
Sommige opties hebben een submenu.
Het menu biedt de volgende functies:
MENU
VERLICHTING
PIEP SNELHEID
ACTIVERING TRIP B/GEGEVENS
STEL UUR IN
STEL DATUM IN
AUTOCLOSE
MEETEENHED
TAAL
GELUIDSSTERKTE
WAARSCHUWINGEN
GELUIDSSTERKTE TOETSEN
PIEP VEILIGHEIDSGORDELS
SERVICE
AIRBAG/AIRBAG PASSAGIER
DAGRIJLICHTEN
RESET BANDEN
RADIO HERHALING(voor bepaalde
markten/versies)
ZIE TELEFOON (voor bepaalde
markten/versies)
ZIE NAVIGATIE (voor bepaalde
markten/versies)
MENU AFSLUITENStel uur in (de klok instellen)
Door deze functie te gebruiken, kan de
klok met twee submenu's worden
ingesteld: "Uur" en "Formaat".
Ga als volgt te werk om in te stellen:
druk kortstondig op de MENU knop
op het display verschijnen de
twee submenu's "Uur" en "Formaat";
druk op de knop+of–om een van
beide submenu's te selecteren;
druk na het submenu te hebben
geselecteerd kort op de MENU-knop
;
als u het submenu "Uur" selecteert,
druk dan kort op de MENU-knop
om de "uren" weer te geven;
druk op de knop+of–om aan te
passen;
druk kort op de MENU-knop
om de "minuten" weer te geven;
druk op de knop+of–om aan
te passen;
OPMERKING Met elke druk op de knop
+of–wordt de waarde met één
eenheid verhoogd of verlaagd. Houd de
knop ingedrukt om de waarde
automatisch snel te verhogen/verlagen.
Wanneer de gewenste waarde wordt
bereikt, kan de instelling afgerond
worden door opnieuw kort op de knop
te drukken.
als u het submenu "Formaat"
selecteert, druk dan kort op de
MENU-knop
om de
"schermmodus" weer te geven;
druk op+of–om “24h” of “12h” te
selecteren. Druk na het maken van
de gewenste instellingen, kort op de
MENU-knop
om terug te keren
naar het submenuscherm of houd de
knop ingedrukt om terug te keren naar
het hoofdscherm zonder op te slaan.
houd de knop MENUof
OPSLAAN ingedrukt bij kleurendisplays
om terug te keren naar het
standaardscherm of het hoofdmenu
afhankelijk van waar u zich in het menu
bevindt.
Stel datum in (De datum instellen)
Met deze functie kan de datum worden
bijgewerkt (jaar/maand/dag).
Ga als volgt te werk om in te stellen:
druk kort op de MENU-knop
om het "jaar" weer te geven;
druk op de knop+of–om aan te
passen;
druk kort op de MENU-knop
om de "maand" weer te geven;
druk op de knop+of–om aan
te passen;
druk kort op de MENU-knop
om de "dag" weer te geven;
druk op de knop+of–om aan te
passen;
45

TIPS, BEDIENING EN
ALGEMENE
INFORMATIE
Verkeersveiligheid
Zorg ervoor dat u weet hoe de
verschillende systeemfuncties gebruikt
moeten worden voordat u gaat rijden.
Lees de gebruiksaanwijzingen van
het systeem zorgvuldig door voordat u
gaat rijden.
Ontvangst-
omstandigheden
Tijdens het rijden veranderen de
ontvangstomstandigheden
voortdurend. De ontvangst kan
gestoord worden door de aanwezigheid
van bergen, gebouwen of bruggen,
vooral wanneer u ver verwijderd bent
van de zender.
BELANGRIJK Het volume kan
toenemen wanneer verkeersinformatie
of nieuws wordt ontvangen.
Zorg en onderhoud
Neem de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht zodat het
systeem optimaal blijft werken:
het display is gevoelig voor krassen,
vloeistoffen en reinigingsmiddelen.
Raak het display niet met puntige of
harde voorwerpen die het kunnen
beschadigen. Oefen tijdens het reinigen
geen druk uit op het display.
gebruik nooit alcohol, benzine en
afgeleide producten om het glas van
het display te reinigen.
Voorkom dat vloeistoffen in het
systeem komen: dit kan het systeem
op onherstelbare wijze beschadigen.
Diefstalbeveiliging
Het systeem is uitgerust met een
diefstalbeveiliging die gebaseerd is op
informatie-uitwisseling met de
elektronische regeleenheid (Body
Computer) in het voertuig.
Dit garandeert maximale veiligheid en
voorkomt dat elke keer dat de
stroomvoorziening uitvalt, de geheime
code opnieuw ingevoerd moet worden.
Als de controle een positief resultaat
oplevert, dan begint het systeem te
werken. Als de codes bij de vergelijking
echter niet overeenkomen of als de
elektronische regeleenheid (Body
Computer) wordt vervangen, dan zal
het systeem de gebruiker vragen om de
geheime code in te voeren op de
manier die in de volgende paragraaf is
beschreven.De geheime code invoeren
Wanneer het systeem wordt
ingeschakeld, toont het display, als de
code wordt gevraagd, het opschrift
"Anti-diefstalcode invoeren", gevolgd
door een scherm met een toetsenbord
waarmee de geheime code kan worden
ingevoerd.
De geheime code bestaat uit vier
tekens van 0 tot 9.
Als er een verkeerde code is ingevoerd,
geeft het systeem "Code verkeerd"
weer om de gebruiker te laten weten
dat de juiste code ingevoerd moet
worden.
Na 3 mislukte invoerpogingen,
verschijnt op het display "Code
verkeerd. Radio vergrendeld. 30
minuten wachten a.u.b.". Als
dit opschrift is verdwenen, kan de code
opnieuw worden ingevoerd.
Paspoort autoradio
Dit document is het eigendomsbewijs
van het systeem. In het paspoort van
de autoradio staan het model, het
serienummer en de geheime code
aangegeven.
WAARSCHUWING Bewaar dit
autoradiopaspoort op een veilige plek,
zodat bij diefstal van het systeem de
betreffende informatie aan de bevoegde
instanties gegeven kan worden.
187

Neem, in geval van zoekraken van het
paspoort van de autoradio, contact
op met het Fiat Servicenetwerk, neem
uw identiteitsbewijs en de
eigendomsdocumenten van uw auto
mee.
Belangrijke
opmerkingen
In geval van een storing, mag het
systeem alleen gecontroleerd en
gerepareerd worden door het Fiat
Servicenetwerk.
Als de temperatuur erg laag is, kan het
even duren voordat het display de
optimale lichtsterkte heeft bereikt.
Als de auto enige tijd bij een hoge
buitentemperatuur wordt geparkeerd,
kan de "thermische beveiligingsfunctie"
van het systeem in werking treden tot
de temperatuur in het interieur naar een
acceptabel niveau is teruggekeerd.
Kijk alleen naar het scherm wanneer dit
nodig en veilig is. Als u langere tijd
naar het scherm moet kijken, ga dan de
weg af en parkeer op een veilige plek,
zodat u niet tijdens het rijden wordt
afgeleid.
Stop onmiddellijk met het gebruik van
het systeem in geval van een storing.
Anders kan het systeem beschadigd
raken. Neem zo snel mogelijk contact
op met het Fiat Servicenetwerk om het
systeem te laten repareren.USB-BRON
Om de USB-modus te activeren, moet
het betreffende toestel aangesloten
worden op de USB-poort die zich op
de tunnelconsole in de auto bevindt.
BELANGRIJKE OPMERKING Koppel
na gebruik van een USB-oplaadstation
het toestel (smartphone) los. Haal
daarbij altijd eerst de kabel uit
het contact van het voertuig en nooit uit
het toestel. Kabels die blijven
rondslingeren of aangesloten blijven,
kunnen de correcte oplaadfunctie en/of
de conditie van de USB-poort
aantasten.
OPMERKING De USB-poort zorgt voor
de gegevensoverdracht van de Pen
Drive/smartphone enzovoorts en het
langzaam opladen van een extern
toestel, wat niet gegarandeerd is omdat
dit afhangt van het type/merk toestel.
188
MULTIMEDIA

OVERZICHTSTABEL BEDIENINGSELEMENTEN FRONTPANEEL
Knop Functies Modus
Ontsteking Knop kort indrukken
Uitschakelen Knop kort indrukken
Volumeregeling Draai knop rechtsom/linksom
Volume in-/uitschakelen (Mute/Pauze) Knop kort indrukken
Selectie afsluiten/naar vorige scherm terugkeren Knop kort indrukken
BROWSE
ENTERDoor de lijst bladeren of op een radiozender afstemmen of
vorig/volgend nummer selecterenDraai knop rechtsom/linksom
Op display weergegeven optie bevestigen Knop kort indrukken
INFOKeuze weergavemodus (Radio, Media Player) Knop kort indrukken
AUDIOToegang tot audio-instelling en instelfuncties Knop kort indrukken
MENUToegang tot het menu Instellingen Knop kort indrukken
MEDIAUSB-bronselectie Knop kort indrukken
RADIOToegang tot de radio-modus Knop kort indrukken
1-2-3-4-5-6Huidige radiozender opslaan Toets lang indrukken
Opgeslagen radiozender oproepen Knop kort indrukken
A-B-CSelectie van de groep voorkeuzezenders of selectie van de
gewenste letter in elke lijstKnop kort indrukken
Zoeken naar vorige radiozender of selectie van vorig nummer
USBKnop kort indrukken
Scannen van lagere frequenties tot de toets wordt
losgelaten/Snel terugspoelen nummer van USBToets lang indrukken
190
MULTIMEDIA

Nummer wijzigen (volgende/vorige)
Druk kort op de
knop of draai de
BROWSE ENTER knop rechtsom
om het volgende muzieknummer te
spelen. Druk kort op de knop
of
draai de BROWSE ENTER knop
linksom om terug te gaan naar het
begin van het muzieknummer of terug
te gaan naar het begin van het
muzieknummer of naar het begin van
het vorige muzieknummer als het
huidige muzieknummer minder dan 3
seconden is afgespeeld.
Nummers snel vooruit-/
terugspoelen
Houd de knop
ingedrukt om het
gekozen nummer snel vooruit te
spoelen of de knop
om het nummer
snel achteruit te spoelen.
Nummer kiezen (browse)
Gebruik deze functie om door de
nummers op het actieve apparaat te
bladeren en een nummer te selecteren.
De beschikbare keuzes hangen af
van het apparaat dat aangesloten is.
Op een USB-apparaat kunt u
bijvoorbeeld de knop/toets BROWSE
ENTER gebruiken om door de lijst
van beschikbare artiesten, genres en
albums te bladeren, afhankelijk van de
informatie die aanwezig is op de tracks.Gebruik binnen elke alfabetisch
geordende lijst de toetsA-B-Cop het
frontpaneel om naar de gewenste letter
in de lijst te springen.
Druk op de toets BROWSE ENTER om
deze functie te activeren voor de bron
die afgespeeld wordt.
Draai de toets/knop BROWSE ENTER
om de gewenste categorie te kiezen en
druk vervolgens op deze toets/knop
om de keuze te bevestigen.
Druk op de toets
om de functie te
annuleren.
Weergave nummerinformatie
Druk op de toetsINFOom de
informatie die weergegeven wordt
tijdens het afspelen (Artiest, Album,
Genre, Naam, Map, Bestandsnaam) te
selecteren.
Druk op de toets
om het scherm af
te sluiten.
Willekeurige volgorde
Druk op de knop
om de nummers
op de USB in een willekeurige volgorde
af te spelen.
Nogmaals indrukken om de functie uit
te schakelen.Herhalen
Druk op de toets
om deze functie in
te schakelen. Het bijbehorende
pictogram wordt weergegeven.
Nogmaals indrukken om de functie uit
te schakelen.
OPMERKING Het is mogelijk dat het
Uconnect™-systeem niet alle
USB-pennen ondersteunt. In dit geval
kan niet automatisch van de
“Radiomodus” naar de “Mediamodus”
worden overgeschakeld. Controleer
de compatibiliteit van het toestel als het
niet afgespeeld wordt door
Mediamodus te selecteren. Een
specifiek bericht zal op het display van
hetU-connect™-systeem worden
weergegeven.
INSTELLINGEN
Druk op toets MENU op het frontpaneel
voor de weergave van het menu
"Instellingen".
OPMERKING De weergegeven
menu-items hangen van de versie af.
Het menu omvat de volgende opties:
Systeeminstellingen:Taal, Terug
naar standaardinstellingen, Systeem
uitschakelen, Volumelimiet bij starten,
Auto-On Radio.
Radio Menu:Bladeren
FM-zenderlijst, Verkeersberichten,
Regionaal, Alternatieve Frequentie (AF).
195

Overzichtstabel bedieningselementen frontpaneel
Knop Functies Modus
Ontsteking Knop kort indrukken
Uitschakelen Knop kort indrukken
Volumeregeling Knop naar links/rechts draaien
Volume in-/uitschakelen (Mute/Pauze) Knop kort indrukken
Scherm aan/uit Knop kort indrukken
Selectie afsluiten/naar vorige scherm terugkeren Knop kort indrukken
Instellingen Knop kort indrukken
BROWSE ENTERLijst doorbladeren of op een radiostation afstemmen Knop naar links/rechts draaien
Op display weergegeven optie bevestigen Knop kort indrukken
APPSToegang tot de aanvullende functies, zoals: Tijdsweergave,
Kompas (waar aanwezig), buitentemperatuur, Radio, Media en
Uconnect™ LIVE
-services, waar aanwezig.Knop kort indrukken
TELEFOON Weergave telefoongegevens Knop kort indrukken
TRIP
(Uconnect™ 5" LIVE-
versies)Toegang tot het Trip menu Knop kort indrukken
NAV
(Uconnect™ 5" Nav
LIVE-versies)Toegang tot het Navigatiemenu Knop kort indrukken
MEDIA
Bronselectie: USB,
Bluetooth®Knop kort indrukken
RADIO Toegang tot de radio-modus Knop kort indrukken
198
MULTIMEDIA

Systeem in-/
uitschakelen
Het systeem wordt in-/uitgeschakeld
door het indrukken van de
(ON/OFF)
toets/knop.
Draai de toets/knop respectievelijk
rechtsom/linksom om het radiovolume
te verhogen/verlagen.
Radiomodus
Nadat de gewenste radiozender
gekozen is, wordt de volgende
informatie op het display weergegeven:
Bovenaan: de lijst van opgeslagen
radiozenders (voorkeuze) wordt
weergegeven; de momenteel
beluisterde zender is gemarkeerd.
In het midden: weergave van de naam
van het huidige radiostation en de
toetsen om het vorige of het volgende
radiostation te selecteren.
Onderaan: weergave van de volgende
toetsen:
"Browse": lijst van beschikbare
radiozendeers;
"AM/FM", "AM/DAB", "FM/DAB":
selectie van de gewenste golfband
(herconfigureerbare toets al naar gelang
de geselecteerde golfband: AM, FM of
DAB);
"Afstem.": handmatige afstemming
op het radiostation (niet beschikbaar
voor DAB-radio's);
"Info": aanvullende informatie over
de beluisterde bron;
"Audio": toegang tot het scherm
"Audio-instellingen".
Audiomenu
Door middel van het menu "Audio"
kunnen de volgende aanpassingen
worden uitgevoerd:
"Equalizer" (waar aanwezig);
“Balance” (audiobalans links/rechts);
"Volume / Snelheid" (automatische
snelheidsafhankelijke volumeregeling);
"Loudness" (waar aanwezig);
"Auto-On Radio";
"Vertrag. uitsch. radio"
Druk op de toets
/ Gereed om het
menu "Audio" af te sluiten.
Media-modus
Audiobron selecteren
Druk op de toets "Bron" om de
gewenste audiobron onder de
beschikbare bronnen te selecteren:
USB ofBluetooth®.
Toepassingen die worden gebruikt op
draagbare apparaten zijn mogelijk
niet compatibel met het
Uconnect™-systeem.Nummer kiezen (Browse)
Bij ingeschakelde Media-modus, de
knoppen
/kort indrukken om
het vorige/volgende nummer af te
spelen of de knoppen
/
ingedrukt houden om het nummer
snel achteruit/vooruit te spoelen.
OPMERKING Het toetsenbord is niet
beschikbaar voor talen met speciale
tekens (bijv. Grieks) die niet door het
systeem worden ondersteund, is het
toetsenbord niet beschikbaar. In deze
gevallen is bovenstaande functie
beperkt.
OPMERKING Het is mogelijk dat het
Uconnect™-systeem niet alle
USB-pennen ondersteunt. In dit geval
kan niet automatisch van de
“Radiomodus” naar de “Mediamodus”
worden overgeschakeld. Controleer
de compatibiliteit van het toestel als het
niet afgespeeld wordt door
Mediamodus te selecteren. Een
specifiek bericht zal op het display van
hetU-connect™-systeem worden
weergegeven.
201

Bluetooth® bron
Een Bluetooth® Audioapparaat
koppelen
Ga als volgt te werk om eenBlu-
etooth® audioapparaat te koppelen:
schakel de functieBluetooth®in
op het apparaat;
druk op de knop MEDIA op het
voorpaneel;
als de "Media"-bron actief is, druk
dan op de knop "Bron";
selecteer deBluetooth® Media-
bron;
druk op de knop "Toestel toev.";
zoekUconnect™op hetBlu-
etooth® audioapparaat (tijdens de
koppelingsfase verschijnt op het
scherm de voortgang van het proces);
voer, als het audioapparaat hierom
vraagt, de PIN-code in die wordt
getoond op het display van het
systeem of bevestig de op het apparaat
getoonde PIN;
als de koppelingsprocedure met
succes is afgesloten, wordt een scherm
getoond. Als "Ja" op de vraag wordt
geselecteerd, wordt hetBluetooth®-
audioapparaat als favoriet gekoppeld
(het apparaat heeft voorrang op alle
andere apparaten die later worden
gekoppeld). Als "Nee" wordt geselect-
eerd, wordt de prioriteit op basis van de
volgorde van verbinding bepaald. Het
laatst verbonden apparaat heeft de
hoogste prioriteit;
een audioapparaat kan ook
gekoppeld worden door te drukken op
de telefoontoets op het voorpaneel
en door "Instellingen" te selecteren of
door, vanuit het menu "Instellingen",
"Telefoon/Bluetooth" te selecteren.
BELANGRIJK Raadpleeg het
instructieboekje van de mobiele
telefoon als deBluetooth® verbinding
tussen mobiele telefoon en systeem
wordt verbroken.
OPMERKING Wanneer het naam-
apparaat gewijzigd wordt in de
Bluetooth®-instellingen van de tele-
foon (indien aanwezig), kan de radio het
nummer dat afgespeeld wordt wijzigen
als het apparaat na deBluetooth®-
verbinding via USB wordt aangesloten.Telefoonmodus
Activering telefoonmodus
Druk op de knop PHONE op het
voorpaneel om de Telefoonmodus in te
schakelen.
Met de knoppen op het display kan
men:
het telefoonnummer kiezen (met
behulp van het grafische toetsenbord
op het display);
de contacten in het telefoonboek
van de mobiele telefoon weergeven en
bellen;
de contacten uit de registers van
vorige gesprekken weergeven en
bellen;
een maximum van 10 telefoons/
audioapparaten koppelen om de
toegang en de verbinding eenvoudiger
en sneller te maken;
gesprekken van het systeem naar
de mobiele telefoon en andersom
overzetten en het geluid van de
microfoon uitschakelen bij
privégesprekken.
Het geluid van de mobiele telefoon
wordt over het audiosysteem van het
voertuig uitgezonden: het systeem
schakelt automatisch het geluid van de
autoradio uit wanneer de
Telefoonfunctie wordt gebruikt.
202
MULTIMEDIA