3544-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Voetgangerdetectiefunctie
■ Uitschakelen van Pre-Crash Brake-functie
Als zich een van de volgende situaties voordoet terwijl de Pre- Crash Brake-
functie in werking is, wordt deze functie uitgeschakeld:
● Het gaspedaal wordt diep ingetrapt.
● Er wordt een scherpe stuurbeweging gemaakt of het stuurwiel wor dt plotse-
ling gedraaid.
■ Omstandigheden waaronder het systeem mogelijk werkt, zelfs als er
geen kans op een aanrijding is
● In bepaalde situaties, zoals de onderstaande, oordeelt het syst eem mogelijk
dat een aanrijding aan de voorzijde waarschijnlijk is en treedt het in werking.
• Wanneer een voertuig of een voetganger wordt gepasseerd
• Wanneer van rijstrook wordt gewisseld bij het inhalen van een voorligger
• Bij het inhalen van een voorligger die van rijstrook verandert
Het Pre-Crash Safety-systeem signaleert
voetgangers op basis van de grootte, het
profiel en de beweging van een gesigna-
leerd object. Afhankelijk van de helder-
heid van het omgevingslicht en de
beweging, het postuur en de hoek van het
gesignaleerde object wordt een voetgan-
ger mogelijk niet gesignaleerd, waardoor
het systeem niet goed werkt. (
→Blz. 359)
• Bij het inhalen van een voorligger die een bocht naar links of rechts maakt
• Bij het passeren van een voertuig dat stilstaat op de rijstrook voor het tege-
moetkomend verkeer om rechtsaf of
linksaf te slaan
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 354 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
3604-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Als het waarschuwingslampje PCS k nippert of gaat branden en er een
waarschuwingsmelding wordt weergegeven op het multi-informatied is-
play
Het Pre-Crash Safety-systeem is mogelijk tijdelijk niet beschikbaar of er is
mogelijk sprake van een storing in het systeem.
● In de volgende situaties gaat het waarschuwingslampje uit, verd wijnt de
melding en werkt het systeem weer normaal als weer aan de norma le wer-
kingsvoorwaarden wordt voldaan:
• Wanneer de radarsensor, de camerasensor of het gebied rondom de
sensor heet is, bijvoorbeeld als de auto in de zon staat
• Als de radarsensor, de camerasensor of het gedeelte rond elke sensor
koud is, zoals in een extreem koude omgeving
• Wanneer een sensor voor vuil is of bedekt is met sneeuw, enz.
• Als het gedeelte van de voorruit vóór de camerasensor is beslagen of
wanneer er condens of ijs op de voorruit zit
(Ontwasemen van de voorruit: →Blz. 622, 630)
• Als de camerasensor wordt geblokkeerd, bijvoorbeeld wanneer de motor-
kap open is of een sticker is bevestigd op de voorruit in de bu urt van de
camerasensor
● Als het waarschuwingslampje PCS blijft knipperen of branden, of als de
waarschuwingsmelding niet verdwijnt terwijl de auto weer in ord e is, is er
mogelijk een storing aanwezig in het systeem. Laat de auto onmiddellijk
nakijken door een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateu r of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
■ Als de VSC wordt uitgeschakeld
●Als de VSC wordt uitgeschakeld ( →Blz. 514), worden ook de Pre-Crash
Brake Assist-functie en de Pre-Crash Brake-functie uitgeschakeld.
● Het waarschuwingslampje PCS gaat branden en VSC TURNED OFF
PRE-COLLISION BRAKE SYSTEM UNAVAILABLE (monochroomdisplay)/
“VSC Turned Off Pre-Collision Brak e System Unavailable.” (kleurendisplay)
(VSC uitgeschakeld, Pre-Crash Brake-systeem niet beschikbaar) w ordt
weergegeven op het multi-informatiedisplay.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 360 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
3944-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
■De Dynamic Radar Cruise Control met volledig snelheidsbereik ka n wor-
den gebruikt als
● De selectiehendel in stand D staat.
● De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
Als echter een voorligger wordt gesignaleerd, kan de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik zelfs worden ingeschakeld als de rij-
snelheid lager is dan ongeveer 50 km/h.
■ Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmod us is inge-
schakeld, neemt de rijsnelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gehandhaafd blijft .
■ Als de auto stopt tijdens rijden met de volgregeling
●Door hendel omhoog te drukken terwijl de voorligger stopt, word t, als de
voorligger begint te rijden, binnen ongeveer 3 seconden nadat d e hendel
omhoog is gedrukt het rijden met de volgregeling hervat.
● Als de voorligger binnen 3 seconden nadat uw auto is gestopt be gint te rij-
den, wordt het rijden met de volgregeling hervat.
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de vol gende situ-
aties:
● De werkelijke rijsnelheid zakt tot ongeveer 40 km/h of lager en er worden
geen voorliggers gesignaleerd.
● De voorligger verlaat de rijstrook terwijl uw auto rijdt met ee n rijsnelheid van
ongeveer 40 km/h of lager. Anders kan de sensor de auto niet op de juiste
manier signaleren.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
● De parkeerrem is geactiveerd.
● De auto wordt door het systeem stilgezet op een steile helling.
● Als de auto door het systeem is stilgezet, wordt het volgen van de voorligger
in de volgende gevallen niet hervat:
• De bestuurder draagt geen veiligheidsgordel.
• Het bestuurdersportier wordt geopend.
• De auto staat langer dan 3 minuten stil.
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoem de rede-
nen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem aanwe-
zig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hers teller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun dige.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 394 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
3954-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Automatisch uitschakelen van de constante-snelheidsregelmodus
De constante-snelheidsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de
volgende situaties:
●Actuele rijsnelheid zakt tot meer dan ongeveer 16 km/h onder de ingestelde
rijsnelheid.
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de constante-snelheidsregelmodus om een andere dan de hierboven
genoemde redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in
het systeem aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyo ta-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■ Geluid remsysteem
Als de remmen automatisch worden geactiveerd wanneer de auto zich in de
afstandsregelmodus bevindt, kan het geluid van een geactiveerd remsysteem
hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
■ Waarschuwingsmeldingen en zoemers voor de Dynamic Radar Cruise
Control met volledig snelheidsbereik
Waarschuwingsmeldingen en zoemers worden gebruikt om een systee msto-
ring aan te geven of om de bestuurder te informeren dat hij tijdens het rijden
extra moet opletten. Lees de op het multi-informatiedisplay wee rgegeven
waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen op.
■ Omstandigheden waarin de sensor voorliggers mogelijk niet op de juiste
manier signaleert
Bedien in onderstaande gevallen en afhankelijk van de omstandig heden het
rempedaal wanneer het systeem onvoldoende decelereert of bedien het gas-
pedaal wanneer moet worden geaccelereerd.
Omdat de sensor deze voertuigen wellicht niet op de juiste manier signaleert,
wordt er mogelijk geen naderingswaarschuwing ( →Blz. 392) gegeven.
● Auto's die plotseling voor u invoegen
● Auto's die met lage snelheden rijden
● Auto's die niet op dezelfde rijstrook rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 395 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
4124-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E
■De Dynamic Radar Cruise Control kan worden gebruikt als
De rijsnelheid is ongeveer 50 km/h of hoger.
■ Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
Bedien het gaspedaal om te accelereren. Na het accelereren gaat de auto
weer rijden met de ingestelde snelheid. Als de afstandsregelmod us is inge-
schakeld, neemt de rijsnelheid echter mogelijk af tot onder de ingestelde
snelheid, zodat de afstand tot de voorligger gehandhaafd blijft .
■ Automatisch uitschakelen van de afstandsregelmodus
De afstandsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de vol gende situ-
aties:
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● De sensor kan niet goed signaleren omdat hij ergens door bedekt is.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de afstandsregelmodus om een andere dan de hierboven genoem de
redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in het systeem
aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 412 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
4134-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E■
Automatisch uitschakelen van de constante-snelheidsregelmodus
De constante-snelheidsregelmodus wordt automatisch uitgeschakeld in de
volgende situaties:
●Actuele rijsnelheid zakt tot meer dan ongeveer 16 km/h onder de ingestelde
rijsnelheid.
● Werkelijke rijsnelheid zakt onder ongeveer 40 km/h.
● De VSC is geactiveerd.
● De TRC is gedurende een bepaalde periode geactiveerd.
● Wanneer de VSC of TRC wordt uitgeschakeld.
● Pre Crash Brake-functie is geactiveerd.
Als de constante-snelheidsregelmodus om een andere dan de hierboven
genoemde redenen automatisch uitgeschakeld wordt, kan er een storing in
het systeem aanwezig zijn. Neem contact op met een erkende Toyo ta-dealer
of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitge-
ruste deskundige.
■ Geluid remsysteem
Als de remmen automatisch worden geactiveerd wanneer de auto zich in de
afstandsregelmodus bevindt, kan het geluid van een geactiveerd remsysteem
hoorbaar zijn. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
■ Waarschuwingsmeldingen en zoemers voor Dynamic Radar Cruise Con -
trol
Waarschuwingsmeldingen en zoemers worden gebruikt om een systeem-
storing aan te geven of om de bestuurder te informeren dat hij tijdens het rij-
den extra moet opletten. Lees de op het multi-informatiedisplay weergegeven
waarschuwingsmelding en volg de aanwijzingen op.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 413 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
4284-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
C-HR_OM_Europe_OM10571E“For brake system”
(voor remsysteem)
• De auto rijdt op grote hoogte.
• Het vacuüm van de rembekrachtiger is
te laag.
Wanneer het vacuüm van de rembekrach-
tiger een bepaald niveau bereikt, wordt het
systeem ingeschakeld.
“Steering wheel
turned” (stuurwiel
gedraaid)
Het stuurwiel is bediend.
“Hood open”
(motorkap
geopend)
De motorkap is geopend.
“Driver seat belt
unbuckled”
(bestuurdersgor-
del los)
De veiligheidsgordel van de bestuurder is
niet vastgemaakt.
“Stop & Start
Unavailable” (Stop
& Start-systeem
niet beschikbaar)
• Het Stop & Start-syst eem is tijdelijk uit-
geschakeld.
Laat de motor kortstondig draaien.
• De motor is mogelijk herstart terwijl de motorkap was geopend.
Sluit de motorkap, zet het contact UIT,
wacht ten minste 30 seconden en start
vervolgens de motor.
“System Temp
Low” (systeem-
temperatuur laag)
De accu is mogelijk koud. Wanneer de motor kortstondig draait, kan
het systeem herstellen doordat de tempe-
ratuur in de motorruimte stijgt.
“System Temp
High” (systeem-
temperatuur hoog)
De accu is mogelijk zeer heet. Als u de motorruimte voldoende laat
afkoelen, herstelt het systeem.
“Non-dedicated
battery” (niet-spe-
cifieke batterij)
Er is mogelijk een niet-specifieke batterij
voor het Stop & Start-systeem geplaatst. Het Stop & Start-systeem werkt niet. Laat
de auto nakijken door een erkende Toyota-
dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en
uitgeruste deskundige.
MeldingDetails
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 428 Monday, March 19, 2018 4:17 PM
4294-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
4
Rijden
C-HR_OM_Europe_OM10571E●
Wanneer de motor automatisch wordt herstart terwijl hij was uit geschakeld
door het Stop & Start-systeem
MeldingDetails
“For climate con-
trol” (voor klimaat-
regeling)
• De airconditioning wordt ingeschakeld of gebruikt.
• is ingeschakeld.
“Battery charging”
(accu aan het
opladen)
De accu is mogelijk bijna leeg. De motor wordt herstart om voorrang te
geven aan het laden van de accu. Wan-
neer de motor kortstondig draait, kan het
systeem herstellen.
“For brake system”
(voor remsysteem)
Het rempedaal is dieper of pompend
ingetrapt. Het systeem wordt ingeschakeld als de
motor draait en het vacuüm van de rembe-
krachtiger een bepaald niveau heeft
bereikt.
“Steering wheel
turned” (stuurwiel
gedraaid)
Er is aan het stuurwiel gedraaid.
“Driver seat belt
unbuckled”
(bestuurdersgor-
del los)
De bestuurdersgordel is losgemaakt.
C-HR_OM_Europe_OM10571E.book Page 429 Monday, March 19, 2018 4:17 PM