252
Parking Support Brake-functie (voor
stilstaande objecten)....... 407
Parking Support Brake-functie (voor
voertuigen die
achterlangs rijden) .......... 413
Stop & Start-systeem........ 417
Rijmodusselectie- schakelaar ...................... 425
Multi-terrain Select (AWD-uitvoeringen) ........ 427
Schakelaar SNOW-modus ................ 430
Downhill Assist Control ..... 431
Uitlaatgasfiltersysteem ..... 433
Ondersteunende systemen ........................ 434
4-6. Rijtips Rijden in de winter ............ 441
Voorzorgsmaatregelen bij terreinauto's ............... 444
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 252 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
253
4
4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden
4-1.Voordat u gaat rijden
■Starten van de motor
→ Blz. 272, 274
■Rijden
Automatische transmissie of
Multidrive CVT
1 Zet met ingetrapt rempedaal de
selectiehendel in stand D.
( → Blz. 278, 282)
2 Deactiveer de parkeerrem.
(→ Blz. 291)
Als de parkeerrem in de automatische
modus staat, wordt de parkeerrem
automatisch gedeactiveerd wanneer de
selectiehendel in een andere stand dan
P wordt gezet. ( →Blz. 291)
3Laat het rempedaal geleidelijk
opkomen en trap langzaam het
gaspedaal in om de auto in
beweging te brengen.
Handgeschakelde transmissie
1 Zet met ingetrapt koppelingspe-
daal de selectiehendel in de 1e
versnelling. ( →Blz. 287)
2 Deactiveer de parkeerrem.
(→ Blz. 291)
3 Laat het koppelingspedaal gelei-
delijk opkomen. Trap tegelijker-
tijd het gaspedaal in om de auto
in beweging te brengen.
■Tot stilstand brengen van de
auto
Automatische transmissie of
Multidrive CVT
1 Trap, terwijl de selectiehendel in
stand D staat, het rempedaal in.
2 Activeer indien nodig de par-
keerrem. ( →Blz. 291)
Zet de selectiehendel in stand P als er
gedurende langere tijd wordt gestopt.
(→Blz. 278, 282)
Handgeschakelde transmissie
1 Trap met ingetrapt koppelings-
pedaal het rempedaal in.
2 Activeer indien nodig de par-
keerrem. ( →Blz. 291)
Als de auto gedurende langere tijd stil-
staat, zet dan de sel ectiehendel in de
neutraalstand. ( →Blz. 287)
■Parkeren van de auto
Automatische transmissie of Mul-
tidrive CVT
1Trap, terwijl de selectiehendel in
stand D staat, het rempedaal in.
2Activeer de parkeerrem
(
→Blz. 291) en zet de selectie-
hendel in stand P (
→Blz. 278,
282).
3Zet het contact UIT om de motor
uit te zetten.
4Vergrendel de portieren nadat u
gecontroleerd hebt of u de sleutel
bij u hebt.
Plaats bij het parkeren op een helling
indien nodig wielblokken.
Handgeschakelde transmissie
1Trap met ingetrapt koppelingspe-
daal het rempedaal in.
2Zet de selectiehendel in de neu-
traalstand. (
→Blz. 287)
Rijden met de auto
Volg om veilig te kunnen rijden
de onderstaande procedures:
Rijprocedure
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 253 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
2764-2. Rijprocedures
2Activeer de parkeerrem wan-
neer deze in de stand voor
handmatige bediening staat.
(→ Blz. 291)
Controleer of het waarschuwingslampje
van de parkeerrem brandt.
3 Zet de selectiehendel in stand P
(automatische transmissie of
Multidrive CVT) of in de neu-
traalstand (handgeschakelde
transmissie).
4 Druk kort en krachtig op de
startknop.
De verbrandingsmotor stopt en de
weergave van het instrumentenpaneel
dooft.
5Laat het rempedaal los en con-
troleer of ACCESSORY (stand
ACC) of IGNITIO N ON (contact
AAN) niet wordt weergegeven
op het multi-informatiedisplay. De stand kan worden gewijzigd
door op de startknop te drukken
zonder het rempedaal (automati-
sche transmissie of Multidrive CVT)
of het koppelingspedaal (handge-
schakelde transmissie) in te trap-
pen. (De stand verandert iedere
keer dat op de knop wordt gedrukt.)
1
UIT
*
De alarmknipperlichten kunnen wor-
den gebruikt.
Het multi-informatiedisplay wordt niet
weergegeven.
2ACC
Sommige elektrische componenten
zoals het audiosysteem kunnen worden
gebruikt.
ACCESSORY (stand ACC) wordt op
het multi-informatiedisplay weergege-
ven.
3ON
WAARSCHUWING
■Uitzetten van de motor in nood-
gevallen
●Als u in noodgeval len de motor tij-
dens het rijden af wilt zetten, houd
dan de startkn op gedurende ten
minste 2 seconden ingedrukt of
druk hem ten minst e driemaal ach-
ter elkaar kort in. ( →Blz. 596)
Bedien de startk nop tijdens het rij-
den echter uitslui tend in noodgeval-
len. Door de motor tijdens het rijden
uit te zetten, verli est u niet de con-
trole over het stuurwiel of de rem-
men, maar werkt de bekrachtiging
van deze systemen niet meer. Hier-
door zullen het remmen en sturen
veel zwaarder gaan dan normaal.
Zet in dat geval de auto aan de kant
zodra dit veilig kan.
●Als de startknop wo rdt bediend ter-
wijl de auto rijdt, verschijnt er een
waarschuwingsmelding op het
multi-informatiedisplay en klinkt er
een zoemer.
●Druk kort en stevig op de startknop
om de motor opnieuw te starten
nadat deze ten gevolge van een
noodsituatie tijdens het rijden is uit-
geschakeld.
Wijzigen van de standen van
het contact
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 276 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
417
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
• Wanneer een voertuig een bocht
maakt in het detectiegebied
*: Indien aanwezig
■Uitzetten van de motor
Auto's met autom atische trans-
missie of Multidrive CVT
Trap, terwijl u met de selectiehen-
del in stand D rijdt, het rempedaal
in en breng de auto tot stilstand. De
motor wordt automatisch uitgezet.
Als de motor uitgeze t wordt, gaat het
controlelampje van het Stop & Start-
systeem branden.
Stop & Star t-systeem*
Het Stop & Start-systeem scha-
kelt de motor uit en start deze
weer overeenkomstig de
bediening van het rempedaal
(auto's met automatische
transmissie of Multidrive CVT)
of koppelingspedaal (auto's
met handgeschakelde trans-
missie) of de selectiehendel
als de auto tot stilstand wordt
gebracht, bijvoo rbeeld bij een
verkeerslicht of kruising, om
het brandstofverbruik te verla-
gen en geluid en vervuiling
door een stationair draaiende
motor te voorkomen.
Werking Stop & Start-
systeem
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 417 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
4184-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Auto's met handgeschakelde
transmissie
1 Trap het koppelingspedaal
geheel in en trap het rempedaal
in om de auto tot stilstand te
brengen.
2 Zet de selectiehendel in de neu-
traalstand en laat het koppe-
lingspedaal los. De motor wordt
automatisch uitgezet.
Wanneer de motor is uitgeschakeld
door het Stop & Star t-systeem, gaat het
controlelampje van het Stop & Start-
systeem branden.
■Opnieuw starten van de motor
Auto's met automatische trans-
missie of Multidrive CVT
Laat het rempedaal los. De motor
wordt automatisch weer gestart.
Als de motor start, gaat het controle-
lampje van het St op & Start-systeem
uit.
Auto's met handgeschakelde
transmissie
Trap, terwijl de sele ctiehendel in de
neutraalstand staat, het koppe-
lingspedaal in. De motor wordt
automatisch weer gestart.
Als de motor start, gaat het controle-
lampje van het Stop & Start-systeem
uit.
■Wanneer het Brake Hold-sys-
teem is ingeschakeld (auto's
met automatisc he transmissie
of Multidrive CVT)
Als de motor is uitgeschakeld
door het Stop & Start-systeem,
zal de motor uitgeschakeld blij-
ven als het remp edaal wordt los-
gelaten.
Als het gaspedaal wordt inge-
trapt wanneer de motor uitgezet
i s d o o r h e t S t o p & S t a r t - s y s t e e m ,
zal de motor herstart worden.
Als de motor is uitgeschakeld
door het Stop & Start-systeem
zal, als de motor herstart wordt,
het Brake Hold-systeem remdruk
blijven uitoefenen , tenzij er niet
langer aan de bedrijfscondities
voor het Brake Hold-systeem
wordt voldaan. ( →Blz. 294)
■Wanneer de Dynamic Radar
Cruise Control met volledig
snelheidsbereik is ingescha-
keld (auto's met Dynamic
Radar Cruise Control-systeem
met volledig sne lheidsbereik)
Als de auto tot stilstand wordt
gebracht door het Dynamic
Radar Cruise Control-systeem
met volledig snelheidsbereik,
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 418 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
419
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
wordt de motor automatisch uit-
geschakeld, zelfs als het rempe-
daal niet ingetrapt wordt.
Wanneer de voorligger wegrijdt,
wordt de motor automatisch
opnieuw gestart.
Als de motor automatisch
opnieuw wordt gestart door het
Stop & Start-systeem tijdens een
gecontroleerde stop door de
Dynamic Radar Cruise Control
met volledig snelheidsbereik,
blijft de gecontr oleerde stop aan-
houden.
Druk op de uitscha keltoets van het
Stop & Start-systeem om het Stop
& Start-systeem uit te schakelen.
Het controlelamp je uitgeschakeld
Stop & Start-systeem gaat bran-
den.
Als nogmaals op de toets wordt
gedrukt, wordt het Stop & Start-sys-
teem weer ingeschakeld en gaat het
controlelampje uitgeschakeld Stop &
Start-systeem uit.
■Automatisch inschakelen van het
Stop & Start-systeem
Als het Stop & Start-systeem is uitge-
schakeld met de uitschakeltoets van het
Stop & Start-systee m, zal het systeem
automatisch weer worden ingeschakeld
als de motor weer wordt gestart nadat
het contact UIT is gezet.
Als de motor wordt uitgeschakeld
door het Stop & Start-systeem wan-
neer de auto op een hellin g rijdt,
worden de remmen nog enige tijd
bekrachtigd nadat het rempedaal is
losgelaten om te voorkomen dat de
auto achteruitrolt voordat de motor
weer wordt gestart en er aandrijf-
kracht wordt gegenereerd. Als er
aandrijfkracht wordt gegenereerd,
wordt de vastgehouden remkracht
automatisch uitgeschakeld.
Deze functie werkt zowel op
vlakke oppervlakken als op steile
hellingen.
Het remsysteem kan geluid
maken, maar dit duidt niet op
een storing.
De reactie van het rempedaal
kan veranderen en er kunnen tril-
lingen aanwezig zijn, maar dit
duidt niet op een storing.
■Punten bij het gebruik
●Als de motor is uitgezet door het Stop &
Start-systeem en de startknop wordt
ingedrukt, kan de motor niet worden
herstart door de automatische motor-
startfunctie. Start i n dat geval de motor
volgens de normale startprocedure.
Uitschakelen van het Stop &
Start-systeem
Hill Start Assist Control
(auto's met automatische
transmissie of Multidrive
CVT)
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 419 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
4204-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
(→Blz. 272, 274)
●Wanneer de motor wordt herstart door
het Stop & Start-systeem, zijn de acces-
soireaansluitingen mogelij k tijdelijk niet
bruikbaar. Dit duidt echter niet op een
storing.
●Het plaatsen en verw ijderen van elektri-
sche onderdelen en draadloze appara-
ten is mogelijk van invloed op het Stop
& Start-systeem. Neem contact op met
een erkende Toyota-dealer of herstel-
ler/reparateur of een andere naar beho-
ren gekwalificeerde en uitgeruste
deskundige.
●Zet het contact UIT en zet de motor vol-
ledig uit wanneer de auto voor langere
tijd wordt stilgezet.
●Als de motor wordt herstart door het
Stop & Start-systeem, kan de besturing
van de auto zwaarder aanvoelen.
■Werkingsvoorwaarden
●Het Stop & Start-syst eem werkt als aan
de volgende voorwaarden wordt vol-
daan:
• Er is gedurende een bepaalde tijd met de auto gereden.
• Het rempedaal wordt stevig ingetrapt.
(behalve als de auto door het Dynamic
Radar Cruise Control-systeem met volle-
dig snelheidsbereik tot stilstand is
gebracht in de afstandsregelmodus)
• Het koppelingspedaal i s niet ingetrapt
(auto's met handgeschakelde transmis-
sie).
• Schakelstand D is geselecteerd (auto's met automatische transmissie of Mul-
tidrive CVT).
• De selectiehendel s taat in de neutraal-
stand (auto's met handgeschakelde
transmissie).
• De veiligheidsgorde l van de bestuurder
is vastgemaakt.
• Het bestuurdersportier is gesloten.
• De geselecteerde rijmodus is de nor-
male modus of de ECO-rijmodus.
• De geselecteerde ri jmodus is niet de
SNOW-modus (indien aanwezig).
• De Mud & Sand- of Rock & Dirt-modus voor de Multi-terrain Select is niet gese-
lecteerd (AWD-uitvoeringen). • De voorruitverwarming is uitgeschakeld.
(auto's zonder handmatig bediende air-
conditioning)
• Het gaspedaal is niet ingetrapt (auto's met automatische tr ansmissie of Mul-
tidrive CVT).
• De motor is op bedrijfstemperatuur.
• De buitentemperatuur is -5°C of hoger.
• De motorkap is gesloten. (
→Blz. 421)
●Onder de volgende omstandigheden
wordt de motor mogel ijk niet uitgescha-
keld door het Stop & Start-systeem. Dit
wijst niet op een stor ing van het Stop &
Start-systeem.
• Als de airconditi oning wordt gebruikt.
• Als de accu periodiek wordt opgeladen.
• Als de accu niet voldoende is opgela- den, bijvoorbeeld als de auto gedurende
lange tijd heeft st ilgestaan en de
ladingstoestand i s afgenomen, als de
elektrische belas ting hoog is, als de
temperatuur van de accuvloeistof
extreem laag is of als de accu verou-
derd is.
• Als het vacuüm van de rembekrachtiger te laag is.
• Als de verstreken ti jd sinds het starten
van de motor kort is.
• Als de auto frequent t ot stilstand wordt
gebracht, bijvoorbeeld in een file.
• Als de temperatuur van de koelvloeistof of van de transmissievloeistof extreem
laag of hoog is.
• Als de auto stilstaat op een steile helling (auto's met automatis che transmissie of
Multidrive CVT).
• Als het stuurwiel wordt bediend.
• Als de auto op gr ote hoogte rijdt.
• Als de temperatuur v an de accuvloeistof
extreem laag of hoog is.
• Enige tijd nadat de accupolen zijn losge- nomen en weer aangesloten.
●De motor wordt aut omatisch herstart
wanneer deze is uitgeschakeld door het
Stop & Start-systeem als aan een van
de volgende voorwaarden voldaan is:
(Rijd met de auto om ervoor te zorgen dat
de motor weer door het Stop & Start-sys-
teem wordt uitgeschakeld.)
• De airconditioning wordt ingeschakeld.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 420 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM
421
4
4-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
Rijden
(auto's zonder handmatig bediende air-
conditioning)
• De voorruitverwarming wordt ingescha- keld. (auto's zonder handmatig
bediende airconditioning)
• De selectiehendel w ordt in stand D
gezet (auto's met automatische trans-
missie of Multidrive CVT).
• De veiligheidsgorde l van de bestuurder
wordt losgemaakt.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De rijmodus wordt gewijzigd van de nor- male of ECO-rijmodus in een andere
modus.
• De rijmodus is gewijzigd in de SNOW- modus (indien aanwezig).
• De Mud & Sand- of Rock & Dirt-modus voor de Multi-terrain Select is geselec-
teerd (AWD-uitvoeringen).
• De uitschakeltoets van het Stop & Start-
systeem wordt ingedrukt.
• Het stuurwiel wordt bediend.
• Het gaspedaal is ingetrapt (auto's met automatische transmi ssie of Multidrive
CVT).
• De auto begint te rollen op een helling.
●Onder de volgende omstandigheden
wordt de motor mogel ijk automatisch
herstart wanneer deze is uitgeschakeld
door het Stop & St art-systeem: (Rijd
met de auto om ervoor te zorgen dat de
motor weer door het Stop & Start-sys-
teem wordt uitgeschakeld.)
• Als het rempedaal pompend of diep wordt ingetrapt.
• Als de airconditioning wordt gebruikt.
• Als een schakelaar van het airconditio- ningsysteem wordt bediend (schakelaar
achterruitverwarming, enz.).
• De laadtoestand van de accu is onvol-
doende.
■Als de motorkap wordt geopend
●Als de motor is uitgezet door het Stop &
Start-systeem en de motorkap wordt
geopend, slaat de moto r af en kan de
motor niet worden gestart door de auto-
matische motorstartf unctie. Start in dat
geval de motor volgens de normale
startprocedure. (
→Blz. 272, 274)
●Als de motorkap wo rdt gesloten nadat
de motor is gestart terwijl de motorkap was geopend, werkt het Stop & Start-
systeem niet. Sluit de motorkap, zet het
contact UIT, wacht t
en minste 30 secon-
den en start vervolgens de motor.
■Airconditioning terwijl de motor door
het Stop & Start-systeem is uitge-
schakeld
Auto's met een automatische airconditio-
ning: Als de airconditioning in de automati-
sche modus staat en de motor is
uitgeschakeld door het Stop & Start-sys-
teem, kan de ventilat or met een lage snel-
heid gaan draaien om t e voorkomen dat
de temperatuur in het interieur hoger of
lager wordt, of kan h ij worden uitgescha-
keld.
Schakel het Stop & St art-systeem uit door
de uitschakeltoets v an het Stop & Start-
systeem in te drukken om de prestaties
van de airconditioni ng voorrang te geven
als de auto stilstaat.
●Als de voorruit beslagen is
Schakel de voorruitverwarming in.
(
→Blz. 501)
Druk als de voorruit blijft beslaan op de uit-
schakeltoets van het S top & Start-systeem
om het Stop & Star t-systeem uit te scha-
kelen.
●Als het airconditioningsysteem een
onaangename geur verspreidt
• Auto's met een handmatig bediende air- conditioning:
Als de tijd voor uitschakeling bij stilstand is
ingesteld op “Extended” (verlengd), wijzig
de instelling dan in “Standard” (stan-
daard). Als er een onaangename geur ver-
spreid wordt terwijl de tijd voor
uitschakeling bij stilstand is ingesteld op
“Standard” (standaard), druk dan op de
uitschakeltoets voor het Stop & Start-sys-
teem om het Stop & Start-systeem te
deactiveren.
• Auto's met automat ische airconditio-
ning:
Druk op de uitschakel toets van het Stop &
Start-systeem om het Stop & Start-sys-
teem uit te schakelen.
pM_RAV4_OM_OM42D03E_(EE).book P age 421 Wednesday, March 20, 2019 2:08 PM