2018.5 OPEL KARL air conditioning

[x] Cancel search: air conditioning

Page 87 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) Instrumenten en bedieningsorganen85Boordinformatie
Meldingen worden voornamelijk
weergegeven op het Driver Informa‐
tion Center, in sommige gevallen
samen met een geluidssignaal.
Druk op  SET/CLR ,

Page 88 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) 86Instrumenten en bedieningsorganenNr.Boordinformatie56Ongelijke bandenspanning op
vooras57Ongelijke bandenspanning op
achteras59Open en sluit ruit bestuurders‐
zijde60Open en sluit ruit voorpassa

Page 91 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) Instrumenten en bedieningsorganen89Stelt alle functies opnieuw in op
de standaardinstellingen.
● Valetmodus :
Indien geactiveerd, zijn alle voer‐ tuigdisplays vergrendeld en
kunnen er in het syste

Page 103 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) Klimaatregeling101KlimaatregelingKlimaatregelsystemen...............101
Verwarmings- en ventilatiesysteem ....................101
Airconditioning ......................... 102
Elektronisch klimaatrege

Page 104 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) 102KlimaatregelingJ:naar de voorruit en voeten‐
ruimte, waarbij een klein deel
van de lucht naar de voorpor‐
tierruiten wordt gevoerdV:naar de voorruit en de voorste
zijruiten
Tussenstanden zijn m

Page 105 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) Klimaatregeling103J:naar de voorruit en voeten‐
ruimte, waarbij een klein deel
van de lucht naar de voorpor‐
tierruiten wordt gevoerdV:naar de voorruit en de voorpor‐
tierruiten (de airco werkt

Page 106 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) 104KlimaatregelingRuiten ontwasemen en
ontdooien  V
● Luchtverdeelschakelaar op  V
zetten.
● Draaiknop voor temperatuur in hoogste stand zetten.
● Luchtdebiet op hoogste stand zetten.
● Verwar

Page 108 of 207

OPEL KARL 2018.5  Gebruikershandleiding (in Dutch) 106Klimaatregeling9Waarschuwing
U kunt slaperig worden als u lang‐
durig met ingeschakelde recircu‐
latiestand rijdt. Schakel voor frisse lucht af en toe de buitenluchtstand
in.
Als het luchtrecir
Page:   1-8 9-16 next >