Radio55Let op
Vanwege de signaalsterkte worden
er wellicht minder dan zes zenders opgeslagen.
Zender oproepen
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Zender oproepen
Selecteer het gewenste frequentiebe‐
reik en druk dan even op de
toets 1...6 om een opgeslagen zender op te roepen.
Roep een zender op de Autostore-lijst
(AST) op door tijdens het beluisteren
van de radio via kort indrukken van
SETUP de modus AST te activeren.
De voorheen geselecteerde zender
wordt nu ontvangen. Druk kort op
zendertoets 1...6 op een andere
opgeslagen zender op de Autostore-
lijst op te roepen.
Handmatig zenderlijst bijwerken
Zenders kunnen ook handmatig in de
Autostore-lijsten worden opgeslagen.Let op
Alleen beschikbaar bij
NAVI 50 IntelliLink,
NAVI 80 IntelliLink.
Om de lijst met zenders bij te werken
en de meest recente te verkrijgen,
activeert u het bijwerken van het
systeem handmatig. Afhankelijk van
het Infotainmentsysteem wordt het
geluid wellicht onderdrukt tijdens een
handmatige update.
NAVI 50 IntelliLink - Handmatig
zenderlijst bijwerken
Raak Opties aan, blader omlaag naar
Lijst bijwerken en selecteer dan Start;
Bijwerken ... verschijnt op het display
tot de update is voltooid.
Let op
Als DAB beschikbaar is, wordt
aanbevolen om de lijst met DAB-
zenders handmatig bij te werken
wanneer het systeem ingeschakeld
is.NAVI 80 IntelliLink - Handmatig
zenderlijst bijwerken
Raak op de startpagina MENU
daarna Multimedia aan, gevolgd door
Instellingen . Selecteer Radio en
blader omlaag naar Zenderlijst
bijwerken .
Selecteer anders (afhankelijk van de
versie) Multimedia gevolgd door
Radio en kies een van de volgende
modi:
● Voorkeur
● Lijst
● Frequentie
Raak daarna < aan om een pop-
upmenu te openen en selecteer
Zenderlijst bijwerken .
Radio Data System (RDS)
RDS is een FM-zender die u de
gewenste zender helpt vinden en
storingsvrije ontvangst ervan verze‐
kert.
56RadioVoordelen van RDS● De programmanaam van de gekozen zender verschijnt op het
displayscherm in plaats van de
frequentie ervan.
● Tijdens het automatisch zoeken naar een zender stemt het info‐
tainmentsysteem uitsluitend af
op RDS-zenders.
● Het infotainmentsysteem stelt met behulp van AF (Alternative
Frequency) altijd automatisch af
op de zendfrequentie met de beste ontvangst van de gekozen
zender.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
RDS-functies
RDS configureren
Druk op SETUP en draai aan OK om
het menu RDS te openen. Druk op de
knop om te selecteren.
Draai aan de draaiknop om RDS
SETUP te selecteren.RDS in-/uitschakelen
Druk op Opties op het displayscherm.
U kunt de volgende instellingen wijzi‐
gen:
Schakel RDS-AF in/uit door op OK te
drukken. AF verschijnt op het display‐
scherm wanneer RDS actief is.
Tekstinformatie (radiotekst)
Bepaalde FM-zenders versturen
tekstinformatie die betrekking heeft
op het uitgezonden programma (bijv.
naam van een nummer).
Druk op SETUP en draai aan OK om
het menu Radiotekst te openen.
Draai aan de draaiknop om Radio te
selecteren en druk op de knop om
deze informatie te bekijken.NAVI 50 IntelliLink - RDS-functies
RDS configureren
Selecteer Opties. U kunt de volgende
instellingen wijzigen:
● RDS (Aan/Uit)
Schakel de ionisator uit als deze
niet nodig is.
● TA (Aan/Uit)
Zie hieronder.
● Regio /AF (Aan/Uit)
Zie hieronder.
● Nieuws (Aan/Uit)
Zie hieronder.
● AM (Aan/Uit)
Schakel de ionisator uit als deze
niet nodig is.
● Lijst bijwerken (start)
Zie (NAVI 50 IntelliLink) "Auto‐
store-lijsten" 3 54.
CD-speler61● Vuil en vloeistof op de cd'skunnen de lens van de audiospe‐ler binnen in het apparaat vies
maken en storingen veroorza‐
ken.
● Bescherm cd's tegen warmte en direct zonlicht.
● De volgende beperkingen gelden
voor mp3/wma-cd's:
Alleen mp3-bestanden en wma-
bestanden kunnen worden gele‐ zen.
Maximale mapstructuurdiepte:
11 niveaus.
Maximaal aantal mp3- en/of
wma-bestanden dat kan worden
opgeslagen: 1000 bestanden.
Toepasbare afspeellijst-exten‐
sies: .m3u, .pls.
De afspeellijstitems moeten als
relatieve paden zijn opgemaakt.
● De bediening van de mp3- en wma-bestanden is identiek.
Wanneer een cd met wma-
bestanden wordt geplaatst,
worden mp3-gerelateerde
menu's weergegeven.Gebruik
CD16 BT USB, CD18 BT USB -
Gebruik cd-speler
CD afspelen starten
Schakel het Infotainmentsysteem in
(door op m te drukken) en duw de cd
met de bedrukte zijde naar boven in
de cd-sleuf totdat deze erin getrokken is: het afspelen van de cd start auto‐
matisch.
Als er reeds een cd in de speler is,
drukt u herhaalde malen op MEDIA
totdat de gewenste audiobron gese‐
lecteerd is: het afspelen van de cd
wordt gestart.
Let op
Afhankelijk van de op de audio- of
mp3-cd opgeslagen gegevens wordt
verschillende informatie over de cd
en de actuele muziektrack op het
display weergegeven.
Album of nummer selecteren
Draai aan BROWSE om een album of
een nummer uit de lijst te selecteren.
Druk op de knop om een keuze te
maken.Naar de volgende of vorige track
gaan
Druk 2 of 3 één of meerdere
malen kort in.
Snel vooruit of achteruit
Houd 2 of 3 ingedrukt voor snel
vooruit of achteruit van de huidige track.
Herhalen
Houd tijdens het afspelen van de cd
de genummerde toets 1 (van de
zendertoetsen 1...6) ingedrukt om de huidige track te herhalen.
RPT verschijnt op het display
wanneer herhalen actief is.
Houd de genummerde toets 1 weer
ingedrukt om te deactiveren.
RPT verdwijnt van het display.
Willekeurig afspelen
Houd tijdens het afspelen van de cd
de genummerde toets 2 (van de
zendertoetsen 1...6) ingedrukt om het
willekeurig afspelen te activeren.
MIX verschijnt op het display
wanneer willekeurig afspelen actief
is.
62CD-spelerLet op
Op een mp3 cd werkt de willekeurige
afspeelfunctie alleen voor het
huidige album.
Houd de genummerde toets 2 weer
ingedrukt om te deactiveren.
MIX verdwijnt van het display.
Willekeurig afspelen kan ook worden
uitgeschakeld door het uitwerpen van de cd.
Let op
Willekeurig afspelen wordt niet
uitgeschakeld wanneer het audio‐
systeem uitgeschakeld wordt of de
bron gewijzigd wordt.
Pauze
Druk tegelijkertijd kort op m, @ of
zowel ! als # om het afspelen van
cd/mp3-cd te onderbreken. Opnieuw
indrukken om het afspelen te hervat‐ ten.
De pauzefunctie wordt automatisch
uitgeschakeld wanneer het volume
wordt ingesteld, de audiobron wordt
gewijzigd of automatische informatie‐
berichten worden weergegeven.Extra tekstinformatie (cd-text of
id3-tag) weergeven
Na het selecteren van een nummer of
album drukt u kort op TEXT om op de
cd beschikbare tekstinformatie op te
roepen (bijv. naam van artiest, album
of nummer).
Voor het ineens weergeven van alle
tekstinformatie houdt u TEXT inge‐
drukt.
Om het display af te sluiten, drukt u
op /.
CD verwijderen
Druk op d: De cd wordt uit de cd-sleuf
geworpen.
Als de cd na het uitwerpen niet wordt
verwijderd, wordt hij na enkele secon‐ den automatisch weer naar binnen
getrokken.
NAVI 80 IntelliLink (type B en C) -
Gebruik cd-speler
Wanneer Cd-speler is geselecteerd,verschijnen de volgende opties op het
display:
1. t : Naar vorige track.
2. =: Nummer pauzeren.
3. v : Naar volgende track.
4. Schuifbalk voor verstreken tijd: Door nummers bladeren.
5. <: Pop-upmenu openen, om de
audiobron te wijzigen of om naar de instellingen van de nummers te gaan (bijv. willekeurige volgorde
of herhalen aan-/uitschakelen,
gegevens huidig nummer tonen
en toegang tot geluidsinstellin‐
gen).
6. Huidige afspeellijst : Ga naar de
huidige afspeellijst.
CD-speler637.Nieuwe selectie : Een ander
nummer van de aangesloten
audiobron kiezen.
8. r : Terug naar vorige scherm.
CD afspelen starten
Schakel het Infotainmentsysteem in (door op m te drukken) en duw de cd
met de bedrukte zijde naar boven in
de cd-sleuf totdat deze erin getrokken
is: het afspelen van de cd start auto‐
matisch.
Als er reeds een cd in de speler is,
raakt u S linksboven aan en selec‐
teert u CD of drukt u herhaalde malen
op MEDIA of AUDIO totdat de gewen‐
ste audiobron geselecteerd is: het afspelen van de cd wordt gestart.
Let op
Afhankelijk van de op de audio- of
mp3-cd opgeslagen gegevens wordt verschillende informatie over de cd
en de actuele muziektrack op het
display weergegeven.Album of nummer selecteren
Raak New selection of
Current playlist aan of draai aan de
centrale draaiknop om een album of
track uit de lijst te selecteren.
Naar de volgende of vorige track gaan
Raak 2 of 3 één of meerdere
malen kort aan.
Snel vooruit of achteruit
Raak 2 of 3 aan en houd deze
ingedrukt voor snel vooruit of achter‐
uit van de huidige track.
Herhalen
Raak < aan of druk op Options op de
centrale bedieningsmodule om naar
het instellingenmenu te gaan en
selecteer Repeat om te activeren.
Willekeurig afspelen
Raak < aan of druk op Options op de
centrale bedieningsmodule om naar
het instellingenmenu te gaan en
selecteer Shuffle om te activeren.Let op
Bij een cd met mp3/wma-bestanden is de willekeurige afspeelfunctie van toepassing op het huidige album en
wordt vervolgens toegepast op het volgende album.
Pauze
Raak even = aan of druk de volume‐
draaiknop, @ of zowel ! als # in om
het afspelen van cd/mp3-cd te onder‐
breken. Opnieuw indrukken om het
afspelen te hervatten.
De pauzefunctie wordt automatisch
uitgeschakeld wanneer het volume
wordt ingesteld, de audiobron wordt
gewijzigd of automatische informatie‐ berichten worden weergegeven.
Extra tekstinformatie (cd-text of
id3-tag) weergeven
Raak < aan en selecteer
Track details om op de cd beschik‐
bare tekstinformatie op te roepen
(bijv. naam van artiest, album of
song).
AUX-ingang65AUX-ingangAlgemene aanwijzingen...............65
Gebruik ........................................ 65Algemene aanwijzingen
Afhankelijk van de versie bevindt zich
in het Infotainmentsysteem (of op het instrumentenpaneel) een AUX-
aansluiting waarmee externe audio‐
bronnen kunnen worden aangeslo‐
ten.
Let op
Deze poort moet u altijd schoon- en
drooghouden.
Het is bijvoorbeeld mogelijk om een
draagbare cd-speler op de AUX-
ingang aan te sluiten met een
3,5 mm stekkeringang.
Gebruik
Een op de AUX-ingang aangesloten
audiobron kan alleen via de bedie‐
ningselementen op de audiobron
worden bediend, d.w.z. niet via het
infotainmentsysteem. Selecteer
alleen een nummer rechtstreeks bij
de geluidsbron wanneer de auto stil‐
staat.Voorzichtig
Voordat u een extra apparaat
aansluit of loskoppelt, bijv. een
draagbare cd-speler, schakelt u
de speler en het infotainment-
systeem uit om problemen met de geluidskwaliteit en mogelijke
schade aan de apparatuur te voor‐ komen.
Na aansluiting via de stekkeringangdetecteert het systeem de geluids‐
bron automatisch. Afhankelijk van het
opnamevolume kan er een vertraging zijn voordat u de geluidsbron hoort.
De naam van de artiest of het
nummer wordt niet op het display‐
scherm weergegeven.
66AUX-ingangLet op
Zorg ervoor dat het randapparaat
goed is opgeborgen tijdens het
rijden. Anders kunnen de inzittenden
bij krachtig remmen, plotseling
afslaan of een ongeval letsel oplo‐
pen door rondslingerende voorwer‐
pen.
R15 BT USB, R16 BT USB,
CD16 BT USB, CD18 BT USB-
Gebruik AUX-ingang
Druk op MEDIA of AUDIO/SOURCE
om de audiobron op AUX-modus over
te schakelen en schakel het randap‐
paraat in. Op het displayscherm
verschijnt AUX.
AUX-instellingen
Druk op SETUP voor toegang tot het
instellingenmenu.
Selecteer AUX IN en draai aan OK
totdat de gewenste instelling is gese‐
lecteerd uit:
● HI (300 mV)
● MID (600 mV)
● LO (1200 mV)NAVI 50 IntelliLink - Gebruik
AUX-ingang
Om te allen tijde naar het mediamenu te gaan, raakt u 7 aan, gevolgd door
t /ü MEDIA .
Raak S in de linkerbovenhoek aan
om tussen externe bronnen te wisse‐ len. U hebt de volgende opties:
● USB : Zie (NAVI 50 IntelliLink)
"USB-poort" 3 67.
● iPod : Zie (NAVI 50 IntelliLink)
"USB-poort" 3 67.
● BT: Zie (NAVI 50 IntelliLink)
"Streaming audio via Bluetooth"
3 71.
● AUX : Selecteer deze optie om de
audiobron op AUX-modus over te schakelen en schakel het rand‐
apparaat in.
NAVI 80 IntelliLink - Gebruik
AUX-ingang
Wijzig de audiobron naar AUX-modus om content van een aangesloten
randapparaat af te spelen.Om vanuit de startpagina naar het
mediamenu te gaan, raakt u MENU
aan, gevolgd door Multimedia en
Media .
Raak < aan om een pop-upmenu te
openen (afhankelijk van de versie). U
hebt de volgende opties:
● Aansluiting voor randapparatuur :
Wijzig de audiobron naar AUX-
modus en schakel het randappa‐ raat in.
● USB : Raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "USB-poort"
3 67.
● Bluetooth-verbinding : Raad‐
pleeg (NAVI 80 IntelliLink) "Streaming audio via Bluetooth"
3 71
● CD-speler : Raadpleeg
(NAVI 80 IntelliLink) "Gebruik cd-
speler" 3 61.
● SD-kaart : Bediening is identiek
aan die van de cd-speler 3 61.
USB-poort69Wanneer het menu t/ü MEDIA
actief is, zijn de volgende submenu's
beschikbaar:
● Hoofd /Speler
● Lijst
● Opties
Raak S in de linkerbovenhoek aan
om tussen audiobronnen te wisselen.
U hebt de volgende opties:
● USB : Selecteer deze optie om de
audiobron naar USB-modus te
wijzigen.
Let op
Tijdens gebruik wordt de batterij van
een aangesloten USB-apparaat
geladen of in stand gehouden.
● iPod : Selecteren om de audio‐
bron in iPod-modus te wijzigen.
● BT: Raadpleeg
(NAVI 50 IntelliLink) "Muziek
afspelen via Bluetooth" - 3 71.
● AUX : Raadpleeg
(NAVI 50 IntelliLink) "Gebruik
AUX-ingang" 3 65.Hoofd/Speler
Selecteer om de huidige track te
tonen. Dit displayscherm biedt de
volgende opties:
● l (naar de vorige track gaan,
ingedrukt houden om snel
achteruit te spoelen)
● =/l (pauze/afspelen)
● m (naar de volgende track
gaan, ingedrukt houden om snel
vooruit te spoelen)Lijst
Er verschijnt een lijst van de tracks in
het huidige album of de huidige
folder. Selecteer een bepaalde track
om deze direct af te spelen.
Let op
Standaard worden de albums alfa‐
betisch weergegeven.
Als een USB-drive is aangesloten, zullen alle mappen zich op hetzelfde niveau in de boomstructuur bevin‐
den.
Raak ò aan om terug te gaan naar
het vorige niveau in de boomstructuur
van de map.Opties
Selecteer voor de volgende opties:
● Herhalen (Uit/Nummer/Map/
Alles)
● Willekeurige volgorde (Aan/Uit)
NAVI 80 IntelliLink - Muziek
afspelen via USB-aansluiting
Mp3-speler/USB-opslagapparaat
Wijzig de audiobron naar USB-modus om bestanden van een aangesloten
USB-apparaat af te spelen.
Om vanuit de startpagina naar het
mediamenu te gaan, selecteert u
MENU , gevolgd door Multimedia en
Media .
Raak < aan om een pop-upmenu te
openen (afhankelijk van de versie). U
hebt de volgende opties:
● USB : Wijzig de audiobron naar
USB-modus.
● Aansluiting voor randapparatuur :
Raadpleeg (NAVI 80 IntelliLink)
"AUX-ingang" 3 65.