BELANGRIJK De kaartupdate MOET
worden uitgevoerd met draaiende
motor en kan langer dan 30 minuten
duren.
BELANGRIJK Koppel het USB-
apparaat niet los tijdens de installatie
van de kaart, anders wordt de installatie
onderbroken.
Plaats het USB-apparaat met de
nieuwe kaart in hetUconnect™-
systeem. Het systeem detecteert een
nieuwe kaart op het USB-apparaat.
Selecteer "Start".
Houd het apparaat aangesloten.
Voordat de kaart geüpdatet wordt,
geeft het systeem aan dat dit proces
enkele minuten kan duren. Selecteer
“OK”.
OPMERKING: verwijder het USB-
apparaat niet en schakel de elektrische
voeding van het systeem niet uit
voordat de update voltooid is. Het
systeem kan niet gebruikt worden tot
de update correct voltooid is.
Als het updaten wordt onderbroken,
wordt het updaten van het systeem
opnieuw gestart.
Zodra het updaten van de kaart
voltooid is, wordt het volgende bericht
weergegeven.
Klik op "Sluit".
De nieuwe kaart is nu op het systeem
beschikbaar.Problemen oplossen
De volgende problemen kunnen zich
tijdens het updaten voordoen:
De kaart op het USB-apparaat is
niet geldig. In dat geval de kaart
nogmaals op het USB-apparaat
downloaden, met behulp van TomTom
HOME. Het kan noodzakelijk zijn het
USB-apparaat opnieuw voor te
bereiden.
De versie van de kaart op het
USB-apparaat is dezelfde of een
eerdere versie van de kaart die al op
het systeem aanwezig is. In dat geval
de kaart nogmaals op het USB-
apparaat downloaden, met behulp van
TomTom HOME. Het kan noodzakelijk
zijn het USB-apparaat opnieuw voor
te bereiden.
Spraakopdrachten
OPMERKING Voor talen die niet door
het systeem worden ondersteund,
zijn geen spraakopdrachten
beschikbaar. Druk, om gebruik te
maken van spraakopdrachten, op de
toets
op het stuurwiel (toets
"Spraak") en zeg hardop de
spraakopdracht die u wenst te
activeren.Algemeen
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Help
Annuleren
Herhalen
Spraakbegeleiding
Telefoon
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel en het
uitspreken van "Ga naar de telefoon":
Bel
Kies
Opnieuw kiezen
Bel terug
Recente oproepen
Gemaakte oproepen
Gemiste oproepen
Ontvangen oproepen
Telefoonboek
Zoek
SMS tonen
Radio
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Afstemmen op XXX-FM
210
MULTIMEDIA
Afstemmen op XXX AM
Afstemmen op Radio XXX
Afstemmen op DAB-kanaal
Media
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Speel muziekstuk…
Speel album…
Speel artiest...
Speel genre...
Speel afspeellijst...
Speel podcast...
Speel luisterboek...
Selecteer de bron
Bekijk
Navigatie (alleen Uconnect™ 5"
Nav LIVE)
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Rij naar huis
2D-weergave
3D-weergave
Wis route
Voeg favoriet toe
Herhaal instructie
211
Overzichtstabel bedieningselementen frontpaneel
Knop Functies Modus
Ontsteking Knop kort indrukken
Uitschakelen Knop kort indrukken
Volumeregeling Knop naar links/rechts draaien
Volume in-/uitschakelen (Mute/Pauze) Knop kort indrukken
Scherm aan/uit Knop kort indrukken
TERUGSelectie afsluiten/naar vorige scherm terugkeren Knop kort indrukken
SCROLL (BLADEREN) TUNE
(AFSTEMMEN)
Lijst doorbladeren of op een radiostation afstemmen
Ander nummer kiezen binnen mediabron
Radiostationwijziging wanneer in tunermodusKnop naar links/rechts draaien
Op display weergegeven optie bevestigen
Geeft de lijst stations weer indien in Radiomodus
Doorloop de inhoud van de bronnen indien in Media-modus
Open de bladeren-lijst indien in Radio- of Media modusKnop kort indrukken
213
Overzichtstabel display-knoppen
Knop Functies Modus
Radio Toegang tot de radio-modus Druk op de knop
Media
Bronselectie: USB,
Bluetooth®Druk op de knop
Telefoon Weergave telefoongegevens Druk op de knop
Uconnect™Toegang tot de aanvullende functies (zoals Kompas en services van
Uconnect ™ LIVE
)Druk op de knop
Nav
(*)Toegang tot de navigatiefunctie Druk op de knop
Instellingen Toegang tot het menu Instellingen Druk op de knop
Trip Toegang tot het Trip menu Druk op de knop
(*) Alleen versies metUconnect™ 7" HD Nav LIVE
214
MULTIMEDIA
Overzichtstabel bedieningselementen op het stuurwiel
Toetsen Interactie
Inkomend gesprek aannemen
Een tweede inkomend gesprek aannemen en het lopende gesprek in de wacht zetten
De lijst met de laatste 10 oproepen op het instrumentenpaneel (als het bladeren door oproepen
geactiveerd is en een telefoon is gekoppeld)
Spraakherkenning inschakelen
Spraakbericht onderbreken om nieuwe spraakopdracht te kunnen geven
Spraakherkenning onderbreken
Lang indrukken: interactie met Siri, Apple CarPlay en Android Auto
Inkomend gesprek weigeren
Lopend telefoongesprek beëindigen
Het display verlaten op het instrumentenpaneel van de laatste oproepen (alleen met het bladeren door
oproepen actief)
Kort indrukken: (Radiomodus): selectie van volgende/vorige radiostation
Lang indrukken (Radiomodus): scannen van hogere/lagere frequenties tot de knop wordt losgelaten
Kort indrukken (USB,Bluetooth®-modus): selectie van vorige/volgende nummer
Ingedrukt houden (USB,Bluetooth®-modus): snel vooruit-/terugspoelen tot de toets wordt losge-
laten
Kort indrukken (telefoonmodus): selectie van volgende/vorige oproep (alleen met bladeren door
oproepen actief)
+/-
Kort indrukken: volume verhogen/verlagen in afzonderlijke stappen
Ingedrukt houden: volume continu verhogen/verlagen tot de toets wordt losgelaten
216
MULTIMEDIA
Systeem in-/
uitschakelen
Het systeem wordt in-/uitgeschakeld
door het indrukken van de toets/knop
.
Draai de toets/knop respectievelijk
rechtsom/linksom om het radiovolume
te verhogen/verlagen. De elektronische
volumeregeling kan continu (360°) in
beide richtingen, zonder stopposities,
worden gedraaid.
Radiomodus
Nadat de gewenste radiozender
gekozen is, wordt de volgende
informatie op het display weergegeven:
Bovenaan: de lijst van opgeslagen
radiozenders (voorkeuze) wordt
weergegeven; de momenteel
beluisterde zender is gemarkeerd.
In het midden: weergave van de naam
van het huidige radiostation en de
toetsen om het vorige of het volgende
radiostation te selecteren.
Links:de knoppen "AM", "FM” en
“DAB” om de gewenste frequentieband
te selecteren (knop is
herconfigureerbaar afhankelijk van de
geselecteerde band: AM, FM of DAB);
Rechts: de volgende knoppen:
"Info": aanvullende informatie over
de beluisterde bron;
"Kaart": navigatie met
kaartweergave (alleen versies met
Uconnect™ 7" HD Nav LIVE).
Onderaan:weergave van de volgende
toetsen:
"Bladeren": lijst van beschikbare
radiostations;
/: vorige/volgende
radiostation selecteren;
"Afstemm.": handmatige afstemming
op het radiostation;
"Audio": toegang tot het scherm
"Audio-instellingen".
Audiomenu
Om toegang te krijgen tot het "Audio"
menu, op de toets "Audio" drukken aan
de onderkant van het display.
Door middel van het menu "Audio"
kunnen de volgende aanpassingen
worden uitgevoerd:
"Balans / Fade" (om de audiobalans
rechts/links en voor/achter te regelen);
"Equalizer" (waar aanwezig);
"Snelheidsafhankelij.
volumeregeling" (automatische,
snelheidsafhankelijke volumeregeling);
"Loudness" (waar aanwezig);
“AutoPlay”-functie;
"Auto-On Radio".Media-modus
Druk op de knop Media om de
gewenste audiobron onder de
beschikbare bronnen te selecteren:
USB,Bluetooth®.
OPMERKING Applicaties die gebruikt
worden op draagbare apparaten
kunnen mogelijk niet compatibel zijn
met hetUconnect™-systeem
Nadat de media-modus is
geselecteerd, wordt de volgende
informatie op het display weergegeven:
Bovenaan: informatie over het nummer
dat wordt afgespeeld en de volgende
grafische knoppen:
"Herhalen": het huidige nummer
opnieuw afspelen;
"Shuffle": de nummers in
willekeurige volgorde afspelen;
In het midden:informatie over het
nummer dat wordt afgespeeld.
Links:de volgende knoppen:
Geselecteerd apparaat of audiobron;
"Bron selecteren": de gewenste
audiobron selecteren.
Rechts: de volgende knoppen:
"Info": aanvullende informatie over
het nummer dat wordt afgespeeld;
"Tracks": een lijst met de
beschikbare tracks of nummers.
217
"Kaart": navigatie met
kaartweergave (alleen versies met
Uconnect™ 7" HD Nav LIVE).
Onderaan:informatie over het nummer
dat wordt afgespeeld en de volgende
grafische knoppen:
Actief apparaat of audiobron;
/: vorig/volgend nummer
selecteren;
: het afgespeelde nummer
pauzeren;
"Audio": toegang tot het scherm
"Audio-instellingen".
Nummer selecteren
Gebruik deze functie om door de
nummers op het actieve apparaat te
bladeren en een nummer te selecteren.
De beschikbare keuzes hangen af
van het apparaat dat aangesloten is. Bij
een USB-apparaat kunt u bijvoorbeeld
de SCROLL TUNE-knop/toets
gebruiken om door de lijst beschikbare
artiesten, genres en albums te
bladeren, afhankelijk van de informatie
die aanwezig is op de nummers.
Draai aan de toets/knop SCROLL
TUNE om de gewenste optie te kiezen
en druk vervolgens op deze toets/knop
om de keuze te bevestigen.OPMERKING De indexeringstijd van
een USB-apparaat kan variëren op
basis van het ingebrachte medium (in
sommige gevallen kan dit enkele
minuten duren).
OPMERKING Het is mogelijk dat het
Uconnect™-systeem niet alle
USB-pennen ondersteunt. In dit geval
kan niet automatisch van de
“Radiomodus” naar de “Mediamodus”
worden overgeschakeld. Controleer
de compatibiliteit van het toestel als het
niet afgespeeld wordt door
Mediamodus te selecteren. Een
specifiek bericht zal op het display van
hetU-connect™-systeem worden
weergegeven.
Bluetooth® BRON
Deze functie wordt geactiveerd door
eenBluetooth® apparaat met muziek-
stukken aan het systeem te koppelen.
EEN Bluetooth® AUDIOAPPARAAT
KOPPELEN
Ga als volgt te werk om eenBlu-
etooth® audioapparaat te koppelen:
schakel de functieBluetooth®in
op het apparaat;
druk op de knop “Media” op het
display;
druk op de knop "Bron selecteren";
selecteer deBluetooth® Media-
bron;
druk op de knop "Toestel toev.";
zoek “Uconnect” op het
Bluetooth®-audioapparaat (tijdens de
koppelingsfase verschijnt op het
scherm de voortgang van het proces);
voer, als het audioapparaat hierom
vraagt, de PIN-code in die wordt
getoond op het display van het
systeem of bevestig de op het apparaat
getoonde PIN;
als de koppelingsprocedure met
succes is afgesloten, wordt een scherm
getoond. Als "Ja" op de vraag wordt
geselecteerd, wordt hetBluetooth®
audioapparaat als favoriet gekoppeld
(het apparaat heeft voorrang op alle
andere apparaten die later worden
gekoppeld). Als "Nee" wordt geselect-
eerd, wordt de prioriteit op basis van de
volgorde van verbinding bepaald. Het
laatst verbonden apparaat heeft de
hoogste prioriteit;
een audioapparaat kan ook
gekoppeld worden door te drukken op
de toets "Telefoon" op het display en
door "Instellingen" te selecteren of door,
vanuit het menu "Instellingen" "Telefoon/
Bluetooth®” te selecteren.
BELANGRIJK Raadpleeg het
instructieboekje van de mobiele
telefoon als deBluetooth® verbinding
tussen mobiele telefoon en systeem
wordt verbroken.
218
MULTIMEDIA
OPMERKING Wanneer het naam-
apparaat gewijzigd wordt in de
Bluetooth®-instellingen van de tele-
foon (indien aanwezig), kan de radio het
nummer dat afgespeeld wordt wijzigen
als het apparaat na deBluetooth®-
verbinding via USB wordt aangesloten.
Na het updaten van de
telefoonsoftware voor eigen bediening
wordt het aanbevolen de telefoon te
verwijderen uit de lijst apparaten die
gelinkt zijn aan de radio, verwijder
de koppeling van het vorige systeem uit
de lijst metBluetooth®-apparaten op
de telefoon en maak een nieuwe
koppeling.
USB-BRON
Om de USB-modus te activeren, moet
het betreffende apparaat aangesloten
worden op de USB-poort die zich
op de tunnelconsole bevindt.
Als een USB-apparaat bij ingeschakeld
systeem wordt ingebracht, zullen de
nummers die op het apparaat aanwezig
zijn, worden afgespeeld.
TRIP COMPUTER
Druk op de "Ritten"-knop op het
display om de route-informatie van de
auto te bekijken.Deze functie bestaat uit de opties van
"Moment info" (“Actieradius” en “Huidig
verbruik") en twee afzonderlijke trips,
“Trip A” en “Trip B” genaamd, die de
"volledige reis" van het voertuig
onafhankelijk van elkaar bewaken.
Beide functies kunnen gereset worden
(reset - begin van een nieuwe rit): houd
hiervoor een van beide toetsen, "Trip
A" of "Trip B" ingedrukt.
TELEFOONMODUS
ACTIVERING TELEFOONMODUS
Druk op de knop "Telefoon" op het
display om de telefoonmodus in te
schakelen.
OPMERKING Als u de lijst met mobiele
telefoons en ondersteunde functies
wilt te raadplegen, gaat u naar de
website www.driveuconnect.eu.
Met de knoppen op het display kan
men:
het telefoonnummer kiezen (met
behulp van het grafische toetsenbord
op het display);
de contacten in het telefoonboek
van de mobiele telefoon weergeven en
bellen;
de contacten uit de registers van
vorige gesprekken weergeven en
bellen;
een maximum van 10 telefoons/
audioapparaten koppelen om de
toegang en de verbinding eenvoudiger
en sneller te maken;
gesprekken van het systeem naar
de mobiele telefoon en andersom
overzetten en het geluid van de
microfoon uitschakelen bij
privégesprekken.
Het geluid van de mobiele telefoon
wordt over het audiosysteem van het
voertuig uitgezonden: het systeem
schakelt automatisch het geluid van de
autoradio uit wanneer de
Telefoonfunctie wordt gebruikt.
MOBIELE TELEFOON KOPPELEN
BELANGRIJK Voer deze handeling
alleen uit bij stilstaand voertuig en onder
veilige omstandigheden; deze functie
is uitgeschakeld wanneer het voertuig
rijdt.
Hieronder wordt de
koppelingsprocedure van de mobiele
telefoon beschreven: raadpleeg in
elk geval ook de handleiding van de
mobiele telefoon.
Ga als volgt te werk voor het koppelen
van de mobiele telefoon:
schakel de functieBluetooth®in
op de mobiele telefoon;
druk op de knop “Telefoon” op het
display;
219