Controlelampje Wat het betekent
VOORGLOEISYSTEEM
Dit waarschuwingslampje gaat branden wanneer de startschakelaar naar stand ON wordt gezet, en het dooft als
de voorgloeibougies de vereiste temperatuur hebben bereikt. De motor kan worden gestart zodra het lampje
gedoofd is.
SCHAKELINDICATOREN
Deze gaan aan om te adviseren om van versnelling te veranderen, om op (pijl omhoog) of terug (pijl omlaag) te
schakelen.
ECOMODUS
Deze gaan aan wanneer de ECOMODUS is geactiveerd.
Raadpleeg het hoofdstuk "Tips voor het rijden".
FRONT SEAT BELTS NOT FASTENED WARNING LIGHT
Als de veiligheidsgordel niet is bevestigd, blijft het lampje aan als de motor is gestart en gaat het knipperen zodra
16 km/h is bereikt. Bovendien klinkt er ongeveer twee minuten een geluidssignaal.
PORTIEREN OPEN
86
KENNIS VAN HET INSTRUMENTENPANEEL