Page 84 of 236

BELANGRIJK Vertrouw niet volledig op
Hill Launch Assist. Hill Launch Assist is
een aanvullende functie bij het
optrekken op een helling. Het systeem
werkt slechts ongeveer twee seconden.
Het is dan ook gevaarlijk op het
systeem te vertrouwen tijdens het
optrekken aangezien het voertuig
onverwacht kan bewegen (rollen)
waardoor een ongeluk kan worden
veroorzaakt. Het voertuig kan gaan
rollen naar gelang de belasting van het
voertuig of als er iets wordt gesleept.
Bovendien kunnen voertuigen met een
handmatige versnellingsbak gaan rollen
door de manier waarop het
koppelingspedaal of gaspedaal wordt
bediend. Controleer altijd op veiligheid
rond het voertuig alvorens weg te rijden
met het voertuig.
BELANGRIJK
76)De aanwezigheid van het TPMS
ontslaat de bestuurder niet van de
verplichting om de bandenspanning
regelmatig te controleren, met inbegrip van
het reservewiel, en correct onderhoud uit
te voeren: het systeem is niet bedoeld om
een mogelijk defect aan een band aan te
geven. Controleer de bandenspanning bij
koude banden. Als de bandenspanning om
welke reden dan ook bij warme banden
moet worden gecontroleerd, dan mag de
spanning niet worden verlaagd, ook
wanneer de gemeten waarde hoger is dan
de voorgeschreven waarde. Herhaal de
controle wanneer de banden koud zijn.
77)Het verwisselen van normale banden
door winterbanden en vice versa vereist
een inspectie van het TPMS die door een
dealer van het Fiat Servicenetwerk moet
worden uitgevoerd.
78)Schommelende buitentemperaturen
kunnen de bandenspanning beïnvloeden.
Het TPMS-systeem kan tijdelijk
onvoldoende spanning aangeven.
Controleer in dit geval de bandenspanning
als de banden koud zijn en verhoog de
spanning zo nodig.
BESCHERMINGS
SYSTEMEN
INZITTENDEN
De belangrijkste veiligheidsuitrusting
van het voertuig omvat de volgende
beschermingssystemen:
veiligheidsgordels;
SBA-systeem (gordelwaarschuwing);
hoofdsteunen;
kinderzitjes;
frontaribags en zijairbags.
Lees de informatie vermeld op de
volgende pagina's uiterst aandachtig
door.
Het is van fundamenteel belang dat de
beschermingssystemen op de juiste
manier gebruikt worden om het
maximaal mogelijke veiligheidsniveau
voor de bestuurder en de passagiers te
garanderen.
82
VEILIGHEID
Page 190 of 236

BAND- EN
WIELSPECIFICATIES
VELGEN EN BANDEN
219)
55)
OPMERKING De banden passen
uitstekend bij het chassis van uw
voertuig. FCA beveelt u aan om de
banden te vervangen door banden van
het originele type dat op uw voertuig
gemonteerd was wanneer u de banden
vervangt. Neem voor meer informatie
contact op met het Fiat Servicenetwerk.
Controleer de bandenmaat en de
bandenspanning op het
bandenspanninglabel (zie de paragraaf
"Bandenspanning" in het hoofdstuk
"Onderhoud en zorg"). Nadat de
banden op spanning zijn gebracht,
moet het TPMS geïnitialiseerd worden,
zodat het systeem normaal kan werken
(zie "Initialisatie
bandenspanningsbewakingssysteem"
in het hoofdstuk "Veiligheid").
BELANGRIJK Als de gegevens in het
instructieboek afwijken van die van het
kentekenbewijs, dient men zich altijd
aan de gegevens van het
kentekenbewijs te houden. Voor derijveiligheid moeten alle wielen zijn
voorzien van banden van hetzelfde
merk en type.
BELANGRIJK Monteer geen
binnenbanden in tubeless banden.
BELANGRIJK
219)Als winterbanden met een lagere
snelheidscategorie dan die op het
kentekenbewijs is aangegeven worden
gebruikt, overschrijd dan niet de
maximumsnelheid die overeenkomt met de
snelheidscategorie van de gebruikte
banden.
BELANGRIJK
55)Beperk uw snelheid wanneer er
sneeuwkettingen gemonteerd zijn;
overschrijd de 50 km/u niet. Vermijd kuilen,
trottoirbanden en stoepen en rijd geen
lange stukken op sneeuwvrije wegen om
het voertuig en het wegdek niet te
beschadigen.
188
TECHNISCHE GEGEVENS
Page 232 of 236

Kinderzitje voor verschillende
stoelstanden...............92
Kinderzitjes installeren..........96
Klimaatregeling...............34
Koplamp- en
ruitensproeiervloeistof (peil
controleren)..............175
Koplampen.................26
Koplampsproeiers.............33
Krachtbegrenzer (spansysteem)....87
Lak (beschermen)............181
Lampjes en berichten...........56
Mistachterlichten.............28
Mistvoorlichten...............28
Motor....................187
Motorkap..................45
Motorkoelvloeistof (peil
controleren)..............174
Motorolie (niveau controleren).....174
Motorruimte................173
Multimedia.................200
Navigatie.................214
Niveaus controleren...........173
Noodprocedure klepje openen. . . .129
Noodstop signaleringssysteem. . . .137
Opbergplaats gereedschap.....154
Parkeerrem................117
Parkeersensorsysteem.........127
Parkeren..................116
Passagiersairbag.............102Passagiersdetectiesysteem......107
Periodieke controles
(geprogrammeerd
onderhoudsschema).........167
Portieren...................17
Posities versnellingspook.......119
Prestaties.................196
Radio 3”.................202
Radio 7”..................208
Rem- / koppelingvloeistof (peil
controleren)..............175
Richtingaanwijzers............29
Richtlijnen voor de behandeling
van het voertuig aan het einde
van de levensduur..........199
Rijbaanwisselsignalen..........29
Ruitensproeier...............33
Ruitenwissers................32
Ruitenwissers/sproeier voorruit.....32
SBA-systeem
(Gordelwaarschuwing)........86
Schakelindicator..............55
Slepen bij pech..............163
Slepen van het voertuig........162
Sleutels....................9
Sneeuwkettingen............179
Snelheidsbegrenzer...........126
Spiegels...................24
Standaard velgen en banden.....189Starten met een hulpaccu
(procedure)...............160
Starten met hulpaccu..........159
Startonderbrekingssysteem.......15
Stoelen....................20
Stoelen (handmatig verstelbaar)....20
Stoelen en stoffen bekleding
(reiniging)................183
Stopcontact................41
Stuurwiel...................23
Symbolen...................3
Tanken..................129
Tankprocedure..............129
TCS (Traction Control System,
tractieregelingssysteem).......73
Tips, bediening en algemene
informatie................201
TPMS (Tyre Pressure Monitoring
System, bewakingssysteem
bandenspanning)............77
Type kinderzitjes..............90
Uitschakeling
versnellingsvergrendeling
(automatische versnellingsbak). .120
Veiligheidsgordels............83
Veiligheidsgordels
(vastmaken/losmaken)........84
Velgen en banden............188
Vergrendelknop elektrische ruit.....41
Versnellingsvergrendeling
(automatische versnellingsbak) . .120
ALFABETISCH REGISTER