GEPLAND ONDERHOUD
Correct onderhoud is cruciaal voor een lange
levensduur van de auto onder de beste om-
standigheden. Daarom heeft Jeep een reeks
controles en diensten gepland op vaste af-
standsintervallen en, waar van toepassing, op
vaste tijdsintervallen, zoals beschreven in het
onderhoudsschema. Om de auto in optimale
conditie te houden, zijn op de volgende pagi-
na's van het onderhoudsschema enkele extra
controles vermeld die vaker moeten worden
uitgevoerd dan volgens het normale schema
op basis van de inwisseling van tegoedbon-
nen. Gepland onderhoud wordt aangeboden
door alle erkende dealers op basis van vaste
tijds- of kilometerstandintervallen. Als tij-
dens elke bewerking naast de geplande be-
werkingen verdere vervangingen of reparaties
nodig blijken te zijn, kunnen deze enkel met
de uitdrukkelijke toestemming van de eige-
naar worden uitgevoerd.De monteurs bij de dealer kennen uw auto
het beste en hebben toegang tot informatie
van fabrieksgetrainde specialisten, originele
onderdelen van Mopar en speciaal ontworpen
elektronisch en mechanisch gereedschap
waarmee kostbare reparaties in de toekomst
kunnen worden voorkomen. Als uw auto vaak
wordt gebruikt voor sleepwerkzaamheden,
moet het interval tussen geplande onder-
houdswerkzaamheden worden verminderd.
Bij veeleisend gebruik, bijvoorbeeld door het
rijden in stoffige omgevingen of veel korte
ritten, is mogelijk meer onderhoud vereist.
OPMERKING:
Geplande onderhoudstaken worden bepaald
door de fabrikant. Als deze taken niet worden
uitgevoerd, kan de garantie vervallen. Het
verdient aanbeveling een erkende dealer op
de hoogte te brengen van geringe afwijkingen
in de werking zonder te wachten op de vol-
gende onderhoudsbeurt.
Gepland onderhoud — benzinemotor
De indicator voor olieverversing herinnert u
eraan dat de motorolie van uw auto moet
worden ververst.Bij auto's die zijn uitgerust met een display in
de instrumentengroep wordt "Oil Change Re-
quired" (Olie verversen vereist) weergegeven
en er klinkt een geluidssignaal om aan te
geven dat de olie moet worden ververst.
Bij auto's die niet zijn uitgerust met een
display in de instrumentengroep gaat
"Change Oil" (Olie verversen) knipperen in de
kilometerteller van de instrumentengroep en
er klinkt een geluidssignaal om aan te geven
dat de olie moet worden ververst.
Het bericht voor olieverversing wordt telkens
ongeveer 11.200 km (7000 mijl) na de laat-
ste olieverversing weergegeven. Laat het on-
derhoud zo snel mogelijk, binnen 800 km
(500 mijl), uitvoeren (behalve bij 2,0-liter
benzinemotor). Het eerder verversen van de
olie kan echter noodzakelijk zijn na
7.500 km (4.500 mijl) als de auto onder
zware omstandigheden wordt gebruikt, die
verderop in dit hoofdstuk worden beschre-
ven.
SERVICE EN ONDERHOUD
240
Zware omstandigheden
Ververs de motorolie en vervang het motor-
oliefilter elke 7500 km (4500 mijl) of elke
6 maanden wanneer u uw auto onder één van
de volgende zware omstandigheden gebruikt:
• Ritten met veelvuldig stoppen en optrek-
ken.
• Rijden in stoffige omgevingen.
• Korte ritten van minder dan 16 km
(10 mijl).
• Trekken van een aanhanger.
• Taxi, politie of besteldiensten (gebruik als
bedrijfswagen).
• Rijden in het terrein of de woestijn.
Gepland onderhoud — dieselmotor
Uw auto is uitgerust met een automatische
indicator voor olieverversing. De indicator
voor olieverversing herinnert u eraan dat de
motorolie van uw auto moet worden ververst.Bij auto's die zijn uitgerust met een display in
de instrumentengroep wordt "Oil Change Re-
quired" (Olie verversen vereist) weergegeven
en er klinkt een geluidssignaal om aan te
geven dat de olie moet worden ververst.
Bij auto's die niet zijn uitgerust met een
display in de instrumentengroep gaat
"Change Oil" (Olie verversen) knipperen in de
kilometerteller van de instrumentengroep en
er klinkt een geluidssignaal om aan te geven
dat de olie moet worden ververst.
Afhankelijk van de bedrijfsomstandigheden
van de motor wordt het bericht voor olie
verversen weergegeven. Dit betekent dat uw
auto een onderhoudsbeurt nodig heeft. Om-
standigheden zoals frequente korte ritten,
gebruik van de trekhaak, zeer hoge of lage
omgevingstemperaturen zijn van invloed op
de weergave van het bericht "Oil Change
Required" (olieverversing vereist). Bij zware
bedrijfsomstandigheden kan het bericht voor
olie verversen eerder gaan branden dan vol-
gens de specificaties. Laat het onderhoud zo
snel mogelijk, binnen 805 km (500 mijl),
uitvoeren.OPMERKING:
•Het feitelijke interval voor het verversen van
de olie en vervangen van het motoroliefilter is
afhankelijk van de gebruiksomstandigheden
van de auto. Het wordt aangegeven door het
waarschuwingslampje of bericht in de instru-
mentengroep. In geen geval mag twee jaar
worden overschreden. Als de auto hoofdzake-
lijk wordt gebruikt voor rijden in de stad,
vervangt u de motorolie en het filter elk jaar.
•Koelsysteem doorspoelen en koelvloeistof
verversen na 120 maanden of 240.000 km
(150.000 mijl), afhankelijk van wat eerst
komt.
•De distributieriem en hulpaandrijfriemen
moeten bij gebruik onder bijzonder zware
omstandigheden (stoffige omgevingen, koud
klimaat, stadsverkeer, langdurig stationair
draaien) om de 60.000 km (37.500 mijl) of
3 jaar worden vervangen. Deze onderhouds-
intervallen mogen onder geen beding worden
overschreden.
SERVICE EN ONDERHOUD
246
Bewaar banden die niet worden gebruikt op
een koele, droge en donkere plaats. Voorkom
dat de banden in aanraking komen met olie,
vet en benzine.
Vervangende banden
De banden van uw nieuwe auto bieden een
optimale balans tussen verschillende eigen-
schappen. Controleer daarom de banden re-
gelmatig op de juiste bandenspanning en op
slijtage. De fabrikant raadt ten zeerste aan
dat u, indien nodig, de oorspronkelijke ban-
den laat vervangen door banden met dezelfde
maat, van dezelfde kwaliteit en met hetzelfde
prestatievermogen. Raadpleeg de paragraaf
"Bandenslijtage-indicatoren" in dit hoofd-
stuk. Raadpleeg de band- en beladingsinfor-
matiesticker of het voertuigcertificatielabel
voor de aanduiding van uw bandenmaat. De
belastingsindex en het snelheidssymbool
vindt u op de wang van de originele band.
Wij raden u aan de twee voorbanden of de
twee achterbanden gelijktijdig als paar te
laten vervangen. Het vervangen van slechts
één band kan het rijgedrag van uw auto sterkbeïnvloeden. Wanneer u een wiel vervangt,
moet u ervoor zorgen dat de specificaties van
het nieuwe wiel overeenkomen met die van
het originele wiel.
Wij raden u aan contact op te nemen met de
erkende bandenspecialist of dealer voor alle
vragen omtrent de juiste band. Wanneer u
een ander type band monteert, kan dat de
veiligheid, de wegligging en het rijgedrag van
uw auto nadelig beïnvloeden.
WAARSCHUWING!
• Gebruik geen band, bandenmaat of
band met een andere belastings- of snel-
heidsindex dan die voor uw voertuig is
voorgeschreven. Door sommige niet-
goedgekeurde banden en wielen gecom-
bineerd te gebruiken verandert u moge-
lijk de dimensies en eigenschappen van
de wielophanging, waardoor de bestu-
ring, het weggedrag en de remwerking
veranderen. Dat kan onvoorspelbaar
weggedrag en extra belasting van de
stuurinrichting en de wielophanging ver-
oorzaken. U kunt dan de controle over de
WAARSCHUWING!
auto verliezen en een ongeval met ern-
stig of zelfs dodelijk letsel veroorzaken.
Kies daarom uitsluitend banden en wiel-
maten met een belastingsindex die voor
uw auto is goedgekeurd.
• Gebruik nooit een band met een lagere
belastingsindex of capaciteit dan die
van de banden waarmee uw auto oor-
spronkelijk is uitgerust. Als u een band
met een lagere belastingsindex gebruikt,
kan de band te zwaar worden belast en
lek raken. U zou de macht over het stuur
kunnen verliezen en een aanrijding kun-
nen veroorzaken.
• Wanneer uw banden niet geschikt zijn
voor uw rijsnelheid, kan dat een klap-
band veroorzaken en kunt u de controle
over de auto verliezen.
LET OP!
Het monteren van een band met een afwij-
kende bandenmaat kan ervoor zorgen dat
de aanduiding van de snelheidsmeter en
de kilometerteller niet langer juist zijn.
SERVICE EN ONDERHOUD
264
Hoewel banden met spikes betere prestaties
leveren op ijs en een glad wegdek, kan de
tractie op natte of droge oppervlakken slech-
ter zijn dan die van banden zonder spikes. In
sommige landen is het gebruik van banden
met spikes verboden. Raadpleeg de lokale
wetgeving voordat u dit type banden gebruikt.
Reservewielen — indien aanwezig
Voor voertuigen die zijn uitgerust met een
bandenservicekit in plaats van een reserve-
wiel, raadpleeg de paragraaf "Bandenservice-
kit" in het hoofdstuk "In geval van nood/pech"
in het instructieboekje voor meer informatie.
LET OP!
Laat vanwege de verminderde grondspe-
ling uw auto niet in een automatische
wasstraat wassen wanneer een compact
reservewiel of een reservewiel voor beperkt
gebruik is gemonteerd. De auto kan
schade oplopen.
Reservewiel overeenkomend met de stan-
daard geleverde banden en velgen — in-
dien aanwezig
Uw voertuig kan zijn uitgerust met een reser-
veband en velg die zowel in uiterlijk als in
gebruik gelijk zijn aan de originele banden en
velgen op de voor- en achteras van uw voer-
tuig. Dit reservewiel mag worden gebruikt bij
het rouleren van banden voor uw auto. Als uw
voertuig beschikt over deze optie, kunt u een
erkende bandenleverancier raadplegen voor
het aanbevolen roulatieschema.
Compact reservewiel — indien aanwezig
Het compacte reservewiel mag slechts tijde-
lijk en alleen in noodgevallen worden ge-
bruikt. U kunt aan de beschrijving van het
reservewiel op de band- en beladingsinforma-
tiesticker op de portieropening aan bestuur-
derszijde of op de wang van de band zien of
uw auto is uitgerust met een compact reser-
vewiel. Beschrijvingen van compacte reserve-
wielen beginnen met de letter "T" of "S" vóór
de aanduiding van de bandenmaat. Voor-
beeld: T145/80D18 103M.
T, S = reservewielOmdat het loopvlak van deze band een be-
perkte levensduur heeft, moet de originele
band zo snel mogelijk worden gerepareerd (of
vervangen) en weer gemonteerd worden.
Probeer nooit een wieldop aan te brengen of
een conventionele band te monteren op het
compacte reservewiel, omdat het wiel speci-
fiek voor de compacte reserveband is ge-
maakt. Monteer nooit meer dan één compact
reservewiel tegelijk op de auto.
WAARSCHUWING!
Compacte en opvouwbare reservewielen
mogen slechts tijdelijk en alleen in nood-
gevallen worden gebruikt. U mag met een
deze reservewielen niet sneller rijden dan
80 km/u (50 mph). Het loopvlak van een
reservewiel heeft slechts een beperkte le-
vensduur. Als het loopvlak is versleten tot
op de bandenslijtage-indicatoren, dient u
het reservewiel te vervangen. Let op de
waarschuwingen met betrekking tot het
reservewiel. Anders kan de band van het
reservewiel lek raken en kunt u de controle
over de auto verliezen.SERVICE EN ONDERHOUD
266
Automatische versnellingsbak,
soort vloeistof..............289
vloeistofpeil controleren........259
Autowasserijen................271
Aux-schakelaars................66
Banden.............154, 260, 266
Banden,
aanhaalmoment wielbouten......278
algemene informatie.......260, 266
bandenspanning.........260, 261
bandenspanningscontrolesysteem
(TPMS)...................80
compacte thuiskomer.........266
controlesysteem voor
bandenspanning.............103
hoge snelheden.............261
levensduur................263
opkrikken..........220, 223, 260
radiaal...................262
reservewiel............221, 266
reservewielen...........266, 267
rotatie...................269
slijtagemarkeringen...........263
sneeuwkettingen............269
spinnen..................262
veiligheid.................260veroudering (levensduur van
banden)..................263
vervangen.................264
verwisselen............220, 260
winterbanden..............265
Bandenslijtage-indicatoren........263
Bandenspanning
Banden..................261
Bandenspanningssysteem.........103
Benzine (brandstof).............279
Benzinedeeltjesfilter (GPF).........67
Bergplaats krik................221
Bewaking, bandenspanningssysteem . .103
Bougies....................286
Brandstof
...................279
Brandstof,
additieven................280
benzine..................279
octaangetal............279, 286
specificaties...............286
tanken...................192
tankinhoud................285
toevoegingen...............280
vereisten.................285
vuldop...............192, 193
Brandstof tanken..............192
Brandstofvuldop...........192, 193Buitenlampen..............38, 154
Camera, achter...............190
Camera achter................190
Capaciteiten, vloeistof...........285
Chassisnummer (VIN)...........278
Compacte reserveband...........266
Connector
UCI ....................323
universele verbruiksinterface (UCI) .323
Contact,
schakelaar.................17
Cyberveiligheid...............295
Dagverlichting.................39
Dealerservice.................255
Derde remlicht................210
Diagnosesysteem...............86
Diagnosesysteem, onboard.........86
Dieren.....................150
Diesel,
schermberichten.............72
Dimlichtschakelaar, koplamp........39
Dodehoekbewaking.............100
Driepuntsgordels..............113
Dual Top....................60
INDEX
372