenden  niet  werkt.
In deze toestand zijn de airbags mogelijk niet
gereed  om  u  te  beschermen.  Laat  het
airbagsysteem onmiddellijk controleren door
een erkende dealer.
Redundant airbagwaarschuwingslampje 
Als er bij het airbagwaarschuwings -
lampje  een  storing  wordt  gedetec -
teerd  die  van  invloed  kan  zijn  op
het  aanvullend  veiligheidssysteem
(SRS),  gaat  het  redundant  airbagwaarschu -
wingslampje  op  het  instrumentenpaneel
branden.  Het  redundant  airbagwaarschu -
wingslampje  blijft  branden  tot  de  storing  is
verholpen.  Bovendien  klinkt  er  een  geluids -
signaal  om  u  erop  te  wijzen  dat  het  redun -
dant  airbagwaarschuwingslampje  brandt  en
er een storing is gedetecteerd. Als het redun -
dant  airbagwaarschuwingslampje  met tussenpozen  gaat  branden  of  blijft  branden
tijdens  het  rijden,  laat  dan  onmiddellijk  uw
voertuig  door  een  erkende  dealer  contro
-
leren.
Raadpleeg  de  paragraaf  "Uw  instrumenten -
paneel  leren  kennen"  in  deze  handleiding
voor  meer  informatie  over  het  redundant
airbagwaarschuwingslampje.
Frontairbags
Dit voertuig heeft frontairbags en driepunts -
gordels voor zowel de bestuurder als de voor -
passagier.  De  frontairbags  vormen  een
aanvulling  op  de  veiligheidsgordels.  De
bestuurdersfrontairbag  bevindt  zich  in  het
midden van het stuurwiel. De passagiersfron -
tairbag  bevindt  zich  in  het  instrumentenpa -
neel,  boven  het  handschoenenkastje.  De
airbagpanelen zijn voorzien van het opschrift
SRS AIRBAG of AIRBAG.
 WAARSCHUWING!
Wanneer  u  het  waarschuwingslampje  voor
het  airbagsysteem  op  het
instrumentenpaneel  negeert,  kan  dat
betekenen dat het airbagsysteem u bij een
aanrijding  niet  beschermt.  Als  het  lampje
niet  gaat  branden  tijdens  de
gloeilampcontrole  wanneer  u  de
contactsleutel  omdraait,  blijft  branden
nadat  u  de  auto  hebt  gestart  of  gaat
branden  tijdens  het  rijden,  dient  u  het
defect  onmiddellijk  door  uw  erkende
dealer te laten repareren.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book  Page 114   

VEILIGHEID
116
Deze auto kan zijn uitgerust met glijrailpositie-
sensoren voor de bestuurders- en/of de voorpas-
sagiersstoel  waarmee  de  mate  van  opblazen
van  de  geavanceerde  voorairbags  op  basis  van
de stoelpositie kan worden aangepast.
Werking frontairbags 
De  frontairbags  zijn  ontworpen  om  extra
bescherming  te  bieden  als  aanvulling  op  de
veiligheidsgordels.  Frontairbags  zijn  niet
bedoeld voor het verminderen van  het risico
op  letsel  bij  botsingen  van  achteren,
botsingen van opzij of over de kop slaan. De
frontairbags  worden  niet  bij  alle  frontale
botsingen  geactiveerd.  Dit  geldt  ook  voor
sommige  frontale  botsingen  die  ernstige
schade  aan  het  voertuig  tot  gevolg  hebben,
zoals  bepaalde  aanrijdingen  tegen  palen,
aanrijdingen  waarbij  de  auto  onder  een
vrachtwagen  terechtkomt  en  aanrijdingen
onder een hoek.
Daarentegen  kunnen  frontairbags,  afhanke -
lijk van de aard van de botsing en de plaats
waar het voertuig  wordt geraakt,  opgeblazen
worden  bij  aanrijdingen  die  geringe  schade
aan  de  voorkant  van  het  voertuig  tot  gevolg
hebben,  maar  die  aanvankelijk  een  grote
afname van de snelheid veroorzaken.
Omdat airbagsensoren de vertraging van het
voertuig in de loop van de tijd meten, zijn de
snelheid  van  het  voertuig  en  de  schade  op
zichzelf  geen  goede  indicatoren  voor  de
noodzaak  van  het  wel  of  niet  opblazen  van
een airbag. Veiligheidsgordels  zijn  bij  alle  ongevallen
noodzakelijk voor uw bescherming en om uw
lichaam in de juiste positie te houden, uit de
buurt van een airbag die wordt opgeblazen.
De  controller  van  het  beveiligingssysteem
voor  inzittenden  (OCR)  zendt  een  signaal
naar  de  opblaasmodules  wanneer  een
botsing  wordt  gedetecteerd  waarbij  de  fron
-
tairbags  moeten  worden  geactiveerd.  Een
grote hoeveelheid niet-giftig gas wordt gege -
nereerd om de frontairbags op te blazen.
Het  afdekpaneel  op  de  stuurwielnaaf  en  op
de  rechterbovenzijde  van  het  instrumenten -
paneel  komen  los  en  worden  verwijderd
terwijl  de  airbags  volledig  worden  opge -
blazen.  De  frontairbags  worden  binnen  een
oogwenk  volledig  opgeblazen.  De  frontair -
bags lopen vervolgens snel leeg terwijl ze de
bestuurder en de voorpassagier bescherming
bieden.
Passagiersairbag uitschakelen — indien 
aanwezig
Met  dit  systeem  kan  de  bestuurder  de
geavanceerde  frontairbag  aan  passagiers -
zijde  uitschakelen  (UIT)  als  een  kinderzitje
op  de  voorstoel  moet  worden  geplaatst.
Schakel  de  geavanceerde  frontairbag  aan
passagierszijde alleen uit (UIT) als het abso -
 WAARSCHUWING!
Er mogen geen voorwerpen op of nabij het
airbagpaneel op het instrumentenpaneel of
het  stuur  worden  geplaatst,  omdat  deze
letsel  kunnen  veroorzaken  bij  botsingen
waarbij de airbag wordt opgeblazen.
Plaats niets op of rond de airbagpanelen en
probeer  deze  nooit  handmatig  te  openen.
Anders  is  het  mogelijk  dat  u  de  airbags
beschadigt.  Bovendien  kunt  u  letsel
oplopen  doordat  de  airbags  mogelijk  niet
meer  functioneren.  De  beschermpanelen
van de airbagkussens gaan alleen open als
de airbags worden opgeblazen.
Als u alleen op de airbags vertrouwt, kan
dit  bij  een  aanrijding  leiden  tot  ernstig
letsel.  De  airbags  werken  in  combinatie
met  uw  veiligheidsgordel  om  u  op  de
juiste wijze te beschermen. Bij sommige
aanrijdingen  worden  de  airbags  niet
opgeblazen. Draag uw veiligheidsgordels
altijd,  ook  als  uw  auto  is  uitgerust  met
airbags.
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book  Page 116   

125
(Vervolgd)
OPMERKING:
De  airbagpanelen  zijn  in  de  interieurbekle-
ding  nauwelijks  zichtbaar,  maar  springen
open tijdens het opblazen van de airbag.
Componenten van het airbagsysteem
OPMERKING:
De  controller  van  het  beschermingssysteem
voor  de  inzittenden  (ORC)  controleert  de
interne  circuits  en  de  bedrading  van  de
onderstaande  elektrische  componenten  van
het airbagsysteem:
Controller  van  het  beveiligingssysteem
voor inzittenden
Waarschuwingslampje  voor  het
airbagsysteem 
Stuurwiel en stuurkolom
Instrumentenpaneel
Kniebescherming
Bestuurders- en passagiersairbags
Gespsluitingschakelaar  voor  veiligheids-
gordels
Aanvullende zijairbags
Sensoren  voor  frontale  en  zijdelingse
botsingen
Gordelspanners
Glijrailpositiesensoren
Als een airbag wordt opgeblazen 
De  frontairbags  zijn  zo  ontworpen  dat  ze  na
het opblazen onmiddellijk weer leeglopen.
OPMERKING:
De front- en/of zijairbags worden niet bij alle
botsingen  opgeblazen. Dit houdt echter niet
in dat het airbagsysteem niet werkt.
Bij een aanrijding waarbij de airbags worden
opgeblazen, kan zich het volgende voordoen:
Het  materiaal  van  de  airbag  kan  soms
schaafwonden en/of een rode huid veroor -
zaken  bij  de  inzittenden  tijdens  het
Veiligheidsgordels  (en  kinderzitjes
indien van toepassing) zijn bij alle onge-
vallen  noodzakelijk  voor  uw  bescher -
ming. Ze houden u ook op uw plaats, uit
de  buurt  van  een  zijairbag  die  wordt
opgeblazen.  Voor  de  beste  bescherming
van  de  zijairbags,  moeten  inzittenden
hun  veiligheidsgordels  naar  behoren
dragen  en  rechtop  zitten  met  hun  rug
tegen  hun  stoel.  Kinderen  moeten  naar
behoren  worden  vastgegespt  in  een
kinderzitje  of  zitverhoger,  afgestemd  op
de grootte van het kind.
 WAARSCHUWING!
Zijairbags  hebben  ruimte  nodig  om  te
worden opgeblazen. Leun niet tegen het
portier  of  het  raam.  Zit  rechtop  op  het
midden van de stoel.
Als  u zich  tijdens het  activeren  te  dicht
bij  de  zijairbags  bevindt,  kunt  u  ernstig
of zelfs dodelijk letsel oplopen.
 WAARSCHUWING! (Vervolgd)
Als  u  alleen  op  de  zijairbags  vertrouwt,
kan  dit  bij  een  aanrijding  leiden  tot
ernstig  letsel.  De  zijairbags  werken  in
combinatie met uw veiligheidsgordel om
u  op  de  juiste  wijze  te  beschermen.  Bij
sommige  aanrijdingen  worden  de  zijair -
bags  niet  opgeblazen.  Draag  altijd  uw
veiligheidsgordel,  ook  als  uw  auto  is
uitgerust met zijairbags.
 WAARSCHUWING! (Vervolgd)
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book  Page 125   

334
INDEX
E
Elektrisch bediende ramen ................... 50Vermogen ........................................ 50
Elektrisch bediende ramen, 
automatisch openen ............................. 50
Elektrisch schuifdak............................. 58 Bediening ........................................ 58
Klembeveiliging ............................... 58
Elektrische aansluiting, voor 
randapparatuur .................................... 61
Elektrische aansluitingen...................... 61
Elektronisch stabiliteitsregelsysteem 
(ESC) ................................................. 87
Elektronische remregeling..................... 86 ABS-systeem ................................... 85
Electronic Roll Mitigation ............ 87 , 93
Elektronische snelheidsregeling 
(cruisecontrol) ................................... 169
Emissies ........................................... 273
F
Filters Airconditioning ................................ 49
Motorolie ....................................... 269
Freedom panelen ................................. 55
G
Geïntegreerde voedingsmodule 
(zekeringen) ...................................... 198 Gordelspanners
Veiligheidsgordels .......................... 112
Gordelsystemen ................................. 105
Grootlichtschakelaar/
dimlichtschakelaar .............................. 36
H
Handleiding voor het trekken van een 
aanhangwage .................................... 189
Handmatig Parkeerontgrendeling...................... 218
Hard Top ............................................ 55
Hill Descent Control............................. 90
Hill Start Assist ................................... 92
Hoofdsteunen ..................................... 32
I
Indicator olie verversen ........................ 67
Inleiding ............................................... 1
Inrijperiode nieuw voertuig ................. 154
Installeren .......................................... 57
Instructies bij opkrikken ..................... 209
Instrumentengroep .............................. 67 Menuopties ..................................... 67
Omschrijvingen ................................ 81
Weergave scherm ............................. 66
Instrumentenpaneel, reinigen ............. 262
Interieur, verzorging en onderhoud ...... 261 Intervalstand ruitenwissers 
(intervalschakeling van de
ruitenwissers) ......................................39
K
Keuze van koelvloeistof (antivries) .......269
Keyless Enter-N-Go ..............................20
Passive Entry ...................................20
Klantenservice ...................................319
Klimaatregeling Automatisch.....................................41
Klokinstellingen .................................276
Knipperlichten Richtingaanwijzers.....81 , 148 , 195 , 196
Waarschuwingsknipperlichten ..........193
Koelsysteem ......................................243 Inspectie .......................................244
Keuze van koelvloeistof (antivries) ... 268 , 
269
Koelvermogen ................................268
Koolstofmonoxide, waarschuwing .........145
Koplampen Afstellen ..........................................38
Automatisch.....................................37
Lampen vervangen ..........................195
Lichtsignaal .....................................37
Lichtverklikker..................................38
Reiniging .......................................257
2020_JEEP_JL_WRANGLER_UG_LHD_NL.book  Page 334