Periodiek on derhou d en afstellin g
6-39
6
Oververhitte motor
WAARSCHUWING
DWAT1041
Verwij der de ra diatorvul dop niet terwijl d e motor en de koelvloeistofra diator no g
heet zijn. Hete vloeistof en stoom kunnen naar buiten spuiten en zo ernstig e
b ran dwon den veroorzaken. Wacht tot de motor is af gekoel d.
Bren g een dikke doek, bijvoor beel d een han ddoek, aan over de rad iatorvul dop
en draai deze dan lan gzaam linksom te gen de aansla g zo dat de no g aanwezi ge
d ruk kan ontsnappen. Druk d e dop omlaa g zo dra het sis gelui d stopt en d raai
d eze linksom en verwij der de dop.
OPMERKING
Als geen koelvloeistof beschikbaar is, kan tijd elijk leidingwater worden gebruikt, maar dit
moet wel zo snel mogelijk door de voorgeschreven koelvloeistof worden vervangen.
Wacht tot de
motor is afgekoeld.
Controleer het
koelvloeistofniv eau in
het reser voir en in de
radiator.V ul koelvloeistof bij.
(Zie OPMERKING.)
Het koelvloeistofniv eau
is in orde.
Er is geen lekkage.
Er is lekkage.
Het koelvloeistofniv eau
is laag. Controleer het
koelsysteem op
lekkage.
Vraag een Yamaha
dealer het koelsysteem
te controleren en te
repareren.
Start de motor. Vraag een Yamaha dealer het
koelsysteem te controleren en te repareren als de
motor opnieuw o ver verhit raakt.
UB88D1D0.book Page 39 Wednesday, July 12, 2017 11:34 AM
10-1
10
Index
A
ABS ....................................................... 3-25
ABS-waarschuwingslampje .................... 3-5
Accessoirebox ...................................... 3-35
Accu ...................................................... 6-33
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-31
Achteruitkijkspiegels ............................. 3-39
Achterwielophanging, smeren .............. 6-31
B
Banden ................................................. 6-21
Bougies, controleren............................. 6-11
Brandstof .............................................. 3-28
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 5-4
C
Cardanolie............................................. 6-15
Claxonschakelaar ................................. 3-22
Contactslot/stuurslot .............................. 3-2
Controlelampje grootlicht ....................... 3-4
Controlelampjes cruise control ............... 3-4
Controlelampjes en waarschuwingslampjes ........................ 3-4
Controlelampjes richtingaanwijzers ........ 3-4
Controlelampje startblokkering............... 3-5
Controlelampje tractieregeling................ 3-5
Cruise control ......................................... 3-6
Cruise control-schakelaars ................... 3-23
D
De motor starten ..................................... 5-2
Diagnosestekker ..................................... 9-2
Dimlichtschakelaar/ lichtsignaalschakelaar ........................ 3-22
D-mode (rijmodus) ................................ 3-21
F
Filterbus ................................................ 6-12
G
Gasgreep en gaskabel, controleren en
smeren................................................ 6-29
Gelijkstroom aansluitcontact voor accessoires......................................... 3-45
Gereedschapsset.................................... 6-2
H
Hoogte bestuurderszadel, verstellen .... 3-32
I
Identificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-4
K
Kabels, controleren en smeren ............. 6-28
Klepspeling ........................................... 6-20
Koelvloeistof ......................................... 6-16 Koplamphoogte, aanpassen ................ 3-36
Koppelingshendel........................ 3-23, 6-24
L
Luchtfilterelement, reinigen .................. 6-18
M
Matkleur, let op ...................................... 7-1
Menuschakelaar ................................... 3-23
Middenbok en zijstandaard,
controleren en smeren ....................... 6-30
Modelinformatiesticker ........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ............... 6-12
Multifunctionele meter ............................ 3-9
N
Niveaus rem- en koppelingsvloeistof, controleren ......................................... 6-26
O
Onderhoud en smering, periodiek.......... 6-5
Onderhoud, uitstootcontrolesysteem..... 6-3
Opbergcompartimenten ....................... 3-34
P
Panelen, verwijderen en aanbrengen ..... 6-8
Parkeren ................................................. 5-5
Plaats van de onderdelen....................... 2-1
Problemen oplossen ............................ 6-37
R
Rem- en koppelingshendels, controleren en smeren ....................... 6-30
Rem- en koppelingsvloeistof,
verversen............................................ 6-28
Rem- en schakelpedalen, controleren en smeren .......................................... 6-29
Remhendel ........................................... 3-24
Remlichtschakelaars ............................ 6-25
Rempedaal ........................................... 3-25
Richtingaanwijzerschakelaar ................ 3-22
S
Schakelaar alarmverlichting ................. 3-22
Schakelen ............................................... 5-3
Schakelpedaal ...................................... 3-24
Schokdemperunit, afstellen.................. 3-41
Selectieschakelaar ............................... 3-23
Serienummer motorblok......................... 9-1
Specificaties ........................................... 8-1
Stalling.................................................... 7-4
Stand van het stuur, verstellen ............. 3-37
Startblokkeersysteem ............................ 3-1
Startblokkeringssysteem ...................... 3-43
Stationair toerental, controleren ........... 6-19
Stop/Run/Start-schakelaar................... 3-22
Storingzoekschema’s ........................... 6-38
UB88D1D0.book Page 1 Wednesday, July 12, 2017 11:34 AM