80Veelgestelde vragenVeelgestelde
vragenVeelgestelde vragen ....................80Veelgestelde vragen
Telefoon? Hoe koppel ik mijn telefoon aan het
infotainmentsysteem?
! Druk voor het koppelen van een
telefoon op ;, selecteer het picto‐
gram TELEFOON en selecteer
vervolgens Apparaat verbinden .
Volg de instructies op uw apparaat
en zorg dat Bluetooth ingescha‐
keld is.
Gedetailleerde beschrijving 3 69.? Hoe kan ik mijn telefooncontacten
en recente gesprekken bekijken?
! Om de contactpersonen of oproe‐
penlijst te benaderen, druk op ;,
selecteer het pictogram TELEFOON en selecteer vervol‐
gens CONTACTEN of RECENT .
Zorg dat het telefoonboek en de
recente gesprekkenlijst op de tele‐ foon toegankelijk zijn. Afhankelijk
van de telefoon kan het enige
minuten duren voor het telefoon‐
boek en de recente gesprekkenlijst
geladen zijn.Gedetailleerde beschrijving 3 72.
Favorieten? Wat kan ik als favoriet opslaan?
! U kunt tot 60 favorieten van bijna
alle informatietypen opslaan, bijv.
bestemmingen, telefooncontac‐
ten, afspeellijsten, radiozenders,
etc.
Gedetailleerde beschrijving 3 18.? Hoe kan ik een nieuwe favoriet
opslaan?
! Activeer de desbetreffende
toepassing en houd een favorie‐
ten-schermtoets ingedrukt om op
deze locatie een nieuwe favoriet
op te slaan. Het opslaan wordt
bevestigd met een korte pieptoon.
In bepaalde gevallen moet u een
specifiek item selecteren.
Gedetailleerde beschrijving 3 18.
84TrefwoordenlijstAAanraakscherm ............................ 13
Adresboek .................................... 50
Algemene aanwijzingen .........42, 68
Bluetooth-muziek ......................36
Infotainmentsysteem ...................6
Navigatie ................................... 42
Radio ......................................... 31
Telefoonportal ........................... 68
USB ........................................... 36
Algemene informatie ..............36, 62
Antidiefstalfunctie ..........................7
Apps gebruiken............................. 40
Audio afspelen .............................. 37
Audiobestanden ........................... 36
Automatische volumeaanpassing Automatisch volume ..................26
Automatisch volume .....................26
Auto Set ........................................ 26
B Balance......................................... 25
Basisbediening ............................. 13
Contacten .................................. 22
Favorieten ................................. 18
Interactieve selectiebalk ............15
Lettertekenherkenningsveld ......16
Startscherm ............................... 15
Toepassingenbalk .....................15Toetsenblok............................... 16
Toetsenbord .............................. 16
Bass.............................................. 25
Bediening...................................... 72 Aanraakscherm ......................... 13
Bluetooth-muziek ......................37
Contacten .................................. 22
Favorieten ................................. 18
Infotainmentsysteem .................10
Navigatiesysteem ......................43
Radio ......................................... 31
Telefoon .................................... 72
Toetsenborden .......................... 16
USB ..................................... 37, 38
Bediening aanraakscherm ............13
Bedieningselementen Infotainmentsysteem ...................8
Stuurwiel ..................................... 8
Bedieningspaneel Infotainment ......8
Bediening van het menu ...............15
Begeleiding .................................. 56
Beltoon ......................................... 72
Bestandsformaten Audiobestanden ........................36
Filmbestanden........................... 36
Bluetooth-muziek ..........................36
Bluetooth-verbinding ....................69
85CCategorielijst ................................. 31
Contacten ............................... 22, 50
Aanpassen ................................ 22
Opslaan ..................................... 22
Opvragen .................................. 22
D
DAB .............................................. 34
DAB-koppeling.............................. 34
Datum ........................................... 26
Diakritische tekens .......................16
Digital Audio Broadcasting ...........34
Displaymodus ............................... 26
E EQ ................................................ 25
Equalizer....................................... 25
F
Fabrieksinstellingen terugzetten ...26
Fader ............................................ 25
Favorieten..................................... 18 Naam wijzigen ........................... 18
Opslaan ..................................... 18
Opvragen .................................. 18
Weergave .................................. 18
Wissen ...................................... 18
Favorieten opslaan .......................18
Favorieten opvragen ....................18
Favorieten weergeven ..................18Filmbestanden .............................. 36
Films ............................................. 38
Films afspelen .............................. 38
Frequentielijst ............................... 31
G Gebruik ....................... 10, 31, 43, 64
Aanraakscherm ......................... 13
Bluetooth-muziek ......................37
Infotainmentsysteem .................10
Navigatiesysteem ......................43
Telefoon .................................... 72
USB ..................................... 37, 38
Geluidsinstellingen .......................25
H
Het infotainmentsysteem activeren.................................... 10
Het navigatiesysteem activeren ...43
Home-toets ................................... 15
I
Infotainmentsysteem inschakelen 10
Intellitext ....................................... 34
Interactieve selectiebalk ...............15
Invoer van de bestemming ..........50
K Kaarten ......................................... 43
Kalibratie van het aanraakscherm 26Klokdisplay ................................... 26
Koppelen ...................................... 69
L
L-Band .......................................... 34
Lettertekenherkenningsveld .........16
Lijst met afslagen.......................... 56
M Maximaal inschakelvolume........... 26Meldingen ..................................... 15
Middenbereik ................................ 25
Mobiele telefoons en CB-zendapparatuur ...................78
Mute.............................................. 10
N Navigatie....................................... 56 Bestemmingsinvoer................... 50
Contacten ............................ 22, 50
Favorieten ................................. 18
Gesproken instructies ...............56
Huidige locatie........................... 43 Kaart manipuleren .....................43
Kaartupdate .............................. 42
Kaartvenster .............................. 43
Lijst met afslagen ......................56
Persoonlijke NP's ......................43
Recente bestemmingen ............50
Routebegeleiding ......................56
Routebegeleidingsmenu ...........56
90InleidingInleidingAlgemene aanwijzingen...............90
Antidiefstalfunctie ......................... 91
Overzicht bedieningselementen ..92
Gebruik ........................................ 95Algemene aanwijzingen
Het infotainmentsysteem biedt u
eersteklas infotainment voor in uw
auto.
Met de radiofuncties kunt u maximaal 25 zenders op vijf favorietenpagina's
instellen.
U kunt externe gegevensopslagappa‐
raten als andere audiobronnen op het infotainmentsysteem aansluiten; via
kabel of via Bluetooth ®
.
Ook is het infotainmentsysteem uitge‐
voerd met een telefoonportal waar‐
mee u uw mobiele telefoon comforta‐
bel in de auto kunt gebruiken.
U kunt ook specifieke smartphone-
apps via het infotainmentsysteem
bedienen.
Optioneel kunt u het infotainmentsys‐ teem bedienen met de knoppen op
het aanraakscherm of stuurwiel, of
door middel van spraakherkenning
(indien uw mobiele telefoon dit onder‐
steunt).Door het goed doordachte design van de bedieningselementen, het
aanraakscherm en de heldere
displays kunt u het systeem gemak‐
kelijk en intuïtief bedienen.
Let op
Deze handleiding beschrijft alle voor
de diverse Infotainmentsystemen beschikbare opties en functies.
Bepaalde beschrijvingen, zoals die
voor display- en menufuncties,
gelden vanwege de modelvariant,
landspecifieke uitvoeringen, speci‐
ale uitrusting en toebehoren wellicht niet voor uw auto.
Belangrijke informatie over de
bediening en de
verkeersveiligheid9 Waarschuwing
Het Infotainmentsysteem moet
worden gebruikt zodat er te allen
tijde veilig met de auto kan worden gereden. Zet bij twijfel de auto aan de kant en bedien het Infotain‐
mentsysteem terwijl u stilstaat.
Inleiding91Radio-ontvangst
Tijdens de radio-ontvangst kan gesis,
geruis, signaalvervorming of signaal‐
uitval optreden door:
● wijzigingen in de afstand tot de zender
● ontvangst van meerdere signa‐ len tegelijk door reflecties
● obstakels
Antidiefstalfunctie
Het infotainmentsysteem is voorzien
van een elektronisch beveiligingssys‐ teem dat het systeem tegen diefstalbeveiligt.
De beveiliging houdt in dat het info‐
tainmentsysteem alleen in uw auto
werkt en daarom voor een eventuele
dief waardeloos is.
Inleiding95GebruikBedieningselementen
Het infotainmentsysteem wordt
bediend met behulp van functietoet‐
sen, een aanraakscherm en op het
display weergegeven menu's.
Invoer kan naar keuze plaatsvinden
via:
● de centrale bedieningseenheid op het bedieningspaneel 3 92
● het aanraakscherm 3 98
● audioknoppen op het stuurwiel 3 92
● de spraakherkenning 3 120
Infotainmentsysteem in- of
uitschakelen
Druk op X. Na het inschakelen wordt
de laatst geselecteerde Infotainment‐ bron actief.Automatisch uitschakelen
Wanneer u het infotainmentsysteem
met behulp van X hebt ingeschakeld
terwijl het contact is uitgeschakeld,
schakelt het 10 minuten na de laatste
invoer weer automatisch weer uit.
Volume instellen Draai aan X. De actuele instelling
verschijnt op het display.
Bij het inschakelen van het infotain‐ mentsysteem wordt automatisch het
laatst geselecteerde volume inge‐
steld, mits dit het maximale inscha‐
kelvolume niet overschrijdt. Voor een
gedetailleerde beschrijving 3 101.
Voor snelheid gecompenseerd
volume
Na inschakeling van het volume met
snelheidscompensatie 3 101 wordt
het volume automatisch zodanig
aangepast dat u geen geluid van het
wegdek of van de rijwind hoort.
Mute
Druk op X om het geluid van het info‐
tainmentsysteem te onderdrukken.Druk nogmaals op X om de mute‐
functie te beëindigen. Het laatst gese‐ lecteerde volume wordt weer inge‐
steld.
Bedieningsstanden Druk op ; om het startmenu weer te
geven.
Let op
Voor een gedetailleerde beschrij‐
ving van de werking van het menu
via het aanraakscherm 3 98.
AUDIO
Selecteer AUDIO op het scherm om
het hoofdmenu van de laatst geselec‐ teerde audiomodus te openen.
96InleidingSelecteer Bron op het scherm om de
interactieve selectiebalk weer te
geven.
Om naar een andere audiomodus te
gaan: druk op een van de opties van de interactieve selectiebalk.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van:
● Radiofuncties 3 105
● Externe apparaten 3 114
Let op
Druk in de bovenste regel van een willekeurig scherm op A om snel
naar het audioscherm te gaan dat
momenteel actief is.
GALLERIJ
Selecteer GALLERIJ om het afbeel‐
dingen- en filmmenu te openen voor
de opgeslagen bestanden van een
extern apparaat, zoals een USB-stick
of smartphone.
Selecteer l of m om het afbeeldin‐
gen- of filmmenu weer te geven.
Selecteer de gewenste afbeelding of
het filmbestand voor weergave op het display.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van:
● Afbeeldingsfuncties 3 115
● Filmfuncties 3 117
TELEFOON
Voordat u de telefoonportal kunt
gebruiken, moet een verbinding tot
stand worden gebracht tussen het
infotainmentsysteem en de mobiele telefoon.
Voor een gedetailleerde beschrijving
van het opzetten en het tot stand
brengen van een Bluetooth-verbin‐
ding tussen het infotainmentsysteem
en een mobiele telefoon 3 121.
Als de mobiele telefoon is verbonden,
selecteer dan TELEFOON om het
hoofdmenu van de telefoonportal
weer te geven.
Inleiding97Voor een gedetailleerde beschrijving
van de werking van de mobiele tele‐
foon via het infotainmentsysteem
3 125.
PROJECTIE
Maak verbinding met uw smartphone
om specifieke apps van uw smart‐ phone op het infotainmentsysteem
weer te geven.
Selecteer PROJECTIE om de weer‐
gavefunctie te starten.
Afhankelijk van de smartphone die is
verbonden, verschijnt er een hoofd‐ menu met verschillende apps die ukunt selecteren.
Voor een gedetailleerde beschrijving
3 118.
NAV
Selecteer om de navigatie-app
BringGo te starten NAV.
Voor een gedetailleerde beschrijving
3 118.
INSTELLINGEN
Selecteer INSTELLINGEN om een
menu met de verschillende
systeemspecifieke instellingen teopenen, bijvoorbeeld om Geluidste‐
rugmelding bij aanraken te deactive‐
ren.
OnStar
Select OnStar om een menu met de
OnStar Wi-Fi-instellingen te openen.
Zie de Gebruikershandleiding voor
een gedetailleerde beschrijving.