De spanningsomvormer is uitgerust met een
ingebouwde beveiliging tegen overbelasting.
Als het maximumvermogen van 150 Watt
wordt overschreden, wordt de spanningsom-
vormer automatisch uitgeschakeld. Zodra het
elektrische apparaat is losgekoppeld van de
aansluiting, schakelt de spanningsomvormer
automatisch weer in. Als het vermogen hoger
is geworden dan ca. 170 Watt, is het mogelijk
dat de spanningsomvormer handmatig moet
worden gereset.
WAARSCHUWING!
Ter voorkoming van ernstig of zelfs dode-
lijk letsel:
• Steek geen voorwerpen in de elektri-
sche aansluitingen.
• Raak de aansluitcontacten niet aan
met natte handen.
• Sluit het deksel indien niet in gebruik.
• Onjuist gebruik van dit aansluitcontact
kan leiden tot een elektrische schok en
storing.
Extra schakelaars — indien aanwezig
Vier extra schakelaars op de onderste rij scha-
kelaars van het instrumentenpaneel kunnen
worden gebruikt om verschillende elektroni-
sche apparaten van stroom te voorzien. U
kunt de werking van de extra schakelaars via
de instellingen van Uconnect configureren.
Alle schakelaars kunnen worden geconfigu-
reerd voor gebruik als omschakelaar of mo-
mentschakelaar, voeding via de accu of het
contact, en de mogelijkheid om de laatste
toestand na uit- en weer inschakelen van het
contact vast te houden.OPMERKING:
Aan de voorwaarden voor het vasthouden van
de laatste toestand is voldaan, wanneer de
schakelaar is ingesteld als een omschakelaar
en zodanig is ingesteld dat de voeding via het
contact komt.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
uw instructieboekje voor meer informatie.
Raadpleeg uw erkende dealer voor de aan-
sluiting en de installatie van uw elektrische
apparaten.
SpanningsomvormerAux-schakelaars
UW VOERTUIG LEREN KENNEN
66
Locatie Patroonzekering Microzekering Omschrijving
F01 – – Reserve
F02 40 A groen – Startmotor
(*)
F03
– 5 A geelbruinIntelligente accusensor (IBS)
(*)
F04 – 20 A geelBrandstofpomp MTR/FPCM
(*)
F05 – 5 A geelbruin Beveiligingsgateway
(*)
F06 – – Reserve
F07 – 15 A blauw Koelpomp lagetemperatuurradiateur (LTR) — Indien
aanwezig
(*)
F08 – 15 A blauw Transmissieregelmodule TCM-8HP CYGNUS
(*)
F09 – – Reserve
F10 – 15 A blauw Contactschakelaarknooppunt (KIN) / radiofrequentiehub
(RF-HUB) / elektrisch stuurslot (ESCL)
(*)
F11 – 10 A rood UCI-poort (USB en AUX)
F12 – 25 A transparant Hifi-versterker
F13 – – Reserve
F14 – – Reserve
IN GEVAL VAN NOOD/PECH
212
MULTIMEDIA
CYBERVEILIGHEID..........295
TERREINRIJDENPAGINA'S — IN-
DIEN AANWEZIG...........296
Statusbalk terreinpagina's.........296
Aandrijflijn..................297
Hellingshoek en rol.............297
Accessoiremeters..............298
TIPS BEDIENINGSELEMENTEN EN
ALGEMENE INFORMATIE.....298
Stuurbedieningselementen
geluidsinstallatie..............298
Ontvangstkwaliteit..............299
Verzorging en onderhoud..........299
Beveiliging tegen diefstal.........299
UCONNECT 3 SYSTEEM MET
5–INCH DISPLAY — INDIEN AAN-
WEZIG...................300
Overzicht Uconnect 3 met 5-inch
display.....................300
Klok instellen................301
Audio-instelling...............301
Bediening van de radio..........302Gesproken tekstberichten beantwoorden
(niet compatibel met iPhone)......302
Apps — indien aanwezig..........304
UCONNECT 4 MET 7-INCH DIS-
PLAY ....................304
Overzicht Uconnect 4...........304
Menubalk slepen en neerzetten......306
Radio.....................307
Android Auto — indien aanwezig.....308
Integratie Apple CarPlay — indien
aanwezig...................310
Apps — indien aanwezig..........311
UCONNECT 4C/4C NAV MET 8,4-
INCH DISPLAY..............311
Overzicht Uconnect 4C/4C NAV.....311
Menubalk slepen en neerzetten......313
Radio.....................314
Android Auto — indien aanwezig.....315
Integratie Apple CarPlay — indien
aanwezig...................319
Apps — indien aanwezig..........322
INSTELLINGEN VAN
UCONNECT...............322
BEDIENING AUX/USB/MP3 — IN-
DIEN AANWEZIG............323
NAVIGATIESYSTEEM — INDIEN
AANWEZIG................326
Volume van gesproken aanwijzingen van het
navigatiesysteem wijzigen.........326
Nuttige plaatsen vinden..........328
Een locatie vinden door de naam in te
voeren.....................328
Gesproken bestemming invoeren in één
stap......................328
Uw thuisadres instellen..........328
Home.....................329
Een tussenstop invoegen..........330
Een omleiding volgen............330
Kaartupdate.................330
UCONNECT PHONE..........331
Uconnect Phone (Handsfree bellen met
Bluetooth)..................331
MULTIMEDIA
293
Geluidsinstellingen
• Kies de schermtoets "Audio" om het scherm
met audio-instellingen te openen en
Balance/Fade (balans links/rechts - voor/
achter), Equalizer, Speed Adjusted Volume
(snelheidsafhankelijke volumeregeling),
Surround Sound, Loudness (dynamiek),
AUX Volume Offset (AUX-volume aanpas-
sen), Auto Play en Radio Off With Door
(radio uit met portier) in te stellen.
• U kunt naar het radioscherm terugkeren
door de "X rechtsboven te kiezen.
Balans links/rechts - voor/achter
• Kies de schermtoets "Balance/Fade" (ba-
lans links/rechts - voor/achter) om de ba-
lans van de audioweergave tussen de luid-
sprekers voorin of die tussen de
luidsprekers voor- en achterin in te stellen.
• Kies de schermtoetsen "Front" (voor),
"Rear" (achter), "Left" (links) of "Right"
(rechts) of druk op het luidsprekerpicto-
gram en versleep dit om de balans in te
stellen.Equalizer
• Kies de schermtoets "Equalizer" om het
scherm Equalizer te activeren.
• Kies de schermtoets "+" of "–" of raak de
niveaubalk van een equalizer-band aan en
versleep deze. Het niveau, met een bereik
van -9 tot +9, wordt onder elke band
weergegeven.
Snelheidsafhankelijke volumeregeling
• Kies de schermtoets "Speed Adjusted Vo-
lume" (snelheidsafhankelijke volumerege-
ling) om het scherm Speed Adjusted Vo-
lume (snelheidsafhankelijke
volumeregeling) te activeren. De snelheids-
afhankelijke volumeregeling wordt afge-
steld door op de volume-indicator te druk-
ken. Hierdoor wordt automatisch het
audiovolume aangepast aan de rijsnelheid.
Loudness (dynamiek) — indien aanwezig
• Kies de schermtoets "On" (aan) om Loud-
ness te activeren. Kies de schermtoets "Off"
(uit) om deze functie uit te schakelen. Wan-
neer Loudness is ingeschakeld, wordt de
geluidskwaliteit bij lagere volumes
verbeterd.AUX Volume Offset (AUX-volume aanpassen)
• Druk op de schermtoets "AUX Volume Off-
set" (AUX-volume aanpassen) om het AUX
Volume Offset scherm te activeren. De AUX
Volume Offset (AUX-volume aanpassen)
wordt ingesteld met de " +" en " -" knoppen.
Hierdoor wordt het audiovolume van de
AUX-ingang aangepast. Het niveau, met
een bereik van -3 tot +3, wordt weergege-
ven boven de verstelbalk.
Auto Play — indien aanwezig
• Kies de schermtoets "Auto Play" om het
scherm Auto Play te activeren. De Auto
Play-functie heeft twee instellingen "On"
(aan) en "Off" (uit). Als Auto Play is inge-
schakeld, wordt muziek van een aangeslo-
ten apparaat direct afgespeeld nadat het is
aangesloten op de radio.
Auto-On radio (radio automatisch aan) — indien
aanwezig
• De radio wordt automatisch ingeschakeld
wanneer het contact in de stand RUN wordt
gezet of hij gaat na of hij in of uit was
geschakeld bij de laatste keer uitschakelen
van het contact.
305
Apps — indien aanwezig
Voor toegang tot Apps drukt u op de scherm-
toets "Uconnect Apps" om door de lijst met
toepassingen te bladeren:
• EcoDrive
• MyCar
• TuneIn
• Deezer
• Reuters
• Twitter
• Facebook Check-In
• Apple CarPlay
• Android Auto
• TomTom Live Services en nog veel meer.
INSTELLINGEN VAN
UCONNECT
Het Uconnect-systeem geeft u via scherm-
toetsen toegang tot instellingen voor door de
klant programmeerbare functies, zoals Dis-
play (scherm), Voice (spraakbediening),
Clock (klok), Safety & Driving Assistance (vei-ligheid en rijhulp), Lights (verlichting), Doors
& Locks (Portieren en sloten), Auto-On Com-
fort (comfort automatisch aan), Engine Off
Options (opties voor uitgeschakelde motor),
Suspension (ophanging), Compass (kompas),
Audio, Phone/Bluetooth (telefoon/
Bluetooth), Radio Setup (radio-instellingen),
Restore Settings (instellingen herstellen),
Clear Personal Data (persoonlijke gegevens
wissen) en System Information (systeemin-
formatie).
Druk op de schermtoets SETTINGS (instellin-
gen) (Uconnect 3), of de schermtoets "Apps"
(Uconnect 4 of 4C/4C NAV) onder in het
aanraakscherm en druk vervolgens op de
schermtoets "Settings" (Instellingen) om het
scherm Settings (Instellingen) te openen.
Om een instelling te selecteren, bladert u
omhoog of omlaag tot de gewenste instelling
wordt gemarkeerd en drukt u op deze instel-
ling totdat naast de instelling een vinkje
verschijnt, waarmee wordt aangegeven dat de
instelling is geselecteerd. De volgende
functie-instellingen zijn beschikbaar:
• Language (taal) • Engine Off Options
(opties voor uitge-
schakelde motor)
• Display (scherm) • Compass (kompas)
— indien aanwezig
• Units (eenheden) • Audio
• Voice (spraakbedie-
ning)• Phone/Bluetooth
(telefoon/Bluetooth)
• Clock (klok) • Luchtvering — in-
dien aanwezig
• Camera — indien
aanwezig• AUX-schakelaars
• Safety & Driving As-
sistance (veiligheid
en rijhulp)• Restore Settings (in-
stellingen herstellen)
• Brakes (remmen) • Clear Personal Data
(persoonlijke gege-
vens wissen)
•
Spiegels en ruitenwis-
sers — indien aanwezig• System Information
(systeeminformatie)
• Lights (verlichting) • Radio Setup (radio-
instellingen)
• Doors & Locks (por-
tieren en sloten)
•
Auto-On Comfort (com-
fort automatisch aan)
MULTIMEDIA
322
OPMERKING:
Afhankelijk van de voertuigopties kunnen de
functie-instellingen variëren.
Raadpleeg de paragraaf "Instellingen van
Uconnect" in het hoofdstuk "Multimedia" in
uw instructieboekje voor meer informatie.
BEDIENING AUX/USB/MP3
— INDIEN AANWEZIG
De mediahub bevindt zich op het instrumen-
tenpaneel, onder de klimaatregelknoppen.
Achter het toegangsluikje van de mediahub
bevindt zich één AUX-poort, een type C USB-
poort en één standaard USB-poort. Via beide
USB-poorten kunt u muziek afspelen vanaf
iPod/MP3-spelers of USB-apparaten via het
audiosysteem van uw auto.
De USB-poorten met de slimme oplaadfunc-
tie bieden stroom aan uw apparaat tot een uur
nadat het voertuig is uitgeschakeld.OPMERKING:
• Het type C USB-poort is de primaire me-
diapoort voor de radio. Er kunnen twee
apparaten tegelijkertijd worden aangeslo-
ten en beide poorten leveren oplaadvermo-
gen, maar slechts één poort tegelijk kan de
gegevens naar de hoofdeenheid overbren-
gen.
• Beide poorten delen één gegevensverbin-
ding. De gebruiker kan echter niet omscha-
kelen tussen type A of type C.
Als er bijvoorbeeld al een apparaat is aange-
sloten op de type A USB-poort en een ander
apparaat wordt aangesloten op de type C
poort, gaat de verbinding op de type A poort
verloren. Of als er een apparaat is aangeslo-
ten op de type C poort en een ander apparaat
wordt aangesloten op de type A poort, hand-
haaft de type C poort de primaire verbinding.USB-verbinding
1 — Type A in gebruik
2 — Type C in gebruik
3 — Type A en type C in gebruik
323
Met een tweede USB-poort in de middencon-
sole kunt u muziek afspelen vanaf iPod/MP3-
spelers of USB-apparaten via het audiosys-
teem van uw auto.Een derde en vierde USB-poort bevinden zich
achter de middenconsole, boven de span-
ningsomvormer. Eén poort is alleen voor op-
laden en kan alleen USB-apparaten opladen.
Met de andere USB-poort kunt u muziek
afspelen vanaf iPod/MP3-spelers of USB-
apparaten via het audiosysteem van uw auto.
Mediahub
1 — AUX-poort
2 — USB-poort type C
3 — USB-poort type A
USB in middenconsoleUSB-poort aan de achterkant van de
middenconsole
1 — Type C en standaard USB-poorten
2 — Type C en standaard USB-poorten
voor alleen opladen
MULTIMEDIA
324
Mobiele telefoon kan niet worden gekoppeld
aan het systeem:
• Verwijder de koppelingsgeschiedenis van
de mobiele telefoon en het Uconnect sys-
teem; meestal vindt u deze in de Bluetooth-
verbindingsinstellingen van de telefoon.
• Controleer of u "Uconnect" selecteert in de
gedetecteerde Bluetooth-apparaten op uw
mobiele telefoon.
• Als uw voertuigsysteem een PIN-code ge-
nereert, is de standaardinstelling 0000.
• Voer een harde reset van de mobiele tele-
foon uit door de batterij te verwijderen
(indien verwijderbaar — zie de gebruikers-
handleiding van uw mobiele telefoon). Dit
dient alleen als laatste redmiddel te worden
gebruikt.
Mobiele telefoonboek is niet gedownload:
• Schakel "Do not ask again" (niet opnieuw
vragen) in en accepteer vervolgens het ver-
zoek voor het downloaden van het telefoon-
boek op uw mobiele telefoon.• Tot 5000 namen van contactpersonen met
vier nummers per contactpersoon kunnen
worden overgebracht naar het telefoonboek
van het Uconnect 4C/4C NAV systeem.
• Tot 2000 namen van contactpersonen met
zes nummers per contactpersoon kunnen
worden overgebracht naar het telefoonboek
van het Uconnect 4 systeem.
Kan geen vergadergesprekken beginnen:
• CDMA (Code-Division Multiple Access)-
providers bieden geen ondersteuning voor
vergadergesprekken. Raadpleeg de gebrui-
kershandleiding van uw mobiele telefoon
voor meer informatie.
Oproepen plaatsen tijdens verbinding met AUX:
• Als u uw mobiele telefoon aansluit op AUX
terwijl u bent verbonden met Bluetooth,
wordt handsfree bellen uitgeschakeld. Bel
niet terwijl uw mobiele telefoon is aange-
sloten op de AUX-aansluiting.SNELLE TIPS VOOR
SPRAAKHERKENNING
UCONNECT
Introductie Uconnect
Begin met het gebruik van Uconnect Voice
Recognition (spraakherkenning) met deze
handige snelle tips. Hier vindt u de belang-
rijkste spraakcommando's en tips die u nodig
hebt om uw Uconnect 3, Uconnect 4 of
Uconnect 4/4C NAV systeem te bedienen.
Radio Uconnect 3 visuele meldingen met
5-inch display
MULTIMEDIA
342