48
Berlingo2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016
Cockpit
Berlingo2VP_nl_Chap03_Pret-a-partir_ed02-2016
Nulstelling dagteller
Als u na deze handeling de accu
wilt loskoppelen, vergrendel
dan de auto en wacht minimaal
vijf minuten. Het resetten van de
onderhoudsindicator zal anders niet
worden opgeslagen.
Motorolieniveaumeter
Afhankelijk van de motoruitvoering van
uw auto wordt bij het aanzetten van het
contact eerst de onderhoudsindicator
weergegeven en vervolgens
gedurende enkele seconden het
motorolieniveau. Olieniveau correct
Te weinig olie
Als de aanduiding
"OIL" knippert in
combinatie met het
verklikkerlampje
service, een geluidssignaal en
een melding op het display, is het
motorolieniveau te laag, waardoor
ernstige motorschade kan ontstaan.
Controleer het olieniveau met de
peilstok. Als blijkt dat het olieniveau te
laag is, moet olie worden bijgevuld.
Storing
motorolieniveaumeter
Als de aanduiding
"OIL--" knippert,
duidt dit op een
storing in de motorolieniveaumeter.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Een controle van het olieniveau is
alleen betrouwbaar als de auto op
een vlakke, horizontale ondergrond
staat en de motor minstens
30
minuten niet heeft gedraaid. Oliepeilstok
A
= maxi, het oliepeil mag nooit
boven dit niveau uitkomen. Een
te hoog oliepeil kan schade aan
de motor veroorzaken.
Raadpleeg in dat geval
zo snel mogelijk het
CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
B = mini, als het oliepeil niet
boven dit niveau uitkomt, moet
het voor de motor van uw auto
voorgeschreven type motorolie
worden bijgevuld via de vuldop.
Dimmer dashboardverlichting
Druk, terwijl het contact
aan is, de knop in tot de
nullen verschijnen.
Druk, tijdens het branden
van de verlichting, op de
knop om de sterkte van
de dashboardverlichting
te veranderen. Als de
verlichting de zwakste (of
felste) stand heeft bereikt,
laat dan de knop los en druk deze
vervolgens opnieuw in om de verlichting
weer feller (of zwakker) te maken.
Laat de knop los zodra de gewenste
lichtsterkte is bereikt.
Op 0 zetten
Het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats zet
de onderhoudsindicator na elke
onderhoudscontrole weer op 0.
Als u zelf de onderhoudscontrole
van uw auto hebt uitgevoerd, kan de
onderhoudsindicator op de volgende
wijze op 0
gezet worden:
-
zet het contact af,
-
druk op de resetknop van de
dagteller en houd deze ingedrukt,
-
zet het contact aan.
De kilometerteller begint terug te tellen.
Laat de knop los als de
onderhoudsindicator "
=0" aangeeft; de
sleutel verdwijnt.
60
Berlingo2VP_nl_Chap04_Ergonomie_ed02-2016
Bij een storing in de
lichtsensor gaat de
verlichting branden en
wordt het pictogram service
weergegeven in combinatie
met een geluidssignaal en een melding
op het display.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
Follow me home-verlichting
Deze functie zorgt ervoor dat bij
afgezet contact de dimlichten even
blijven branden om het uitstappen in
het donker te vergemakkelijken.
kOPLAMPVERSTELLING
Afhankelijk van de belading van de
auto kan het noodzakelijk zijn om de
koplampen in hoogte te verstellen.
0 - Geen belading.
1 - Gedeeltelijke belading.
2 - Gemiddelde belading.
3 - Maximaal toegestane belading.
Handmatige bediening
-
Geef binnen 1
minuut na het
afzetten van het contact een
"lichtsignaal".
De follow me home-verlichting wordt
na een bepaalde tijd automatisch
uitgeschakeld.
Automatische werking
Raadpleeg in rubriek 10
het
gedeelte "Menustructuur display". Stand 0: basisinstelling.
Activeer de functie via het
configuratiemenu van de
auto. Programmeren
U kunt de statische bochtverlichting desgewenst
uitschakelen via het configuratiemenu van de auto.
Standaard is de statische bochtverlichting
ingeschakeld.
Statische bochtverlichting werkt niet
De verlichting werkt in de volgende
gevallen niet:
-
bij een geringe stuuruitslag,
-
bij snelheden boven 40
km/h,
-
als de achteruit is ingeschakeld.
Statische bochtverlichting ingeschakeld
De bochtverlichting wordt in de volgende
gevallen ingeschakeld:
- bij het inschakelen van een richtingaanwijzer,
of
- als het stuurwiel ver genoeg wordt verdraaid.
Tijdens het rijden met dim- of grootlicht
wordt de mistlamp vóór ingeschakeld
om de binnenkant van de bocht extra
te verlichten bij snelheden tot 40
km/h
(handig in de stad, op bochtige wegen,
kruispunten, parkeergarages enz.).
STATISCHE
BOCHTVERLICHTING
Reizen naar het buitenland
Wanneer u uw auto gaat
gebruiken in een land waarin het
verkeer aan de andere kant van de
weg rijdt, moet de afstelling van de
koplampen worden gewijzigd om te
voorkomen dat tegemoetkomend
verkeer wordt verblind.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats.
De functie wordt tijdelijk uitgeschakeld
als de verlichting met de
lichtschakelaar wordt bediend.
Stuurkolomschakelaars
158
Berlingo2VP_nl_Chap07_Verification_ed02-2016Berlingo2VP_nl_Chap07_Verification_ed02-2016
koelvloeistofniveau
Gebruik om ernstige motorschade
te voorkomen uitsluitend door de
fabrikant aanbevolen koelvloeistof.
Als de motor warm is, wordt de
temperatuur van de koelvloeistof
geregeld door de koelventilator.
Wacht voor werkzaamheden aan het
koelsysteem ten minste 1 uur nadat
de motor gedraaid heeft, omdat de
koelventilator nog kan (gaan) werken
als de sleutel uit het contactslot is
verwijderd en omdat het koelsysteem
onder druk staat.
Draai de dop eerst een kwart
omwenteling los om de druk te laten
dalen en om te voorkomen dat de hete
koelvloeistof uit het koelsysteem spuit.
Trek, als de druk eenmaal gedaald is,
de dop los en vul koelvloeistof bij.
Laat het koelsysteem, als vaak
koelvloeistof moet worden bijgevuld,
zo snel mogelijk controleren door het
CITROËN-netwerk.
Vloeistofniveau
stuurbekrachtiging
Controleer het niveau van de
stuurbekrachtigingsvloeistof als de auto op een vlakke
ondergrond staat en de motor koud is. Draai de dop
met geïntegreerde peilstok los en controleer of het
niveau tussen de merktekens MINI en MAXI staat.
Om het filter te regenereren, wordt
geadviseerd zo snel mogelijk, indien
de omstandigheden dit toelaten,
gedurende minstens 5 minuten met
een snelheid van 60 km/h of hoger te
rijden (totdat de melding op het display
verdwijnt en het verklikkerlampje
Service uit gaat).
Tijdens het regenereren van het
roetfilter, kunnen enkele geluiden
van het relais hoorbaar zijn onder het
dashboard.
Raadpleeg het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats als de
melding niet verdwijnt en het lampje
Service blijft branden.
Bijvullen
Het niveau dient steeds tussen
de merktekens MINI en MAXI van
het expansievat te staan. Laat het
koelsysteem, als meer dan 1 liter
moet worden bijgevuld, controleren
door het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Vloeistofniveau ruitensproeiers
Wij adviseren u voor een optimale
reiniging en voor uw eigen veiligheid
de producten van CITROËN te
gebruiken.
Bovendien mag het vloeistofniveau
niet worden bijgevuld met of worden
vervangen door water, om bevriezing
te voorkomen en een goede reiniging
te garanderen.
Inhoud reservoir ruitensproeiers:
ongeveer 3 liter.
Niveau brandstofadditief
(diesel met roetfilter)
Bijvullen
Laat het bijvullen zo spoedig mogelijk
uitvoeren door het CITROËN-netwerk
of een gekwalificeerde werkplaats.
Afgewerkte producten
Vermijd langdurig huidcontact met
afgewerkte olie.
Remvloeistof is schadelijk voor de
gezondheid; het is bovendien een erg
bijtend middel.
Gooi afgewerkte olie, remvloeistof en
koelvloeistof niet in het riool, in het
water of op de grond, maar deponeer
deze in de daarvoor bestemde
containers bij het CITROËN-netwerk.
Een te laag additiefniveau wordt
aangegeven door het verklikkerlampje
Service in combinatie met een
geluidssignaal en een melding op het
display.
Als dit bij draaiende motor gebeurt, komt
dit doordat het roetfilter verstopt dreigt te
raken (uitzonderlijke rijomstandigheden:
veelvuldig stadsverkeer, lage snelheid,
lange files, ...).
Niveaus
167
Berlingo2VP_nl_Chap07_Verification_ed02-2016Berlingo2VP_nl_Chap07_Verification_ed02-2016
Zodra de grenswaarde van 600 km is
bereikt, knippert het verklikkerlampje
UREA, brandt het verklikkerlampje Service
en wordt de actieradius weergegeven.
De waarschuwing wordt elke
30 seconden herhaald, waarbij de
resterende actieradius elke 50
km
(30
mijl) wordt bijgewerkt.
Elke keer dat het contact wordt aangezet,
wordt de waarschuwing weergegeven en
klinkt een geluidssignaal.
Bij 0 km blokkeert een wettelijk
verplicht systeem het starten van de
motor
. De uitstoot van schadelijke stoffen
van uw auto voldoet niet meer aan
de Euro 6-normen. De motor kan niet
worden gestart.
Vul minimaal 4
liter AdBlue
® bij om de
motor te kunnen starten.
-
Leeg de bidon of de flacons in het
reservoir (via de vulpijp met de
blauwe dop).
-
Zet het contact aan zonder de
motor te starten.
-
W
acht 10
seconden alvorens de
motor te starten.
Actieradius tussen 600
km
(350
mijl) en 0
km
Starten geblokkeerd, storing
vanwege een te laag AdBlue
®
-niveau in het reservoir
Het niveau 0
van de vloeistof is bereikt.
Laat de actieradius niet dalen
tot 0
km!
Tijdens het rijden wordt de
waarschuwing herhaald tot er
voldoende AdBlue
® is bijgevuld.
Als er geen vloeistof wordt bijgevuld
in het specifieke reservoir, bestaat
het risico dat de motor niet meer kan
worden gestart.
Vul het reservoir, met een inhoud
van 17 liter, vervolgens volledig bij.
Storing in het SCR-systeem
De verklikkerlampjes UREA, Service
en Zelfdiagnose motor gaan branden.
Elke keer dat het contact wordt
aangezet, klinkt een geluidssignaal en
wordt een melding weergegeven om
aan te geven dat er sprake is van een
storing in het emissieregelsysteem.
Als het een tijdelijke storing betreft,
verdwijnt de waarschuwing zodra de
uitstoot van schadelijke stoffen weer
aan de normen voldoet. Detectie
Als echter 50 km (30 mijl)
zijn afgelegd met permanent
brandende verklikkerlampjes,
wordt de storing bevestigd.
Als na deze bevestiging meer dan
1100
km (700 mijl) zijn afgelegd, wordt
automatisch de startblokkering van de
motor geactiveerd.
Neem zo snel mogelijk contact op
met het CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
Of neem contact op met het
CITROËN-netwerk of een
gekwalificeerde werkplaats.
ONDERHOUD
7
AdBlue®
190
Berlingo2VP_nl_Chap08_Aide-rapide_ed02-2016Berlingo2VP_nl_Chap08_Aide-rapide_ed02-2016
Zekeringen onder de motorkap
Maak de zekeringkast open en kantel
deze omlaag om bij de zekeringen te
komen.Zekering
F Ampère
A Functie
1 20 Motormanagement
2 15 Claxon
3 10 Pomp ruitensproeiers voor en achter
4 - Niet gebruikt
5 15 Motorcomponenten
6 10 Sensor verdraaiing stuurwiel, ESP
7 10 Rempedaalschakelaar, schakelaar koppelingspedaal
8 25 Startmotor
9 10 Motor koplampverstelling, parkeerhulpcomputer
10 30 Motorcomponenten 11 40 Niet gebruikt
12 30 Ruitenwissers
13 40 Intelligente servicecentrale (BSI)
14 30 Pomp
15 10 Grootlicht rechts
16 10 Grootlicht links
17 15 Dimlicht rechts
18 15 Dimlicht links
Zekering vervangen
256
Berlingo2VP_nl_Chap10a_SMEGplus_ed02-2016
In de volgende tabel vindt u de antwoorden op de meest gestelde vragen over uw radio.
Veelgestelde vragen
Navigatie
VR A AGANTWOORD OPLOSSING
De route wordt niet
berekend. De criteria kunnen tegenstrijdig zijn met de huidige plaatsbepaling
(bijv. geen tolwegen ter wijl de auto zich op een autosnelweg met tol
bevindt). Controleer de criteria in het menu "Navigatie".
De POI's worden niet
aangegeven. De POI's zijn niet geselecteerd.
Selecteer de POI's in de lijst met POI's.
Het geluidssignaal van
de "Risicogebieden"
functioneert niet. Het geluidssignaal is niet geactiveerd.
Activeer het geluidssignaal in het menu
"Navigatie".
Het systeem stelt bij
belemmeringen geen
alternatieve routes voor. Er wordt geen rekening gehouden met de actuele
verkeersinformatie.
Selecteer de functie "Info-Service" in het
overzicht met criteria.
Ontvangst van een melding
van "Risicogebieden" die
niet op mijn route liggen. Het systeem meldt alle "Risicogebieden" die zich buiten de route in
een bepaalde zone rondom de auto bevinden. Hierdoor worden ook
"Risicogebieden" gesignaleerd die zich op nabij gelegen routes of
op parallelbanen bevinden.
Zoom in op de kaart om de exacte positie van de
"Risicogebieden" te kunnen bepalen. Selecteer "Op
de route" om de waarschuwingen buiten de route uit te
schakelen of om de tijdsduur tussen het moment van de
melding en het passeren van het risicogebied te verkorten.
Audio en telematica
262
Berlingo2VP_nl_Chap10a_SMEGplus_ed02-2016
VR A AGANTWOORD OPLOSSING
Het lukt me niet om mijn
Bluetooth-telefoon te
koppelen. Het is mogelijk dat de Bluetooth-functie van de telefoon is
uitgeschakeld of dat uw telefoon niet zichtbaar is voor het systeem.
Controleer of de Bluetooth-functie van uw
telefoon is ingeschakeld.
Controleer bij de instellingen van uw telefoon of
deze op " Vind mij" staat.
De Bluetooth-telefoon is niet compatibel met het systeem. Op www.citroen.nl (services) kunt u bekijken of
uw mobiele telefoon compatibel is.
Het signaal van de
aangesloten Bluetooth-
telefoon is niet hoorbaar. Het geluid is afhankelijk van zowel het systeem als de telefoon. Verhoog het volume van de radio eventueel tot
het maximum en verhoog het geluidsniveau van
de telefoon indien nodig.
Het geluid wordt verstoord door omgevingsgeluiden. Beperk het omgevingsgeluid (ramen sluiten,
aanjager lager zetten, snelheid verminderen enz.).
Sommige contacten komen
dubbel voor in de lijst. Bij het synchroniseren worden de contacten op de simkaart en/
of die in het geheugen van de telefoon overgenomen. Als beide
geheugens worden gesynchroniseerd kan het voorkomen dat
sommige contacten dubbel worden overgenomen. Kies "Contacten van SIM-kaart weergeven" of
"Contacten van telefoon weergeven".
De contacten worden niet
in alfabetische volgorde
weergegeven. Sommige telefoons hebben speciale weergave-opties. Afhankelijk
van de instellingen kunnen contacten in een bepaalde volgorde
worden overgenomen. Verander de instellingen voor de weergave van
contacten in de telefoon.
Het systeem ontvangt geen
SMS-berichten. De Bluetooth-functie stuurt geen SMS-berichten door naar het
systeem.
Telefoon
Audio en telematica
283
Berlingo2VP_nl_Chap10c_BTA-3R_ed02-2016
Noodoproep met lokalisatiefunctieVoor Rusland, Wit-Rusland en kazachstan.
Wanneer de elektronische
eenheid airbags een botsing heeft
waargenomen, wordt onafhankelijk van
het eventueel afgaan van de airbags,
automatisch een noodoproep gedaan.
Indien u gebruikmaakt van de dienst
C
ITROËN
C
onnect Box met SOS-
pakket en pechhulpservice, beschikt
u over aanvullende diensten via uw
persoonlijke pagina op de internetsite
voor uw land.
Druk in geval van nood langer dan
2 seconden op deze toets.
Het knipperen van het groene
ledlampje en een geluidssignaal
bevestigen dat de oproep naar de
alarmcentrale "Noodoproep met
lokalisatiefunctie"* is verstuurd.
Het groene ledlampje blijft branden (zonder te
knipperen) wanneer de verbinding tot stand is gebracht.
Aan het einde van het gesprek gaat het lampje uit.
Door deze toets meteen opnieuw in te drukken,
wordt de oproep geannuleerd.
Het groene ledlampje dooft.
De alarmcentrale "Noodoproep met
lokalisatiefunctie" lokaliseert onmiddellijk uw
auto, neemt in uw landstaal contact met u
op** en roept indien nodig de hulp in van de
bevoegde hulpdiensten**. In landen waar de
alarmcentrale niet operationeel is of wanneer
de lokalisatie uitdrukkelijk is geweigerd, wordt
de oproep meteen doorgestuurd naar de
hulpdiensten (112), zonder lokalisatie.
*
A
fhankelijk van de algemene
gebruiksvoor waarden, die u bij uw
verkooppunt kunt opvragen, en de
technische beperkingen van het systeem.
**
Afhankelijk van de geografische dekking van
"Pechhulp met lokalisatiefunctie" en "Noodoproep
met lokalisatiefunctie" en van de officiële landstaal
die door de eigenaar van de auto is gekozen.
D
e lijst van de landen waar het systeem werkzaam
is en de lijst van beschikbare telematicadiensten
kunt u bij uw verkooppunt opvragen of op de
internetsite voor uw land bekijken.
Urgence-noodoproep of Assistance-pechhulpoproep
Audio en telematica
TOEGEPASTE TECHNOLOGIE
10