66Stoelen, veiligheidssystemen9Waarschuwing
Lichaamsdelen of voorwerpen uit
het werkingsgebied van de airbag
houden.
De haken aan de handgrepen van het dakframe zijn alleen geschikt
om lichte kledingstukken, zonder
kleerhangers, aan op te hangen.
Geen voorwerpen in de kleding‐
stukken bewaren.
Airbag deactiveren
Het passagiersairbagsysteem vóór moet voor een kinderveiligheidssys‐
teem op de passagiersstoel worden
gedeactiveerd volgens de instructies
in de tabel 3 70. Het zijairbag- en
het gordijnairbagsysteem, de gordel‐
voorspanners en alle airbagsystemen van de bestuurder blijven actief.U deactiveert het airbagsysteem vande voorpassagier met een slot aan de passagierszijde van het instrumen‐
tenpaneel.
Gebruik de contactsleutel om de posi‐ tie te kiezen:
*
OFF:airbag van voorpassagier is
gedeactiveerd en gaat niet
af bij een aanrijding. Het
controlelampje *OFF
brandt continu in de dakcon‐ sole.V
ON:airbag van voorpassagier is
actief9 Gevaar
Deactiveer de passagiersairbag
uitsluitend bij gebruik van een
kinderveiligheidssystemen,
volgens de instructies en beper‐
kingen in de tabel 3 70.
Anders is er kans op dodelijk letsel voor een persoon op de passa‐
giersstoel met een gedeacti‐
veerde airbag.
Als het controlelampje V ongeveer
60 seconden na het inschakelen van
het contact oplicht, werkt het passa‐
giersairbagsysteem voor bij een
botsing.
324TrefwoordenlijstAAan/Uit-knop ............................... 166
Aanbevolen vloeistoffen en smeermiddelen ..............293, 298
Aanduidingen op banden ..........268
Aanhangerstabilisatie ................240
Aanhanger trekken ....................236
Aardgas .............................. 108, 232
Accessoires en modificaties van auto ........................................ 242
Accu ........................................... 247
Achterlichten .............................. 252
Achterruitverwarming ................... 44
Achteruitkijkcamera ...................221
Achteruitrijlichten .......................149
Actieve noodrem......................... 208
Adaptieve cruise control .....118, 197
AdBlue ................................ 116, 177
Afmetingen auto ........................306
Afslagverlichting ......................... 143
Afstand tot voorligger .................115
Airbag deactiveren ....................... 66 Airbag-deactivering .................... 113
Airbag en gordelspanners .........113
Airbaglabel.................................... 61
Airbagsysteem ............................. 61
Airconditioning ........................... 154
Airconditioning regelmatig aanzetten ............................... 163
Alarmknipperlichten ...................147Algemene informatie .................. 235
Algemene richtlijnen voor het rijden ....................................... 165
Andere auto slepen ...................288
Antiblokkeersysteem .................187
Antiblokkeersysteem (ABS) .......114
Armsteun ................................ 55, 57
Armsteun met opbergruimte ........75
Asbakken ................................... 102
Autogegevens ............................ 298
Automatische dimfunctie .............42
Automatische verlichting ............ 142
Automatische versnellingsbak ...180
Automatisch vergrendelen ...........29
Auto ontgrendelen .........................6
Auto slepen ................................ 287
Auto stallen ................................. 242
Autostop ..................................... 170
B Bagageruimte ........................ 31, 76
Bagageruimte-afdekking .............82
Bandenreparatieset ...................276
Bandenspanning .......................269
Bandenspanningscontrolesys‐ teem ................................ 116, 270
Bandenspanningswaarden ........308
Batterijspanning .........................129
Bedieningsorganen ......................95
Bekerhouders .............................. 74