Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-5
3
trolelampje stopt na 24 uur met knipperen,
maar het startblokkeersysteem blijft inge-
schakeld.
Het elektrisch circuit voor het controle-
lampje kan worden ge controleerd door de
sleutel naar “ON” te draaien. Het controle-
lampje moet enkele seconden oplichten en
dan uitgaan.
Licht het controlelampje niet meteen op
wanneer u de sleutel naar “ON” draait of
blijft het lampje branden, laat het elektrisch
circuit dan door een Yamaha dealer contro-
leren.
Het zelfdiagnosesysteem detecteert ook
storingen in de circuits van het startblok-
keersysteem. (Zie pagina 3-7 voor uitleg
over de werking van het zelfdiagnosesy-
steem.)
DAU66641
Multifunctionele meter
WAARSCHUWING
DWA12423
Zor g d at de machine stilstaat voor dat u
wijzi gin gen in d e instellin gen van de
multifunctionele meter gaat aan bren-
g en. Het aan bren gen van wijzi gin gen tij-
d ens het rij den kan u aflei den en
ver groot het risico op een on geval.De multifunctionele meter biedt de volgen-
de voorzieningen:
een snelheidsmeter
een kilometerteller
twee rittellers
een ritteller brandstofreserve
een klok
een voorziening voor zelfdiagnose
OPMERKINGVergeet niet de sleutel naar “ON” te
draaien voordat u de “SELECT”-scha-
kelaar gebruikt.
Alleen Verenigd Koninkrijk: Om te wis-
selen tussen de kilometer- en mijlen-
weergave van de snelheidsmeter en
kilometerteller/rittelle r, selecteert u de
kilometertellermodus en houdt u de
“SELECT”-schakelaar minstens 5 se-
conden ingedrukt.Snelhei dsmeter
De snelheidsmeter geeft de rijsnelheid van
het voertuig aan.
1. Snelheidsmeter
2. Kilometerteller/ritteller/ritteller brandstofreserve/klok
21
1. “SELECT”-schakelaar
1
UB33D1D0.book Page 5 Friday, August 28, 2015 9:21 AM
Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-8
3
DAU1234H
StuurschakelaarsLinks Rechts
DAU12352
Lichtsi
gnaalschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om de koplamp
een lichtsignaal te laten afgeven.OPMERKINGAls de dimlichtschakelaar is ingesteld
op “ ”, heeft de lichtsignaalschakelaar
geen effect.
DAU12401
Dimlichtschakelaar “ / ”
Zet deze schakelaar op “ ” voor groot-
licht en op “ ” voor dimlicht.
DAU12461
Richtin gaanwijzerschakelaar “ / ”
Druk deze schakelaar naar “ ” om afslaan
naar rechts aan te geven. Druk deze scha-
kelaar naar “ ” om afslaan naar links aan
te geven. Na loslaten keert de schakelaar
terug naar de middenstand. Om de rich-
tingaanwijzers uit te schakelen wordt de
schakelaar ingedrukt nadat hij is terugge-
keerd in de middenstand.
DAU12501
Claxonschakelaar “ ”
Druk deze schakelaar in om een claxonsig-
naal te geven.
DAU68270
Startschakelaar/noo dstopschakelaar
“//”
Om de motor te starten met de startmotor,
zet u deze schakelaar op “ ” en schuift u
de schakelaar vervolgens naar “ ”. Zie
pagina 5-1 voor startinstructies voordat u
de motor start.
Zet deze schakelaar op “ ” om de motor
direct uit te schakelen in een noodgeval,
zoals wanneer de machine omslaat of als
de gaskabel blijft hangen.
1. Lichtsignaalschakelaar “ ”
2. Dimlichtschakelaar “ / ”
3. Richtingaanwijzerschakelaar “ / ”
4. Claxonschakelaar “ ”
1234
1. Startschakelaar/noodstopschakelaar “//”
2. “SELECT”-schakelaar
3. Schakelaar alarmverlichting “ ”
213
UB33D1D0.book Page 8 Friday, August 28, 2015 9:21 AM
Werking van de bed ienin gselementen en instrumenten
3-19
3
Met de motor uit:
1. Beweeg de zijstandaard omlaag.
2. De startschakelaar/noodstopschakelaar moet op “ ” staan.3. Draai de sleutel naar aan.
4. Schakel de versnellingsbak in de vrijstand.
5. Schuif de schakelaar naar “ ”.
Start de motor?
Met de motor nog aan:
6. Beweeg de zijstandaard omhoog.
7. Knijp de koppelingshendel in en houd deze vast.
8. Schakel de versnellingsbak in een versnellingsstand.
9. Beweeg de zijstandaard omlaag.
Slaat de motor af?
Als de motor is afgeslagen:
10. Beweeg de zijstandaard omhoog.
11. Knijp de koppelingshendel in en houd deze vast.
12. Schuif de schakelaar naar “ ”.
Start de motor?
Het systeem is in orde. De motorfiets mag worden gebruikt. De vrijstandschakelaar werkt mogelijk niet goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
De zijstandaardschakelaar werkt mogelijk niet
goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
De koppelingsschakelaar werkt mogelijk niet
goed.
Rijd niet met de motorfiets voordat deze is
nagekeken door een Yamaha dealer.
JA NEE JA NEE JA NEE
Als zich een storing voordoet, vraag dan
alvorens te gaan rijden een Yamaha dealer
het systeem te controleren.
WAARSCHUWING
UB33D1D0.book Page 19 Friday, August 28, 2015 9:21 AM
Gebruik en belan grijke rij-informatie
5-1
5
DAU15952
Lees de gebruikershandleiding zorgvuldig
door om u vertrouwd te maken met alle be-
dieningselementen. Als u de werking van
een functie of bedieningselement niet be-
grijpt, vraag dan uw Yamaha dealer om uit-
leg.
WAARSCHUWING
DWA10272
Een onvol doen de vertrouw dhei d met de
b ed iening selementen kan lei den tot ver-
lies van de controle, met mo gelijk een
on geval of letsel tot gevol g.
DAU48712
OPMERKINGDit model is uitgerust met:
een hellingshoeksensor, waarbij de
motor afslaat bij kanteling. In dit geval
geeft het display foutcode 30 weer,
maar dit is geen storing. Draai de sleu-
tel naar “OFF” en vervolgens naar
“ON” om de foutcode te wissen. Als u
dat niet doet zal de motor niet starten,
ondanks dat de motor wordt aange-
zwengeld als u op de startknop drukt.
een automatische motorstop. De mo-
tor stopt automatisch als deze 20 mi-
nuten stationair draait. Als de motor
stopt, druk dan simpelweg op de
startknop om de motor opnieuw te
starten.
DAU69830
Starten van d e motorDoor het startblokkeringssysteem is starten
alleen mogelijk als aan een van de volgen-
de voorwaarden is voldaan:
De versnellingsbak staat in de vrij-
stand.
De versnellingsbak staat in een ver-
snelling geschakeld terwijl de koppe-
lingshendel is ingetrokken en de
zijstandaard is opgeklapt.
Zie pagina 3-18 voor meer informatie.
1. Draai de contactsleutel naar “ON” en controleer of de startschake-
laar/noodstopschakelaar op “ ” is
gezet.
De volgende waarschuwingslampjes
en het controlelampje moeten enkele
seconden oplichten en dan uitgaan. Waarschuwingslampje olieni-
veau
Waarschuwingslampje brand-
stofniveau
Waarschuwingslampje motor-
storing
Controlelampje startblokkeringLET OP
DCA11834
Als een waarschuwing s- of controle-
lampje niet g aat bran den wanneer d e
sleutel naar “ON” wor dt ged raai d, of
UB33D1D0.book Page 1 Friday, August 28, 2015 9:21 AM
Gebruik en belan grijke rij-informatie5-2
5
wanneer een waarschuwin gs- of contro-
lelampje niet dooft, zie dan pa gina 3-3
voor een controle van het circuit van het
b etreffen de waarschuwin gs- of contro-
lelampje.
Het ABS-waarschuwingslampje moet
gaan branden als de sleutel op “ON”
wordt gezet en weer uitgaan zodra
met een snelheid van 10 km/h (6 mi/h)
of hoger wordt gereden.
LET OP
DCA17682
Als het ABS-waarschuwin gslampje niet
g aat bran den en weer uit gaat zoals hier-
b oven beschreven, zie dan pa gina 3-3
voor een controle van het circuit van het
waarschuwin gslampje.2. Schakel de versnellingsbak in de vrij-
stand. Het vrijstandcontrolelampje
moet gaan branden. Als dit niet ge-
beurt, vraag dan een Yamaha dealer
het elektrische circuit na te kijken.
3. Start de motor door de schakelaar
naar “ ” te schuiven.
Als de motor niet wil starten, laat dan
de startschakelaar/noodstopschake-
laar los, wacht een paar seconden en
probeer het dan opnieuw. Iedere
startpoging moet zo kort mogelijk du- ren om de accu te sparen. Laat de
startmotor nooit langer dan 10 secon-
den achtereen draaien.
LET OP
DCA11043
Trek nooit snel op terwijl d
e motor nog
kou d is, d it verkort de levensd uur van de
motor!
DAU16673
SchakelenDoor de versnellingen te schakelen kunt u
het beschikbare motorvermogen doseren
bij het wegrijden, optrekken, tegen een hel-
ling oprijden etc.
De schakelstanden worden getoond in de
afbeelding.OPMERKINGOm de versnellingsbak in de vrijstand te
schakelen wordt het schakelpedaal enkele
malen ingetrapt totdat het einde van de
slag bereikt is, waarna het pedaal iets
wordt opgetrokken.1. Schakelpedaal
2. Vrijstand
1
2
5
4
3
2
N 1 5
4
3
2
N 1
UB33D1D0.book Page 2 Friday, August 28, 2015 9:21 AM
10-1
10
IndexAABS ....................................................... 3-11
ABS-waarschuwingslampje .................... 3-4
Accu ...................................................... 6-24
Achterbrugscharnierpunten, smeren .... 6-22BBanden ................................................. 6-13
Bougies, controleren............................... 6-8
Brandstof .............................................. 3-12
Brandstofverbruik, tips voor een
zuinig .................................................... 5-4CClaxonschakelaar ................................... 3-8
Contactslot ............................................. 3-2
Controlelampje grootlicht ....................... 3-3
Controlelampje richting aanwijzers .......... 3-3
Controlelampjes en
waarschuwingslampjes ........................ 3-3
Controlelampje startblokkering............... 3-4DDimlichtschakelaar.................................. 3-8
Doorbuiging aandrijfriem ...................... 6-19GGasgreep en gaskabel, controleren en
smeren................................................ 6-20
Gereedschapsset.................................... 6-2
Gloeilamp richtingaanwijzer,
vervangen ........................................... 6-29IIdentificatienummers .............................. 9-1
Inrijperiode .............................................. 5-4KKabels, controleren en smeren ............. 6-20
Kentekenverlichting .............................. 6-30 Klepspeling ........................................... 6-13
Koplampgloeilamp, vervangen ............. 6-27
Koppelingshendel................................... 3-9
Koppelingshendel, vrije slag
afstellen .............................................. 6-15
LLichtsignaalschakelaar ........................... 3-8
Luchtfilterelement, vervangen .............. 6-12MMatkleur, let op ...................................... 7-1
Modelinformatiesticker ........................... 9-1
Motorolie en oliefilterpatroon ................. 6-9
Multifunctionele meter ............................ 3-5OOnderhoud, uitstootcontrolesysteem..... 6-3
Ondersteunen van de motorfiets .......... 6-30PPaneel, verwijderen en aanbrengen ....... 6-8
Parkeerlichtgloeilamp, vervangen ........ 6-28
Parkeren ................................................. 5-5
Plaats van de onderdelen ....................... 2-1
Problemen oplossen ............................ 6-30RRem- en koppelingshendels,
controleren en smeren ....................... 6-21
Rem- en schakelpedalen, controleren en smeren .......................................... 6-21
Remhendel ........................................... 3-10
Remlicht/achterlicht ............................. 6-29
Remlichtschakelaars ............................ 6-17
Rempedaal ........................................... 3-10
Remvloeistofniveau, controleren .......... 6-18
Remvloeistof, verversen ....................... 6-19
Richtingaanwijzerschakelaar .................. 3-8
SSchakelaar alarmverlichting ....................3-9
Schakelen ...............................................5-2
Schakelpedaal ......................................3-10
Schokdemperunits, afstellen ................3-16
SELECT-schakelaar ................................3-9
Serienummer motorblok .........................9-1
Smering en onderhoud, periodiek ..........6-4
Specificaties............................................8-1
Stalling ....................................................7-3
Startblokkeersysteem .............................3-1
Starten van de motor ..............................5-1
Startschakelaar/noodstopschakelaar .....3-8
Startspersysteem ..................................3-18
Storingzoekschema ..............................6-32
Stuurschakelaars ....................................3-8
Stuurslot................................................3-15
Stuursysteem, controleren ....................6-23TTankbeluchtingsslang/overloopslang ...3-14
Tankdop ................................................3-12UUitlaatkatalysator ..................................3-14VVeiligheidsinformatie ...............................1-1
Verzorging ...............................................7-1
Voertuigidentificatienummer ...................9-1
Voor- en achterremblokken controleren..........................................6-17
Voorvork, controleren ...........................6-23
Vrije slag van gasgreep, controleren.....6-13
Vrije slag van remhendel, controleren..........................................6-16
Vrijstandcontrolelampje ..........................3-3
UB33D1D0.book Page 1 Friday, August 28, 2015 9:21 AM