Page 52 of 281

50Stoelen, veiligheidssystemenIndien beide controlelampen tegelij‐
kertijd branden zit er een storing in het systeem. De systeemstatus wordt
niet aangeduid; er mag niemand op
de stoel van de voorpassagier
vervoerd worden. Roep onmiddellijk
de hulp van een werkplaats in.
Verander de status alleen tijdens stil‐
stand terwijl het contact is uitgescha‐
keld.
Status blijft actief tot de volgende
verandering.
Controlelamp airbag-deactivering 3 93.Kinderveiligheidssyste‐
men9 Gevaar
Bij gebruik van een achterwaarts
gericht kinderveiligheidssysteem
op de passagiersstoel voor moet
het airbagsysteem voor de passa‐ giersstoel voor gedeactiveerd zijn.
Dit geldt ook voor bepaalde voor‐
waarts gerichte kinderveiligheids‐
systemen zoals aangegeven in de
tabellen 3 53.
Airbag deactiveren 3 49.
Airbaglabel 3 43.
Wij raden een kinderveiligheidssys‐
teem aan dat specifiek voor de auto
is bedoeld. Neem contact op met uw
werkplaats voor meer informatie.
Wanneer u een kinderveiligheidssys‐
teem gebruikt, moet u de gebruikers-
en montagehandleiding én de instruc‐ ties bij het kinderveiligheidssysteem
opvolgen.
Houd u altijd aan de plaatselijke of
landelijke voorschriften. In sommige
landen is het gebruik van kindervei‐
ligheidssystemen op bepaalde
zitplaatsen verboden.
Kinderveiligheidssystemen kunnen
worden vastgezet met:
● Driepuntsgordel
● ISOFIX-steunen
● Bevestigingsriemogen
Driepuntsgordel Kinderveiligheidssystemen kunnen
met een driepuntsgordel worden
vastgezet. Na bevestiging van het
kinderzitje moet de veiligheidsgordel
worden omgedaan 3 53.
Page 53 of 281

Stoelen, veiligheidssystemen51ISOFIX-steunenOp zitplaatsen achterin
Bevestig de voor de auto goedge‐
keurde ISOFIX-kinderveiligheidssys‐
temen aan de ISOFIX bevestigings‐
beugels. ISOFIX kinderveiligheids‐
systemen voor specifieke auto's
worden in de tabel aangeduid met IL
3 53.
De auto is uitgevoerd met geleiders in
de rugleuning ter ondersteuning van
de inbouw van het kinderveiligheids‐
systeem.
ISOFIX-bevestigingsbeugels op de
achterbank worden aangeduid door
het ISOFIX-logo op de rugleuning.
Open de kleppen van de geleiders
alvorens een kinderveiligheidssys‐
teem te monteren. Sluit de kleppen
nadat het kinderveiligheidssysteem is verwijderd.
Op passagiersstoel
Plaats het kinderveiligheidssysteem
in het midden van de stoel en duw het naar achteren. Zorg dat het kinder‐
veiligheidssysteem goed vastzit.
Bevestigingsriemogen
Op zitplaatsen achterin
Bevestigingsriemogen worden
aangeduid met het symbool : van
een kinderzitje.
Aanvullend op de ISOFIX bevesti‐
gingsbeugels zet u de
bevestigingsriem aan de bovenkant
vast aan de desbetreffende
bevestigingsriemogen.
ISOFIX kinderveiligheidssystemen
uit de universele categorie worden in
de tabel aangeduid met IUF 3 53.
Page 55 of 281

Stoelen, veiligheidssystemen53Inbouwposities kinderveiligheidssystemen
Toegestane opties voor het bevestigen van een kinderveiligheidssysteem met een driepuntsgordel
Gewichtsklasse
Op passagiersstoel
Op buitenste zitplaatsen
achterinOp middelste
zitplaats achteringeactiveerde airbaggedeactiveerde
airbagGroep 0: tot 10 kgXU 1,2U/L 3XGroep 0+: tot 13 kgXU1,2U/L 3XGroep I: 9 tot 18 kgXU1,2U/L 3,4XGroep II: 15 tot 25 kgU1,2XU/L 3,4XGroep III: 22 tot 36 kgU1,2XU/L 3,4XU:universeel bruikbaar in combinatie met een driepuntsgordelL:geschikt voor bepaalde ISOFIX-kinderveiligheidssystemen uit de categorieën 'autospecifiek', 'beperkt' of 'semi-
universeel'. Het kinderveiligheidssysteem moet voor het specifieke voertuigtype zijn goedgekeurd (raadpleeg de voertuigtypelijst van het kinderveiligheidssysteem)X:kinderveiligheidssystemen zijn in deze gewichtsgroep niet toegestaan1:zo ver als nodig de stoel naar voren brengen en de rugleuning naar een verticale stand brengen om ervoor te zorgen
dat de gordel naar voren loopt vanaf het bovenste verankeringspunt2:zo ver als nodig de stoel naar boven brengen en de rugleuning naar een verticale stand brengen om ervoor te zorgen
dat de gordel aan de kant van de gesp strak zit3:de desbetreffende voorstoel vóór het kinderveiligheidssysteem zo ver als nodig naar voren brengen4:de desbetreffende rugleuning zo ver mogelijk naar achteren 3 67 brengen, de desbetreffende hoofdsteun zo nodig
bijstellen of zo nodig verwijderen 3 35
Page 56 of 281

54Stoelen, veiligheidssystemenToegestane mogelijkheden voor de bevestiging van een ISOFIX-kinderveiligheidssysteem
GewichtsklasseMaatklasseBevestiging
Op passagiersstoel voor5Op buitenste
zitplaatsen
achterinOp middelste
zitplaats
achteringeactiveerde airbaggedeacti‐
veerde airbagGroep 0: tot 10 kgEISO/R1XILIL 3XGroep 0+: tot 13 kgEISO/R1XILIL3XDISO/R2XILIL3XCISO/R3XILIL 3XGroep I: 9 tot 18 kgDISO/R2XILIL3,4XCISO/R3XILIL3,4XBISO/F2XIL/IUFIL, IUF 3,4XB1ISO/F2XXIL/IUFIL, IUF3,4XAISO/F3XIL/IUFIL, IUF 3,4XGroep II: 15 tot 25 kgIL1,2XIL3,4XGroep III: 22 tot 36 kgIL1,2XIL 3,4XIL:geschikt voor bepaalde ISOFIX-veiligheidssystemen uit de categorieën 'autospecifiek', 'beperkt' of 'semi-univer‐
seel'. (ISOFIX/Top-tether bevestigingspunten optioneel voor de passagiersstoel voor maar niet leverbaar voor
sportstoelen). Het ISOFIX-veiligheidssysteem moet voor het specifieke voertuigtype zijn goedgekeurd (raadpleeg de voertuigtypelijst van het kinderveiligheidssysteem)IUF:geschikt voor voorwaarts gerichte ISOFIX-kinderveiligheidssystemen uit de universele categorie, goedgekeurd voor
gebruik in deze gewichtsklasse (ISOFIX/Top-tether bevestigingspunten optioneel voor de passagiersstoel voor maar niet leverbaar voor sportstoelen)X:geen ISOFIX kinderveiligheidssysteem goedgekeurd voor deze gewichtsklasse
Page 57 of 281

Stoelen, veiligheidssystemen551:zo ver als nodig de stoel naar voren brengen en de rugleuning naar een verticale stand brengen om ervoor te zorgendat de gordel naar voren loopt vanaf het bovenste verankeringspunt2:zo ver als nodig de stoel naar boven brengen en de rugleuning naar een verticale stand brengen om ervoor tezorgen dat de gordel aan de kant van de gesp strak zit3:de desbetreffende voorstoel vóór het kinderveiligheidssysteem zo ver als nodig naar voren brengen4:de desbetreffende rugleuning zo ver mogelijk naar achteren 3 67 brengen, de desbetreffende hoofdsteun zo
nodig bijstellen of zo nodig verwijderen 3 355:ISOFIX/Top-tether bevestigingspunten optioneel voor de passagiersstoel voor (niet leverbaar voor sportstoelen)
ISOFIX-maatklasse en zitgelegenheid
A - ISO/F3:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse
9 tot 18 kgB - ISO/F2:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kgB1 - ISO/F2X:voorwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse 9 tot 18 kgC - ISO/R3:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kinderen met max. lengte in de gewichtsklasse tot
18 kgD - ISO/R2:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor kleinere kinderen in de gewichtsklasse tot 18 kgE - ISO/R1:achterwaarts gericht kinderveiligheidssysteem voor jonge kinderen in de gewichtsklasse tot 13 kg