worden gebruikt voor functies (bijv.
routeplanning);
"Naar dag-/nachtkleuren
overschakelen": biedt u de mogelijkheid
om dag- of nachtweergave weer te geven;
"Steminstellingen" biedt u de
mogelijkheid om de soort gesproken
instructies en andere route-instructies in
te stellen die uw systeem voorleest;
"Start": biedt u de mogelijkheid om te
kiezen of het verzoek om instemming
met de verwerking van gegevens, al dan
niet elke keer als het systeem wordt
ingeschakeld, moet worden
weergegeven;
"Navigation updates": raak deze knop
aan als u een USB-apparaat wilt
voorbereiden voor het updaten van de
navigatiekaart.
"APPS"-MODUS
Druk op knop APPS op het frontpaneel
om de volgende werkinstellingen weer te
geven:
Buitentemperatuur
Trip Computer
Klok
Kompas (AlleenUconnect™5" Radio
Nav LIVE-versies)
Uconnect™ LIVE
Instellingen (AlleenUconnect™5"
Radio Nav LIVE-versies)
Uconnect™LIVE SERVICES
Druk op de APPS-knop om toegang tekrijgen tot deUconnect™LIVEapps.
De beschikbare services hangen af van de
configuratie van de auto en de markt.
Om deUconnect™LIVEservices te
gebruiken moet u deUconnect ™LIVE
app downloaden van Google Play of de
Apple Store en registreren met gebruik
van de APP of via de website
www.driveuconnect.eu.
Eerste toegang tot het voertuig
Als u eenmaal bent gestart met
Uconnect™LIVEApp en uw referenties
heeft ingevoerd om toegang te krijgen
totUconnect™ LIVEservices in uw
voertuig moet u de
Bluetooth®koppelen
tussen uw smartphone en het systeem.
Wanneer het registreren is voltooid, zijn
de aangesloten services beschikbaar
door te drukken op het pictogram
Uconnect™LIVEop het systeem.
Voordat u de aangesloten services kunt
gebruiken, moet u eerst de
Bluetooth®
koppeling uitvoeren, daarna de
activeringsprocedure voltooien door de
instructies op te volgen die verschijnen in
deUconnect™LIVEapp.
Instellingen van de Uconnect™ LIVE
services die via de autoradio kunnen
worden beheerd
Uit het speciale radiomenu voor
Uconnect™LIVE serviceskunt u toegang
krijgen tot de sectie "Instellingen" methet pictogram
In deze sectie kunt u de
systeemopties controleren en deze
wijzigen naar uw eigen voorkeur.
Systeemupdates
Als een update voor hetUconnect™LIVE
systeem beschikbaar is terwijl de
Uconnect™LIVEservices worden
gebruikt, dan wordt de bestuurder
hiervan op de hoogte gebracht via een
bericht op het display.
Aangesloten services die kunnen
worden geraadpleegd op het voertuig
De Efficient Drive (waar aanwezig) en
my:Car-applicaties zijn ontwikkeld om de
rijervaring van de klant te verbeteren, en
daarom zijn ze verkrijgbaar op alle
markten waar toegang tot de
Uconnect™LIVEservices mogelijk is.
Bij versies metUconnect™5" Radio Nav
LIVE maakt de toegang tot
Uconnect™LIVE-services het gebruik van
"Live"-services mogelijk.
Efficient Drive
(indien aanwezig)
Met de Efficient Drive-applicatie kan uw
rijgedrag in realtime worden weergeven,
zodat u uw rijstijl kunt verbeteren voor
wat betreft brandstofverbruik en
uitstoot.
Het rijgedrag wordt geëvalueerd door
middel van vier indexen die de volgende
201
parameters controleren: acceleratie,
deceleratie, schakelen, snelheid
Weergave van de Efficient Drive
(indien aanwezig)
Druk op de knop Efficient Drive om van
deze functie gebruik te maken.
Op het displayUconnect™, wordt een
scherm weergegeven met 4 indexen:
"Acceleratie", "Deceleratie", "Snelheid" en
"Schakelen". Deze indexen zijn grijs
totdat het systeem genoeg gegevens
heeft om de rijstijl te analyseren. Zodra
voldoende gegevens beschikbaar zijn,
nemen de indexen op basis van de
beoordeling 5 kleuren aan: donkergroen
(zeer goed), lichtgroen, geel, oranje en
rood (zeer slecht).
Bij langdurige inactiviteit geeft het
display het gemiddelde van de indexen
tot het moment weer ("Average index")
en zodra het voertuig opnieuw wordt
gestart, worden de indexen weer in kleur
en in realtime weergegeven.
my:Car
my:Car-applicatie biedt u de mogelijkheid
om de "toestand" van uw voertuig altijd
onder controle te houden.
my:Car kan storingen in realtime
detecteren en de bestuurder informeren
wanneer het onderhoudsinterval
verlopen is. Druk op de knop "my:Car" om
van deze toepassing gebruik te maken.Op het display verschijnt een scherm met
de "care:Index" sectie, waarin alle
gedetailleerde informatie over de status
van het voertuig wordt getoond. Druk op
de knop "Actieve waarschuwingen" om de
informatie (indien aanwezig) over de
storingen van het voertuig te tonen die
het branden van een
waarschuwingslampje tot gevolg hadden.
INSTELLINGEN
Druk op het voorpaneel op de knop
INSTELLINGEN (versies metUconnect™
5" Radio LIVE) of de APPS-knop en de
knop "Instellingen" (versies met
Uconnect™5" Radio Nav LIVE) op het
display, om het hoofdmenu "Instellingen"
weer te geven
OPMERKING De weergegeven
menu-items hangen van de versie af.
Display;
Spraak (waar aanwezig);
Meeteenheid (waar aanwezig);
Klok & Datum;
Veiligheid/Hulp (waar aanwezig);
Lichten (waar aanwezig);
Portieren & Vergrendelingen;
Audio;
Telefoon/Bluetooth;
Radio;
Terug naar Stand.inst.;
Persoonl. gegevens wissen;
Apps herstellen;
DNA-berichten.
SPRAAKOPDRACHTEN
Spraakopdrachten gebruiken
De
knop activeert de "Telefoon"
spraakherkenningmodus, er is een "piep"
en het display toont een scherm met tips
dat de gebruiker uitnodigt een opdracht
uit te spreken.
Als de
knop wordt ingedrukt tijdens
een systeemspraakbericht, activeert dit
de “Radio/Media”
spraakherkenningsmodus die de radio
controleert en de USB/iPod/CD en
MP3 players.
Om er zeker van te zijn dat de
spraakopdrachten altijd door het
systeem herkend worden, wordt
geadviseerd de volgende tips te volgen:
spreek met een normaal stemvolume;
wacht altijd op de "piep"
(waarschuwingssignaal) alvorens te
spreken;
probeer indien mogelijk het geluid in
het inzittendencompartiment tot een
minimum te beperken. Het is ook
raadzaam om de ramen en het schuifdak
te sluiten (waar aanwezig).
voor een optimale werking wordt
geadviseerd de ramen en het schuifdak
(waar aanwezig) te sluiten om storingen
van buiten te voorkomen;
BELANGRIJK De spraakopdrachten
moeten altijd uitgesproken worden onder
veilige rijomstandigheden, in
202
MULTIMEDIA
overeenstemming met de voorschriften
die in het land waar u rijdt gelden en door
de mobiele telefoon op correcte wijze te
gebruiken.
Multiple choice
In sommige specifieke gevallen kan het
systeem niet op eenduidige wijze de
uitgesproken spraakopdracht bepalen en
vraagt om uit een maximum van vier
alternatieven te kiezen. Het systeem
stelt een genummerde lijst voor van de
beschikbare alternatieven en vraagt de
gebruiker het bijbehorende nummer te
noemen.
DIEFSTALBEVEILIGING
Het systeem is uitgerust met een
diefstalbeveiliging die gebaseerd is op
informatie-uitwisseling met de
elektronische regeleenheid (Body
Computer) in het voertuig. Dit garandeert
maximale veiligheid en voorkomt dat elke
keer dat de stroomvoorziening uitvalt, de
geheime code opnieuw ingevoerd moet
worden. Als de controle een positieve
uitkomst heeft, begint het systeem te
werken.
Als de codes bij de vergelijking niet
overeenkomen of als de elektronische
regeleenheid (Body Computer) wordt
vervangen, dan zal het systeem de
gebruiker vragen om de geheime code inte voeren op de manier die in de volgende
paragraaf is beschreven.
De geheime code invoeren
Wanneer het systeem wordt
ingeschakeld, toont het display, als de
code wordt gevraagd, het opschrift
"Diefstalbeveiligingscode invoeren
a.u.b.", gevolgd door een scherm met een
toetsenbord waarmee de geheime code
kan worden ingevoerd.
De geheime code bestaat uit vier cijfers
van 1 t/m 9: druk voor het invoeren van
het eerste cijfer van de geheime code op
de betreffende knop op de display. Voer
de overige cijfers van de code op
dezelfde manier in. Na het vierde cijfer te
hebben ingevoerd, begint het systeem te
werken. Als er een verkeerde code is
ingevoerd, geeft het systeem "Code
verkeerd" weer om de gebruiker te laten
weten dat de juiste code ingevoerd moet
worden.
Na 3 mislukte invoerpogingen, verschijnt
op het display "Code verkeerd. Radio
geblokkeerd. 30 min. wachten
alstublieft" (de wachttijd wordt
weergegeven). Als dit opschrift is
verdwenen, kan de code opnieuw worden
ingevoerd.
Paspoort autoradio
Dit document is het eigendomsbewijs van
het systeem. In het paspoort van deautoradio staan het model, het
serienummer en de geheime code
aangegeven.
Neem, in geval van zoekraken van het
paspoort van de autoradio, contact op
met het Alfa Romeo Servicenetwerk,
neem uw identiteitsbewijs en de
eigendomsdocumenten van uw auto mee.
BELANGRIJK Bewaar dit
autoradiopaspoort op een veilige plek,
zodat bij diefstal van het systeem de
betreffende informatie aan de bevoegde
instanties gegeven kan worden.
BELANGRIJK
150)Bij het plaatsen van een apparaat
(USB of iPod) in de USB-poort, controleren
of dit de bediening van de handrem niet
hindert.
BELANGRIJK
151)Bij het plaatsen van een apparaat in de
AUX-aansluiting, controleren of dit de
bediening van de handrem niet hindert.
203
ALFABETISCH REGISTER
"Alfa DNA"-systeem...........35
"Universeel" kinderzitje monteren . . .78
“Electronic Q2” (“E-Q2”).........69
“Smart bag” systeem (meertraps
frontairbags)..............85
ABS.....................68
Accu ....................154
Accu (opladen)..............151
Achterbank.................15
Achterlichtunits (lamp vervangen) . .114
Achterruitwisser/-sproeier........23
Achteruitkijkspiegels...........18
Actieve veiligheidssystemen.......68
Afmetingen................173
Afsluiter van de brandstoftoevoer . .130
Alarmknipperlichten...........108
Alarmsysteem...............12
Alfa Romeo code systeem........12
Alfa TCT ...................97
ALFA TCT-transmissie
(contactsleutel verwijderen). . . .131
ASR (AntiSlip Regulation) systeem.......................68
Automatische dual-zone
klimaatregeling.............26
Bagageruimte...............33
Bagageruimte uitbreiden.......34
Initialisatie bagageruimte.......34Banden
Fix&Go Automatic (kit).......126
Banden (bandenspanning).......170
Bedieningsknoppen............43
Bedieningspaneel en
boordinstrumenten...........42
Brake Assist systeem...........68
Brandstofverbruik............184
Buitenspiegels...............18
Buitenverlichting..............19
Carrosserie (onderhoud)........155
CBC (Cornering Brake Control)
systeem.................69
Centrale portiervergrendeling......13
CO2-emissie...............186
Contactslot.................11
Cruise-control...............101
De auto parkeren.............95
De motor starten..........94,129
Rollend starten............129
Derde remlicht
lamp vervangen............115
Dimlicht (lamp vervangen).......113
Display....................43
DST systeem (Dynamic Steering
Torque)..................68
Dynamic suspension............36
EBD-systeem...............68
Een aanhanger trekken.........104Een lamp vervangen...........108
Algemene instructies........108
buitenverlichting...........113
Een wiel vervangen............122
Elektrische ruitbediening.........29
EOBD.....................65
ESC-systeem (Electronic Stability
Control)..................69
Fix&Go Automatic kit..........126
Follow Me Home (systeem)........21
Frontairbag bestuurderszijde . .....85
Frontairbag passagierszijde.......85
Frontairbags................85
Gebruik van de handgeschakelde
versnellingsbak.............96
Geprogrammeerd onderhoud.....136
Geprogrammeerd
onderhoudsschema..........137
Gewichten.................174
Grootlicht..................20
Grootlicht (lamp vervangen)......113
Grootlichtsignaal..............20
Handrem..................95
Herconfigureerbaar
multifunctioneel display.....42,43
Het voertuig opkrikken .........155
Hill Holder-systeem............69
Hoofdairbags (window bags).......90
Hoofdsteunen . . .............16