Page 89 of 130
Periodiek onderhoud en afstelling
7-11
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
Om het paneel aan te brengenPlaats het paneel in de oorspronkelijke po- sitie en breng dan de drukclip en de schroef
aan.
Panelen B en D
Verwijderen van een paneel
1. Verwijder stroomlijnpaneel A of B. (Zie
pagina 7-9.)
2. Verwijder de schroeven en trek dan het paneel los.
Om het paneel aan te brengen
Plaats het paneel in de oorspronkelijke po-
sitie en breng dan de schroeven aan.
1. Drukclip
2. Schroef
3. Paneel A
1. Drukclip
2. Schroef
3. Paneel C
2
1
3
1
2
3
1. Schroef
2. Paneel B
2
1
1. Schroef
2. Paneel D
2
1
BX4-9-D1.book 11 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Page 90 of 130

Periodiek onderhoud en afstelling
7-12
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
DAU67110
Controleren van de bougiesBougies vormen belangrijke onderdelen
van de motor die periodiek moeten worden
gecontroleerd, bij voorkeur door een
Yamaha dealer. Omdat bougies door verhit-
ting en neerslag altijd langzaam slijten,
moeten de bougies worden verwijderd en
gecontroleerd volgens de tijden genoemd in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. De conditie van de bougies kan daar-
naast veel duidelijk maken over de conditie
van de motor.
De porseleinen isolator rond de centrale
elektrode moet licht tot gemiddeld bruin ver-
kleurd zijn (de ideale kleur als normaal met
het voertuig wordt gereden), en alle bougies
in de motor horen dezelfde verkleuring te
hebben. Wanneer een bougie een heel an-
dere kleur vertoont, werkt de motor mogelijk
niet naar behoren. Probeer dergelijke pro-
blemen niet zelf vast te stellen. Laat in
plaats daarvan uw machine nakijken door
een Yamaha dealer.
Vervang een bougie als de elektroden blij-
ken te zijn afgesleten en als overmatige
koolaanslag of andere neerslag gevonden
wordt. Voordat een bougie wordt aangebracht
moet de elektrodenafstand met een draad-
voelmaat worden gemeten; breng indien
nodig de elektrodenafstand op specificatie.
Reinig het oppervlak van de bougiepakking
en het pasvlak en verwijder eventueel vuil
uit de schroefdraad van de bougie.
LET OP
DCA10841
Gebruik geen gereedschap om de bou-
giedop te verwijderen of aan te brengen,
om de bobinekabel niet te beschadigen.
De bougiedop is mogelijk lastig te ver-
wijderen omdat de rubber afdichting aan
het uiteinde stevig vastzit. Haal de bou-
giedop los door hem heen en weer te
draaien en tegelijkertijd los te trekken;
breng de bougiedop aan door heen en
weer te draaien en tegelijkertijd aan tedrukken.
Voorgeschreven bougie: NGK/LMAR9E-J
1. ElektrodenafstandElektrodenafstand: 0.6–0.7 mm (0.024–0.028 in)
Aanhaalmoment: Bougie (nieuw):
18 N·m (1.8 kgf·m, 13 lb·ft)
Bougie (na controle): 13 N·m (1.3 kgf·m, 9.6 lb·ft)
1
1
BX4-9-D1.book 12 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Page 91 of 130

Periodiek onderhoud en afstelling
7-13
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
DAU36112
FilterbusDit model is voorzien van een filterbus die
voorkomt dat brandstofdampen naar de at-
mosfeer ontsnappen. Controleer alvorens
met deze machine te rijden het volgende:
Controleer alle slangaansluitingen.
Controleer de slangen en de filterbus
op barsten of beschadiging. Vervang
indien beschadigd.
Controleer de ontluchtingsinrichting
van de filterbus op verstopping en rei-
nig deze indien nodig.
DAU66534
Motorolie en oliefilterpatroonVóór iedere rit moet het motorolieniveau
worden gecontroleerd. Verder moet de olie
worden ververst en de oliefilterpatroon wor-
den vervangen volgens de intervalperioden
vermeld in het periodieke smeer- en onder-
houdsschema.
Om het motorolieni veau te controleren
1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond en houd deze rechtop. Wanneer
de machine iets schuin staat, kan het
niveau al foutief worden afgelezen.
2. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten warmdraaien en zet hem dan af.
3. Wacht een paar minuten tot de olie tot
rust is gekomen en controleer dan het
olieniveau via het kijkglas linksonder in
het carter.OPMERKINGHet motorolieniveau mo et tussen de merk-
strepen voor minimum- en maximumniveaustaan. 4. Als de motorolie bij of beneden de
merkstreep voor minimumniveau
staat, vul dan voldoende olie, van de
aanbevolen soort, bij tot het correcte
niveau.
OPMERKINGControleer de O-ring van de olievuldop op
beschadiging en vervang deze indien no-dig.
Om de motorolie te verversen (met of
zonder vervanging van oliefilterpa-
troon)1. Verwijder stroomlijnpaneel A en pa-
neel B. (Zie pagina 7-9.)
1. Naar brandstoftank
2. Naar atmosfeer
3. Gasklephuis
4. Koolfilterbus
5. Tankbeluchtingssysteem
#4#3#2#1
1 2
3 4 5
1. Kijkglas olieniveau
2. Merkstreep maximumniveau
3. Merkstreep minimumniveau
2
3
1
BX4-9-D1.book 13 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Page 92 of 130
Periodiek onderhoud en afstelling
7-14
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
2. Start de motor, laat deze een paar mi- nuten warmdraaien en zet hem dan af.
3. Zet een olieopvangbak onder de motor om de gebruikte olie op te vangen.
4. Verwijder de olievuldop en de olieaf-
tapplug met de pakking om de olie uit
het carter te laten stromen.
OPMERKINGSla de stappen 5–7 over als de oliefilterpa-troon niet wordt vervangen.
5. Verwijder de oliefilterpatroon met een oliefiltersleutel.
OPMERKINGDe Yamaha dealer kan een oliefiltersleutelleveren.
6. Smeer een dun laagje schone motor- olie op de O-ring van de nieuwe oliefil-
terpatroon.
1. Olievuldop
1
1. Olieaftapplug
2. Pakking
12
1. Oliefilterpatroon
2. Oliefiltersleutel1
2
BX4-9-D1.book 14 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Page 93 of 130

Periodiek onderhoud en afstelling
7-15
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
OPMERKINGZorg dat de O-ring correct aanligt. 7. Plaats de nieuwe oliefilterpatroon met een oliefiltersleutel en zet hem dan
met een momentsleutel vast met het
voorgeschreven aanhaalmoment. 8. Monteer de olieaftapplug met een
nieuwe pakking en zet de plug vast
met het voorgeschreven aanhaalmo-
ment.
9. Vul met de aangegeven hoeveelheid van de aanbevolen motorolie.
OPMERKINGVeeg enige gemorste olie af nadat de motoren het uitlaatsysteem zijn afgekoeld.LET OP
DCA11621
Om het slippen van de koppeling te voorkomen (de motorolie smeert
immers ook de koppeling) mogen
geen chemische additieven worden
toegevoegd. Gebruik geen oliën
met een “CD” dieselspecificatie of
oliën met een hogere kwaliteit dan
gespecificeerd. Gebruik ook geen
oliën met een “ENERGY CONSER-
VING II” of hogere aanduiding.
Zorg dat er geen verontreinigingenin het carter terecht komen.
10. Controleer de O-ring van de olievuldop op beschadiging en vervang deze in-
dien nodig.
11. Breng de olievuldop aan en draai deze vast.
12. Start de motor, laat deze een paar mi-
1. O-ring
1. Momentsleutel
1
1
Aanhaalmoment: Oliefilterpatroon:17 N·m (1.7 kgf·m, 13 lb·ft)
Aanhaalmoment: Olieaftapplug:
23 N·m (2.3 kgf·m, 17 lb·ft)
Aanbevolen motorolie: Geheel synthetisch
10W-40, 15W-50
Oliehoeveelheid: Olieverversing:
3.90 L (4.12 US qt, 3.43 Imp.qt)
Met verwijderen van oliefilterelement: 4.10 L (4.33 US qt, 3.61 Imp.qt)
1. Olievuldop
2. O-ring
21
BX4-9-D1.book 15 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Page 94 of 130

Periodiek onderhoud en afstelling
7-16
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
nuten stationair draaien en controleer
daarbij op olielekkage. Als er sprake is
van olielekkage, zet de motor dan di-
rect af en zoek de oorzaak.
OPMERKINGAls het olieniveau correct is, gaan de waar-
schuwingslampjes voor oliedruk en koel-
vloeistoftemperatuur na het starten van demotor weer uit.LET OP
DCA22490
Zet de motor direct af als het waarschu-
wingslampje oliedruk en koelvloeistof-
temperatuur knippert of blijft branden en
laat de machine controleren door een
Yamaha dealer, zelfs als het olieniveauin orde is.
13. Zet de motor af en wacht een paar mi- nuten tot de olie tot rust is gekomen.
Controleer dan het olieniveau en corri-
geer indien nodig.
14. Monteer het stroomlijnpaneel en het paneel.
DAUS1203
KoelvloeistofHet koelvloeistofniveau moet regelmatig
worden gecontroleerd. Verder moet de
koelvloeistof worden ververst volgens de in-
tervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema.OPMERKINGAls er geen originele Yamaha koelvloeistof
beschikbaar is, gebruik dan een ethyleen-
glycol antivries met corrosieremmers voor
aluminium motoren en meng deze met ge-destilleerd water in een verhouding van 1:1.
DAU20097
Controleren van het koelvloeistofniveau
Aangezien het koelvloeistofniveau varieert
met de motortemperatuur, moet het worden
gecontroleerd met een koude motor.1. Zet de machine op een vlakke onder-
grond. 2. Houd de machine rechtop en contro-
leer het koelvloeistofniveau in het re-
servoir.
3. Als het koelvloeistofniveau zich op of onder de merkstreep voor minimumni-
veau bevindt, open dan de reser-
voirdop. WAARSCHUWING!
Verwijder alleen de dop van het
koelvloeistofreservoir. Probeer
nooit om de radiatorvuldop te ver-
wijderen als de motor koud
is.
[DWA15162]
Aanbevolen koelvloeistof: YAMALUBE-koelvloeistof
Hoeveelheid koelvloeistof: Koelvloeistofreservoir (merkstreep
voor maximumniveau):0.25 L (0.26 US qt, 0.22 Imp.qt)
Radiator (inclusief alle leidingen): 2.25 L (2.38 US qt, 1.98 Imp.qt)
1. Merkstreep maximumniveau
2. Merkstreep minimumniveau1
2
BX4-9-D1.book 16 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Page 95 of 130

Periodiek onderhoud en afstelling
7-17
1
2
3
4
5
678
9
10
11
12
4. Vul koelvloeistof bij tot de merkstreep voor maximumniveau. LET OP: Als er
geen koelvloeistof aanwezig is, ge-
bruik dan in plaats daarvan gedistil-
leerd water of onthard leidingwater.
Gebruik geen hard water of zout wa-
ter, dit is schadelijk voor de motor.
Als er in plaats van koelvloeistof
water is gebruikt, vervang dit dan
zo snel mogelijk door koelvloeistof,
anders is het systeem niet be-
schermd tegen vorst en corrosie.
Als er water aan de koelvloeistof is
toegevoegd, laat dan een Yamaha
dealer zo snel mogelijk het anti-
vriesgehalte van de koelvloeistof
controleren om te voorkomen dat
de effectiviteit van de koelvloeistof
afneemt.
[DCA10473]
5. Breng de dop van het koelvloeistofre- servoir aan.
DAU33032
De koelvloeistof verversen
De koelvloeistof moet volgens de interval-
perioden vermeld in het periodieke smeer-
en onderhoudsschema ververst worden.
Laat de koelvloeistof verversen door een
Yamaha dealer. WAARSCHUWING! Pro-
beer nooit om de radiatorvuldop te ver-
wijderen als de motor warm is.
[DWA10382] DAU36765
LuchtfilterelementHet luchtfilterelement moet worden vervan-
gen volgens de intervalperioden vermeld in
het periodieke smeer- en onderhoudssche-
ma. Vraag een Yamaha dealer het luchtfil-
terelement te vervangen.
1. Dop koelvloeistofreservoir
1
BX4-9-D1.book 17 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Page 96 of 130

Periodiek onderhoud en afstelling
7-18
1
2
3
4
5
67
8
9
10
11
12
DAU44735
Stationair toerental controlerenControleer het stationair toerental en laat
het indien nodig door een Yamaha dealer
bijstellen.
DAU21386
De vrije slag van de gasgreep
controlerenMeet de vrije slag van de gasgreep zoals
getoond.
Controleer de vrije slag van de gasgreep re-
gelmatig en laat de vrije slag indien nodig
afstellen door een Yamaha dealer.
DAU21403
KlepspelingDe kleppen zijn een belangrijke motorcom-
ponent, en aangezien de klepspeling bij ge-
bruik verandert moeten ze worden
gecontroleerd en afgesteld volgens de in-
tervalperioden vermeld in het periodieke
onderhoudsschema. Niet-afgestelde klep-
pen kunnen resulteren in een onjuist
lucht-brandstofmengsel, motorgeluid en uit-
eindelijk motorschade. Laat om dit te voor-
komen de klepspeling regelmatig
controleren en afstellen door uw Yamaha
dealer.OPMERKINGDit onderhoud moet worden uitgevoerd bijeen koude motor.
Stationair toerental:
1200–1400 tpm
1. Vrije slag van gasgreepVrije slag van gasgreep: 3.0–5.0 mm (0.12–0.20 in)
1
BX4-9-D1.book 18 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分