213
Koplampen (xenon)
1.Grootlicht (H1-55W).
2. Dimlicht (D8S-25W).
3. Richtingaanwijzers (PY21W-21W oranje).
Let op het gedeelte achter de rechter
lamp (voertuigrichting), dat zo heet
kan zijn dat u zich eraan kunt branden
(ontluchtingsleidingen).
Toegang tot de lampen Dimlicht
Het ver vangen van een xenonlamp van
het type D8S moet door het PEUGEOT-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats
worden uitgevoerd: risico van elektrocutie!
Als een van de D8S-lampen defect is,
is het raadzaam beide lampen te laten
vervangen.
Grootlicht
Zorg er bij het monteren voor dat de
stekker en de lamp goed in de lichtunit
worden vastgeklikt.
F
D
ruk op de bovenste clip van het deksel en
kantel het deksel naar achteren om het te
verwijderen. F
D
ruk op de onderste clip van de stekker en
ver wijder de stekker samen met de lamp.
F
T
rek de lamp uit de lamphouder en ver vang
de lamp.
Richtingaanwijzers
Sneller knipperen van een
richtingaanwijzerlamp (links of rechts)
betekent dat één van de lampen aan die
zijde defect is.
Dagrijverlichting/
parkeerlichten
F Draai de lamphouder los door hem een kwartslag linksom te draaien.
F
T
rek de lamp uit de lamphouder en ver vang
de defecte lamp.
8
In geval van pech
214
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om dit type lampen
te laten vervangen.
Het PEUGEOT-netwerk kan u voor de LED's
een vervangingsset leveren.
Mistlampen vóór
H11- 5 5 W
F Draai de bevestigingsbouten voor het windscherm A onder de voorbumper los en
verwijder dit. F
D
raai de lamphouder een kwartslag linksom
en verwijder hem.
F
V
er vang de defecte lamp.
Voor het ver vangen van dit type lampen
kunt u ook het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats raadplegen.
Zijknipperlicht
- Druk het knipperlicht naar achteren en verwijder het.
-
B
reng het zijknipperlicht vanaf de
achterzijde aan en duw hem ver volgens
naar achteren.
De amberkleurige lampen (richtingaanwijzers
en zijknipperlichten) moeten worden
ver vangen door lampen met dezelfde kleur en
eigenschappen.
Achterlichten
1. Remlichten/parkeerlichten (P21/5W-
21/5W ).
2. Richtingaanwijzers (PY21W-21W oranje).
3. Achteruitrijlichten (P21W-21W).
4. Mistachterlicht/parkeerlichten (P21/5W-
21/4W ).
Raadpleeg voor auto's met
binnenbekleding het PEUGEOT-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats om de
werkzaamheden te laten uitvoeren.
F
S
poor de defecte gloeilamp op en open de
achterdeuren of de achterklep (afhankelijk
van de uitvoering).
F
D
ruk op de borgklem en maak de stekker
los.
In geval van pech
216
Kentekenplaatverlichting
W5W-W
F Steek een kleine schroevendraaier in een van de buitenste openingen van het
lampglas.
F
D
uw de schroevendraaier naar buiten om
het lampglas los te maken.
F
V
er wijder het lampglas en ver vang de
defecte lamp.
Druk het lampglas vast in de houder.
Plafonniers (voor en achter)
Plafonniers met LED
Raadpleeg het PEUGEOT-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats om dit type lampen
te laten vervangen.
Het PEUGEOT-netwerk kan u voor de LED's
een vervangingsset leveren.
Plafonniers met gloeilamp
W5W-5W
Bevestig voor het monteren het lampglas
in de behuizing en controleer of het goed is
vastgeklikt.
Plancher Cabine
(achterlichten)
1. Richtingaanwijzers (P21W-21W).
2. Remlichten (P21W-21W).
3. Parkeerlichten (R10W-10W).
4. Achteruitrijlichten (P21W-21W).
5. Mistlampen (P21W-21W ).
F
M
aak het lampglas los door een kleine
schroevendraaier in de uitsparingen aan de
buitenzijde van de plafonnier te steken.
F
V
erwijder de lamp en vervang hem. F
S
poor de defecte gloeilamp op.
F
V
erwijder de vier bevestigingsbouten van de
lens en verwijder deze.
F
D
ruk de defecte lamp iets in en draai
hem een kwartslag rechtsom om hem te
verwijderen.
F
V
ervang de gloeilamp.
In geval van pech
223
Raadpleeg de desbetreffende
rubriek voor meer informatie over de
gereedschapskist.
Auto's met een handgeschakelde
versnellingsbak: zet de versnellingshendel
in de neutraalstand.
Selecteer bij een automatische
transmissie of elektronisch gestuurde
versnellingsbak de stand N .
Als u dit niet doet, is het mogelijk
dat bepaalde onderdelen van het
remsysteem beschadigd raken en dat de
rembekrachtiger na het starten niet meer
werkt.
Slepen van uw auto
F Draai het sleepoog vast tot de aanslag.
F Be vestig de sleepstang.
F
S
chakel de alarmknipperlichten van de te
slepen auto in.
F
R
ijd voorzichtig weg en houd zowel de
snelheid als de af te leggen afstand
beperkt.
Slepen van een andere auto
F Druk op het klepje in de achterbumper (zoals hierboven aangegeven) om het los te
maken.
F
D
raai het sleepoog vast tot de aanslag.
F
Be
vestig de sleepstang.
F
S
chakel de alarmknipperlichten van de te
slepen auto in.
F
R
ijd voorzichtig weg en houd zowel de
snelheid als de af te leggen afstand
beperkt.
F
B
eweeg uw vinger vanuit het midden van
het klepje in de voorbumper naar een
bovenhoek (zoals hierboven aangegeven)
om het los te maken. Algemene tips
Houd u aan de ter plaatse geldende
regelgeving.
Controleer of het gewicht van de
trekkende auto hoger is dan van de auto
die wordt gesleept.
Er moet iemand achter het stuur van
de gesleepte auto blijven zitten. Deze
persoon moet beschikken over een geldig
rijbewijs.
Gebruik bij het slepen met 4 wielen
op de grond altijd een goedgekeurde
sleepstang; kabels, touwen en riemen zijn
verboden.
De bestuurder van de slepende auto moet
voorzichtig wegrijden.
Als de auto wordt gesleept met
uitgeschakelde motor, werken ook de rem-
en stuurbekrachtiging niet.
Schakel in de volgende gevallen een
professioneel bergingsbedrijf in:
-
a ls de auto is gestrand op de
autosnelweg of autoweg,
- b ij auto's met vier wielaandrijving,
-
a
ls het niet mogelijk is de
versnellingsbak in de neutraalstand te
zetten, het stuurslot te ontgrendelen of
de parkeerrem los te zetten;
-
a
ls het bij een auto met automatische
transmissie niet mogelijk is om deze te
slepen met draaiende motor,
-
b
ij takelen met slechts twee wielen op
de grond,
-
b
ij het ontbreken van een
goedgekeurde sleepstang.
8
In geval van pech
233
12V- ac c u ....................................... 19 4, 219 -220
180° te openen .......................................... 49-50
180° zicht naar achteren
...............................183
AAanhanger..................................................... 188
Aanhangergewichten ............................224-225
Aansluiting 12 V
...............................
...............77
Aansluiting 220 V
............................................ 78
ABS
........
....................................................... 11 0
Accessoires ................................................... 107
Accu
.............................................. 189, 219-222
Accucapaciteit
............................................... 219
Accu laden
.................................................... 221
Achterbank
...............................
.................63-64
Achterdeuren
.................. 3
7-38, 49 - 50, 214 -215
Achterklep
..................................... 37-38, 40, 50
Achterportieren
...............................
..........49-50
Achterruitverwarming
..................................... 91
Achterstoel en -bank op rails
.........63-64, 68-70
Achteruitrijcamera
.........................157, 18 0, 183
Achteruitrijcamera (op binnenspiegel)
.........18 0
Achteruitrijlicht
...................................... 214, 216
Actief dodehoekbewakingssysteem
............... 21
Ac
tieradius
...................................................... 29
Actieradius AdBlue
...........................15, 25, 194
Actieradius AdBlue
® ........................................ 25
A
ctive Safety Brake........................... 17, 171-173
Adaptieve cruise control met Stop-functie
......................................... 161-162
Adaptieve snelheidsregelaar
. 1
6 2 , 167, 170 -171
AdBlue
® ....................................... 1 5 -16, 25, 196
AdBlue® bijvullen ........................................... 19 8
AdBlue®-reservoir ......................................... 198
Advanced Grip Control .......................... 112 -113
Afmetingen
.................................................... 228
Afstandsbediening
...................... 3
1-36, 38, 140
Afstellen van de koplamphoogte
..................102
Afzetten van de motor ........................... 14 0, 142
Airbags .............................. 1
8, 117, 119 -120, 122
Airbags vóór
................................... 11 8 -11 9 , 12 2
Airconditioning
.................................... 86, 88 - 89
Airconditioning (handbediend)
.................87, 90
Airconditioning met gescheiden regeling
.......91
Alarmknipperlichten
.............................. 1
08, 200
Alarmsysteem
............................................ 51
- 5 2
Allesdragers
.................................................. 189
Antiblokkeersysteem (ABS)
...................109 -110
Antidiefstalsysteem/Startblokkering
............... 33
A
ntispinregeling (ASR) ~
Antislipregeling
.............................. 17, 1 0 9 -11 3
Armleuning
...................................................... 75
Armleuning vóór
.............................................. 57
Audio-aansluitingen
................................... 7 7-78
Automatische airconditioning met gescheiden regeling
........................ 8
8-89
Automatische ruitenwissers
..................103 -104
Automatische transmissie
~ Versnellingsbak,
automatische
...............145 -15 0, 15 3 -15 4, 19 5
Automatisch inschakelen alarmknipperlichten
.................................... 108
Automatisch inschakelen verlichting
..............99
Automatisch noodremsysteem
.........17, 171-173
Aux-aansluitingen
........................................... 78
BBagageafdekking ............................................ 79
Bagagenet ....................................................... 78
Bagagenet voor hoge belading .......................81
Bagageruimte
.................................................. 50
Banden
................
.......................................... 19 6
Bandencompressor
...................................... 202
Banden oppompen
...................................... 19 6
Bandenreparatieset
..............................203-205
Bandenspanning
..........................196, 203, 205
Bandenspanningscontrole (met set)
..... 202
-205
Bandenspanning te laag (detectie)
...............15 4
Batterij afstandsbediening ~
Afstandsbediening, batterij ....................40, 94
Batterij afstandsbediening vervangen ~
A
fstandsbediening, batterij vervangen
........40
Bekerhouder
..............................
.....................75
Beladen
................................................... 8 0, 189
Beveiliging tegen beknellen ~ Klembeveiliging
............................................ 82
Bijvullen AdBlue
® .................................. 19 4, 198
Binnenspiegel
................................................. 60
BlueHDi
............................... 13, 15, 25, 194, 200
Bochtverlichting
............................................ 10 0
Bochtverlichting, statisch
.............................. 10 0
Boordcomputer
......................................... 28-29
Boordgereedschap
............................... 201-202
Brandstof
................................................... 7, 1 8 5
Brandstofadditief
............................. 1
4, 193, 195
Brandstofniveaumeter
............................ 185 -187
Brandstoftank
......................... 185 -18 6, 185 -187
Brandstof tanken
.................................... 185 -187
Brandstoftank leeg (diesel)
........................... 200
Brandstofverbruik
....................................... 7, 2 9
Brandstofvuldop ~ Brandstoftankdop
.... 18
5 -187
Brandstofvulklep ~ Brandstoftankklep
... 18
5 -187
Buitenlandse reizen
........................................ 97
Buitenspiegels ..................... 59 - 60, 91, 176, 178
CCentrale vergrendeling .............................31, 37
Claxon ........................................................... 109
Contact
................................................... 142-143
Contact aangezet
.......................................... 143
Controlelampjes
......................................... 1 0 -11
Controle motorolieniveau ~ Motorolieniveau, controle
.......................24-25
Controles
........................................ 19
1, 19 4 -195
.
Trefwoordenregister
236
Openen portieren ~ Portieren openen ......................................... 31- 32, 43 - 4 4
Opschakelindicator
....................................... 14 6
Overzicht gewichten ~ Gewichten,
overzicht
..................................................... 225
Overzicht zekeringen ~ Zekeringentabel
................................... 21
7-219
PPanoramadak .................................................. 82
Parkeerhulp achter ....................................... 178
Parkeerhulp achter met grafische weergave en geluidssignalen
..... 17
8
Parkeerhulpsystemen (algemene adviezen)
..................................15 6
Parkeerhulp vóór
........................................... 179
Parkeerlichten
.......................... 97, 211-214, 216
Plafonnier
........................................................ 95
Plafonnier achter
............................... 95 - 9 6, 216
Plafonniers
........................................ 95 - 9 6, 216
Plafonnier voor
...............................
...95 - 9 6, 216
Plancher cabine
............................................ 2
16
Portieren sluiten
............................. 31, 37, 49 -50
Programmeerbare verwarming
...........51, 9 2- 9 4
Pyrotechnische gordelspanners
............11 6 -117
RRadar (waarschuwingen) ..............................15 6
Regeling luchtopbrengst ~ Aanjager, regeling
.................................. 88-89
Regeling luchtverdeling ~ Luchtverdeling
........................................ 88-89
Regelmatige controles ~ Controles
...... 19
4 -195
Regelmatig onderhoud
......................... 15
8, 19 4
Regeneratie roetfilter
.................................... 19
5
Rembekrachtigingsysteem
....................109 -110
Remblokken .................................................. 195
Remlichten ............................... ..............214 -216
Remmen
............................................. 11 -12 , 1 9 5
Remschijven .................................................. 195
Remvloeistof
..............................
...................193
Reservewiel
..................155, 196, 206 -207, 210
Reservoir koplampsproeiers
.........................193
Reservoir ruitensproeiers ~ Ruitensproeierreservoir
..............................193
Resetten bandenspanningscontrolesysteem
............15 5
Richtingaanwijzers
...................98, 211-214, 216
Rijadviezen
..............................
..........7, 13 8 -13 9
Rijden
.................................................... 13 8 -13 9
Rijhulpcamera (waarschuwingen)
................ 15
7
Rijhulpsystemen (algemene adviezen) .........15 6
Rijstrookcontrolesystemen
....................109 -110
Roetfilter
...............................
.................193, 195
Ruitensproeier achter
...................................104
Ruitensproeiers
............................................. 104
Ruitenwisser achter
...................................... 104
Ruitenwisserbladen (vervangen)
..........105 -10 6
Ruitenwisserbladen vervangen
............ 10
5 -10 6
Ruitenwissers
.................................. 20, 103 -104
Ruitenwisserschakelaar
........................ 10
3 -104
Ruit van de achterklep
....................................50
SSchakelaar koplampverstelling .....................102
Schakelaars stoelverwarming ~
S
toelverwarming, schakelaars
.....................57
Schakel sneeuwketting
.........................188, 208
Scheidingsnet
........................................... 60-62
SCR (Selective Catalytic Reduction)
......26, 19 6
SCR-systeem
...............................
...........26, 19 6
Selectiehendel
............................... 1
46, 15 0 -152
Selectiehendel automatische transmissie ~ Schakelen
automatische versnellingsbak
............. 1
47-15 0Selectiehendel elektronisch
gestuurde versnellingsbak
......................... 19
5
Selectiehendel handgeschakelde
versnellingsbak ~ Schakelen
elektronisch bediende
versnellingsbak
....................................
145 -14 6
Selectieve ontgrendeling
..........................
33-36
Sensoren (waarschuwingen)
........................
157
Serienummer auto
........................................
231
Set voor tijdelijke bandenreparatie ~
Bandreparatieset
...............................
.
202-205
Sfeerverlichting
............................................. 10
2
Sierdeel
.........................................................
210
Signalering onoplettendheid
.........................
175
Sjorogen
..........................................................
79
Sleepoog
....................................................... 222
S
lepen van een auto .............................
222-223
Sleutel
......................................
31, 33 -36, 38 -39
Sleutel met afstandsbediening
..........
3 6 - 3 7, 1 4 0
Sneeuwkettingen
................... 1
55, 187-188, 208
Snelheidsbegrenzer
....................... 1
59, 161-16 4
Snelheidslimietherkenning
...........
160 -161, 163,
16 6 , 170 -171
Snelheidsregelaar
...........
159, 161-162, 16 4 -167
Snelheidsregeling met snelheidslimietherkenning
...................
161-162
Spaarfase
......................................................
189
Sproeiers, verwarmd
......................................
91
Starten ........................................................... 220
Starten dieselmotor ~ Dieselmotor starten
....................................185
Starten van de auto........ 141, 143, 145, 147-152
Starten van de motor
....................................14
0
Stilzetten van de auto
............141, 143, 147-152
Stoelen achter ~ Achterbank
............6
4 -70, 12 2
Stoelen verstellen
...............................
......54-56
Stoelverwarming
...............................
..............57
Stop & Start
.........................21, 29, 87, 152-154,
185, 190, 194, 222
Trefwoordenregister