GEPLAND ONDERHOUD
Correct onderhoud is cruciaal voor een lange
levensduur van de auto onder de beste om-
standigheden. Daarom heeft Jeep een reeks
controles en diensten gepland op vaste af-
standsintervallen en, waar van toepassing, op
vaste tijdsintervallen, zoals beschreven in het
onderhoudsschema. Om de auto in optimale
conditie te houden, zijn op de volgende pagi-
na's van het onderhoudsschema enkele extra
controles vermeld die vaker moeten worden
uitgevoerd dan volgens het normale schema
op basis van de inwisseling van tegoedbon-
nen. Gepland onderhoud wordt aangeboden
door alle erkende dealers op basis van vaste
tijds- of kilometerstandintervallen. Als tij-
dens elke bewerking naast de geplande be-
werkingen verdere vervangingen of reparaties
nodig blijken te zijn, kunnen deze enkel met
de uitdrukkelijke toestemming van de eige-
naar worden uitgevoerd.
De monteurs bij de dealer kennen uw auto
het beste en hebben toegang tot informatie
van fabrieksgetrainde specialisten, originele
onderdelen van Mopar en speciaal ontworpenelektronisch en mechanisch gereedschap
waarmee kostbare reparaties in de toekomst
kunnen worden voorkomen. Als uw auto vaak
wordt gebruikt voor sleepwerkzaamheden,
moet het interval tussen geplande onder-
houdswerkzaamheden worden verminderd.
Bij veeleisend gebruik, bijvoorbeeld door het
rijden in stoffige omgevingen of veel korte
ritten, is mogelijk meer onderhoud vereist.
OPMERKING:
Geplande onderhoudstaken worden bepaald
door de fabrikant. Als deze taken niet worden
uitgevoerd, kan de garantie vervallen. Het
verdient aanbeveling een erkende dealer op
de hoogte te brengen van geringe afwijkingen
in de werking zonder te wachten op de vol-
gende onderhoudsbeurt.
1.4-liter benzinemotor
OPMERKING:
Onder geen beding mogen de intervaltermij-
nen voor olieverversing groter zijn dan
15.000 km (9.000 mijl) of 12 maanden,
afhankelijk van wat eerst komt.Eenmaal per maand of voor een lange rit
• Oliepeil controleren.
• Niveau van de ruitensproeiervloeistof con-
troleren.
• Controleer de bandenspanning en let op
ongewone slijtage of beschadigingen. Rou-
leer banden bij de eerste tekenen van on-
gelijkmatige slijtage, zelfs voordat de indi-
cator voor olie verversen gaat branden.
• Controleer de vloeistofniveaus van het koel-
vloeistofreservoir en de hoofdremcilinder
en vul indien nodig vloeistof bij.
• De werking van alle lampen binnen en
buiten controleren.
Bij elke olieverversing
• Olie verversen en filter vervangen.
• Banden rouleren.Rouleer de banden bij de
eerste tekenen van ongelijkmatige slijtage,
zelfs voordat de indicator voor olie verversen
gaat branden.
• Accu controleren, indien nodig klemmen
reinigen en vastdraaien.
SERVICE EN ONDERHOUD
254
draaien): de aanbevolen maximale kilometer-
stand is 60.000 km (37.500 mijl). De riem
moet om de 4 jaar worden vervangen, ongeacht
de afgelegde afstand.
(○) Als het voertuig wordt gebruikt in stoffige
omgevingen, moet dit filter om de
15.000 km (9.000 mijl) worden vervangen.
WAARSCHUWING!
• U kunt ernstig letsel oplopen tijdens het
werken aan of bij een motorvoertuig.
Voer alleen werkzaamheden uit waarvan
u kennis hebt en waarvoor u over het
juiste gereedschap beschikt. Als u twij-
felt over uw kunde om een bepaalde
werkzaamheid uit te voeren, breng dan
uw auto naar een vakkundige monteur.
• Het niet correct inspecteren en onder-
houden van uw auto kan tot gevolg heb-
ben dat een onderdeel niet correct func-
tioneert, wat de rijeigenschappen en
prestaties nadelig beïnvloedt. Dit kan
een aanrijding tot gevolg hebben.
Intensief gebruik van het voertuig
**** Ververs de motorolie en vervang het
motoroliefilter elke 7.500 km (4.500 mijl) of
12 maanden wanneer u uw auto onder een
van de volgende zware omstandigheden ge-
bruikt:
• Ritten met veelvuldig stoppen en optrek-
ken.
• Rijden in stoffige omgevingen.
• Korte ritten van minder dan 16 km
(10 mijl).
• Trekken van een aanhanger.
• Taxi, politie of besteldiensten (gebruik als
bedrijfswagen).
• Rijden in het terrein of de woestijn.
2.4-liter benzinemotor
Uw auto is uitgerust met een automatische
indicator voor olieverversing. De indicator
voor olieverversing herinnert u eraan dat de
motorolie van uw auto moet worden ververst.Afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden
van de motor wordt het bericht voor olie
verversen weergegeven in de instrumenten-
groep. Dit betekent dat uw auto een onder-
houdsbeurt nodig heeft. Omstandigheden zo-
als frequente korte ritten en gebruik van de
trekhaak, zeer hoge of lage omgevingstempe-
raturen zijn van invloed op de weergave van
het bericht "Change Oil" (olie verversen) of
"Oil Change Required" (olieverversing ver-
eist). Bij zware bedrijfsomstandigheden kan
het bericht voor olie verversen al na 5600 km
(3500 mijl) gaan branden na de laatste reset.
Laat het onderhoud zo snel mogelijk, binnen
805 km (500 mijl), uitvoeren.
OPMERKING:
Onder geen beding mogen de intervaltermij-
nen voor olieverversing groter zijn dan
7,500 miles (12 000 km) of 12 maanden,
afhankelijk van wat eerst komt.
OPMERKING:
Het lampje voor olie verversen gaat niet bran-
den onder deze omstandigheden.
SERVICE EN ONDERHOUD
258
WAARSCHUWING!
• U kunt ernstig letsel oplopen tijdens het
werken aan of bij een motorvoertuig.
Voer alleen werkzaamheden uit waarvan
u kennis hebt en waarvoor u over het
juiste gereedschap beschikt. Als u twij-
felt over uw kunde om een bepaalde
werkzaamheid uit te voeren, breng dan
uw auto naar een vakkundige monteur.
• Het niet correct inspecteren en onder-
houden van uw auto kan tot gevolg heb-
ben dat een onderdeel niet correct func-
tioneert, wat de rijeigenschappen en
prestaties nadelig beïnvloedt. Dit kan
een aanrijding tot gevolg hebben.
Intensief gebruik van het voertuig
**** Ververs de motorolie en vervang het
motoroliefilter elke 7.500 km (4.500 mijl) of
12 maanden wanneer u uw auto onder een
van de volgende zware omstandigheden ge-
bruikt:
• Ritten met veelvuldig stoppen en optrek-
ken.
• Rijden in stoffige omgevingen.• Korte ritten van minder dan 16 km
(10 mijl).
• Trekken van een aanhanger.
• Taxi, politie of besteldiensten (gebruik als
bedrijfswagen).
• Rijden in het terrein of de woestijn.
Dieselmotoren
Uw auto is uitgerust met een automatische
indicator voor olieverversing. De indicator
voor olieverversing herinnert u eraan dat de
motorolie van uw auto moet worden ververst.
Afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden
van de motor wordt het bericht voor olie
verversen weergegeven. Dit betekent dat uw
auto een onderhoudsbeurt nodig heeft. Om-
standigheden zoals frequente korte ritten,
gebruik van de trekhaak, zeer hoge of lage
omgevingstemperaturen zijn van invloed op
de weergave van het bericht "Oil Change
Required" (olieverversing vereist). Bij zwarebedrijfsomstandigheden kan het bericht voor
olie verversen eerder gaan branden dan vol-
gens de specificaties. Laat het onderhoud zo
snel mogelijk, binnen 805 km (500 mijl),
uitvoeren.
Om u de beste rijervaring te bieden heeft de
fabrikant een specifiek onderhoudsschema
opgesteld aan de hand waarvan u kunt zorgen
dat uw auto goed en veilig blijft rijden.
De fabrikant raadt aan deze onderhoudsbeur-
ten te laten uitvoeren bij de dealer waar u de
auto heeft aangeschaft. De monteurs bij de
dealer kennen uw auto het beste en hebben
toegang tot informatie van fabrieksgetrainde
specialisten, originele onderdelen van Mopar
en speciaal ontworpen elektronisch en me-
chanisch gereedschap waarmee kostbare re-
paraties in de toekomst kunnen worden voor-
komen.
De onderhoudsbeurten moeten worden uitge-
voerd zoals aangegeven in dit hoofdstuk.
SERVICE EN ONDERHOUD
262
OPMERKING:
Het ventiel van het wiel moet bij het aanbren-
gen van nieuwe banden ook worden vervan-
gen als gevolg van slijtage in bestaande ban-
den.
Bewaar banden die niet worden gebruikt op
een koele, droge en donkere plaats. Voorkom
dat de banden in aanraking komen met olie,
vet en benzine.
Vervangende banden
De banden van uw nieuwe auto bieden een
optimale balans tussen verschillende eigen-
schappen. Controleer daarom de banden re-
gelmatig op de juiste bandenspanning en op
slijtage. De fabrikant raadt ten zeerste aan
dat u, indien nodig, de oorspronkelijke ban-
den laat vervangen door banden met dezelfde
maat, van dezelfde kwaliteit en met hetzelfde
prestatievermogen. Raadpleeg de paragraaf
"Bandenslijtage-indicatoren" in dit hoofd-
stuk. Raadpleeg de band- en beladingsinfor-
matiesticker of het voertuigcertificatielabel
voor de aanduiding van uw bandenmaat. De
belastingsindex en het snelheidssymbool
vindt u op de wang van de originele band.Wij raden u aan de twee voorbanden of de
twee achterbanden gelijktijdig als paar te
laten vervangen. Het vervangen van slechts
één band kan het rijgedrag van uw auto sterk
beïnvloeden. Wanneer u een wiel vervangt,
moet u ervoor zorgen dat de specificaties van
het nieuwe wiel overeenkomen met die van
het originele wiel.
Wij raden u aan contact op te nemen met de
erkende bandenspecialist of dealer voor alle
vragen omtrent de juiste band. Wanneer u
een ander type band monteert, kan dat de
veiligheid, de wegligging en het rijgedrag van
uw auto nadelig beïnvloeden.
WAARSCHUWING!
• Gebruik geen band, bandenmaat of
band met een andere belastings- of snel-
heidsindex dan die voor uw voertuig is
voorgeschreven. Door sommige niet-
goedgekeurde banden en wielen gecom-
bineerd te gebruiken verandert u moge-
lijk de dimensies en eigenschappen van
de wielophanging, waardoor de bestu-
ring, het weggedrag en de remwerking
WAARSCHUWING!
veranderen. Dat kan onvoorspelbaar
weggedrag en extra belasting van de
stuurinrichting en de wielophanging ver-
oorzaken. U kunt dan de controle over de
auto verliezen en een ongeval met ern-
stig of zelfs dodelijk letsel veroorzaken.
Kies daarom uitsluitend banden en wiel-
maten met een belastingsindex die voor
uw auto is goedgekeurd.
• Gebruik nooit een band met een lagere
belastingsindex of capaciteit dan die
van de banden waarmee uw auto oor-
spronkelijk is uitgerust. Als u een band
met een lagere belastingsindex gebruikt,
kan de band te zwaar worden belast en
lek raken. U zou de macht over het stuur
kunnen verliezen en een aanrijding kun-
nen veroorzaken.
• Wanneer uw banden niet geschikt zijn
voor uw rijsnelheid, kan dat een klap-
band veroorzaken en kunt u de controle
over de auto verliezen.
SERVICE EN ONDERHOUD
284
Automatische versnellingsbak,
soort vloeistof...........278, 310
speciale additieven...........278
vloeistof bijvullen............310
vloeistofpeil controleren........278
Automatisch grootlicht............37
Autowasserijen................289
Banden.............154, 279, 286
Banden,
aanhaalmoment wielbouten......294
algemene informatie.......279, 286
bandenspanning.........279, 280
bandenspanningscontrolesysteem
(TPMS)...............76, 103
belastbaarheid..............281
compacte thuiskomer.........286
hoge snelheden.............281
levensduur................283
opkrikken.............228, 279
radiaal...................282
reservewielen...........286, 287
rotatie...................288
slijtagemarkeringen...........283
sneeuwkettingen............287
spinnen..................282
veiligheid.................279veroudering (levensduur van
banden)..................283
vervangen.................284
verwisselen............228, 279
winterbanden..............285
Bandenservicekit..............237
Bandenslijtage-indicatoren........283
Bandenspanning
Banden..................280
Bandenspanningssysteem.........103
Bediening van de radio.......315, 320
Benzine, (brandstof)
...........
.300
Bergplaats krik................228
Bewaking, bandenspanningssysteem . .103
Boordcomputer................69
Bougies....................308
Brandstof...............300, 304
Brandstof,
additieven................301
benzine..................300
lampje...................75
octaangetal.........300, 304, 308
specificaties...............308
tankinhoud................306
toevoegingen...............301
verbruik..................312
vuldop...................200Brandstof tanken..............203
Brandstofvuldop...............200
Buitenlampen..............36, 155
Buitenverlichting...............36
Camera, achter...............199
Camera achter................199
Capaciteiten, vloeistof...........306
Chassisnummer (VIN)...........293
Compacte reserveband...........286
Contact.....................17
Contact,
schakelaar.................17
Cyberveiligheid...............314
Dagverlichting..............36, 37
Dealerservice.................273
Diagnosesysteem...............83
Diagnosesysteem, onboard.........83
Dieren.....................151
Diesel,
schermberichten.............67
Dieselbrandstof...............304
Dieselbrandstof, vereisten.........304
Dimlichtschakelaar,
koplamp................36, 37
Dodehoekbewaking..............96
INDEX
388
Do Not Disturb (niet storen). . . .357, 367
Door de klant programmeerbare
functies..................342
Driepuntsgordels..............111
Een vastzittende auto weer vrij krijgen. . .247
Elektrisch,
ramen....................53
spanningsomvormer...........64
voedingsuitgang (voor
randapparatuur)..............62
zonnedak..................54
Elektrisch bediende achterklep.......59
Elektrisch bediende ramen, automatisch
openen....................53
Elektrisch bediende ramen, automatisch
sluiten....................54
Elektrische aansluiting, voor
randapparatuur...............62
Elektrische handrem............161
Elektrisch remregelsysteem.........87
Elektrisch remregelsysteem,
antiblokkeersysteem...........86
tractieregelsysteem............87
Elektronische snelheidsregeling
(cruisecontrol)..............181Elektronisch stabiliteitsregelsysteem
(ESP).....................89
Emissieregelsysteem, onderhoud......84
Emissies...................312
Filters,
airco.................52, 274
motorolie.................308
Geheugenfunctie (geheugenstoelen)....29
Geluidsinstallatie (radio)......324, 333
Geventileerde stoelen............32
Gordelsystemen...............108
Grootlichtschakelaar/dimlichtschakelaar. . .37
Handgeschakelde versnellingsbak. .163, 278
Handgeschakelde versnellingsbak,
schakelmomenten............164
vloeistofpeil controleren........278
Handleiding voor het trekken van een
aanhangwagen..............209
Handrem...................161
Hill Start Assist................94
Hoofdsteunen.................33
Indicator olie verversen...........66
Indicator regeling afdaling..........93Inleiding.....................1
Inrijperiode nieuw voertuig........160
Instelbare stuurkolom............35
Instructies bij opkrikken..........230
Instrumentengroep..............66
Instrumentengroep,
beschrijvingen...............81
display...................65
menu-items................66
Instrumentenpaneel, reinigen.......292
Interieur, verzorging en onderhoud. . . .291
Interieur, zekeringen............225
Keuze van koelvloeistof (antivries). . . .308
Keyless Enter-N-Go...........15, 23
Kindersloten, vergrendeling.........26
Klantenservice................370
Klimaatregeling................43
Klimaatregeling,
automatisch................43
Klokinstellingen...............316
Knipperlichten,
richtingaanwijzer............155
richtingaanwijzers.......36, 39, 81
waarschuwingsknipperlichten.....213
Koelsysteem.................276
389