Audio-aansluiting (AUX)
• Met de AUX-aansluiting kunt u een appa-
raat aansluiten op de radio met gebruikma-
king van een 3,5 mm-audiokabel en het
audiosysteem van de auto gebruiken om de
bron te versterken en af te spelen via de
luidsprekers van het voertuig.
• Door op schermtoets "AUX" te kiezen, wordt
overgegaan naar de modus voor een AUX-
apparaat als een audiostekker in de audio-
aansluiting is gestoken, zodat de muziek
van uw apparaat via de luidsprekers van het
voertuig te horen is. U activeert de AUX-
aansluiting door de audiostekker erop aan
te sluiten.
• De functies van het apparaat worden be-
diend met de toetsen op het apparaat. Het
volume kan worden geregeld via de radio of
het apparaat.
• U kunt de audiokabel buiten de midden-
console leiden door de toegangsuitsparing
in de voorzijde van de console te gebruiken.USB-poort
• Sluit uw compatibele apparaat met een
USB-kabel aan op de USB-poort. USB-
geheugensticks met audiobestanden kun-
nen ook worden gebruikt. Audio van het
apparaat kan worden afgespeeld via het
audiosysteem van het voertuig, terwijl de
metagegevens (artiest, titel, album, enzo-
voort) worden weergegeven op het radio-
scherm.
• Als het compatibele USB-apparaat is aan-
gesloten, kan het worden geregeld met de
radio of met de audiobedieningselementen
op het stuurwiel voor de functies afspelen,
het vorige of volgende nummer afspelen,
bladeren en een overzicht van de inhoud.
• De batterij wordt opgeladen wanneer het
apparaat is aangesloten op de USB-poort
(indien het specifieke apparaat dit onder-
steunt).
OPMERKING:
Wanneer het apparaat voor de eerste keer
wordt aangesloten, kan het enkele minuten
duren voordat de muziek is gelezen, afhanke-
lijk van het aantal bestanden. Het systeem
heeft bijvoorbeeld ongeveer vijf minuten no-dig voor elke 1000 nummers die op het
apparaat zijn geladen. Ook worden tijdens
het leesproces de shuffle- en bladerfuncties
uitgeschakeld. Dit proces is nodig om volle-
dig gebruik van de functies te garanderen en
vindt alleen plaats wanneer het apparaat de
eerste keer wordt aangesloten. De volgende
keren zal het leesproces van uw apparaat
aanzienlijk minder tijd in beslag nemen, ten-
zij wijzigingen zijn aangebracht of nieuwe
nummers aan de afspeellijst zijn toegevoegd.
Bluetooth Streaming Audio
• Indien uitgerust met Uconnect Voice Com-
mand, kunt u met uw apparaat met
Bluetooth-ondersteuning ook muziek strea-
men naar het audiosysteem van uw voer-
tuig. Uw aangesloten apparaat moet com-
patibel zijn met Bluetooth en zijn
gekoppeld aan uw systeem (raadpleeg de
paragraaf over Uconnect Phone voor koppe-
lingsinstructies). U krijgt toegang tot de
muziek van uw verbonden Bluetooth-
apparaat door in de Media-modus de
schermtoets Bluetooth
te kiezen.
MULTIMEDIA
334
INSTELLINGEN VAN
UCONNECT
Het Uconnect systeem geeft u via scherm-
toetsen toegang tot instellingen voor door de
klant programmeerbare functies, zoals Dis-
play (scherm), Units (eenheden), Voice
(spraakbediening), Clock (klok), Safety & Dri-
ving Assistance (veiligheid en rijhulp), Lights
(verlichting), Doors & Locks (portieren en
sloten), Auto-On Comfort (comfort automa-
tisch aan), Engine Off Options (opties voor
uitgeschakelde motor), Audio, Phone/
Bluetooth (telefoon/Bluetooth), Restore Set-
tings (instellingen herstellen), Clear Personal
Data (persoonlijke gegevens wissen) en Sys-
tem Information (systeeminformatie).
Druk op de schermtoets SETTINGS (instellin-
gen) (Uconnect 3 met 5-inch display en
Uconnect 4 met 7-inch display), of druk op
de schermtoets "Apps" (Uconnect 4C/4C NAV
met 8,4-inch display) onderaan in het aan-raakscherm en druk vervolgens op de
schermtoets "Settings" (instellingen) om het
scherm Settings (instellingen) te openen. Om
een instelling te selecteren, bladert u om-
hoog of omlaag tot de gewenste instelling
wordt gemarkeerd en drukt u op deze instel-
ling totdat naast de instelling een vinkje
verschijnt, waarmee wordt aangegeven dat de
instelling is geselecteerd. De volgende
functie-instellingen zijn beschikbaar:
• Language (taal) • Auto-On Comfort &
Remote Start (com-
fort automatisch
aan en starten op af-
stand) — indien
aanwezig
• Display (scherm) • Engine Off Options
(opties voor uitge-
schakelde motor)
• Units (eenheden) • Audio
• Voice (spraakbedie-
ning)• Radio Setup (radio-
instellingen)• Clock or Time & Date
(klok of tijd en da-
tum)• Phone/Bluetooth
(telefoon/Bluetooth)
• Safety & Driving As-
sistance (veiligheid
en rijhulp)• Restore Settings (in-
stellingen herstel-
len)
• Brakes (remmen) • Clear Personal Data
(persoonlijke gege-
vens wissen)
• Lights (verlichting) • System Information
(systeeminformatie)
• Doors & Locks (por-
tieren en sloten)
OPMERKING:
Afhankelijk van de voertuigopties kunnen de
functie-instellingen variëren.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
het instructieboekje voor meer informatie.
MULTIMEDIA
342
Uconnect 4 met 7-inch display:
1. Zet de contactschakelaar in de stand ACC
(accessoirestand) of ON (aan).
2. Kies de schermtoets "Phone" (telefoon) in
de menubalk op het aanraakscherm. Er
verschijnt een bericht met de vraag "No
phone connected (Geen telefoon verbon-
den). Do you want to pair a phone?" (Wilt u
een telefoon koppelen?) Selecteer Yes
(ja).
3. Nadat u "Yes" (ja) hebt geselecteerd, gaat
u door met de stappen om uw telefoon te
koppelen met uw Bluetooth-verbinding.4. Zodra het koppelen is gelukt, verschijnt er
een bericht met de vraag "Make this your
favorite?" (Toevoegen aan favorieten?) Se-
lecteer vervolgens Yes (ja) of No (nee).
Uconnect 4C/4C NAV met 8,4-inch display:
1. Zet de contactschakelaar in de stand ACC
(accessoirestand) of ON (aan).
2. Kies de schermtoets "Phone" (telefoon) in
de menubalk op het aanraakscherm.
• Er verschijnt een bericht met de vraag
"No Phone Connected" (Geen telefoon
verbonden). Would you like to pair aphone?" (Wilt u een telefoon koppe-
len?) Selecteer Yes (ja). Nadat u op Yes
(ja) hebt gedrukt, begeleiden de aan-
wijzingen via de radio u door de stap-
pen om uw telefoon via Bluetooth te
koppelen.
• Uconnect Phone toont een voortgangs-
scherm terwijl het systeem de koppe-
ling tot stand brengt. Zodra het koppe-
len is gelukt, verschijnt het volgende
bericht "Bluetooth paring successful:
The device supports Phone and Audio"
(Bluetooth-koppelen geslaagd: het ap-
paraat ondersteunt telefoon en audio).
Klik op "OK".
3. Kies "Settings" (instellingen).
4. Selecteer "Phone/Bluetooth" (telefoon/
Bluetooth), en selecteer vervolgens
"Paired Phones and Audio Devices" (ge-
koppelde telefoons en audioapparaten).
5. De optie "Add Device" (apparaat toevoe-
gen) wordt beschreven in het hoofdstuk
"Paired Phones" (gekoppelde telefoons).
Uconnect 4
Uconnect 4C/4C NAV
353
Uw iPhone koppelen:
Ga als volgt te werk om te zoeken naar be-
schikbare apparaten op uw iPhone met
Bluetooth-ondersteuning:
1.
Kies de schermtoets "Settings" (instellingen).
2. Selecteer Bluetooth.
•
Controleer of de Bluetooth-functie is in-
geschakeld. Als de functie is ingescha-
keld, begint de mobiele telefoon te zoe-
ken naar Bluetooth-aansluitingen.
3. Selecteer "Uconnect" wanneer uw mo-
biele telefoon het Uconnect systeem
vindt.
De iPhone-koppelingsprocedure voltooien:
Wanneer er op de mobiele telefoon naar
wordt gevraagd, accepteer dan het verbin-
dingsverzoek van Uconnect Phone.
OPMERKING:
Sommige mobiele telefoons zullen u vragen
om de pincode in te voeren.Het prioriteitsniveau van de iPhone selecteren
Wanneer het koppelingsproces met succes is
voltooid, vraagt het systeem u of dit uw favo-
riete mobiele telefoon is of niet. Als u "Yes"
(ja) kiest, krijgt deze mobiele telefoon de
hoogste prioriteit. Deze mobiele telefoon
heeft voorrang boven andere gekoppelde te-
lefoons binnen het bereik en wordt automa-
tisch aangesloten op het Uconnect systeem
wanneer u instapt. Er kan slechts één mo-
biele telefoon of één Bluetooth audioappa-
raat tegelijk worden aangesloten op het
Uconnect-systeem. Als "NO" is geselecteerd,
selecteert u "Uconnect" op het Bluetooth-
scherm van de mobiele telefoon/
audioapparaat en het Uconnect-systeem zal
weer koppelen met het Bluetooth-apparaat.
Bluetooth aan / Uconnect apparaatKoppelingsaanvraag
MULTIMEDIA
354
Het prioriteitsniveau van de mobiele telefoon
met Android selecteren
Wanneer het koppelingsproces met succes is
voltooid, vraagt het systeem u of dit uw favo-
riete mobiele telefoon is of niet. Als u "Yes"
(ja) kiest, krijgt deze mobiele telefoon de
hoogste prioriteit. Deze mobiele telefoon
heeft voorrang boven andere gekoppelde te-
lefoons binnen het bereik en wordt automa-
tisch aangesloten op het Uconnect systeem
wanneer u instapt. Er kan slechts één mo-
biele telefoon of één Bluetooth audioappa-
raat tegelijk worden aangesloten op het
Uconnect-systeem. Als "NO" is geselecteerd,
selecteert u "Uconnect" op het Bluetooth-
scherm van de mobiele telefoon/
audioapparaat en het Uconnect-systeem zal
weer koppelen met het Bluetooth-apparaat.
OPMERKING:
Denk eraan dat software-updates, op uw tele-
foon of op het Uconnect systeem, de Bluetooth-
verbinding kunnen verstoren. Als dit gebeurt,
herhaalt u simpelweg het koppelingsproces.Zorg er echter eerst voor dat het apparaat wordt
verwijderd uit de lijst met telefoons in uw
Uconnect systeem. Verwijder vervolgens
Uconnect uit de lijst met apparaten in de
Bluetooth-instellingen van uw telefoon.
U kunt nu handsfree telefoongesprekken voe-
ren. Druk op de toets Uconnect "Phone"
op het stuurwiel om te beginnen.
OPMERKING:
Raadpleeg www.DriveUconnect.eu of een er-
kende dealer voor meer informatie over het
koppelen van mobiele telefoons en een lijst
met compatibele telefoons.
Algemene telefoonopdrachten
(voorbeelden)
• "Call John Smith" (bel John Smith)
• "Call John Smith mobile" (bel John Smith
mobiel)
• "Dial 1 248 555 1212" (kies
1 248 555 1212)
• “Redial” (Opnieuw kiezen)
Microfoon uitschakelen (of inschakelen)
tijdens gesprek
• Druk tijdens een gesprek op de schermtoets
"Mute" (dempen) in het hoofdscherm
Phone, dat alleen wordt weergegeven tij-
dens een gesprek, om het gesprek te dem-
pen of het dempen ongedaan te maken.
Actieve gesprekken doorverbinden tussen
handset en voertuig
• Druk tijdens een lopend gesprek op de
schermtoets "Transfer" (doorverbinden) in
het hoofdscherm Phone om een lopend
gesprek door te verbinden tussen de hand-
set en het voertuig.
MULTIMEDIA
356
Phonebook (telefoonboek)
Het Uconnect systeem zal het telefoonboek
van uw gekoppelde telefoon automatisch syn-
chroniseren als deze functie door uw telefoon
wordt ondersteund. Contactpersonen uit het
telefoonboek worden telkens bijgewerkt wan-
neer de telefoon wordt verbonden. Telefoon-
boekgegevens worden weergegeven in het
menu met contactpersonen. Als de vermel-
dingen uit uw telefoonboek niet in het sys-
teem worden opgenomen, controleert u de
instellingen op uw telefoon. Bij sommige te-
lefoons moet u deze functie handmatig acti-
veren.
• U kunt in het telefoonboek bladeren op het
aanraakscherm van het Uconnect systeem,
maar bewerken kan alleen worden uitge-
voerd op uw telefoon. Om te bladeren, kiest
u de schermtoets "Phone" (telefoon) en
vervolgens de schermtoets "Phonebook"
(telefoonboek).
Favoriete telefoonboekvermeldingen kunnen
worden opgeslagen als favorieten voor snel-
lere toegang. Favorieten worden weergegeven
in het favorietenmenu.
Tips voor spraakbediening
• Het spreken van volledige namen (d.w.z.
"Bel John Doe" i.t.t. "Bel John") resulteert
in een grotere nauwkeurigheid van het sys-
teem.
• U kunt opdrachten "koppelen" voor snellere
resultaten. Zeg bijvoorbeeld "Call John Doe
mobile" (Bel John Doe mobiel).
• Wanneer u luistert naar de opties voor be-
schikbare spraakopdrachten, hoeft u niet
de gehele lijst te beluisteren. Wanneer u de
gewenste opdracht hoort, drukt u op de
knop
op het stuurwiel, wacht u op de
pieptoon en spreekt u de opdracht in.
Het volume wijzigen
• Start een gesprek door op de toets VRte
drukken en spreek een opdracht uit. Bij-
voorbeeld "Help".
• Gebruik de draaiknop VOLUME/DEMPEN
van de radio om het gewenste volume in te
stellen terwijl het Uconnect systeem
spreekt.
OPMERKING:
Het volume voor Uconnect wordt apart inge-
steld van het audiosysteem.OPMERKING:
Om hulp op te vragen, drukt u op de toets VR
op het stuurwiel en zegt u "help". Druk op
de toets VR
en zeg "cancel" (annuleren)
om de help-sessie te annuleren.
Do Not Disturb (niet storen) gebruiken
Met Niet storen, kunt u meldingen van ge-
beurtenissen van binnenkomende gesprek-
ken en berichten uitschakelen, waardoor u
uw ogen op de weg en uw handen aan het
stuurwiel kunt houden. Voor uw gemak is er
een tellerdisplay om uw gemiste oproepen of
SMS-berichten bij te houden, terwijl u Niet
storen gebruikt.
Om Do Not Disturb (niet storen) in te scha-
kelen, selecteert u "Pairing" (koppelen) in het
telefoonmenu en vervolgens "Do not Disturb"
(niet storen) in het menu Settings (instellin-
gen). U kunt de functie ook activeren met
behulp van de knop "Do not Disturb" (niet
storen) bovenaan elk telefoonscherm.
Niet storen kan automatisch antwoorden met
een tekstbericht, een gesprek of beide, wan-
neer een inkomend gesprek wordt geblok-
keerd en naar voicemail wordt gestuurd.
357
Aanhangergewicht..............209
Aanhangwagen trekken...........207
Aansluiting voor randapparatuur......62
ABS, waarschuwingslampje.........73
Accessoires..................312
Accessoires,
Mopar...................312
Accu...................71, 272
Accu,
laadsysteemlampje............71
Achterbank, neerklapbaar..........27
Achterklep...................59
Achterligger..................99
Achtermistlampen..............39
Achterruitwisser/-sproeier..........43
Actieve snelheidsbegrenzer........180
Activeringssysteem,
alarmsysteem...............21
Adaptieve cruisecontrol (ACC)
(cruisecontrol)..............182
Additieven, brandstof............301
Afstand-bediend sleutelloos
toegangssysteem,
het alarm inschakelen..........22
het alarm uitschakelen.........22Afstandsbediening,
startsysteem................20
Airbag.....................119
Airbagwaarschuwingslampje.....118
Airbag,
als een airbag wordt opgeblazen . . .132
Event Data Recoder (EDR)......253
kniebescherming............128
onderhoud................135
onderhoud van uw airbagsysteem . .135
redundant
airbagwaarschuwingslampje......119
uitgebreide
ongelukkenrespons........133, 253
Airbag
Vervoer van huisdieren.........151
Werking airbag..............121
Zijairbags.................128
Airbag Lampje..........70, 118, 153
Airbagsysteem................119
Airco, filter...............52, 274
Airco, koelmiddel.............
.273
Airconditioning................50
Aircosysteem.................273
Airco, tips voor gebruik...........51Alarm,
alarmsysteem.............21, 73
het systeem inschakelen........22
het systeem uitschakelen........22
Alarmsysteem...............21, 73
Alarmsysteem,
beveiligingsalarm.............21
het systeem inschakelen........22
het systeem uitschakelen........22
Algemene informatie............343
Android Auto.............326, 368
Antiblokkeersysteem (ABS).........86
Anti-ongevalsysteem FCW (Forward
Collision Warning)............100
Antivries (motorkoelvloeistof).......306
Apple CarPlay.............327, 369
Assmering..................310
Audio-aansluiting...........324, 333
Audiosystemen (radio)...........317
Automatische koplampen..........38
Automatische temperatuurregeling
(ATC).....................51
Automatische transaxle..........167
Automatische versnellingsbak.......169
INDEX
387
Sleephaken..................251
Sleepogen..................252
Slepen.....................207
Slepen,
handleiding...............209
trekgewicht................209
voertuig met pech............249
vouwwagen of caravan.........211
Slepen achter een camper.........211
Slepen, achter een camper........211
Slepen achter een camper.........211
Slepen van een voertuig met pech. . . .249
Sleutelhouder,
het alarm inschakelen..........22
het alarm uitschakelen.........22
portiervergrendeling met
afstandsbediening............15
Sleutels.....................15
Sleutels,
vervangen.................17
Sloten,
kindersloten................26
Sloten
Stuurslot..................19
Sneeuwkettingen..............287
Snelheidsbegrenzer, actief.........180Snelheidsregeling,
annuleren.................182
modusinstelling (alleen ACC).....182
volgafstand (alleen ACC)........182
voortzetten................182
Snelheidsregeling (cruisecontrol).....181
Specificaties,
brandstof (benzine)...........308
olie.....................308
Spraakbedieningsopdracht.....356, 357
Spraakherkenningssysteem
(VR)..............356, 357, 360
Stabilisatie-inrichting aanhanger (TSC) . .96
Stabilisatieregeling, aanhanger (TSC) . . .96
Stallen van het voertuig...........52
Starten..................20, 156
Starten,
automatische versnellingsbak.....156
knop.....................17
met afstandsbediening..........20
Starten en rijden
..............156
Starten met startkabels..........243
Startprocedures...............156
Startsysteem met afstandsbediening . . .20
Steunen, hoofdsteun.............33
Stoelen.....................27Stoelen,
geheugen..................29
gekoeld...................32
hoofdsteunen...............33
instaphulp.................31
kantelen..................27
neerklapbare achterbank........27
ontgrendeling rugleuning........27
verstellen..................27
verwarmd..................31
Stoelen met systeem voor gemakkelijk in-
en uitstappen................31
Stoel met geheugenfunctie.........29
Stopcontact (voor randapparatuur).....62
Storingslampje (motorcontrole).......75
Sturen,
bedieningselementen stuurkolom . . .36
stuurkolom verstellen..........35
Sturen
stuurslot..................19
Sturen,
stuur verstellen..............35
verwarmd stuur...........35, 36
Stuurbediening audiosysteem.......343
Tanken....................203
Telefoon (Uconnect)............349
INDEX
392