223
4Rijden
UK AURIS_HV_HB_EE4-1. Voordat u gaat rijden
Rijden met de auto ............ 224
Lading en bagage .............. 234
Rijden met een
aanhangwagen ................ 235
4-2. Rijprocedures
Startknop ........................... 245
EV-modus .......................... 251
Hybridetransmissie ............ 253
Richtingaanwijzer-
schakelaar ....................... 261
Parkeerrem ........................ 262
4-3. Bedienen van verlichting
en ruitenwissers
Lichtschakelaar.................. 263
Schakelaar mistlampen ..... 269
Ruitenwissers en
-sproeiers......................... 271
Achterruitenwisser en
-sproeier .......................... 275
4-4. Tanken
Openen van de tankdop .... 2774-5. Toyota Safety Sense
Toyota Safety Sense ......... 280
PCS (Pre-Crash Safety-
systeem) .......................... 286
LDA (Lane Departure
Alert) ................................ 299
Automatic High Beam-
systeem ........................... 304
RSA (Road Sign Assist)..... 308
4-6. Gebruik van de
ondersteunende
systemen
Cruise control..................... 314
Toyota Parking Assist-
sensor .............................. 318
Simple-IPA
(Simple-Intelligent
Parking Assist)................. 325
Ondersteunende
systemen ......................... 339
4-7. Rijtips
Rijden met een
hybrideauto ...................... 345
Rijden in de winter ............. 348
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 223 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM
2674-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE
4
Rijden
■Dagrijverlichting
Om uw auto overdag beter zichtbaar te maken voor andere weggebruikers,
wordt de dagrijverlichting automatisch ingeschakeld als het hybridesysteem
wordt gestart en de parkeerrem wordt gedeactiveerd met de lichtschakelaar
uit of in de stand . (Brandt helderder dan de parkeerlichten voor.)
Dagrijverlichting is niet ontworpen voor gebruik in het donker.
■Sensor koplampregeling (indien aanwezig)
■Automatisch uitschakelsysteem verlichting
Wanneer de lichtschakelaar in de stand of staat: De koplampen
en mistlampen voor worden automatisch uitgeschakeld als het contact UIT
wordt gezet.
Wanneer de lichtschakelaar in stand staat: Alle verlichting wordt auto-
matisch uitgeschakeld als het contact UIT wordt gezet.
Zet, om de verlichting weer in te schakelen, het contact AAN of zet de licht-
schakelaar een keer in stand OFF en daarna terug in stand of .
■Zoemer verlichting
Een zoemer klinkt als het contact UIT of in stand ACC staat en het bestuur-
dersportier geopend wordt terwijl de verlichting is ingeschakeld. De werking van de sensor kan in nega-
tieve zin beïnvloed worden als er iets over
de sensor heen geplaatst wordt of als er
iets op de ruit wordt aangebracht waar-
door de sensor wordt afgeschermd.
Hierdoor kan de sensor niet op de juiste
manier de hoeveelheid omgevingslicht
signaleren, waardoor het automatische
koplampsysteem mogelijk onjuist functio-
neert.
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 267 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM
2684-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE■Automatische verticale koplampverstelling (auto's met led-koplampen)
De koplamphoogte wordt automatisch geregeld op basis van het aantal
passagiers in de auto en de mate van belading om verblinding van andere
weggebruikers door de koplampen te voorkomen.
■Energiebesparende functie
Onder de volgende omstandigheden gaat de overige verlichting na 20 minu-
ten automatisch uit om te voorkomen dat de accu ontladen raakt:
●De koplampen en/of achterlichten branden.
●Het contact wordt in stand ACC of UIT gezet.
●De lichtschakelaar staat in stand of .
Deze functie wordt onder de volgende omstandigheden uitgeschakeld:
●Wanneer het contact AAN wordt gezet.
●Wanneer de lichtschakelaar wordt bediend.
●Wanneer een portier wordt geopend of gesloten.
■Persoonlijke voorkeursinstellingen
De instellingen (bijv. gevoeligheid lichtsensor) kunnen worden gewijzigd.
(Systemen met mogelijkheden voor persoonlijke voorkeursinstellingen:
Blz. 604)
OPMERKING
■Voorkomen van ontlading van de 12V-accu
Laat de verlichting niet langer ingeschakeld dan noodzakelijk is als het
hybridesysteem niet is ingeschakeld.
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 268 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM
2724-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeiers en ruitenwissers
De ruitenwissers maken automa-
tisch een aantal wisbewegingen
nadat de sproeier in werking treedt.
Auto's met koplampsproeiers: Als
de koplampen aan zijn en u de
hendel naar u toe getrokken houdt,
werken de koplampsproeiers één
keer. Daarna werken de koplamp-
sproeiers elke vijfde keer dat u de
hendel naar u toe trekt.
Ruitenwissers met regensensor
In de stand AUTO werken de ruitenwissers automatisch wanneer de
sensor signaleert dat het regent. De wissnelheid wordt automatisch
afgestemd op de hoeveelheid neerslag en de rijsnelheid.
Stand AUTO
Lage snelheid ruitenwis-
sers
Hoge snelheid ruiten-
wissers
Enkele slag
In de stand AUTO kan de gevoeligheid van de sensor als volgt wor-
den ingesteld door de schakelaarring te draaien.
Verhoogt de gevoeligheid van
de ruitenwisser met regensen-
sor
Verlaagt de gevoeligheid van
de ruitenwisser met regensen-
sor
7
1
2
3
4
5
6
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 272 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM
2734-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE
4
Rijden
Gelijktijdig inschakelen ruiten-
sproeiers en ruitenwissers
De ruitenwissers maken automa-
tisch een aantal wisbewegingen
nadat de sproeier in werking treedt.
Auto's met koplampsproeiers: Als
de koplampen aan zijn en u de
hendel naar u toe getrokken houdt,
werken de koplampsproeiers één
keer. Daarna werken de koplamp-
sproeiers elke vijfde keer dat u de
hendel naar u toe trekt.
■De ruitenwissers en ruitensproeiers kunnen worden bediend als
Het contact AAN staat.
■Effecten van de rijsnelheid op de ruitenwisserwerking (auto's met ruiten-
wissers met regensensor)
Ook voor de andere standen zal, net als voor de stand AUTO, de tijd tot de
enkele slag om de laatste druppels te verwijderen na het gebruik van de rui-
tensproeier veranderen afhankelijk van de rijsnelheid.
■Regensensor (auto's met ruitenwissers met regensensor)
●Als de ruitenwisserschakelaar in de stand AUTO wordt gezet terwijl het con-
tact AAN staat, werken de ruitenwissers één keer om aan te geven dat de
stand AUTO is geactiveerd.
●Als de temperatuur van de regensensor 90C of hoger is, of -15C of lager
is, werkt de automatische functie mogelijk niet. Zet de ruitenwisserschake-
laar in dat geval in een andere stand dan AUTO.
■Als er geen ruitensproeiervloeistof op de voorruit terechtkomt
Controleer of er ruitensproeiervloeistof in het reservoir aanwezig is en contro-
<004f00480048005500030044004f005600030047004400570003004b004800570003004a004800590044004f0003004c0056000300520049000300470048000300560053005500520048004c00480055004e0052005300530048005100030051004c004800
570003005900480055005600570052005300570003005d004c[jn.
7
●De regensensor registreert de hoeveel-
heid neerslag.
De auto is voorzien van een optische
sensor. Deze werkt mogelijk niet goed
als zonlicht van de opkomende of
ondergaande zon af en toe op de voor-
ruit valt of als er insecten o.i.d. op de
voorruit zitten.
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 273 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM
2744-3. Bedienen van verlichting en ruitenwissers
UK AURIS_HV_HB_EE
WAARSCHUWING
■Waarschuwing met betrekking tot het gebruik van ruitensproeiervloei-
stof
Gebruik bij koud weer de ruitensproeiervloeistof pas wanneer de voorruit
warm is. De vloeistof kan anders op de voorruit bevriezen en zo het zicht
belemmeren. Dit kan leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ont-
staan.
■Waarschuwing met betrekking tot het gebruik van de ruitenwissers in
de stand AUTO (auto's met ruitenwissers met regensensor)
De ruitenwissers voor kunnen onverwacht in werking treden als de sensor
wordt aangeraakt of als de voorruit aan trillingen wordt blootgesteld terwijl
de ruitenwissers in de stand AUTO staan. Let erop dat u zich niet kunt
bezeren als de ruitenwissers in werking treden.
OPMERKING
■Als de voorruit droog is
Gebruik de ruitenwissers niet als de voorruit droog is omdat hierdoor de
voorruit beschadigd kan worden.
■Als er geen ruitensproeiervloeistof uit de sproeierkoppen komt
Als u de hendel gedurende langere tijd naar u toe getrokken houdt, kan de
sproeierpomp beschadigd raken.
■Wanneer een sproeier verstopt raakt
Neem in dat geval contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/
reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige.
Probeer als een sproeierkop verstopt is geraakt deze niet schoon te maken
met een naald of iets dergelijks. Hierdoor kan de sproeierkop beschadigd
raken.
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 274 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM
2824-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE
De sensor voor bevindt zich aan
de bovenzijde van de voorruit. Hij
bestaat uit 2 soorten sensoren,
die beide informatie signaleren die
nodig is voor de werking van de
ondersteunende systemen.
Lasersensoren
Monoculaire camerasensor
Sensor voor
1
2
WAARSCHUWING
■Sensor voor
De sensor voor maakt gebruik van lasers om voertuigen voor uw auto te
signaleren. De sensor voor is een klasse 1M laserproduct volgens de stan-
daard IEC 60825-1. Onder normale gebruiksomstandigheden zijn deze
lasers niet schadelijk voor het blote oog. Neem echter wel de volgende
voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u dit niet doet, kunnen uw ogen ernstig beschadigd raken of kunt u zelfs
blind worden.
●Probeer de sensor voor nooit te demonteren (bijvoorbeeld de lenzen te
verwijderen), om blootstelling aan schadelijke laserstralen te voorkomen.
Bij demontage is de sensor voor een klasse 3B laserproduct volgens de
standaard IEC 60825-1. Klasse 3B lasers zijn gevaarlijk en vormen bij
directe blootstelling een risico op oogletsel.
●Probeer niet in de sensor voor te kijken met een vergrootglas, microscoop
of ander optisch instrument op een afstand van minder dan 100 mm.
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 282 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM
2844-5. Toyota Safety Sense
UK AURIS_HV_HB_EE
WAARSCHUWING
■Storingen in de sensor voor voorkomen
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht.
Als u dat niet doet, werkt de sensor voor mogelijk niet goed, hetgeen kan
leiden tot een ongeval waarbij ernstig letsel kan ontstaan.
●Houd de voorruit te allen tijde schoon. Reinig de voorruit als deze vuil is of
als er een dun olielaagje, waterdruppels, sneeuw, enz. op zit(ten). Neem
contact op met een erkende Toyota-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige als de bin-
nenzijde van de voorruit vóór de sensor voor vuil is.
B: Ongeveer 20 cm (ongeveer 10 cm rechts en links van het midden van
de sensor voor)
●Als er een groot verschil bestaat tussen de temperatuur in de auto en de
buitentemperatuur, bijvoorbeeld in de winter, is de kans groot dat de voor-
ruit beslaat. Als de voorruit vóór de sensor voor is beslagen of wanneer er
condens of ijs op de voorruit zit, gaat het waarschuwingslampje PCS
mogelijk branden en wordt het systeem mogelijk tijdelijk uitgeschakeld.
Gebruik in zo'n geval de voorruitverwarming om de voorruit te ontwase-
men, enz. (Blz. 418)
●Als er waterdruppels op de voorruit vóór de sensor voor zitten, gebruik
dan de ruitenwissers voor om deze te verwijderen.
Als de waterdruppels niet goed worden verwijderd, neemt de werking van
de sensor voor mogelijk af.
●Bevestig geen voorwerpen, zoals (door-
zichtige) stickers e.d. op de buitenzijde
van de voorruit vóór de sensor voor (het
grijze gebied in de afbeelding).
A: Van de bovenzijde van de voorruit tot
ongeveer 10 cm onder de onderkant
van de sensor voor
●Plaats of bevestig niets op de binnen-
zijde van de voorruit onder de sensor
voor (het grijze gebied in de afbeel-
ding).
A: Ongeveer 10 cm (vanaf de onderkant
van de sensor voor)
B: Ongeveer 20 cm (ongeveer 10 cm
rechts en links van het midden van de
sensor voor)
AURIS_HV_OM_Europe_OM12M76E.book Page 284 Wednesday, April 4, 2018 1:38 PM