1743-2. Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
WA A R S C H U W I N G
■Waarschuwing met betrekking tot beïnvloeding van elektronische apparatuur
●Mensen met geïmplanteerde pacemakers, CRT-pacemakers of geïmplanteerde
hartdefibrillatoren moeten voldoende afstand bewaren tot de antennes van het Smart
entry-systeem met startknop. (→Blz. 153)
Radiogolven kunnen de werking van dergelijke apparatuur beïnvloeden. Indien
nodig kan de instapfunctie worden uitgeschakeld. Neem voor meer informatie over
bijvoorbeeld de frequentie van de radiogolven en de momenten waarop deze wor-
den uitgezonden, contact op met een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur
of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. Raadpleeg
vervolgens uw arts om na te gaan of de instapfunctie moet worden uitgeschakeld.
●Gebruikers van elektrische medische apparatuur anders dan geïmplanteerde pace-
makers, CRT-pacemakers en geïmplanteerde hartdefibrillatoren moeten contact
opnemen met de fabrikant van deze producten om te informeren of radiosignalen
invloed uitoefenen op de werking van deze apparatuur.
Radiogolven kunnen onverwachte effecten hebben op de werking van dergelijke
medische apparatuur.
Neem voor meer informatie over het uitschakelen van de instapfunctie contact op met
een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren
gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 174 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
2784-5. Gebruik van de ondersteunende systemen
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)• Wanneer u snel een slagboom van een elektronisch tolpoortje, van een parkeerter-
rein of een andere slagboom nadert
• Wassen in een autowasstraat
• Als de auto wordt geraakt door water, sneeuw, stof, enz. van een voorligger
• Als u door een stoomwolk of rookwolk rijdt
• Als er patronen of verf op de weg of op een muur aanwezig zijn/is die kunnen/kan
worden aangezien voor een voertuig of voetganger
*4
• Als wordt gereden in de buurt van een object dat radiogolven weerkaatst, zoals een
grote vrachtwagen of een vangrail
• Als wordt gereden in de buurt van een televisiezendmast, radiozender, elektrici-
teitscentrale of andere locatie waar sterke radiogolven of elektromagnetische vel-
den aanwezig zijn
*4: Afhankelijk van de regio waarin de auto is verkocht, is de voetgangerdetectiefunctie
mogelijk niet beschikbaar. • Wanneer onder een object (billboard, enz.)
boven op een helling door wordt gereden
• Wanneer u door of onder objecten door
rijdt die de auto kunnen raken, zoals hoog
gras, boomtakken of een spandoek
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 278 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
4206-3. Zelf uit te voeren onderhoud
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
■Bij het wisselen van wielen (auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem
en bandenspanningsweergavefunctie)
Zorg ervoor dat het contact UIT staat. Als de banden worden gewisseld terwijl het con-
tact AAN staat, wordt de bandenpositiegegevens niet bijgewerkt.
Wanneer per ongeluk op deze manier gehandeld is, zet het contact dan UIT en vervol-
gens AAN, of initialiseer het systeem nadat is gecontroleerd of de bandenspanning juist
is.
■Brede banden (behalve 225/50R17 banden)
In het algemeen slijten brede banden eerder en kan de grip op besneeuwde en/of
gladde wegen beperkt zijn in vergelijking met standaard banden. Gebruik daarom win-
terbanden of sneeuwkettingen op besneeuwde en/of gladde wegen en rijd voorzichtig
waarbij u uw snelheid aanpast aan de toestand van de weg en de weersomstandigheden.
(→Blz. 336)
■Als de profieldiepte van winterbanden minder is dan 4 mm
In dat geval gaat de werkzaamheid van de winterbanden verloren.
■Situaties waarin het bandenspanningswaarschuwingssysteem mogelijk niet
goed werkt (auto's met bandenspanningswaarschuwingssysteem)
●Onder de volgende omstandigheden werkt het bandenspanningswaarschuwingssys-
teem mogelijk niet goed.
• Als er niet-originele Lexus-velgen zijn gemonteerd.
• Er is een band vervangen door een exemplaar dat niet overeenkomt met de OE-spe-
cificaties (Original Equipment).
• Er is een band vervangen door een exemplaar dat niet de voorgeschreven maat heeft.
• Er zijn sneeuwkettingen gemonteerd.
• Er is een run-flat band met ondersteunende ring gemonteerd.
• Als de ruiten zijn voorzien van een coating die de ontvangst van de radiografische sig-
nalen nadelig beïnvloedt.
• Als de auto bedekt is met sneeuw of ijs, vooral bij de wielen of de wielkasten.
• Als de bandenspanning aanzienlijk hoger is dan de voorgeschreven waarde.
• Als er banden zonder bandenspanningssensoren en -zenders zijn gebruikt.
• Als de identificatiecode op de bandenspanningssensoren en -zenders niet is geregis-
treerd in de bandenspanningswaarschuwingssysteem-ECU.
●In de volgende situaties kunnen de prestaties worden beïnvloed.
• In de buurt van een televisiezendmast, elektriciteitscentrale, tankstation, radiozen-
der, videowall, luchthaven of andere locatie waar sterke radiogolven of elektromag-
netische velden aanwezig zijn
• Als u een draagbare radio, mobiele telefoon, draadloze telefoon of een ander
draadloos communicatiemiddel bij u draagt
Auto's met weergavefunctie bandenspanning: Als de bandenpositiegegevens niet juist
worden weergegeven als gevolg van slechte ontvangst van de radiogolven, dan kan de
weergave worden hersteld door verder te rijden en zo de ontvangst van de radiogol-
ven te veranderen.
●Wanneer de auto geparkeerd is, kan het langer duren voordat de waarschuwing ver-
schijnt of verdwijnt.
●Wanneer de bandenspanning snel daalt, zoals bij een klapband, dan verschijnt de
waarschuwing mogelijk niet.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 420 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
427 6-3. Zelf uit te voeren onderhoud
6
Onderhoud en verzorging
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
WA A R S C H U W I N G
■Bij het controleren of vervangen van de banden
Houd u aan de volgende voorzorgsmaatregelen om ongevallen te voorkomen.
Het niet in acht nemen van deze voorzorgsmaatregelen, kan schade aan de aandrijflijn
veroorzaken en gevaarlijke rijeigenschappen tot gevolg hebben, waardoor een onge-
val met ernstig letsel kan ontstaan.
●Gebruik geen banden van verschillende merken, types of profielen.
Gebruik ook geen banden met duidelijk verschillende slijtagepatronen door elkaar.
●Gebruik uitsluitend de door Lexus voorgeschreven bandenmaat.
●Gebruik geen verschillende soorten banden (radiaalbanden, gordelbanden met dia-
gonaalkarkas en diagonaalbanden) door elkaar.
●Gebruik geen zomer-, all-season- en winterbanden door elkaar.
●Gebruik nooit banden onder uw auto die zijn gebruikt onder een andere auto.
Door het gebruik van banden waarvan het verleden onbekend is, loopt u extra risico.
●Auto's met een compact reservewiel: Rijd niet met een aanhangwagen als een com-
pact reservewiel is gemonteerd.
●Auto's met een bandenreparatieset: Sleep of trek nooit andere voertuigen als een
gemonteerde band is gerepareerd met behulp van de bandenreparatieset. De belas-
ting van de band kan leiden tot onverwachte schade aan de band.
■Bij het initialiseren van het bandenspanningswaarschuwingssysteem (auto's met ban-
denspanningswaarschuwingssysteem)
Initialiseer het bandenspanningswaarschuwingssysteem niet voordat de banden op de
voorgeschreven spanning zijn gebracht. Anders kan het voorkomen dat het waarschu-
wingslampje voor de lage bandenspanning niet gaat branden terwijl de bandenspan-
ning te laag is, of wel gaat branden terwijl de bandenspanning in orde is.
■Waarschuwing met betrekking tot elektronische apparatuur (auto's met banden-
spanningswaarschuwingssysteem en bandenspanningsweergavefunctie)
●Gebruikers van elektrische medische apparatuur anders dan geïmplanteerde pace-
makers, CRT-pacemakers en geïmplanteerde hartdefibrillatoren moeten contact
opnemen met de fabrikant van deze producten om te informeren of radiosignalen
invloed uitoefenen op de werking van deze apparatuur.
Radiogolven kunnen onverwachte effecten hebben op de werking van dergelijke
medische apparatuur.
●Mensen met geïmplanteerde pacemakers,
CRT-pacemakers of geïmplanteerde hartde-
fibrillatoren moeten een afstand van ten min-
ste 450 mm tot de signaalgevers van het
bandenspanningswaarschuwingssysteem
bewaren. Radiogolven kunnen de werking
van dergelijke apparatuur beïnvloeden.
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 427 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
4867-2. Stappen die genomen moeten worden in noodgevallen
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
(indien aanwezig)
Geeft aan dat er een storing aanwezig is in bandenspan-
ningswaarschuwingssysteem
→Breng de auto op een veilige plaats tot stilstand en
zet het contact UIT en vervolgens AAN. Als het
controlelampje van het bandenspanningswaarschu-
wingssysteem gedurende 1 minuut knippert en ver-
volgens blijft branden, dan is er een storing
aanwezig in het systeem. Laat de auto controleren
door een erkende Lexus-dealer of hersteller/repa-
rateur of een andere naar behoren gekwalificeerde
en uitgeruste deskundige.
(indien aanwezig)
Geeft aan dat de bandenpositiegegevens niet worden
herkend
→Rijd een stukje en controleer of de weergave wordt
bijgewerkt.
Wanneer de ontvangst van de radiogolven beter
wordt, zal de weergave normaal worden. Als de
bandenspanning na enkele minuten rijden nog
steeds niet wordt weergegeven, breng de auto dan
op een veilige plaats tot stilstand, zet het contact
UIT en weer AAN en ga weer rijden. Als de banden-
spanning ook na het herhaaldelijk uitvoeren van
deze procedure nog altijd niet wordt weergegeven,
laat dan de auto nakijken door een erkende Lexus-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar
behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskun-
dige.
Geeft aan dat het ruitensproeiervloeistofniveau laag is
→Vul ruitensproeiervloeistof bij.
Geeft aan dat de resterende hoeveelheid brandstof
ongeveer 9,9 l of minder is
→Vul de brandstoftank.
WaarschuwingsmeldingDetails/handelingen
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 486 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
578Wat moet u doen als... (Problemen oplossen)
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
Wat moet u doen als... (Problemen oplossen)
●Als u uw mechanische sleutel verloren bent, kan een erkende Lexus-dealer of her-
steller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste des-
kundige een nieuwe originele mechanische sleutel leveren. (
→Blz. 136)
●Als u uw elektronische sleutels bent verloren, neemt de kans dat uw auto wordt
gestolen aanmerkelijk toe. Neem onmiddellijk contact op met een erkende Lexus-
dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uit-
geruste deskundige. (
→Blz. 137)
●Is de batterij van de elektronische sleutel zwak of leeg? (→Blz. 435)
●Auto's met instapfunctie
Staat het contact AAN?
Zorg dat het contact UIT staat wanneer u de portieren vergrendelt. (
→Blz. 218)
●Auto's met instapfunctie
Bevindt de elektronische sleutel zich nog in de auto?
Vergrendel de portieren nadat u hebt gecontroleerd of u de elektronische sleutel bij
u hebt.
●De functie werkt mogelijk niet goed als gevolg van de radiogolven. (→Blz. 155)
●Is het kinderslot geactiveerd?
Het achterportier kan niet vanaf de binnenzijde van de auto worden geopend wan-
neer het kinderslot is geactiveerd. Open het achterportier vanaf de buitenzijde en
deactiveer het kinderslot. (
→Blz. 143)
Als u een probleem hebt, controleer dan het volgende voordat u contact
opneemt met een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een
andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
De portieren kunnen niet worden vergrendeld, ontgrendeld, geopend
of gesloten
U bent uw sleutels verloren
De portieren kunnen niet worden vergrendeld of ontgrendeld
Het achterportier kan niet worden geopend
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 578 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM
592Alfabetische index
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE)
Als het hybridesysteem niet
kan worden gestart ....................... 523
Als u denkt dat er iets mis is .........459
Als uw auto een lekke
band heeft .............................498, 509
Als uw auto in geval van nood
tot stilstand moet worden
gebracht..............................................453
Als uw auto moet worden
gesleept............................................... 454
Als uw auto oververhit raakt ........535
Als uw auto vast komt
te zitten ................................................ 542
Pollenverwijderingsmodus ............... 352
Portieren ................................................... 139
Automatisch vergrendel- en
ontgrendelsysteem van
de portieren ........................................143
Buitenspiegels ...................................... 190
Kinderslot achterportier ..................143
Portierruiten............................................193
Portierslot ................................................ 142
Waarschuwingszoemer
open portier/achterklep ...............154
Portierslot
Afstandsbediening ..............................134
Portieren...................................................139
Smart entry-systeem
met startknop .................................... 153
Power Easy Access-systeem ........... 178
Pre-Crash
Safety-systeem (PCS) ..................... 270
Functie ..................................................... 270
Waarschuwingslampje .....................461
Waarschuwingsmelding................466Radiateur .................................................... 411
Radio Data Systeem (RDS)
*
Radio*
Rear View Monitor-systeem*
Regeling instrumentenverlichting
Dimmer dashboardverlichting ..... 107
Regeneratief remmen ........................... 78
Reisinformatie ......................................... 104
Remlichten
Lampen vervangen .......................... 449
Noodstopsignaal............................... 325
Remote Touch
*
Remsysteem
Brake Hold-functie........................... 235
Parkeerrem ...........................................232
Regeneratief remmen .........................78
Vloeistof ................................................. 554
Waarschuwingslampje ...... 460, 462
Waarschuwingsmelding ............... 466
Reservewiel ............................................ 498
Bandenspanning ............................... 557
Opbergmogelijkheden .................. 499
Rij-informatie............................................. 116
Richtingaanwijzers.................................231
Lampen vervangen .............. 443, 449
Richtingaanwijzerschakelaar......... 231
Vermogen ............................................558
Richtingaanwijzers achter ..................231
Lampen vervangen .......................... 449
Richtingaanwijzerschakelaar......... 231
Richtingaanwijzers opzij......................231
Lampen vervangen .......................... 449
Richtingaanwijzerschakelaar......... 231
R
GS450h_300h_OM_OM30F92E_(EE).book Page 592 Tuesday, November 29, 2016 2:56 PM