BELANGRIJK
79)Breng geen stickers of andere
voorwerpen op het stuurwiel, op het
dashboard in de zone van de
passagiersairbag, op de zijkant van de
dakbekleding en op de stoelen aan. Plaats
nooit voorwerpen (bijv. mobiele telefoons)
op het dashboard aan passagierszijde,
omdat deze het correct openen van de
passagiersairbag kunnen hinderen en
tevens de inzittenden ernstig kunnen
verwonden.
80)Rijd altijd met de handen op de rand
van het stuurwiel zodat de airbag indien
nodig ongehinderd opgeblazen kan
worden. Rijd niet met uw bovenlichaam
over het stuurwiel gebogen, maar zit
rechtop met uw rug stevig tegen de
rugleuning.
81)ERNSTIG GEVAAR: Plaats NOOIT een
kinderzitje tegen de rijrichting in op de
passagiersstoel van auto's met een actieve
passagiersairbag. Bij een ongeval, hoe
klein ook, kan de airbag dodelijk letsel van
het kind tot gevolg hebben. Daarom moet
de passagiersairbag altijd uitgeschakeld
worden als een kinderzitje tegen de
rijrichting in gemonteerd wordt op de
voorste passagiersstoel. Bovendien moet
de voorste passagiersstoel zo ver mogelijk
naar achteren zijn geschoven om te
voorkomen dat het kinderzitje eventueel in
aanraking komt met het dashboard.
Schakel de passagiersairbag onmiddellijk
weer in als het kinderzitje is verwijderd.82)Zie voor het uitschakelen van de
airbags via het displaymenu van
het instrumentenpaneel, de beschrijving in
het hoofdstuk "Kennismaking met het
instrumentenpaneel", paragraaf
"Instellingenmenu".
83)Hang geen harde voorwerpen aan de
kledinghaken of de steunhandgrepen.
84)Steun niet met het hoofd, de armen of
de ellebogen tegen het portier, de ruiten
of in het gebied van de hoofdairbag om
mogelijke verwondingen tijdens het
opblazen te voorkomen.
85)Steek nooit het hoofd, de armen of
ellebogen uit het raam.
86)Als bij het draaien van de contactsleutel
naar de stand MAR, het lampje
niet
gaat branden of tijdens het rijden blijft
branden, dan is er mogelijk een storing in
de veiligheidssystemen. In dat geval
kunnen de airbags of gordelspanners
mogelijk niet in werking treden bij
een botsing of, in een zeer beperkt aantal
gevallen, per ongeluk in werking treden.
Laat het systeem onmiddellijk controleren
door het Fiat Servicenetwerk alvorens
verder te rijden.
87)Voor bepaalde versies/markten gaat bij
een storing van het lampje
, het lampjebranden en worden de explosieve
ladingen van de passagiersairbag
uitgeschakeld.
88)Bedek bij auto's met zijairbags de
rugleuning van de voorstoelen niet met
extra hoezen.89)Reis niet met voorwerpen op schoot of
voor de borst en houd niets in de mond
(pijp, pen, enz.): deze kunnen ernstig letsel
veroorzaken als de airbag in werking
treedt.
90)Laat na diefstal of een poging tot
diefstal, vandalisme of overstromingen het
airbagsysteem door het Fiat
Servicenetwerk controleren.
91)Als de contactsleutel in stand MAR
staat of wanneer de motor is uitgezet,
kunnen de airbags ook geactiveerd worden
als de auto door een andere auto wordt
aangereden. Daarom mag, wanneer de
passagiersairbag is ingeschakeld, en ook al
staat de auto stil, GEEN tegen de
rijrichting in gemonteerd kinderzitje op de
voorstoel gemonteerd worden. Als bij
een botsing de airbag wordt opgeblazen,
kan dit leiden tot ernstig letsel en zelfs
tot de dood van het kind. Daarom moet de
passagiersairbag altijd uitgeschakeld
worden als een kinderzitje tegen de
rijrichting in gemonteerd wordt op de
voorste passagiersstoel. Bovendien moet
de voorste passagiersstoel zo ver mogelijk
naar achteren zijn geschoven om te
voorkomen dat het kinderzitje eventueel in
aanraking komt met het dashboard.
Schakel de passagiersairbag onmiddellijk
weer in als het kinderzitje is verwijderd.
Onthoud tevens dat als de sleutel in de
stand STOP staat, bij een ongeval geen
enkel veiligheidssysteem (airbags of
gordelspanners) geactiveerd wordt. In dat
geval duidt de uitgebleven activering niet
op een storing van het systeem.
103
92)Het ledlampjegeeft de status aan
van de passagiersairbagbescherming.
Als de led uit is, is de zijairbag van de
passagier actief: gebruik het
Instellingenmenu om deze zijairbag uit te
schakelen (in dat geval gaat de led
branden) Wanneer de motor wordt gestart
(sleutel in stand MAR), brandt de led circa
8 seconden, als ten minste 5 seconden
na de vorige uitschakeling zijn verstreken.
Als dit niet het geval is, neem dan contact
op met het Fiat Servicenetwerk. Als de
motor binnen 5 seconden opnieuw wordt
afgezet/gestart, kan de led gedoofd blijven.
Controleer in dit geval de correcte
ledwerking, zet de motor af, wacht
minstens 5 seconden en start de motor
weer. De led kan met verschillende
lichtsterkte branden, afhankelijk van de
voertuigcondities. De lichtsterkte kan ook
tijdens dezelfde sleutelcyclus variëren.
93)De activeringsdrempel van de airbag is
hoger dan die van de gordelspanners. Bij
aanrijdingen die tussen deze twee
drempelwaarden liggen, treden alleen de
gordelspanners in werking.
94)De airbag vervangt niet de
veiligheidsgordels, maar verhoogt hun
doeltreffendheid. Omdat de frontairbags
niet worden geactiveerd bij frontale
botsingen bij lage snelheden, zijdelingse
botsingen, botsingen achterop en over de
kop slaan, worden in deze gevallen de
inzittenden uitsluitend door de zijairbags en
de veiligheidsgordels beschermd, die dus
altijd gedragen moeten worden.
104
VEILIGHEID
ZEKERINGENKAST IN DE BAGAGERUIMTE
fig. 149
GEBRUIKERSZEKERING AMPÈRE
Elektrische verstelling lendensteun voorstoel F1 15
Elektrische verwarming voorstoelen F2 15
Hi-Fi-systeemF3 20
Elektrisch zonnescherm schuifdak F5 20
Elektrisch schuifdakF6 20
BELANGRIJK
130)Als de zekering opnieuw doorbrandt, neem dan contact op met het Fiat Servicenetwerk.
131)Vervang een doorgebrande zekering nooit door metalen draden of ander materiaal.
132)Vervang een zekering nooit door een exemplaar met een grotere stroomsterkte (ampère); BRANDGEVAAR.
133)Als een hoofdzekering (MEGA-FUSE, MIDIFUSE, MAXI-FUSE) doorbrandt, neem dan contact op met het Fiat Servicenetwerk.
134)Controleer voordat een zekering wordt vervangen, of de contactsleutel verwijderd is en of alle stroomverbruikers uitstaan en/of zijn
ontkoppeld.
135)Als een hoofdzekering voor veiligheidsinrichtingen (airbagsysteem, remsysteem), motorsysteem (motor, versnellingsbak) of stuurinrichting
doorbrandt, neem dan contact op met het Fiat Servicenetwerk.
BELANGRIJK
55)Als de motorruimte moet worden gewassen, zorg er dan voor dat de waterstraal niet rechtstreeks op de zekeringenkast en de motortjes
van de ruitenwissers terechtkomt.
150
NOODGEVALLEN
ALFABETISCH
REGISTER
A
anvullend veiligheidssysteem
(SRS) - Airbags...................97
ABS (systeem)......................71
Accu (elektrolytpeil controleren).....169
Accu (opladen).....................171
Achterbank.........................15
Achterruitwisser / -sproeier..........29
Achterstoelen derde rij...............16
Achteruitkijkspiegels.................19
Achteruitrijcamera..................120
Actieve veiligheidssystemen..........71
Additief voor dieseluitstoot
AdBlue (UREUM)................127
Afmetingen........................187
Afsluitsysteem
brandstoftoevoer................153
Alarmknipperlichten................129
ASR (systeem)......................72
Automatische dual-zone
klimaatregeling....................22
Bagageruimte......................37
Bandenspanning...................185
Bedieningspaneel en
boordinstrumenten................42
Bedieningstoetsen (display)..........43
Belangrijke informatie en
aanbevelingen...................243Beschermingssystemen
inzittenden.......................79
Bochtverlichting (inschakeling).......26
Brandstofverbruik..................205
Buitenverlichting.....................24
Cargo Magic Space................38
Carrosserie (reiniging en
onderhoud)......................175
centrale portiervergrendeling;........32
City Brake Control - Collision
Mitigation-systeem................74
CO2-emissie.......................205
Contactslot.........................13
Cruisecontrol (constante
snelheidsregeling)................112
Dagrijlichten (DRL)
(inschakeling).....................24
Dak met vast glaspaneel.............30
Dashboard..........................10
De auto opkrikken
De motor starten...................106
Derde remlicht
(lamp vervangen)................144
Dimlicht (lamp vervangen)..........140
Display.............................43
DST (systeem)......................72
Dualdrive (elektrische
stuurbekrachtiging)...............39
Dualogic (versnellingsbak)..........109
Een aanhanger trekken............122Elektrisch schuifdak.................31
Elektrische ruitbediening.............34
ERM (systeem)......................72
ESC (systeem)......................71
Fiat CODE (systeem)................11
Fix&Go Automatic (kit)..............134
Follow Me Home (systeem)..........26
Frontairbag bestuurderszijde.........98
Frontairbag passagierszijde..........98
Frontairbags........................97
Gear Shift Indicator (systeem).......43
Gebruik van het Instructieboek........4
Geprogrammeerd onderhoud.......157
Gewichten.........................193
Gordelspanners.....................82
Gravity Control (functie)..............71
Grootlicht (inschakeling)..............25
Grootlicht (lamp vervangen).........141
Grootlichtsignaal (inschakeling).......25
Handbediende klimaatregeling......21
Handgeschakelde
versnellingsbak..................108
Handrem..........................107
Hill Holder-systeem..................71
Hoofdairbag.......................102
Hoofdsteunen.......................18
....................91
Identificatiegegevens...............178
Instapverlichting.....................26
I-Size kinderzitjes .................174
Interieurverlichting...................27
ISOFIX-kinderzitje (montage).........89
iTPMS..............................76
Kentekenverlichting
(lamp vervangen)................144
Kinderen veilig vervoeren............84
Kinderslot...........................33
Kinderzitjes.........................84
Klimaatregeling......................21
Knie-airbag bestuurder..............99
Krik...............................129
Lamp vervangen..................137
Lampjes en berichten................46
Lane Change.......................26
Mechanische sleutel................11
Mistlampen (lamp vervangen).......142
Mistlampen / mistachterlicht
(inschakeling).....................24
Modusselectiesysteem
(voorziening).....................115
Mopar Connect....................241
Motorkap...........................36
Motorkoelvloeistof (peil
controleren).....................169
Motorolie (verbruik).................169
Motorruimte.......................166
Niveaus controleren...............166
Noodvergrendeling portieren.........33
Officiële typegoedkeuringen........242Onderhoudsschema...............158
Onderste koplampunit..............140
Parkeersensoren..................118
Periodieke controles
(geprogrammeerd
onderhoudsschema).............157
Plafondverlichting voor...............27
Portieren............................32
Prestaties (topsnelheid).............190
Regensensor.......................28
Remvloeistof
(niveau controleren)..............169
Richtingaanwijzers
(inschakeling).....................25
Richtingaanwijzers
(lamp vervangen)................140
Richtingaanwijzers zijkant
(lamp vervangen)................141
Richtlijnen voor de behandeling
van de auto aan het einde van
de levensduur...................206
Rijhulpsystemen.....................74
Ruitensproeiervloeistof
voor-/achterruit (niveau
controleren).....................169
Safe Lock (systeem)................12
SBR (Seat Belt Reminder)............81
Schemersensor.....................25
Set-up-menu........................44
Slepen van het voertuig............153Sleutel met afstandsbediening.......11
Sleutels.............................11
Sneeuwkettingen..................182
Soorten lampen....................139
Speed Limiter......................114
Stadslicht / dimlicht
(inschakeling).....................24
Stadslichten/dagverlichting (DRL)
(lamp vervangen)................141
Standaard velgen en banden.......182
Start&Stop (systeem)...............111
Starten met hulpaccu..............151
Stoelen.............................14
Stuurslot............................14
Stuurwiel............................18
Tanken.......................123-200
Tijdens parkeren...................107
Tips, bediening en algemene
informatie.......................208
Traction + systeem.................116
Trip Computer.......................44
Uconnect™ 5" LIVE...............210
Uconnect™ 7" HD LIVE /
Uconnect™ 7" HD Nav LIVE.....223
Veiligheidsgordels..................79
Vloeistof (ruitensproeiers
voor/achter).....................173
Vloeistoffen en smeermiddelen......202
Voorruitsproeier/
achterruitsproeier.................27
ALFABETISCH REGISTER
Voorruitwissers / -sproeiers..........27
Voorstoelen.........................14
Wiel (vervangingsprocedure).......129
Wielen.............................182
Wielen en banden..................175
Wijzigingen/modificaties aan de
auto...............................5
Wisserbladen achterruit
(vervanging).....................173
Wisserbladen voorruit
(vervanging).....................173
Zekeringen (vervangen)............145
Zekeringen- en relaiskast in
motorruimte.....................145
Zekeringenkast dashboard;.........147
Zekeringenkast in de
bagageruimte...................148
Zijairbag..........................102
Zijairbags..........................102
Zwaar Gebruik Van De Auto........157