Lijst DAB-stations
Druk op de toets/knop BROWSE
ENTER voor weergave van:
de lijst van alle DAB-stations;
de lijst van de stations gefilterd op
"Genres";
de lijst van de stations gefilterd op
"Ensembles" (broadcastgroep).
Gebruik de toets "ABC" binnen elke lijst
om naar de gewenste letter in de lijst
te springen.
Alfabetische selectie radiostation
De toets A-B-C op het frontpaneel kan
gebruikt worden om alfabetisch naar
het eerste voor die letter beschikbare
DAB-station te springen.Nummer wijzigen (volgende/vorige)
Druk kort op de toets
of draai de
toets/knop BROWSE ENTER rechtsom
om het volgende nummer af te spelen
of druk kort op de toets
of draai
de toets/knop BROWSE ENTER
linksom om terug te keren naar het
begin van het gekozen nummer of naar
het begin van het vorige nummer als
het huidige nummer minder dan 3
seconden is afgespeeld.
Nummers snel vooruit-/
terugspoelen
Houd de knop
ingedrukt om het
gekozen nummer snel vooruit te
spoelen of de knop
om het nummer
snel achteruit te spoelen.
Het snel vooruit-/ terugspoelen wordt
gestopt zodra de toets
/wordt
losgelaten of wanneer het vorige/
volgende nummer is bereikt.
Nummer kiezen (browse)
Gebruik deze functie om door de
nummers op het actieve apparaat te
bladeren en een nummer te selecteren.
De beschikbare keuzes hangen af
van het apparaat dat aangesloten is.Bij een USB/iPod-apparaat kunt u
bijvoorbeeld door de lijst beschikbare
artiesten, genres en albums bladeren
afhankelijk van de informatie die
aanwezig is op de nummers met
behulp van de toets/knop BROWSE
ENTER.
Gebruik binnen elke alfabetisch
geordende lijst de toetsA-B-Cop het
frontpaneel om naar de gewenste letter
in de lijst te springen.
OPMERKING Deze toets kan voor
bepaaldeApple® apparaten uitge-
schakeld zijn.
286
MULTIMEDIA
MEDIA-MODUS
Interactiemodi voor AUX (voor bepaalde
voor bepaalde versies/markten, indien
aanwezig), werking met USB/iPod.
Audiobron selecteren
Druk op de knop MEDIA om de
gewenste audiobron onder de
beschikbare bronnen te selecteren:
AUX (voor bepaalde versies/markten,
indien aanwezig) of USB/iPod.OPMERKING De toets BROWSE
ENTER staat geen enkele handeling op
een AUX-apparaat toe (voor bepaalde
versies/markten, waar voorzien).
Druk op de toets BROWSE ENTER om
deze functie te activeren voor de bron
die afgespeeld wordt.
Draai de toets/knop BROWSE ENTER
om de gewenste categorie te kiezen en
druk vervolgens op deze toets/knop
om de keuze te bevestigen.
Druk op de toets
om de functie te
annuleren.
OPMERKING De indexeringstijd van
een USB-apparaat kan variëren op
basis van het ingebrachte medium (in
sommige gevallen kan dit enkele
minuten duren).
Weergave nummerinformatie
Druk op de toetsINFOom de
informatie die weergegeven wordt
tijdens het afspelen (Artiest, Album,
Genre, Naam, Map, Bestandsnaam) te
selecteren.
Druk op de toets om het scherm te
verlaten.
Willekeurige volgorde
Druk op de toets
om de nummers
op de USB/iPod in willekeurige
volgorde af te spelen.
Het bijbehorende pictogram wordt
weergegeven.
Nogmaals indrukken om de functie uit
te schakelen.
Herhalen
Druk op de toets
om deze functie in
te schakelen. Het bijbehorende
pictogram wordt weergegeven.
Nogmaals indrukken om de functie uit
te schakelen.
USB/iPod BRON
Om de USB/iPod-modus te activeren
moet het betreffende apparaat (USB of
iPod) aangesloten worden op de
USB-poort in het voertuig.
209)
Als een USB/iPod-apparaat bij
ingeschakeld systeem wordt
aangesloten, zal dit de nummers op het
apparaat beginnen af te spelen.
AUX-BRON
Om de AUX-modus te activeren moet
een geschikte kabel worden gebruikt
om een apparaat aan te sluiten op
de AUX-aansluiting.
210)
Als een apparaat wordt aangesloten
met een AUX-stekker, begint het
systeem de aangesloten AUX-bron af te
spelen, als deze reeds op weergave is
ingesteld.
Stel het volume in met de toets/knop
op het voorpaneel of met de
volume-instelknop op het aangesloten
apparaat.
Zie voor wat betreft de functie "Selectie
audiobron", het hoofdstuk "Media".
BELANGRIJKE OPMERKINGEN
De functies van het apparaat dat
aangesloten is op het AUX-stopcontact
worden rechtstreeks geregeld door
het apparaat zelf; het is niet mogelijk
om nummer/map/playlist te veranderen
of start/einde/pauze te bedienen met
de bedieningstoetsen op het
voorpaneel of die op het stuurwiel.Laat de kabel van uw draagbare speler
niet in de AUX-aansluiting zitten om
mogelijk geruis van de luidsprekers te
voorkomen.
TELEFOONMODUS
Activering telefoonmodus
Druk op de knop PHONE op het
voorpaneel om de Telefoonmodus in te
schakelen.
De beschikbare commando's kunnen
gebruikt worden voor:
het draaien van het gewenste
telefoonnummer;
de contacten in het telefoonboek
van de mobiele telefoon weergeven en
bellen;
de contacten uit de registers van
vorige gesprekken weergeven en
bellen;
een maximum van 8 telefoons
koppelen om de toegang en de
verbinding eenvoudiger en sneller te
maken;
gesprekken van het systeem naar
de mobiele telefoon en andersom
overzetten en het geluid van de
microfoon uitschakelen bij
privégesprekken.
287
(Enkel voor AUX-systeem)
OVERZICHTSTABEL BEDIENINGSELEMENTEN OP HET STUURWIEL
Knop Bediening (drukken/draaien)
Inkomend gesprek aannemen
Een tweede inkomend gesprek aannemen en het lopende gesprek in de wacht zetten
Spraakherkenning inschakelen voor de Telefoonfunctie
Spraakbericht onderbreken om nieuwe spraakopdracht te kunnen geven
Spraakherkenning onderbreken
Inkomend gesprek weigeren
Lopend telefoongesprek beëindigen
Microfoon tijdens een telefoongesprek uitschakelen/inschakelen
inschakelen/uitschakelen van de Pauzefunctie voor CD, USB/iPod,Bluetooth®-bronnen
inschakelen/uitschakelen van de Mute-functie van de radio
+/-Linker wieltje naar boven of beneden draaien: regelen van het geluidsvolume; handsfree; SMS-lezer;
spraakberichten en muziekbronnen
Kort indrukken: volume verhogen/verlagen in afzonderlijke stappen
Ingedrukt houden: volume continu verhogen/verlagen tot de toets wordt losgelaten
Spraakherkenning inschakelen
Spraakbericht onderbreken om nieuwe spraakopdracht te kunnen geven
Spraakherkenning onderbreken
Rechter wieltje naar boven of beneden draaien:
Kort indrukken: (Radiomodus): selectie van volgende/vorige radiostation
Lang indrukken (Radiomodus): scannen van hogere/lagere frequenties tot de knop wordt losgelaten
Kort indrukken (CD, USB/iPod,Bluetooth® modus): selectie van vorige/volgende nummer
Ingedrukt houden (CD, USB/iPod,Bluetooth®-modus): snel vooruit-/terugspoelen tot de knop wordt
losgelaten
294
MULTIMEDIA
WERKING
SYSTEEM IN-/
UITSCHAKELEN
Het systeem wordt in-/uitgeschakeld
door het indrukken van de toets/knop.
Draai de toets/knop respectievelijk
rechtsom/linksom om het radiovolume
te verhogen/verlagen.
Radio (tuner) modus
Nadat het gewenste radiostation is
gekozen, wordt de volgende informatie
op het display weergegeven:
Bovenaan: de lijst van opgeslagen
(voorkeuze) radiostations wordt
weergegeven; het station dat
momenteel beluisterd wordt, is
gemarkeerd.
In het midden: weergave van de naam
van het huidige radiostation en de
toetsen om het vorige of het volgende
radiostation te selecteren. Onderaan:
weergave van de volgende toetsen:
In het midden: weergave van de naam
van het huidige radiostation en de
toetsen om het vorige of het volgende
radiostation te selecteren. Onderaan:
weergave van de volgende toetsen:
“Bladeren”: lijst van beschikbare
radiostations;
"AM/FM", "AM/DAB", "FM/DAB":
selectie van de gewenste golfband
(herconfigureerbare toets al naar gelang
de geselecteerde golfband: AM,FM of
DAB);
"Afstem.": handmatige afstemming
op het radiostation (niet beschikbaar
voor DAB-radio's);
"Info": aanvullende informatie over
de beluisterde bron;
"Audio": toegang tot het scherm
"Audio-instellingen".
Audiomenu
Druk op de knop
op het frontpaneel
om het menu "Audio" te openen,
blader door het menu, maak uw keuze
en druk vervolgens op de optie "Audio"
op het display.
Via het menu "Audio" kunnen de
volgende regelingen worden gemaakt:
"Equalizer" (voor bepaalde
versies/markten)
"Balans / Fade" (om de audiobalans
rechts/links en voor/achter te regelen);
"Volume/Snelheid" (uitgezonderd
versies met hifi-systeem) automatische
snelheidsafhankelijke volumeregeling;
"Loudness" (voor bepaalde
versies/markten, waar aanwezig);
"Auto-On Radio";
"Vertrag. uitsch. radio"Druk op de toets
/Gereed om het
menu "Audio" af te sluiten.
MEDIA-MODUS
Nummer kiezen (browse)
Gebruik deze functie om door de
nummers op het actieve apparaat te
bladeren en een nummer te selecteren.
De keuzeopties hangen af van het
aangesloten apparaat of het
ingebrachte CD-type.
Op een audio-CD kunt u bijvoorbeeld
het nummer selecteren dat u wilt
afspelen, terwijl u afhankelijk van de
aanwezige informatie op de nummers
op een CD-ROM, een USB/iPod-
apparaat of eenBluetooth®-apparaat
ook door de lijst met artiesten, genres
en albums kunt bladeren.
OPMERKING: EnkeleBluetooth®-
apparaten bieden geen mogelijkheid
om door alle nummers van alle catego-
rieën te bladeren.
Gebruik de toets "ABC" binnen elke lijst
om naar de gewenste letter in de lijst
te springen.
OPMERKING Deze toets kan voor
bepaaldeApple® apparaten uitge-
schakeld zijn.
295
Druk op de toets "Bron" om de
gewenste audiobron onder de
beschikbare bronnen te selecteren: CD,
AUX (voor bepaalde versies/markten,
indien aanwezig)), USB/iPod ofBlu-
etooth®.
Druk op de knop "Browse" om deze
functie te activeren voor de bron die
afgespeeld wordt.
Draai aan de toets/knop BROWSE
ENTER om de gewenste optie te kiezen
en druk vervolgens op deze toets/knop
om de keuze te bevestigen.
Druk op de knop "X" om de functie te
annuleren.
CD-SPELER
Om de CD-modus in te schakelen een
audio of MP3 CD in de specifieke
sleuf steken of drukken op de
MEDIA-knop op het voorpaneel.
Als de CD al geplaatst is, op de toets
"Source" drukken en vervolgens "CD"
selecteren.
Een CD laden/uitwerpen
Steek de CD voorzichtig in de sleuf,
zodat het automatische laadsysteem
ingeschakeld wordt dat de CD correct
zal plaatsen. (Op het display verschijnt
het symbool "CD").
Als er een CD wordt ingebracht
wanneer het systeem is ingeschakeld,
wordt de CD-functie automatisch
geselecteerd en begint het systeem de
muziekstukken af te spelen.Het display toont het nummer van de
track en de tijd (minuten en seconden).
Druk op de knop
(EJECT) op het
voorpaneel, met het systeem aan, om
de CD uit te werpen.
Na de uitwerping, wordt de
radioaudiobron automatisch
geselecteerd.
Als de CD niet uit de sleuf wordt
verwijderd, zal het systeem na
ongeveer 10 seconden de CD weer
opnemen zonder deze af te spelen.
Bluetooth® BRON
Deze functie wordt geactiveerd door
eenBluetooth® apparaat met muziek-
stukken aan het systeem te koppelen.
EEN Bluetooth®-AUDIOAPPARAAT
KOPPELEN
Ga als volgt te werk om eenBlu-
etooth® audioapparaat te koppelen:
schakel de functieBluetooth®in
op het apparaat;
druk op de knop MEDIA op het
voorpaneel;
als de "Media" bron actief is, druk
dan op de knop "Bron";
selecteer deBluetooth® Media-
bron;
druk op de knop "Toestel toev.";
zoekUconnect™op hetBlu-
etooth® audioapparaat (tijdens de
koppelingsfase verschijnt op het
scherm de voortgang van het proces);
voer, als het audioapparaat hierom
vraagt, de PIN-code in die wordt
getoond op het display van het
systeem of bevestig de op het apparaat
getoonde PIN;
als de koppelingsprocedure met
succes is afgesloten, wordt een scherm
getoond. Als "Ja" op de vraag wordt
geselecteerd, wordt hetBluetooth®
audioapparaat als favoriet gekoppeld
(het apparaat heeft voorrang op alle
andere apparaten die later worden
gekoppeld). Als "Nee" wordt geselect-
eerd, wordt de prioriteit op basis van de
volgorde van verbinding bepaald. Het
laatst verbonden apparaat heeft de
hoogste prioriteit;
een audioapparaat kan ook
gekoppeld worden door te drukken op
de toets
op het frontpaneel en
"Telefoon/Bluetooth®” te selecteren.
BELANGRIJK Raadpleeg het
instructieboekje van de mobiele
telefoon als deBluetooth® verbinding
tussen mobiele telefoon en systeem
wordt verbroken.
296
MULTIMEDIA
OPMERKING De toets "Browse" staat
geen enkele handeling op een AUX
apparaat toe (voor bepaalde
versies/markten).
USB/iPod BRON
Om de USB/iPod-modus in te
schakelen moet het betreffende
apparaat (USB of iPod) aangesloten
worden op de USB-poort in het
voertuig.
Als een USB/iPod apparaat bij
ingeschakeld systeem wordt
ingebracht, zullen de nummers die op
het apparaat aanwezig zijn afgespeeld
worden.
AUX-BRON
Om de AUX-modus te activeren moet
een geschikt apparaat op de
AUX-aansluiting van de auto worden
aangesloten.
Als een apparaat wordt ingebracht met
een AUX-stekker, dan begint het
systeem de aangesloten AUX-bron af te
spelen als deze reeds op weergave is
ingesteld.
Stel het volume in met de toets/knop
op het voorpaneel of met de
volume-instelknop op het aangesloten
apparaat.
Zie voor wat betreft de functie "Selectie
audiobron", het hoofdstuk "Media".BELANGRIJK De functies van het
apparaat dat aangesloten is op de
AUX-aansluiting worden rechtstreeks
geregeld door het apparaat zelf; het
is niet mogelijk om nummer/map/
playlist te veranderen of start/
einde/pauze te bedienen met de
bedieningstoetsen op het frontpaneel of
die op het stuurwiel.
TELEFOONMODUS
ACTIVERING TELEFOONMODUS
Druk op de knop PHONE op het
voorpaneel om de Telefoonmodus in te
schakelen.
Met de knoppen op het display kan
men:
het telefoonnummer kiezen (met
behulp van het grafische toetsenbord
op het display);
de contacten in het telefoonboek
van de mobiele telefoon weergeven en
bellen;
de contacten uit de registers van
vorige gesprekken weergeven en
bellen;
een maximum van 10 telefoons/
audioapparaten koppelen om de
toegang en de verbinding eenvoudiger
en sneller te maken;
gesprekken van het systeem naar
de mobiele telefoon en andersom
overzetten en het geluid van de
microfoon uitschakelen bij
privégesprekken.
Het geluid van de mobiele telefoon
wordt over het audiosysteem van het
voertuig uitgezonden: het systeem
schakelt automatisch het geluid van de
autoradio uit wanneer de
Telefoonfunctie wordt gebruikt.
MOBIELE TELEFOON KOPPELEN
BELANGRIJK Voer deze handeling
alleen uit bij stilstaand voertuig en onder
veilige omstandigheden; deze functie
is uitgeschakeld wanneer het voertuig
rijdt.
Hieronder wordt de
koppelingsprocedure van de mobiele
telefoon beschreven: raadpleeg in
elk geval ook de handleiding van de
mobiele telefoon.
Ga als volgt te werk voor het koppelen
van de mobiele telefoon:
schakel de functieBluetooth®in
op de mobiele telefoon;
druk op de knop PHONE op het
voorpaneel;
als er nog geen telefoon aan het
systeem gekoppeld is, toont het display
een speciaal scherm;
297
(Enkel voor AUX-systeem)
selecteer "Ja" om de
koppelingsprocedure te starten en zoek
vervolgens hetUconnect™apparaat
op de mobiele telefoon (als "Nee" wordt
geselecteerd, wordt het hoofdscherm
van de Telefoon getoond);
voer, als de mobiele telefoon hierom
vraagt, de PIN-code getoond op het
display van het systeem in op het
toetsenbord van uw telefoon of
bevestig de op de mobiele telefoon
getoonde PIN;
vanuit het scherm "Telefoon" kan de
mobiele telefoon altijd gekoppeld
worden door op de knop "Instelling." te
drukken: druk op de knop “Toestel
toev." en ga verder zoals hierboven
beschreven;
tijdens de koppelingsfase verschijnt
een scherm dat de voortgang van
het proces toont;
als de koppelingsprocedure met
succes is voltooid, wordt een scherm
getoond: als "Ja" op de vraag wordt
geselecteerd, wordt de mobiele
telefoon als favoriet gekoppeld (de
mobiele telefoon heeft voorrang op alle
andere mobiele telefoons die later
worden gekoppeld). Als geen andere
apparaten worden gekoppeld, zal
het systeem het eerst gekoppelde
apparaat als favoriet beschouwen.OPMERKING Voor de mobiele
telefoons die niet als favoriet zijn
ingesteld, wordt de prioriteit op basis
van de volgorde van verbinding
bepaald. De laatst verbonden telefoon
heeft de hoogste prioriteit.
OPMERKING Bij sommige mobiele
telefoons moet, om de leesfunctie van
gesproken SMS-berichten ter
beschikking te krijgen, de optie
SMS-melding op de telefoon
ingeschakeld worden; deze optie is
meestal beschikbaar op de telefoon, in
hetBluetooth® verbindingsmenu voor
een apparaat dat geregistreerd is als
Uconnect™. Na inschakeling van deze
functie op uw telefoon, moet u de tele-
foon loskoppelen en weer aankoppelen
met behulp van hetUconnect™sys-
teem om de inschakeling effectief te
maken.
Een nummer bellen
De hieronder beschreven procedures
zijn alleen toegankelijk indien ze door
de gebruikte mobiele telefoon worden
ondersteund.
Raadpleeg de handleiding van de
mobiele telefoon om alle beschikbare
functies te kennen.Een nummer kan op de volgende
manieren gebeld worden:
selectie van het pictogram
(telefoonboek van mobiele
telefoon);
selectie van "Recente oproep.";
selectie van het pictogram;
drukken op de toets "Opnieuw
bellen".
SMS-lezer
Het systeem kan de SMS-berichten die
de mobiele telefoon ontvangt voorlezen.
Om deze functie te gebruiken, moet
de mobiele telefoon de uitwisseling van
SMS viaBluetooth® ondersteunen.
Als de bewerking niet wordt
ondersteund door de telefoon, wordt
de bijbehorende grafische toets
uitgeschakeld (wordt grijs).
Bij ontvangst van een tekstbericht,
toont het display een scherm waarop
de opties "Luisteren", "Bellen" of
"Negeer" gekozen kunnen worden.
U kunt toegang krijgen tot het overzicht
SMS-berichten die door de telefoon
zijn ontvangen door op de grafische
toets
te drukken (in het overzicht
worden maximaal 60 ontvangen
berichten weergegeven).
298
MULTIMEDIA
Het overeenkomende adres en plaats
worden weergegeven in de
Adressenlijst en de POI, het type van
POI's en de locaties worden
weergegeven in de Point of Interest-lijst.
Om een route te plannen naar de
bestemming, de "Gids" knop
selecteren.
Er wordt een route gepland en u wordt
dan naar uw bestemming geleid aan
de hand van gesproken instructies
en aanwijzingen op het scherm.
STEMBESTURING
OpmerkingenVoor talen die niet door
het systeem worden ondersteund,
zijn geen spraakopdrachten
beschikbaar.
Druk voor het gebruik van de
spraakopdrachten op de knop
("Stem") of("Telefoon") op het
stuurwiel en spreek de opdracht die u
wilt activeren hardop uit.
Algemeen
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Help
Annuleren
Herhalen
SpraakbegeleidingTelefoon
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Bel
Kies
Opnieuw kiezen
Bel terug
Recente gesprekken
Gemaakte oproepen
Gemiste oproepen
Ontvangen oproepen
Telefoonboek
Zoek
SMS tonen
Stuur een SMS
Toon tekstberichten
Radio
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Afstemmen op FM "frequentie"
Afstemmen op AM "frequentie"
Afstemmen op "naam radio" FM
Afstemmen op "naam radio"Media
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Speel muziekstuk…
Speel album…
Speel artiest...
Speel genre...
Speel afspeellijst...
Speel podcast...
Speel luisterboek...
Speel track ...
Selecteer de bron...
Bekijk...
Navigatie (alleen voor Uconnect™
5" Nav)
De volgende spraakopdrachten kunnen
gegeven worden na het indrukken van
de toets
op het stuurwiel:
Rij naar huis
2D-weergave
3D-weergave
Annuleer de route
Voeg favoriet toe
Herhaal instructie
300
MULTIMEDIA