164
Window-airbags
De window-airbags dragen bij aan de
bescherming van de bestuurder en passagiers
(uitgezonderd de middelste passagier achter) bij
een ernstige zijdelingse aanrijding, door de kans
op letsel aan de zijkant van het hoofd te verkleinen.
De window-airbags zijn aangebracht in de stijlen
en in de hemelbekleding.
Activering
De window-airbag wordt gelijktijdig met
de zijairbag aan de desbetreffende zijde
opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij B, waarbij de krachten
loodrecht op de lengterichting van de auto en
vanaf de buitenzijde richting de binnenzijde van
de auto worden uitgeoefend.
De window-airbag wordt opgeblazen tussen de
inzittenden vóór en achter en de ruiten.
Zijairbags
De zijairbags beschermen de bestuurder en
de voorpassagier bij een ernstige zijdelingse
aanrijding om de kans op letsel te verkleinen.
De zijairbags zijn aangebracht in het frame van
de rugleuning, aan de portierzijde.
Activering
De zijairbags worden aan de desbetreffende
zijde opgeblazen bij een ernstige zijdelingse
aanrijding binnen (een gedeelte van) de
impactzone opzij ( B), loodrecht op de lengteas
van de auto en vanaf de buitenzijde richting de
binnenzijde van de auto.
De zijairbag wordt opgeblazen tussen de
inzittende voorin en het desbetreffende
portierpaneel.
A.
Imp
actzone vóór.
B.
Imp
actzone opzij.
Detectiezones voor een aanrijding
05
Veiligheid
165
DS4_nl_Chap05_securite_ed01-2016
DS4_nl_Chap05_securite_ed01-2016
Adviezen
Airbags vóór
Houd het stuur wiel niet aan de spaken
vast en laat uw handen niet op het
stuurwielkussen rusten.
De voorpassagier mag zijn voeten niet op het
dashboard laten rusten.
Rook niet in de auto. Als de airbag afgaat,
kunnen brandende sigaretten of een pijp
brandwonden of ander letsel veroorzaken.
Ver wijder het stuur wiel nooit, maak geen
gaten in de stuur wielbekleding en sla er niet
op.
Bevestig geen voor werpen of stickers op
het stuur wiel of op het dashboard. Deze
kunnen bij het afgaan van de airbags letsel
veroorzaken.
Zijairbags
Bedek de stoelen uitsluitend met daarvoor
goedgekeurde stoelhoezen, die in combinatie
met actieve zijairbags gebruikt kunnen
worden. Voor informatie over de stoelhoezen
die geschikt zijn voor uw auto kunt u zich
wenden tot het CITROËN-netwerk.
Bevestig nooit iets aan de rugleuning van de
stoelen (kleding...): dit zou bij het afgaan van
de airbags kunnen leiden tot verwondingen
aan armen of borstkas.
Ga niet onnodig dicht tegen het portierpaneel
zitten.
Maak er een gewoonte van om normaal rechtop
in de voorstoelen te zitten.
Draag altijd een correct afgestelde
veiligheidsgordel.
Zorg dat er zich niets bevindt tussen de airbag en
de inzittenden (kinderen, huisdieren, objecten...)
en bevestig niets in de buurt van de airbags
of in het gebied waar de airbags afgaan. Dit
kan de inzittende bij het afgaan van de airbag
verwonden.
Verander niets aan de oorspronkelijke uitvoering
van uw auto, voer met name geen wijzigingen
door aan de onderdelen in de directe nabijheid
van de airbags.
Laat na een aanrijding of diefstal van uw auto de
airbagsystemen controleren.
Werkzaamheden aan airbagsystemen mogen
uitsluitend door het CITROËN-netwerk of
door een gekwalificeerde werkplaats worden
uitgevoerd.
Zelfs als alle bovenstaande voorschriften worden
nageleefd, blijft de kans bestaan op letsel of lichte
brandwonden aan het hoofd, de borst of de armen
als de airbag wordt geactiveerd. De airbag wordt
namelijk zeer snel opgeblazen (binnen enkele
milliseconden) en loopt vervolgens even snel
leeg, waarbij de warme gassen via de daarvoor
bestemde openingen naar buiten stromen.
Window-airbags
Bevestig nooit iets op de hemelbekleding;
dit zou bij het afgaan van de window-
airbags kunnen leiden tot hoofdletsel.
Demonteer nooit de handgrepen van het
dak (indien aanwezig); deze maken deel uit
van de bevestiging van de window-airbags.
Houd u aan de onderstaande veiligheidsvoorschriften voor een maximale effectiviteit van de airbags:
De portierpanelen van de voorportieren
bevatten de zijdelingse schoksensoren van
de auto.
Schade aan het portier of het uitvoeren van
werkzaamheden (wijzigingen of reparaties)
die niet aan de voorschriften voldoen, kan
ertoe leiden dat deze sensoren niet meer
goed werken - In dat geval werken de zij-
airbags mogelijk niet!
Laat werkzaamheden aan de voorportieren
uitsluitend uitvoeren door het CITROËN-
netwerk of door een gekwalificeerde
werkplaats.
05
Veiligheid
410
Index
DS4_nl_Chap11_index-alpha_ed01-2016
Xenonlampen ................................................280
Zaklamp
........................................................ 12
3
Zekeringen
.................................................... 288
Zekeringentabel
............................................ 288
Zekeringen vervangen
..................................288
Zekeringkast dashboard
...............................288
Zekeringkast motorruimte
............................. 28
8
Zij-airbags
............................................. 16 4, 165
Zijknipperlicht
................................................ 283
Zijspots
.................................................. 13 3, 28 4
Zonder gereedschap afneembare kogel
........................................................... 233
Zonneklep
..................................................... 114
Zonnescherm
................................................ 11
4
Zuinig rijden
.................................................... 10
Waarschuwingslampjes
.......... 17, 19, 20, 26, 43
Waarschuwingssignaal sleutel in contact
.................................................... 188
Wassen (adviezen) ........................................ 223
Wiel demonteren
...............................
............ 275
Wiel monteren
............................................... 275
Wiel verwisselen
........................................... 271
Window-airbags
.................................... 16 4, 165
Z
W X
Verkeersinformatie (TA) ........................
3 31, 3 82
Verkeersinformatie (TMC) ............................ 33
0
Verklikkerlampjes
...................................... 1
7, 2 6
Verklikkerlampje SCR-systeem
......................25
Verklikkerlampje service
.................................21
Verklikkerlampje voorgloeien (diesel)
............30
Versnellingsbak, automatische
................10, 198, 206, 251, 292
Versnellingsbak, handgeschakeld
...................10, 197, 206, 251
Versnellingshendel
......................................... 10
Verversen
...................................................... 245
Verwarming
...............................
..............10, 104
Voorgloeien (dieselmotor)
............................... 3
0
Voor stoelen
......................................... 92, 93, 97