2084-5. Toyota Safety Sense
AYGO_OM_Europe_OM99Q24E
■Tijdelijk uitschakelen van d e functies van het LDA-systeem
In de volgende gevallen worden de functies van het LDA-systeem tijdelijk uit-
geschakeld. De functies zullen weer ingeschakeld worden nadat de noodza-
kelijke bedrijfstoestanden hersteld zijn.
● De richtingaanwijzerschakelaar wordt bediend.
● De rijsnelheid wijkt af van het werkingsgebied van het LDA-syst eem.
● Als de rijstrookmarkeringen niet kunnen worden herkend als de a uto rijdt.
● Wanneer de Lane Departure Warning klinkt.
De Lane Departure Warning-functie zal enige seconden na activer ing niet
weer in werking treden, ook al verlaat de auto weer de rijstroo k.
■ De Lane Departure Warning
Afhankelijk van het geluidsniveau van het audiosysteem of het g eluid dat de
ventilator van de airconditioning maakt terwijl het audiosystee m of de aircon-
ditioning is ingeschakeld, is het waarschuwingsgeluid mogelijk moeilijk te
horen.
■ Nadat de auto in de zon heeft gestaan
Het LDA-systeem is mogelijk niet direct beschikbaar. Als de temperatuur in
de auto daalt en de temperatuur rondom de sensor voor ( Blz. 188) weer
geschikt is voor de werking ervan, worden de functies geactivee rd.
■ Als er slechts aan één zijde van de auto rijstrookmarkeringen a anwezig
zijn
De Lane Departure Warning-functie zal niet werken voor de zijde waar geen
rijstrookmarkeringen konden worden herkend.
AYGO_OM_Europe_OM99Q24E.book Pag e 208 Wednesday, March 15, 2017 1:40 PM
2094-5. Toyota Safety Sense
4
Rijden
AYGO_OM_Europe_OM99Q24E■
Omstandigheden waaronder de functie mogelijk niet goed werkt
In de volgende situaties kan de sensor voor de rijstrookmarkeringen mogelijk
niet herkennen, waardoor de Lane Departure Warning-functie niet goed
werkt. Dit duidt echter niet op een storing.
● Bij een tolhuisje, zebrapad of kaartautomaat, enz.
● Bij het nemen van een scherpe bocht
● Wanneer de rijstrookmarkeringen zeer smal of breed zijn
● Wanneer de auto naar een kant overhelt als gevolg van een zware belading
of een onjuiste bandenspanning
● Wanneer de afstand tot uw voorligger zeer kort is
● Wanneer de rijstrookmarkeringen geel zijn (het systeem herkent deze
mogelijk minder goed dan de witte markeringen)
● Bij onderbroken rijstrookmarkeringen, kattenogen (verhoogde rij strookmar-
keringen) of bij stenen
● Wanneer de rijstrookmarkeringen op een stoeprand zijn aangebracht, enz.
● Wanneer de rijstrookmarkeringen (deels) onzichtbaar zijn door z and, vuil,
enz.
● Bij schaduwen op de weg die parallel lopen aan rijstrookmarkeri ngen of als
de rijstrookmarkeringen door een schaduw niet zichtbaar zijn
● Bij het rijden over een zeer helder wegoppervlak, zoals beton
● Bij het rijden op een wegoppervlak dat helder is als gevolg van gereflec-
teerd licht
● Wanneer u ergens rijdt waar het licht heel snel verandert, bijvoorbeeld bij
het in- of uitrijden van een tunnel
● Wanneer zonlicht of de koplampen van tegenliggers rechtstreeks in de
cameralens schijnt
● Bij het rijden op wegen die zich splitsen of die samenkomen
● Bij het rijden op een nat wegdek als gevolg van regen, plassen op de weg,
enz.
● Wanneer de auto wordt blootgesteld aan sterke op- en neergaande bewe-
gingen, zoals bij het rijden over onverharde wegen of naden in het wegdek
● Wanneer de koplampen in het donker minder helder zijn als gevol g van vuil
op de lenzen of wanneer de koplampen niet goed zijn uitgelijnd
● Wanneer u op bochtige wegen of hobbelige wegen rijdt
● Tijdens het rijden op onverharde wegen
● Wanneer de voorruit vuil is of als er regendruppels, condens of ijs op de
voorruit zitten
● Wanneer de warme lucht van de verwarming naar de voeten stroomt , kan
het bovenste deel van de voorruit beslaan en een negatief effec t hebben
● Wanneer de binnenzijde van de voorruit schoongemaakt wordt, kan het
aanraken van de lens of ruitreiniger op de lens een negatief ef fect hebben
AYGO_OM_Europe_OM99Q24E.book Page 209 Wednesday, March 15, 2017 1:40 PM