draaien): de aanbevolen maximale kilometer-
stand is 60.000 km (37.500 mijl). De riem
moet om de 4 jaar worden vervangen, ongeacht
de afgelegde afstand.
(○) Als het voertuig wordt gebruikt in stoffige
omgevingen, moet dit filter om de
15.000 km (9.000 mijl) worden vervangen.
WAARSCHUWING!
• U kunt ernstig letsel oplopen tijdens het
werken aan of bij een motorvoertuig.
Voer alleen werkzaamheden uit waarvan
u kennis hebt en waarvoor u over het
juiste gereedschap beschikt. Als u twij-
felt over uw kunde om een bepaalde
werkzaamheid uit te voeren, breng dan
uw auto naar een vakkundige monteur.
• Het niet correct inspecteren en onder-
houden van uw auto kan tot gevolg heb-
ben dat een onderdeel niet correct func-
tioneert, wat de rijeigenschappen en
prestaties nadelig beïnvloedt. Dit kan
een aanrijding tot gevolg hebben.
Intensief gebruik van het voertuig
**** Ververs de motorolie en vervang het
motoroliefilter elke 7.500 km (4.500 mijl) of
12 maanden wanneer u uw auto onder een
van de volgende zware omstandigheden ge-
bruikt:
• Ritten met veelvuldig stoppen en optrek-
ken.
• Rijden in stoffige omgevingen.
• Korte ritten van minder dan 16 km
(10 mijl).
• Trekken van een aanhanger.
• Taxi, politie of besteldiensten (gebruik als
bedrijfswagen).
• Rijden in het terrein of de woestijn.
2.4-liter benzinemotor
Uw auto is uitgerust met een automatische
indicator voor olieverversing. De indicator
voor olieverversing herinnert u eraan dat de
motorolie van uw auto moet worden ververst.Afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden
van de motor wordt het bericht voor olie
verversen weergegeven in de instrumenten-
groep. Dit betekent dat uw auto een onder-
houdsbeurt nodig heeft. Omstandigheden zo-
als frequente korte ritten en gebruik van de
trekhaak, zeer hoge of lage omgevingstempe-
raturen zijn van invloed op de weergave van
het bericht "Change Oil" (olie verversen) of
"Oil Change Required" (olieverversing ver-
eist). Bij zware bedrijfsomstandigheden kan
het bericht voor olie verversen al na 5600 km
(3500 mijl) gaan branden na de laatste reset.
Laat het onderhoud zo snel mogelijk, binnen
805 km (500 mijl), uitvoeren.
OPMERKING:
Onder geen beding mogen de intervaltermij-
nen voor olieverversing groter zijn dan
7,500 miles (12 000 km) of 12 maanden,
afhankelijk van wat eerst komt.
OPMERKING:
Het lampje voor olie verversen gaat niet bran-
den onder deze omstandigheden.
SERVICE EN ONDERHOUD
258
LET OP!
Bevestig GEEN voorwerpen aan het aanraak-
scherm. Anders kan het scherm beschadigd
raken.
Klok instellen
Ga als volgt te werk om de klok in te stellen:
1. Kies de toets "Settings" (instellingen) op
het front en kies vervolgens de scherm-
toets "Clock and Date" (klok en datum).
2. Kies de schermtoets "Set Time" (tijd
instellen).
3. Druk op de pijl omhoog of pijl omlaag om
de uren en minuten aan te passen, en kies
vervolgens de schermtoets "AM" of "PM".
U kunt ook de 12-uurs of 24-uurs tijdno-
tatie selecteren door de gewenste scherm-
toets te kiezen.
4. Kies de schermtoets "Done" (klaar) zodra
de tijd is ingesteld om het tijdscherm af te
sluiten.OPMERKING:
In het menu Clock Setting (klok instellen)
kunt u Display Clock (klok weergeven) selec-
teren. Met Display Clock (klok weergeven)
schakelt u de weergave van de klok in de
statusbalk in en uit.
Audio-instelling
1. Kies de toets "Settings" (instellingen) op
het front.
2. Scroll omlaag en kies de schermtoets "Au-
dio" om het menu Audio te openen.
3. Het menu Audio toont de volgende opties
om de audio-instellingen aan uw persoon-
lijke wensen aan te passen.
Equalizer
Kies de schermtoets "Equalizer" om de lage
tonen, middentonen en hoge tonen in te
stellen. Gebruik de schermtoets "+" en "-" om
de equalizer naar wens in te stellen.
Balans links/rechts - voor/achter
Kies de schermtoets "Balans/Fade" (balans
links/rechts - voor/achter) om het geluid van
de luidsprekers in te stellen. Kies de scherm-
toetsen met de pijl om het geluidsniveau vande luidsprekers voor en achter of rechts en
links in te stellen. Kies de schermtoets "C"
om de balans links/rechts en voor/achter te
resetten naar de fabrieksinstellingen.
Snelheidsafhankelijke volumeregeling — in-
dien aanwezig
Druk op de schermtoets "Speed Adjusted
Volume" (snelheidsafhankelijke volumerege-
ling) om te kiezen tussen OFF (uit), 1, 2 of 3.
Hierdoor wordt het volume van de radio ver-
laagd wanneer de rijsnelheid afneemt.
Loudness (dynamiek) — indien aanwezig
Kies de schermtoets "Loudness" (dynamiek)
om de dynamiekfunctie te selecteren. Als
deze functie is geactiveerd, wordt de geluids-
kwaliteit bij lagere volumes verbeterd.
Surround Sound — indien aanwezig
Kies de schermtoets "Surround Sound" en
vervolgens On (aan) of Off (uit), gevolgd door
de schermtoets met de pijl naar links. Wan-
neer deze functie is geactiveerd, wordt een
ruimtelijke surround sound gesimuleerd.
MULTIMEDIA
316
Nuttige plaatsen vinden
1. Druk vanuit het navigatiehoofdmenu op
de schermtoets "Where To?" (waarheen)
en vervolgens op de schermtoets "Points
of Interest" (nuttige plaatsen).
2. Selecteer een categorie en daarna zo no-
dig een subcategorie.
3. Selecteer uw bestemming, selecteer ver-
volgens "Route To" (route naar) en druk
daarna op de schermtoets "GO!" (start).
Een locatie vinden door de naam in te
voeren
• Druk achtereenvolgens op de schermtoets
"Where to?" (Waarheen) in het navigatie-
hoofdmenu, op de schermtoets "POI" (Nut-
tige plaatsen) en de schermtoets "Spell
Name" (Naam invoeren).
• Voer de naam van uw bestemming in.
• Druk op de schermtoets "List" (Lijst).
• Selecteer uw bestemming, selecteer vervol-
gens "Route To" (route naar) en druk daarna
op de schermtoets "GO!" (start).
Gesproken bestemming invoeren in één
stap
• Voer een navigatiebestemming in zonder
uw handen van het stuur te halen.
• U hoeft enkel op de toets Uconnect Voice
Command
op het stuurwiel te druk-
ken, te wachten op de pieptoon en een
opdracht als "Find Address" (vind adres),
gevolgd door het adres, te zeggen.
OPMERKING:
Bestemming invoeren is niet beschikbaar ter-
wijl het voertuig rijdt. U kunt echter ook
spraakopdrachten gebruiken om een adres in
te voeren tijdens het rijden. Raadpleeg de
paragraaf "Snelle tips voor spraakherkenning
Uconnect" in dit gedeelte voor meer informa-
tie.
Uw thuisadres instellen
• Om een thuisadres toe te voegen, kiest u de
schermtoets "Nav" in de menubalk op het
aanraakscherm om het navigatiesysteem
en het navigatiehoofdmenu te openen.• Kies de schermtoets "Home". U kunt een
thuisadres toevoegen "Spell City" (plaats-
naam invoeren), "Spell Street" (straatnaam
invoeren), of "Select Country" (land selec-
teren) door te selecteren. Uw land wordt
automatisch ingevuld op basis van uw pro-
vincie.
• Nadat u uw thuisadres hebt ingevoerd, se-
lecteert u de schermtoets "Save home"
(thuisadres opslaan) aan de linkeronder-
kant van het aanraakscherm.
• Om een opgeslagen thuisadres (of andere
opgeslagen adressen) te verwijderen, zodat
u nieuw thuisadres kunt opslaan, drukt u op
de schermtoets "NAV" en drukt u in het
scherm "Where To" (waarheen) op de
schermtoets "Home". Druk op de knop "Re-
set Location" (adres resetten) onder het
scherm "Manage" (beheren). Er wordt een
bevestigingsscherm weergegeven met de
vraag "Are you sure you want to reset this
location?" (weet u zeker dat u dit adres wilt
resetten?) Druk op "Reset" (resetten) om
het wissen te bevestigen. Stel aan de hand
van de voorgaande instructies een nieuwe
thuislocatie in.
MULTIMEDIA
346
Mobiele telefoon kan niet worden gekoppeld
aan het systeem:
• Verwijder de koppelingsgeschiedenis van
de mobiele telefoon en het Uconnect sys-
teem; meestal vindt u deze in de Bluetooth-
verbindingsinstellingen van de telefoon.
• Controleer of u "Uconnect" selecteert in de
gedetecteerde Bluetooth-apparaten op uw
mobiele telefoon.
• Als uw voertuigsysteem een PIN-code ge-
nereert, is de standaardinstelling 0000.
• Voer een harde reset van de mobiele tele-
foon uit door de batterij te verwijderen
(indien verwijderbaar — zie de gebruikers-
handleiding van uw mobiele telefoon). Dit
dient alleen als laatste redmiddel te worden
gebruikt.
Mobiele telefoonboek is niet gedownload:
• Schakel "Do not ask again" (niet opnieuw
vragen) in en accepteer vervolgens het ver-
zoek voor het downloaden van het telefoon-
boek op uw mobiele telefoon.• Tot 5000 namen van contactpersonen met
vier nummers per contactpersoon kunnen
worden overgebracht naar het telefoonboek
van het Uconnect 4C/4C NAV systeem.
• Tot 2000 namen van contactpersonen met
zes nummers per contactpersoon kunnen
worden overgebracht naar het telefoonboek
van het Uconnect 4 systeem.
Kan geen vergadergesprekken beginnen:
• CDMA (Code-Division Multiple Access)-
providers bieden geen ondersteuning voor
vergadergesprekken. Raadpleeg de gebrui-
kershandleiding van uw mobiele telefoon
voor meer informatie.
Oproepen plaatsen tijdens verbinding met AUX:
• Als u uw mobiele telefoon aansluit op AUX
terwijl u bent verbonden met Bluetooth,
wordt handsfree bellen uitgeschakeld. Bel
niet terwijl uw mobiele telefoon is aange-
sloten op de AUX-aansluiting.SNELLE TIPS VOOR
SPRAAKHERKENNING
UCONNECT
Introductie Uconnect
Begin met het gebruik van Uconnect Voice
Recognition (spraakherkenning) met deze
handige snelle tips. Hier vindt u de belang-
rijkste spraakcommando's en tips die u nodig
hebt om uw Uconnect 3, Uconnect 4 of
Uconnect 4C/4C NAV systeem te bedienen.
Uconnect 3
MULTIMEDIA
360