32
Het AdBlue®-reser voir is leeg: het starten van
de motor wordt geblokkeerd door het wettelijk
verplichte startblokkeringssysteem.
Om de motor weer te kunnen starten moet
het reser voir met minimaal 4
liter AdBlue
®
worden gevuld.
Als een storing in het SCR-
emissieregelsysteem wordt
gedetecteerd
Er wordt automatisch een
startblokkeringssysteem geactiveerd als
meer dan 1.100
km is gereden nadat de
storing in het SCR-emissieregelsysteem
is bevestigd. Laat het systeem controleren
door het CITROËN-netwerk of door een
gekwalificeerde werkplaats.
Als een storing wordt gedetecteerd In het geval van een tijdelijke
storing verdwijnt de waarschuwing
tijdens de volgende rit na controle
van de zelfdiagnose van het SCR-
emissieregelsysteem.
Deze lampjes gaan branden in combinatie met
een geluidssignaal en de melding "Storing
emissieregeling". De waarschuwing wordt tijdens het rijden
gegeven zodra de storing voor de eerste keer
wordt gedetecteerd en ver volgens steeds bij
het aanzetten van het contact zolang de storing
niet is verholpen.
Tijdens de toegestane rijfase
(tussen 1.100
en 0 km)
Tijdens het rijden wordt de melding elke 30 seconden
w eergegeven zolang de storing in de SCR-
emissieregeling niet is verholpen.
De waarschuwing wordt opnieuw weergegeven
zodra het contact wordt aangezet.
Neem zo snel mogelijk contact op met het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Als u dit niet doet, kan de motor niet meer worden
gestart.
Als een storing in het SCR-systeem is
bevestigd (nadat 50
km is gereden ter wijl
de melding van de storing permanent wordt
weergegeven), gaan deze lampjes branden
en knippert het lampje AdBlue in combinatie
met een geluidssignaal en de weergave van
een melding (bijv. "Storing emissieregeling:
Starten geblokkeerd over 300
km") die
aangeeft hoeveel kilometer of mijl u nog kunt
rijden voordat het starten van de motor wordt
geblokkeerd. Starten geblokkeerd
U hebt de limiet van de toegestane rijfase
overschreden: het startblokkeringssysteem
voorkomt dat de motor kan worden gestart. Om de
motor weer te kunnen starten, is het noodzakelijk
dat u contact opneemt met het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Elke keer dat het contact wordt aangezet, gaan
deze lampjes branden en knippert het lampje
AdBlue in combinatie met een geluidssignaal
en de melding "Storing emissieregeling:
Starten geblokkeerd".
Instrumentenpaneel
189
Schakelindicator
Dit systeem geeft aan welke versnelling moet
worden ingeschakeld om het brandstofverbruik te
verminderen.
Afhankelijk van de rijomstandigheden en de
uitrusting van uw auto kan het systeem u adviseren
één of meer versnellingen op te schakelen.
U kunt deze aanwijzing opvolgen zonder de
tussenliggende versnellingen in te hoeven
schakelen.
Bij bepaalde BlueHDi-dieseluitvoeringen
met handgeschakelde versnellingsbak
kan het systeem u onder bepaalde
rijomstandigheden verzoeken om de
versnellingsbak in de neutraalstand te
zetten (weergave van de letter N op het
instrumentenpaneel), om het tijdelijk
afzetten van de motor mogelijk te maken
(STOP-fase van het Stop & Start-systeem).
Het is niet verplicht om de aanbevolen
versnellingen ook daadwerkelijk in te
schakelen.
De keuze van de optimale versnelling
hangt namelijk altijd af van de situatie
op de weg, de verkeersdrukte en de
veiligheid.
De bestuurder moet derhalve altijd
waakzaam blijven. Voorbeeld:
-
U r
ijdt in de derde versnelling.
-
U t
rapt het gaspedaal in.
De informatie wordt in de vorm van een pijl op het
instrumentenpaneel weergegeven.
Bij auto's met handgeschakelde versnellingsbak
kan naast de pijl ook de geadviseerde versnelling
worden weergegeven. Het systeem past het schakeladvies
aan de rijomstandigheden (helling,
belading van de auto enz.) en de rijstijl
van de bestuurder (veel vermogen nodig,
accelereren, remmen enz.) aan.
Het systeem zal u nooit adviseren om:
-
d
e eerste versnelling in te schakelen,
-
d
e achteruitversnelling in te schakelen.
Deze functie kan niet worden
uitgeschakeld.
-
H
et systeem kan u adviseren een hogere
versnelling in te schakelen.
6
Rijden
241
Trekken van een aanhanger
Wij raden u aan gebruik te maken van
een geteste en goedgekeurde CITROËN
trekhaak en bedrading en deze door een
CITROËN-dealer of een gekwalificeerde
werkplaats te laten monteren.
Als de trekhaak wordt gemonteerd door
een bedrijf dat niet tot het CITROËN-
netwerk behoort, moet de montage altijd
volgens de voorschriften van de fabrikant
worden uitgevoerd.Het rijden met een aanhanger heeft veel
invloed op het rijgedrag van de auto en
vergt daarom extra aandacht van de
bestuurder.
Neem de maximaal toegestane
trekgewichten in acht die staan vermeld
op het kentekenbewijs of in de technische
gegevens van uw auto.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer rijadviezen
voor het trekken van
een aanhanger.
Eco-mode
De eco-modus bepaalt de maximale
gebruiksduur van een aantal functies om te
voorkomen dat de accu ontladen raakt.
Nadat de motor is afgezet, kunt u een
aantal elektrische functies zoals het audio-
en telematicasysteem, de ruitenwissers,
dimlichten, interieurverlichting, enz.
gecombineerd maximaal veertig minuten
gebruiken.
Inschakelen van de modus
Een melding op het display van het
instrumentenpaneel geeft aan dat de eco-mode
is ingeschakeld en de actieve functies worden
in de ruststand gezet.
Als u op het moment dat de eco-mode wordt
ingeschakeld aan het telefoneren bent, kan het
gesprek nog gedurende ongeveer 10
minuten
worden voortgezet via het Bluetooth-systeem
van het audiosysteem in uw auto.
Uw auto is hoofdzakelijk bedoeld voor het
ver voer van personen en bagage, maar is
tevens geschikt voor het trekken van een
aanhanger.
7
Praktische informatie
250
Slijtage remschijven
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats voor
informatie over het controleren van
de slijtage van de remschijven.
Gebruik uitsluitend door CITROËN
aanbevolen producten of gelijkwaardige
kwaliteitsproducten.
Om de werking van belangrijke organen
als het remsysteem te optimaliseren,
selecteert en biedt CITROËN specifieke
producten aan.
Na het wassen kan er zich een laagje
vocht of onder winterse omstandigheden
ijs vormen op de remschijven en
remblokken: de remwerking kan daardoor
afnemen. Rem een paar keer lichtjes om
de remmen vocht- en ijsvrij te maken.
AdBlue® (BlueHDi-
motoren)SCR-systeem
Met behulp van een vloeistof die AdBlue® wordt
genoemd en ureum bevat, kan een katalysator
tot 85% stikstofoxide (NOx) omzetten in stikstof
en water (deze zijn niet schadelijk voor de
gezondheid en het milieu).
De AdBlue
® bevindt zich in
een specifiek reser voir van
ongeveer 22
liter.
Hiermee is een actieradius van ongeveer
10.000 -15.000
km mogelijk. Wanneer u met
de resterende hoeveelheid nog maximaal
ongeveer 2.400
km kunt rijden tot het reser voir
helemaal leeg is, wordt automatisch een
waarschuwingssysteem geactiveerd.
De resterende 2.400
km worden er nog diverse
waarschuwingen gegeven voordat het reservoir
leeg is.
Als u ver wacht tussen twee periodieke
onderhoudscontroles meer dan 20.000
km
te rijden, moet tussentijds AdBlue
® worden
bijgevuld.
Om het milieu zo min mogelijk te belasten en
om aan de nieuwe Euro 6 -norm te voldoen,
heeft CITROËN er voor gekozen zijn auto's
met dieselmotor te voorzien van een systeem
waarbij het roetfilter (FAP) wordt gecombineerd
met een SCR-systeem (Selective Catalytic
Reduction) voor de behandeling van de
uitlaatgassen zonder dat de prestaties
veranderen of het brandstofverbruik toeneemt.
Praktische informatie
251
Als het AdBlue®-reser voir leeg is, zorgt
een wettelijk verplicht systeem er voor
dat de motor niet opnieuw kan worden
gestart.
Als het SCR-systeem niet goed werkt,
stoot uw auto te veel schadelijke stoffen
uit, waardoor hij niet meer aan de
Euro 6-emissienorm voldoet.
Neem bij een storing in het SCR-systeem
zo snel mogelijk contact op met het
CITROËN-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats: na 1.100
km wordt een
systeem geactiveerd dat het opnieuw
starten van de motor blokkeert.
In beide gevallen geeft een
actieradiusindicator aan hoever u nog kunt
rijden voordat de motor niet meer gestart
kan worden.
Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor meer
informatie over de lampjes en de bijbehorende
waarschuwingsmeldingen.
Belangrijk
Als het AdBlue®-reser voir van uw auto
helemaal leeg is (dit wordt aangegeven
door de waarschuwingsmeldingen en
u kunt in dat geval de motor niet meer
starten) moet u het reser voir vullen met
minimaal 3,8
liter vloeistof (twee flacons
van 1,89
liter).
Bijvullen van AdBlue®
Vanwege de inhoud van het reser voir kan het
noodzakelijk zijn om het reser voir tussentijds
bij te vullen, zeker als u hier door een
waarschuwing (lampjes en melding) op wordt
geattendeerd.
Dit kunt u laten uitvoeren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
Als u zelf het reser voir wilt bijvullen, lees dan
eerst aandachtig de volgende waarschuwingen. Bevriezing van AdBlue
®
AdBlue® bevriest bij temperaturen lager
dan ongeveer -11 °C.
Het SCR-systeem is voorzien van een
voorverwarmingssysteem voor het
AdBlue
®-reser voir waardoor u onder alle
weersomstandigheden kunt blijven rijden.
Gebruiksvoorschriften
AdBlue® is een oplossing op ureumbasis.
Deze vloeistof is onontvlambaar, kleurloos en
geurloos (indien koel bewaard).
Als de vloeistof in contact komt met de huid,
moet u de huid wassen met kraanwater en met
zeep. Als de vloeistof in de ogen komt, spoel de
ogen dan onmiddellijk en grondig gedurende
ten minste 15
minuten met kraanwater of met
een oogspoelmiddel. Raadpleeg een arts bij
een branderig gevoel of blijvende irritatie. Bewaar AdBlue
® buiten het bereik van
kinderen, in de originele flacon of jerrycan.
Als de AdBlue
® niet in de originele flacon
wordt bewaard, verliest het zijn zuiverheid.
Gebruik uitsluitend AdBlue
® die aan de norm
ISO 22241
voldoet.
Verdun de AdBlue
® nooit met water.
Giet nooit AdBlue® in de brandstoftank.
Als de vloeistof wordt ingeslikt, spoel de mond
dan met schoon water en drink ver volgens een
ruime hoeveelheid water.
Onder bepaalde omstandigheden (bijvoorbeeld
bij een hoge omgevingstemperatuur) kan het
risico van het vrijkomen van ammoniakdampen
niet worden uitgesloten: adem deze niet in.
Deze ammoniakdampen werken irriterend op
de slijmvliezen (ogen, neus en keel).
7
Praktische informatie
252
Vul nooit AdBlue® bij vanuit een
vulsysteem dat is bedoeld voor
vrachtwagens.
Voorschriften voor opslag
AdBlue® bevriest bij temperaturen rond -11 °C
e
n verliest zijn kwaliteit bij temperaturen vanaf
25
°C. Het is raadzaam de flacons en jerrycans
koel en buiten direct zonlicht te bewaren.
Onder deze omstandigheden is de vloeistof ten
minste één jaar houdbaar.
Als de vloeistof bevroren is geweest, kan
deze weer worden gebruikt nadat deze bij
kamertemperatuur volledig is ontdooid. Bewaar de flacons of jerrycans AdBlue
®
niet in uw auto.
Controleer 's winters of de
omgevingstemperatuur van de auto hoger
is dan -11
°C. Als het kouder is, bevriest
het AdBlue
® waardoor u het niet in het
reser voir kunt gieten. Laat uw auto enkele
uren op een warmere plaats staan en vul
vervolgens het reservoir bij.
Procedure voor bijvullen
De verpakking in flacons of jerrycans met
een antidruppelsysteem vergemakkelijkt het
bijvullen. Dit product is via het CITROËN-
dealernetwerk of een gekwalificeerde
werkplaats verkrijgbaar.
Controleer 's winters alvorens bij te vullen of
de omgevingstemperatuur van de auto hoger
is dan -11
°C. Als het kouder is, bevriest het
AdBlue
® waardoor u het niet in het reser voir
kunt gieten.
Laat uw auto enkele uren op een warmere
plaats staan en vul ver volgens het reser voir bij.
F
C
ontroleer voordat u gaat bijvullen of
de auto op een vlakke en horizontale
ondergrond staat.
F
Z
et het contact af en ver wijder de sleutel uit
het contactslot om de motor af te zetten.
of
F
D
ruk bij uitvoeringen met Keyless entry and
start-systeem op de " START/STOP"-knop
om de motor af te zetten. F
O
pen voor toegang tot het AdBlue
®-
reservoir het linker voorportier.
F
T
rek van onderen aan de zwarte dop.
F
D
raai de blauwe dop een 6
e omwenteling
linksom.
F
V
erwijder de dop.
Praktische informatie
253
Belangrijk: als het AdBlue®-
reser voir van uw auto helemaal leeg
is (dit wordt aangegeven door de
waarschuwingsmeldingen en u kunt in dat
geval de motor niet meer starten), moet u
het reser voir vullen met minimaal 4
liter en
maximaal 10
liter vloeistof.
F
V
eeg nadat u de flacon leeg hebt gegoten
met behulp van een vochtige doek
eventuele vloeistofsporen van de rand van
de vulopening van het reservoir. Spoel gemorste vloeistof onmiddellijk weg
met koud water of veeg het weg met een
vochtige doek.
Als de vloeistof is gekristalliseerd,
ver wijder het dan met een spons en warm
water.
F
B
reng de blauwe dop aan op de vulopening
en draai de dop een 6
e omwenteling
rechtsom, tot de aanslag.
F
B
reng de zwarte dop van bovenaf aan.
F
S
luit het portier. Belangrijk: als u AdBlue hebt bijgevuld
nadat het reser voir leeg is geraakt
,
aangegeven door de melding " Vul
AdBlue bij: Starten onmogelijk ", dient
u ongeveer 5 minuten te wachten voordat
u het contact weer aanzet, zonder het
bestuurderspor tier te openen, de
auto te ontgrendelen, de sleutel met
afstandsbediening in het contactslot te
steken of de elektronische sleutel van
het "Keyless entr y and star t"-systeem
in het interieur te leggen.
Zet ver volgens het contact aan en start na
10
seconden wachten de motor.
F
P
ak een flacon AdBlue
®. Controleer de
houdbaarheidsdatum en lees vervolgens
aandachtig de gebruiksaanwijzing op het
etiket voordat u de inhoud van de flacon in
het AdBlue
®-reser voir van uw auto giet.
7
Praktische informatie
255
Gevarendriehoek
Deze veiligheidsuitrusting vormt een aanvulling
op de alarmknipperlichten.
Elke auto moet zijn voorzien van een
gevarendriehoek.
Op de weg plaatsen van de
gevarendriehoek
Voordat u uit de auto stapt om de
gevarendriehoek uit te vouwen en te plaatsen
moet u de alarmknipperlichten inschakelen en
uw reflecterende veiligheidsvest aantrekken.
Raadpleeg voor het uit- en invouwen van de
gevarendriehoek de gebruiksaanwijzing van de
fabrikant.
De gevarendriehoek is als accessoire leverbaar.
Neem hier voor contact op met het CITROËN-
netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.Brandstoftank leeg
(diesel)
Bij auto's met dieselmotor is het in het geval
van een lege brandstoftank noodzakelijk om
het brandstofsysteem te ontluchten.
Raadpleeg voor alle uitvoeringen, uitgezonderd
die met een BlueHDi-motor, de afbeelding van
de desbetreffende motorruimte.Raadpleeg de desbetreffende rubriek voor
meer informatie over de tankbeveiliging
(diesel).
Als de motor niet direct aanslaat, beëindig
dan uw startpoging en herhaal de
procedure.
BlueHDi-motoren
F Vul de brandstoftank met minimaal 5 liter
diesel.
F
Z
et het contact aan (zonder de motor te
st a r te n).
F
W
acht ongeveer 6 seconden en zet het
contact af.
F
H
erhaal de handelingen 10
keer.
F
B
edien de startmotor om de motor te
starten.
F
P
laats de gevarendriehoek achter de auto
en houd u aan de ter plaatse geldende
wettelijke voorschriften.
8
Storingen verhelpen