Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-22
1
2
34
5
6
7
8
9
10
11
12
OPMERKINGAls geen CCU is geïnstalleerd, kan de mo-dule “Logging” niet worden geselecteerd. 2. Selecteer START om te beginnen met registratie.
3. Als u de “Logging”-functie wilt stoppen, selecteert u STOP of zet u de machine
uit. “Maintenance”
Met deze module kunt u de afgelegde af-
stand tussen motorolieverversingen regi-
streren (gebruik het it
em OIL) en voor twee
andere items naar keuze (gebruik INTER-
VAL 1 en INTERVAL 2).
Een onderhoudsitem terugstellen
1. Selecteer “Maintenance” op het
scherm MENU.
2. Selecteer het item dat u wilt terugstel- len. 3. Druk lang op de wielschakelaar om het
item terug te stellen.
OPMERKINGNamen van onderhoudsitems kunnen nietworden gewijzigd.
“Unit”
Met deze module kunt u de weergave wis-
selen tussen kilometers en mijlen.
1. Registratie-indicator
STOP
STARTLogging
km/h
12
:
00
GPS
1
STOP
STARTLogging
km/h
12
:
00
GPS
YRC Setting
Lap TimeLogging
Maintenance
Unit
Display ModeMENU
km/h
GPS
12
:
00
INTERVAL 2 OIL
INTERVAL 1
123456 km
123456 km
123456 km
Maintenance
km/h
GPS
12 :
00
INTERVAL 2 OIL
INTERVAL 1
0 km
123456 km
123456 km
Maintenance
km/h
GPS
12 :
00
BX4-9-D1.book 22 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-23
1
2
345
6
7
8
9
10
11
12
Bij gebruik van kilometers kunnen de een-
heden voor brandstofverbruik worden ge-
wisseld tussen km/L of L/100km. Bij gebruik
van mijlen is MPG beschikbaar.
Instellen van eenheden voor afstand ofbrandstofverbruik1. Selecteer “Unit” op het scherm MENU.
2. “km or mile” en “km/L or L/100km” wor- den weergegeven. 3. Selecteer het eenheidsitem voor af-
stand of verbruik dat u wilt aanpassen.
4. Selecteer de eenheden die u wilt ge- bruiken.
5. Selecteer het dri ehoekssymbool om af
te sluiten.
“Wallpaper”
Met deze module kunt u voor de STREET
MODE en TRACK MODE de achtergrond- kleuren van de weergave afzonderlijk instel-
len op zwart of wit, voor zowel dag- als
nacht-instellingen. Een fotosensor op het
instrumentenpaneel detecteert de lichtom-
standigheden en wijzigt automatisch de
weergave van dag- naar
nachtinstelling. De
fotosensor controleert ook een subtiele, au-
tomatische heldherheidsaanpassing binnen
de dag- en nachtmodi als aanpassing op
het omgevingslicht.
Achtergrond instellen
1. Selecteer “Wallpaper” op het scherm
MENU.
YRC Setting
Lap TimeLogging
Maintenance
Unit
Display ModeMENU
km/h
GPS
12
:
00
km/L or L/100km km/Lkm or mile km
Unit
km/h
GP GPS
12:
00
km/L or L/100km km/Lkm or mile km
Unit
km/h
GP GPS
12:
00
km/L or L/100km km/Lkm or mile km
Unit
km/h
GP GPS
12:
00
1. Lichtsensor
1
BX4-9-D1.book 23 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-28
1
2
34
5
6
7
8
9
10
11
12
3. Selecteer het driehoekssymbool om af te sluiten.
“Display Setting”
Met deze module kunt u de items (zoals
TRIP-1, ODO, C. TEMP, enz.) voor infor-
matieweergave op het hoofdscherm groe-
peren. Er zijn vi er weergavegroepen. De weergavegroepen instellen
1. Selecteer “Display Setting”. 2. DISPLAY-1, DISPLAY-2, DISPLAY-3
en DISPLAY-4 worden weergegeven.
3. Als we bijvoorbeeld DISPLAY-1 selec- teren, worden STREET MODE 1-1,
STREET MODE 1-2 en TRACK
MODE weergegeven.
4. Selecteer STREET MODE 1-1.
1. Item van informatiedisplay (STREET MODE)
IND Mode ON
Peak Rev IND Setting
Shift Indicator
km/h
GPGPS
12
:
00
1 y2
GPS
N
LCS
QS
LIF
ODO
123456
km
TRIP-1
1234.5
km
km/h
·1000 r/min
12 :
00
PWR
1
TCS
2
SCS
3
T -
1
MODE -
A
1
1. Item voor informatieweergave (TRACK
MODE)
QS
LIF
N
12GPS
12 34
LAP 01
ODO
km
123456
MODE -
A
LCS
QS
LIF
LATEST
·1000 r/min
12
:
00
km/h
123
PWR
1
TCS
2
SCS
3
T -
1
km/h
123
GEAR
1
GPGPS
Unit
Maintenance
Wallpaper
Shift Indicator MENU
Logging
Display Setting
km/h
12 :
00
GPGPS
DISPLAY-3 DISPLAY-2
DISPLAY-4
Display Setting
DISPLAY-1
km/h
12 :
00
STREET MODE 1 - 1
A.TEMP
C.TEMP
C.TEMP
Display Setting
DISPLAY-1
km/h
GPS
12 :
00
TRACK MODE STREET MODE 1 - 2
BX4-9-D1.book 28 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-29
1
2
345
6
7
8
9
10
11
12
5. Selecteer het gewenste item voor de informatieweergave met de wielscha-
kelaar.OPMERKINGDe selecteerbare items van de informatie-
weergave zijn:
A.TEMP: luchttemperatuur
C.TEMP: koelvloeistoftemperatuur
TRIP-1: ritteller 1
TRIP-2: ritteller 2
ODO: kilometerteller
FUEL CON: de hoeveelheid verbruikte
brandstof
FUEL AVG: gemiddeld brandstofverbruikCRNT FUEL: huidige brandstofverbruik
6. Selecteer STREET MODE 1-2 of TRACK MODE om de resterende
groepsitems voor DISPLAY-1 in te
stellen. 7. Selecteer het dri
ehoekssymbool om af
te sluiten. Herhaal de procedure vanaf
stap 3 om de andere weergavegroe-
pen in te stellen.
“Brightness”
Met deze module kunt u het algemene hel-
derheidsniveau van het weergavescherm
aanpassen.
De helderheid instellen
1. Selecteer “Brightness”. 2. Selecteer het gewenste helderheidsni-
veau door aan de wielschakelaar te
draaien en druk vervolgens kort op de
wielschakelaar om de instelling vast te
leggen.
“Clock”
Met deze module kunt u de klok instellen.
De klok instellen
1. Selecteer “Clock” in het scherm ME-
STREET MODE 1 - 1
A.TEMP
C.TEMP
C.TEMP
Display Setting DISPLAY-1
km/h
GPS
12 :
00
TRACK MODE STREET MODE 1 - 2
STREET MODE 1 - 1
A.TEMP
C.TEMP
C.TEMP
Display Setting
DISPLAY-1
km/h
GPS
12 :
00
TRACK MODE STREET MODE 1 - 2
GPGPS
Wallpaper Unit
Shift Indicator
Display Setting MENU
Maintenance
Brightness
km/h
12 :
00
Brightness
km/h
GPS
12 :
00
2
BX4-9-D1.book 29 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
Functies van instrumenten en bedieningselementen
4-30
1
2
34
5
6
7
8
9
10
11
12
NU.
2. Wanneer “Clock” is geselecteerd, wor-
den de uren gemarkeerd.
3. Stel het uur in door de wielschakelaar te draaien en vervolgens kort in te
drukken. 4. De minuten worden nu gemarkeerd.
5. Stel de minuten in door de wielschake-
laar te draaien en vervolgens kort in te
drukken. 6. Druk opnieuw kort op de wielschake-
laar om af te sluiten en terug te gaan
naar het scherm MENU.
“All Reset”
Deze module stelt, behalve de kilometertel-
ler en de klok, alles terug naar de stan-
daard- of fabrieksinstelling.
Selecteer YES om alle items terug te stel-
len. Nadat YES is ges electeerd worden alle
items teruggesteld en keert de weergave
automatisch terug naar het scherm MENU.
GP GPS
Shift Indicator Wallpaper
Display Setting Brightness MENU
Unit
Clock
km/h
12 :
00
Clock
km/h
12 :
00
11 :
34
Clock
km/h
12 :
00
12 :
34
Clock
km/h
12 :
00
12 34
:
Clock
km/h
12 :
00
12 :
58
BX4-9-D1.book 30 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分
8-1
1
2
3
4
5
6
789
10
11
12
Verzorging en stalling van de motorfiets
DAU37834
Matkleur, let opLET OP
DCA15193
Sommige modellen zijn uitgerust met
matkleurige onderdelen. Raadpleeg een
Yamaha dealer voor advies over wat
voor producten gebrui kt moeten worden
om het voertuig te reinigen. Het gebruik
van een borsteltje, chemische produc-
ten of reinigingsmiddelen tijdens het rei-
nigen van deze onderdelen kan het
oppervlak bekrassen of beschadigen.
Ook was moet niet worden aangebrachtop een van de matkleurige onderdelen.
DAU67140
VerzorgingDe open constructie van een motorfiets
maakt de fraaie techniek beter zichtbaar,
maar de machine is hierdoor ook kwets-
baarder. Er kan roestvorming en corrosie
optreden, ook al zijn hoogwaardige compo-
nenten gebruikt. Een roestige uitlaatpijp valt
bij een auto niet zo op, maar doet bij een
motorfiets afbreuk aan het algehele uiterlijk.
Regelmatige en correcte verzorging is niet
alleen vereist volgens de garantiebepalin-
gen, maar zorgt ook dat de motorfiets er
langer mooi uit blijft zien, verlengt de le-
vensduur en verbet ert de prestaties.
Alvorens te reinigen 1. Dek de uitlaatdemperopening af met een plastic zak nadat de motor is afge-
koeld.
2. Controleer of alle doppen en afdek- pluggen, ook de bougiedoppen, en
alle elektrische stekkers en aansluitin-
gen stevig zijn bevestigd.
3. Verwijder hardnekkige vervuiling, zo-
als verbrande olie op het carter, met
een ontvetter en een borstel, maar ge-
bruik dergelijke producten nooit op af-
dichtingen, pakkingen, tandwielen, de
aandrijfketting en de wielassen. Spoel
vuil en ontvetter altijd af met water. Reinigen
LET OP
DCA22530
Vermijd het gebruik van sterke en
bijtende wielreinigingsmiddelen,
vooral bij spaakwielen of magnesi-
um wielen. Als dergelijke producten
toch worden gebruikt om hardnek-
kig vuil los te maken, laat het reini-
gingsmiddel dan niet langer
inwerken dan is vermeld in de ge-
bruiksinstructies. Spoel vervolgens
grondig na met water, laat direct
drogen en breng daarna een corro-
siewerende spray aan.
Onjuiste reinigingsmethoden kun-
nen resulteren in schade aan
stroomlijnpanelen en panelen, de
kuipruit, het instrumentenpaneel en
het display, de wielen, koplamplen-
zen, onderdelen van kunststof of
carbon etc. en de dempers. Gebruik
alleen een zachte, schone doek of
spons om dergelijke onderdelen te
reinigen. Als de onderdelen niet af-
doende kunnen worden gereinigd,
kan water met een mild reinigings-
middel worden gebruikt. Spoel rei-
nigingsmiddelresten zorgvuldig af
met grote hoeveelheden water, aan-
gezien ze de kunststof delen kun-
BX4-9-D1.book 1 ページ 2018年6月7日 木曜日 午前10時52分